Met een enkel woord vermeldden wij, dat de Engel- sche regeering de kunstgalerij van sir Robert Peel voor 70 000 pond sterling had aangekocht. De collectie zal wel dra naar do Naionale galery op Trafalgar-Square worden overgebracht. Volgens het Athenaeum is deze prijs uiterst matig, aangezien de stukken in publieke veiling onein dig veel meer zonden hebben opgebracht. De verzame ling bestaat uit 70 schilderijen, waaronder er 21 van oude meesters zijn. De gemiddelde prijs is dus 1000 pond sterling per doek. Het kosbaarste stuk der collectie is dat van Rubbens, Chapeau d'Espagne genaamd, doch in de wandeling Chapeau de paillc geheeten. Rubbens schatte dit schilderij zoo hoog, dat hij het bij zijn leven niet verkoopen wilde. Nadat hij cn zijne weduwe gestorven waren, kwam het stuk in verschillende handen. In 1822 werd het te Antwerpen in openbare veiling voor 3000 p. st. verkocht. Het volgende jaar ging het in eigendom over aan wijlen sir Robert Peel, die er 3500 p. st. voor betaalde. Een ander stuk van Rubbens stelt een Bachanalia voor. Dit behoorde o. a. eenmaal aan den kardinaal Richelieu, den regent van Orleans, Lucien Bonaparte, enz.; het werd door wijlen sir Robert voor 1100 p. st. aangekocht. Een prachtige Hobbeina, het meesterstuk van dezen schilder, gezicht op het dorp Middelharnis, komt ook onder deze col lectie voor. Verkoopingeu en aanbestedingen. Jl. Maandag is te Ritthem te koop aangeboden: 1°. Een hofstede met 3 hektaren, 35 aren, 10 centiaren wei- en bouwland, verkocht voor f 6672, en 2°. 1 hektare, 29 aren, 40 centaren weiland aldaar, verkocht voor f 1961. Thermometerstaud. 15Mrt. 'sav. 11 n. 36 gr. 16 'smorg.7u.36gr.'smidd.In.35gr.sav. 6u.39gr. öuitcnlaniX Algemeen overzicht. Met betrekking tot het bericht, gisteren avond uit Forriöres ontvangen, dat bij nadere overeenkomst de ver houding der Fransche autoriteiten in de bezette provin ciën tot de Duitsche kommandementen geregeld is, ont- leenen wij aan le Journal officiel nog de volgende bijzon derheden. Do Duitsche troepen zullen zich van iedere requisitie onthouden, doch daarentegen zullen de achter stallige belastingen, die volgens de vredespreliminairen tot de ratificatie daarvan door de Duitschers geheven zouden worden, door het Fransche gouvernement afge daan worden, behoudens zijn verhaal op de belasting schuldigen. De departementale en gemeentelijke adminis tratie, benevens de politie-zorg en de handhaving der openbare orde wordt onmiddellijk op de Fransche autori teiten overgedragen. De Fransche rechtbanken zullen hare gewone zittingen heropenen, evenals de jug es de'paix en de hoofden der politie, waartoe onmiddellijk tot het herstel der gendarmerie overgegaan zal worden. Allo administratieve autoriteiten zullen zich echter aan de maatregelen moeten onderwerpen, die de bevelhebbers der Duitsche troepen noodig oordeeleu zullen voor de zekerheid, het onderhoud en de plaatsing der troepen korpsen. Wanneer vóór het sluiten van den definitieven wrede aan deze belangen der bezettingstroepen wordt te kort gedaan, hebben de Duitsche autoriteiten hot recht, om zonder eenige uitzonderirng, de rechten, door deze overeenkomst op de Fransche autoriteiten overgedragen, onmiddellijk te hernemen, terwijl daarentegen de kom mandanten der Duitsche troepen zich verbinden, om de Fransche ambtenaren in de uitvoering van hun ambt vrij te laten, zoolang zij binnen hunne wettelijke bevoegdheid blijven. De post- en telcgraaf-administratie wordt tevens weder in handen der Fransche autoriteiten gesteld, ter wijl ook de spoorweg-maatschappijen in het vrije beheer hersteld worden, behoudens het recht der Duitscho be velhebbers, om tot het vervoer van troepen als anderzins bijzondere treinen te requireeren. Men schijnt in hot algemeen in Frankrijk mot dezo schikking zeer ingenomen te zijn, en voorzeker is het reeds een groot voorrecht, dat, niettegenstaande de vreemde bezetting, de Fransche regecring reeds nu in de gelegenheid gesteld wordt, om hare administratie weder in haar geheel te kunnen herstellen, doch de macht, daarbij aan de Duitsche legeraanvoerders gelatCD, zal den geregolden gang der zaken aanmerkelijk belem meren. "Ware slechts deze bevoegdheid der Duitsche bevelheb bers, om, wanneer de belangen der troepen veronacht zaamd wordeD, de macht aan der Fransche autoriteiten weder uit handen te nemen, feitelijk de eenige beper king, die bij deze overeenkomst aan het vrije beheer van het Fransche gouvernement gesteld wordt, men zou kunnen hopen, dat een mild en wijs bestuur alle moei lijkheden uit den weg zou ruimen en de administratie naar gelang van omstandigheden met energie of met toegevendheid het daarheen zou weten te brengen, dat geen vrees meer voor Duitsche inmenging behoefde ge koesterd te worden. Doch, wanneer men het keizerlijk besluit in de Staats-Anzeiger, waarbij de plichten der Duitsche militaire autoriteit aangewezen worden, met de bovengenoemde conventie vergelijkt, dan ziet men, wat men eigenlijk onder dio schijnbare liberaliteit en loyauteit der Duitschers verstaan moet. Wel is waar worden daarbij de Duitsche prefecten opgekoven, en wordt het bestuur der Duitschers, wat de departementale oa ge meentelijke administratie, de kerk en het schoolwezen betreft, op de Fransche autoriteit overgedragen, doch nevens het Fransche bestuur moet de hoogo en de drukperspolitic, decontröle over de lagere politie, liet medebestuur over de tolo- graaf, de spoor wegeu e n het pos twez en doo r de Duitschehoofdkom mande ra enten uitgeoefend worden. Wanneer de Duitsche regeering op deze wijze do meergenoemde overeenkomst, waarmede vele Frausche bladen zeer ingenomen zij n, cn die zij beschouwen als ecne verbetering van den toestand, door artikel 8 der vredes preliminairen in het leven geroepen, aldus uitlegt en in woorden de vrije uitoefening van het administratie ve gedeelte der regeering aan Frankrijk teruggeeft, maar inderdaad door de instruction, aan de Duitsche ambte naren gegeven, deze vrijheid illusoir maakt, dan zal weldra de vreugde der Fransche bladen in droefheid verkeeren, en Frankrijk tot de overtuiging komen, dat het in geen enkel opzicht grootmoedigheid van den overwinnaar verwachten kan. Wanneer Duitschland een humane behandeling zijner onderdanen in Frank rijk verlangt, ja zelfs eischt, laat het dan zelf aan vangen, Frankrijk humaan te behandelen. Zoolang Duitschland door overmoedigheid en door zijne over tuiging van de sterkste te zijn, zich tot alle mogelijke maatregelen laat verleiden, die den haat der Fransche natie niet slechts gaande houden, maar zelfs ver meerderen, dan is het niet te verwonderen, dat die natie, militair onmachtig, op andere wijze Duitschland de vruchten zijner hardvochtigheid doet plukken. Van Duitsche zijde zijn tot gevolmachtigden tot hot sluiten van den defiaitieven vrede benoemd de heer von Balan, gezant van den Noord Duitscken bond te Brussel en de heer von Arnira, tot dusverre gezant aan het hof te Rome. Ilunue volmachten ziju van Berlijn naar het keizerlijk hoofdkwartier ter onderteekening verzonden, en van daar direct naar Brussel gebracht. Eerstdaags mag men dus de opening dezer bijeenkomst te gemoet zien, tenzij, wat men billijkheidshalve verwachten mag, nog vertegenwoordigers der Zuid Duitsche staten benoemd moeten worden, die waarlijk evenmin bij het sluiten van den definitieven vrode als bij het vaststellen der vre despreliminairen ontbreken mogen. De toestand in Parijs is minder onrustbarend, en bin nen een paar dagen kan men het volkomen herstel dor orde te gemoet zien. ITet schijnt, dat de militaire auto riteit van de komraandanten der oproerige bataljons, Dinsdag de toezegging ontvangen had, de door hen be waakte kanonnen te zullen afgeven, doch toen de man schappen en paarden op de hoogte van Montraartre kwamen, om de kanonnen weg te brengen, weigerdon de bewakers weder zo af to geven, en verklaarden dit slechts aan die bataljons der nationale garde te zullen doen,welke door de quitautie van den aankoop hun recht daarop zouden bewijzen. Zeer terecht knoopt de Indé- pendance Beige hieraan de opmerking, dat een opstand die chicaneert, niet gevaarlijk is. Le Bien public beweerde, dat dientengevolge de minis terraad besloten zou hebben, dat de nationale garden, die de kanonnen terughouden, weörspannig aan de wet verklaard en ten strengste gestraft zouden worden. Wanneer deze mededeeling op waarheid berust, dan zul len de ministers voorzeker gisteren weder op hun besluit terug gokomen zijn, want volgens do laatste berichten uit Parijs zou een dergelijke maatregel juist het tegen deel uitgewerkt hebben, van wat men zich voorstelde- De hoogte van Montraartre namelijk moet gisteren een belachelijk schouwspel opgeleverd hebben, de terugge houden kanonnen werden slechts door een paar man be waakt, en van do raenschonmassa, die zich scdort de laatste weken voortdurend van daar naar de Place de la Bastille heen en weer bewogen had, was geen spoor meer tc ontdekken. Naar men zegt, was in den boezem van het republikeinscho comitó oneonigheid ontstaan, omdat eenigen de kanonnen teruggeven, anderen die behouden wilden, en wordt hieraan het verdwijnen van de belang stelling van het publiek in deze zaak, die eigenlijk reeds te lang geduurd heeft, toegeschreven. In deze omstan digheden kan men cr niet meer aan twijfelen, dat thans langs vredelievenden weg een einde aan den weerstand der ultra-radicale volksbeweging komen zal, cn zoudon strenge maatregelen der regeering slechts een nieuwe verbittering ten gevolge kunnen hebben. Laatste berichten. Londen. Volgens the Times is te Parijs de heer Valentin tot prefect van politie bonoemd, hetgeen aanduidt, dat de ministers besloten hebben om door krachtige middelen do orde te handhavon. De aanwezigheid van eenige gari- baldianen wekt te Parijs ongerustheid en doot voor wanordelijkheden vreezen. Florence. De minister heeft aan de kamer medegedeeld, dat do regeering voornemens is, om in Juli het parlement in Rome bijeen te roepen. J Berlijn. Heden is alhier een Russisch generaal en adjudant van den Czaar met een bijzondere zending uit Peters - burg aangekomen. Frankfort. De keizer-koning is boden van hier naar Berlijn ver trokken. Parijs. Onwillekeurig wenden zich veler blikken in den laatsten tijd telkens weder naar de stad waarin gedurende oen reeks van jaren over do lotgevallen van Europa werd beslist. Do stad, niet alleen „het hart van Frank" rijk" maar, volgens hare bewonderaars zelfs van geheel Europa, waar allen zwoeren bij liberieeg aiilé en/rat er tiilé, doch die leuze gewoonlijk bezigen, om de grootste onge regeldheden en losbandigheden te rechtvaardigen, was gedurende maanden en weken weder het middelpunt van de belangrijkste gebeurtenissen, het tooneel waarop treur- en blijspelen in onophoudelijke afwisseling wer den afgespeeld. Zoo is het meermalen gegaan, vooral in belangrijke historische tijdvakken, zoo was het ook in den laatsten tijd. Vier maanden lang heeft Europa vol bewondering op die stad van monumenton en boulevards, bevolkt met ouoriersgaminsroups en loretles) gestaard die met edele volharding en bewonderenswaardigen moed de ellende van een beleg door een overmachtig vijand doorstond. Toen het volk van Parijs de adelaars van de Tuilerien wegrukte klopte veler hart van warme sympathie voor de mannen die zich-zelve van een onwaardige regee ring ontsloegen, maar levendige spijt en teleurstelling gevoelt men als de banier der rooderepubliek hettecken tot ergerlijke onlusten wordt en als slechts geweld in staat is om de orde tc herstellen. Zeker heeft geen stad van de wereld ooitzoozocr aller aandacht bezig gehouden dan Parijs reeds zoo menig maal in de geschiedenis der natiën deed. Nu eens wist het zich do bewondering en de sympathie van geheel do beschaafde wereld te verwerven, dan eens vervulde het ieder nadenkend en ontwikkeld inensch met walging en afschuw, naarmate de goede of kwade elementen, die er beiden sterk ontwikkeld zijn, deu boventoon verkregen. Wat ook in Parijs moge plaats bobben, hetzij do om wenteling den hevigste hartstochten vrij spel late cn de stad aan de treurigste lotgevallen overgeve, hetzij dat in tijden van kalmte geheel Europa de levenskracht go- voelt, die Parijs ontwikkelen kan steeds zal het zoo niet de sympathie] dan toch de belangstelling van de beschaafde wereld ondervinden, omdat de invloed di'e het zoowel ten goede als ten kwado kan uitoefenen niet tc miskennen is. Dit is een der treurigsto verschijnselen in het Parijs- sche volksleven, dat het zoo licht tot uitersten overslaat en hoezeer die uitersten zelfs door dcFranschcn, die an ders altijd by hun geliefd Parijs zweeren, worden gevreesd, blijkt voldoende uit het besluit der constituante,om niet binnen de hoofdstad hare vergaderingen te bondon. Inderdaad dat besluit mag eenige bevreemding verwek ken, want het is een denkbeeld waarmode men zich moeilijk kan vereenigon, dat in tijd van vrede Frankrijks regecring haar zetel buiten Parijs zou hebben, cn onwil lekeurig zou men instemmen met de woorden van Edgar Quinet in Le Tcmps, waarin hij zijne mede afgevaar digden toeroept: „Bedenkt, dat Frankrijk niet alleen overwonnen maar ook verminkt cn verdeeld is. Pas op, dat gij het ook niet onthoofdt!" Hoe het zij, zoowol de mede-afgevaardigden als do regeering hebben geen lust, om zich binnen Parijs to vestigen, en er zijn inderdaad wel redenen om dit te bil-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 2