volgende wijze toegedragen. Vrijdag avond was Parijs bijzonder rustig, doch 's nachts te 4 uren werden door linietroepen en gendarmes pogingen in het werk gesteld om de kanonnen op de hoogte van Montmartre en de Place des Vosges te bemachtigen. Dit gelukte hun zonder groote inspanning en slechts eenige inwoners werden door de geweerkogels der nationale garden licht gewond. In allerijl echter werd alarm geblazen en in een oogwenk was de nationale garde onder de wapenen en waren de beide plaatsen, waar de kanonnen stonden, ingesloten. Een der nationale garden bevestigde een zakdoek aan zijn geweer en beklom zoo als parlementair de hoogte van Montmartre, om met den bevelvoerenden generaal over de teruggaaf der kanonnen te onderhandelen, het geen door hem geweigerd werd. Daarop bestormden de nationale garden de-beide plaatsen, en terstond maakten bijna alle soldaten der linie gemeeae zaak met de oproer lingen, zoodat de kanonnen weder grootendeels in hunne handen kwamen, en de officieren door hen gevangen ge nomen werden. Dit had Zaterdag morgen plaats en sedert is Parijs in vollen opstand. De beide gevangen genomen generaals Clément Thomas, gedurende het beleg komman- dant der nationale garden, en Leconte zijn door de insur- genten gefusileerd; een kapitein, die zijne compagnie beval te vuren, waaraan echter geen gevolg gegeven werd, is, toen hij zijne manschappen met zijn sabel dreigde,onder luid gejuich van het volk door een zijner eigen onder- hoorigen doodgeschoten, enkele andere officieren werden door het volk mishandeld en gedood en steeds verkreeg het oproer een grooter omvang. De generaal Faronheeft met zijne troepen zich met de bajonet een doortocht moe ten banen, om zich met de andere troepen, die nog aan de militaire autoriteit gehoorzaamden, te vereenigen, en reeds Zaterdag avond hebben dezen zich onder bevel van den generaal Vinoy op den linkeroever der Seine moe ten terugtrekken. De oproerlingen zijn in het overige gedeelte van Parijs volkomen meester van den toestand, terwijl het stadhuis, het hoofdbureau der nationale garde en het ministerie van justitie in hunne handen zijn. Een poging van den minister van binnenlandscke zaken, om in onderhandeling met de hoofden van den opstand te treden, is mislukt, en algemeen vreest men dat de orde niet anders dan ten koste van veel bloed hersteld zal kunnen worden, daar nog bij geen enkelen opstand in Parijs het volk zoo goed gewapend en van geschut voorzien geweest is als thans. Gisteren zijn aan het stadhuis achtereenvolgens twee proclamatiën, door het centraal comité ondertee kend, aangeplakt, waarbij verklaard wordt, dat het volk van Parijs op heldhaftige wijze het dwangjuk heeft afgeschud en er in geslaagd is, om alle pogin gen, die de omverwerping der republiek ten doel had den, te verijdelen. Daarbij wordt tevens de bevolking opgeroepen, om een gemeenteraad te verkiezen, daar het comité zija mandaat nederlegt, nu hat zijn doel bereikt en het gouvernement, dat het volk verried, weggjaagd heeft. Grooter nadeel zou in de tegenwoordige omstandig heden moeilijk aan de republiek toegebracht kunnen worden, dan het thans door de republikeinen zeil ge daan wordt, en behalve de zware plichten, die de opstand zelf direct op de schouders der regeering legt, zal indirect deze treurige opstand tengevolge hebbeu, dat de klove tus3chen de beide partijen in de wetgevende vergadering neg grooter wordt en dus ook daar het gouvernement met nog meer bezwaren zal te kampen hebben. De definitieve vredesonderhandelingen zullen waar schijnlijk heden of morgen te Brussel geopend worden en, gelijk zich verwachten liet, zullen ook de Zuid-Duit- sche staten daarbij vertegenwoordigd worden. Slechts de benoeming van een Beierschen gevolmachtigde is tot dusverre bekend, den graaf Qnadt, vroeger gezant aan het hof te Parijs, terwijl de vertegenwoordigers der an dere Zuid-Duitsche staten nog niet benoemd schijnen te te zijn. Napoleon is van Wilhelmshöhe direct over Keulen en Aken naar de Belgische grenzen gereisd, en van daar per extra trein naar Ostende vertrokken, om met een stoomjacht der Belgische regeering naar Dover overge bracht te worden, waar hij door Eugenie en den keizer lijken prins afgewacht wordt. Naar men zegt, zou hij eerst pogingen in het werk gesteld hebben, om van de Pruisische regeering de vergunning te erlangen, den zomer te Wilhelmshöhe te blijven doorbrengen; het schijnt echter, dat men in Duitschland den hoogen gevangene liever heeft zien vertrekken, en zich niet bijzonder geroepen gevoeld heeft om uit dankbaarheid jegens den ouwillekeurigen stichter van Duitschland's eenheid, nog langer de eer te genieten, hem voor het verlies van zijn troon door een schoon verblyf binnen de Duitsche grenzen schadeloos te stellen. Laatste berichten. Parijs. Generaal Vinoy is met de linietroepen naar Versailles vertrokken, werwaarts ook het gouvernement verlegd is. Het gerucht loopt, dat generaal Chanzy gevangen genomen is. Het Journal Officiel zegt, dat de regeering, botsing willende vermijden, geduld oefenen zal. In eene proclamatie verklaren de ministers, dat niemand de leden van het zoogenaamd comité-central kent, en niemand weet tot welke partij zij behooren, doch dat zij door hunne afschuwelijke misdaden Parijs aan plundering en Frankrijk aan Pruisen overleveren. De feestviering te Berlijn. Op Zondag den 3leD Juli 1870 vertrok de koning van Pruisen, Wilhelm I, van het Potsdammer station uit Berlijn, de hoofdstad van zijn koninkrijk, om zich aan het hoofd der Duitsche legers te plaatsen, die den strijd zouden ondernemen tegen de Fransche legerscharen. Op Vrijdag den 17en Maart 1871 verdrong zich in dezelfde stad, thans de hoofdstad van het Duitsche keizerrijk, op alle straten en wegen, die naar het Potsdammer station leidden, een onafzienbare menigte menschen. Wilhelm I thans keizer van Duitschland, keerde in de hoofdstad terug. Ongeveer des avonds te zes uren werd de keizer ver wacht, en reeds te twee uren des namiddags waren in den omtrek van het genoemde station alle ruimten, waar men kon verwachten den keizer te zullen zien voorbij trekken, door een menschenmassa bezet, die het zich getroostte om eenige uren geduldig te wachten. Het Post- dammer station, slechts een hulpgebouw, was door de beste decorateurs van Berlijn prachtig versierd en met allegorische voorstellingen voorzien. Behalve dat het perron geheel door vlaggen en tropeën in een feest zaal was herschapen, droegen aan beide einden twee beelden van Germania schilden waarop men de namen van Parijs en Sedan las. Ministers en andere burgerlijke en militaire autori teiten waren in grooten getale aanwezig om den keizer en den kroonprins welkom teheeten in hunne residentie. De keizerin was den keizer tegemoet gereisd; de kroon prins en andere leden van de familie waren eveneens aan het station, benevens de onmisbare rijkskanselier de heer von Bismarck. Nauwelijks was de trein, waarin zich de keizer bevond, in 't gezicht of de lucht weergalmde van de hocKs die hem ten welkom werden toegejuicht. Omgeven door verscheidene prinsen, generaal von Moltke en eenige generaals en adjudanten, begaf zich de keizer in 't station en weldra, door een schitterenden stoet omgeven, van daar naar zijn paleis. Slechts lang zaam konden de rijtuigen door de volksmenigte voort gaan, en toen eindelijk de keizer zich op het balkon van zijn paleis vertoonde klom de opgewondenheid van de Berlijnsche bevolking ten top. Yon Bismarck en von Moltke deelden bijna evenzeer als de leden der vorste lijke familie in de algemeene belangstelling. Vooral des avonds, toen weder een algemeene verlich ting werd ontstoken, kreeg Berlijn een recht feestelijk aanzien, en hoewel niet, zooals bij gelegenheid van het sluiten van den vrede, ieder gebouw was geïllumineerd, daar de grootste feestviering op verzoek van den keizer is uitgesteld tot diens verjaardag, trokken toch verschil lende prachtige punten de algemeene aandacht. Daaron der muntte vooral uit het stadhuis, waarvan het grootte voorportaal in een reusachtige nis was herschapen. Op den achtergrond in die nis zag men, omgeven door roode draperiën en gouden palmen, de buste van den keizer met een gouden lauwerkrans getooid, terwijl het geheel in een rood licht was gehuld. Het geheele stadhuis was met roode lampions geïllumineerd, doch de toren was inwendig rood en uitwendig groen verlicht. Bij de verschillende versieringen en voorstellingen waren de belangrijkste gebeurtenissen uit den oorlog niet vergeten, zelfs niet de telegrammen van den keizer. Op een groote vlag bij de Potsdammerstrasse las men met groote letters: „Welk een wending van het lot door Gods goedheid!" Groot was de drukte en de bewe ging die overal in de Duitsche hoofdstad heerschte, ter wijl verschillende optochten en ovatiën de stemming steeds in vroolijkheid en opgewondenheid deden toe nemen. In geheel Duitschland heerscht, evenals in de hoofd stad, de feestelijkste stemming. Ieder Duitscher verheft zich trotsch op zijn landen velen zien uit de hoogte neder op iedere natie die geen deel uitmaakt van het machtige Duitsche keizerrijk. De keizer en de heer von Bismarck zijn in hun rijk de populairste mannen; alles wat zij doen wordt bijna algemeen toegejuicht; iedereen buigt zich gaarne onder hun machtigen wil; hunne wijsheid en hun doorzicht worden algemeen bewonderd en ver trouwd. Het zou dwaasheid zijn iets in hunne handelin gen te willen afkeuren. Waar de volksstemming zóo is, waar men zóo onvoor waardelijk is ingenomen met de regeering, waar het gevoel van politieke vrijheid zoo weinig ontwikkeld is of althans zich zoo zwak uitspreekt als bij de Duitsche natie, daar kan het niet anders of de verkiezingen voor den rijksdag moesten wel ten gunste van de regeering uitvallen. Toch heeft de medaille hare keerzijde en enkelen zijn er, zooals altijd, die zich niet laten verblinden, maar het volk wijzen op de gebreken, die in den toestand bestaan en op de gevolgen die daaruit voor de toekomst kunnen voortvloeien. De Volks-Zeitung brengt thans in herinnering de proclamatie die op den 18e" Maart 1848 koning Frie- drich Wilhelm IV tot zijn volk richtte en waarin hij te kennen gaf op welke wijze hij wenschte aan het verlangen der Duitsche natie te voldoen. "Veel wat hij^ zooals hij in dat stuk te kennen gaf, verlangde dat tot stand zou komen is óf in het geheel niet óf slechts zeer gebrekkig in Duitschland ingevoerd. Men denke slechts aan de vrijheid van drukpers, aan zoo menige gebrek kige inrichting, zooals de verschillende stelsels voor munten, maten en gewichten in de onderscheidene staten. Duitschland past het niet om vol dwaze zelfverhef fing en die eigenaardige Duitsche stoh op Frankrijk, Berlijn niet op Parijs neder te zien. De rampen van Frankrijk, de gruwelen van Parijs kunnen voor Duitschland en voor Berlijn zoovele lessen zijn, van dè treurige gevolgen, die uit eigenwaan en blind ver trouwen in een oppermachtige regeering kunnen voort vloeien. Als werkelijk in de volgende woorden van de Volks-Zeitung de levendige overtuiging van ieder Duitscher wordt uitgesproken dan zullen Duitschland en Berlijn steeds met dankbaarheid op de gevierde fees ten terugzien: „Uit de opgewonden toejuichingen der Berlijn sche burgers, uit den glans der duizende lichten in den avond van den 17en Maart, uit de tallooze vlaggen, die uit de venstens wapperden, spreekt niet de behagelijke zelfvoldoening van licht bevredigde hovelingen, maar de dankbare erkentenis van vrije burgers die aan de behaalde overwinningen en de daar uit voortspruitende gevolgen hun welverdiend aandeel hebben, die zich verheugen in den duurgekochten vrede en zich overgeven aan de hoop, dat keizer en rijks dag in juiste waardeering van hun tijd het nieuwe rijk zullen steunen door hetsterke en onwederstaanbare bol werk van volksvrijheid!" 3rrtt)öinflen. Gisteren is te Ylissingen, met bestemming voor die stad, in de haven gekomen de Nederlandsche galjoot Twee gebroeders, gezagv. H. Persoon, met steenkolen van Engeland komende. Gisteren is ter reede van Yeere gekomen deEngel- sche Schooner Selbyof Yarmouth, gezagv. Sharman, van New-Castle met kolen voor Middelburg bestemd. tjanDrisbcrïdjim. Graanmarkten enz. Rotterdam, 20 Maart. De handel in tarwe was heden bij beperkten aanvoer slap; voor puike tarwe werden vorige prijzen besteed; mindere 20 cent lager; puike f 11.75 a 12 5 mindere /9.50 a f 10.50; Rogge verkeerde in flauwe stemming en bleef onveranderdZeeuwsche enVlaamsche f 8 a /"8.75Noord-Brabantsche ƒ7.75 a ƒ8; gerst was by grooteren aanvoer 20 cent booger; zomer f 6.50 a 7; winter f 6.75 a f 7.25; haver 20 cent lager; lange ƒ3.50 a f 4.25; korte /"4 a f 4.75; bruine en witte boonen met geringe aanvoer prijshoudend, blauwe erwten slap; kook erwten 10.50; mesting ƒ9 a f 9.50, paarde- boonen 10 cent lager 9 a 9.60. Amsterdam, 20 Maart. Raapolie op 6 weken 50J. Lijnolie op 6 weken 35J> Prijzen van effecten. Amsterdam 20 Maart 1871. Nederland. *Certific. Werkelijke schuld pet. 52-& *dito dito dito 3 62 *dito dito dito 4 82£ *Aand. Handelmaatschappij 4^ dito exploitatie Ned. staatssp. België. ^'Certificaten bij Rothschild 2i

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 3