bewandelen, de rij der besehuldigingen nooit geëindigd
zou zijn, en men slechts twist en tweedracht daarvan
zou kunnen verwachten, in een tijd nu Frankrijk meer
dan ooit behoefte heeft aan eendracht. En buiten
dien wat kon men der regeering der nationale ver
dediging veel anders verwijten, dan dat het hun, niette
genstaande de naar hun beste weten ingestelde pogingen,
niet is mogen gelukken de rampen, die ook zeer veel
hun grond in de omstandigheden zeiven hadden, van
Frankrijk af te wenden.
Een ander voorstel dat door een commissie onder
zocht zal worden, behelsde den afstand van honderd
duizend hektaren grond in Algerië aan die bewoners van
denElzasen Lotharingen, die wenschen Franschen te
blijven.
De heeren Rochefort, Ranc en eenige andere afge
vaardigden hebben tengevolge van den afstand van den
Elzas en een gedeelte van Lotharingen hun mandaat
neêrgJegd, na nogmaals daartegen geprotesteerd te
hebben, terwijl de heer Felix Pyat verklaard heeft, zijn
mandaat te behouden, doch geen zitting te zullen nemen
vóórdat het Fransche grondgebied weder van Duitsch-
land afgescheurd en bij Frankrijk gevoegd zal zijn.
Volgens berichten uit Bern is bepaald, dat den 8cn
dezer maand een aanvang zal gemaakt worden met het
vertrek der geïnterneerde Fransche troepen. Ofschoon
in de vredespreliminairen bij artikel 6 bepaald is, dat
de krijgsgevangenen onmiddellijk na de ratificatie van het
verdrag naar hun vaderland zullen terugkeeren, heeft
men uit Duitschland nog niet vernomen, dat hiervoor
reeds bijzondere maatregelen zouden genomen zijn.
Daarentegen wordt bericht dat het geheels 2" legerkorps
terstond naar Duitschland terugkeeren zal; waarlyk
mocht men verwachten, dat eerder aan de ongelukkige
gevangenen gedacht werd, wier ontbering toch zeker
grooter is dan vaneenig gedeelte van het Duitsclieleger.
Ontegenzeggenlijk zal de verplaatsing van die enorme
massa menschen veel bezwaren opleveren, die niet anders
dan door krachtige maatregelen op te lossen zijn, vooral
met het oog op de mogelijke botsingen, die daarbij zou
den kunnen ontstaan. De bekende uitstekende Pruisi
sche administratie moge ook deze moeilijkheden geluk
kig te boven komen.
Het bericht, in ons laatste nommer opgenomen, dat
Nederland het voorstel gedaan beeft, om bij het te slui
ten vredestractaat het beginsel van eerbiediging van
particulieren eigendom ter zee bekrachtigd te zien,
schijnt juist te zijn, ofschoon men dienaangaande uit
's Gravenbage nog niets vernomen heeft.
Van Duitsche zijde wordt thans dit bericht bevestigd,
en tevens medegedeeld, dat de bondsraad zich reeds voor
dit beginsel verklaard beeft, terwijl men echter vreest,
dat het andere voorstel van Nederland, om ook daarbij
duidelijk vast te stellen, wat in het vervolg voor oor
logscontrabande gehouden zal worden, weinig kans heb
ben zal thans ook beslist te worden.
Laatste berichten.
Parijs.
Het laat zich aanzien, dat de rust niet verder gestoord
zal worden. De barricades zijn overal verdwenen.
Londen.
Napoleon wordt te Chislehurst verwacht.
The Times heeft eene depêche uit Versailles ont
vangen, meldende dat de Duitschers zich binnen de
aangewezen lijnen terugtrekken, en dat de mobielen
langzamerhand Parijs ontruimen.
De Duitschers in Parijs.
i.
DE REVUE IX HET BOIS DE BOULOGNE.
In Versailles was alles rustigop den morgen van den dag
waarop de Duitschers Parijs zouden binnenrukken. Zelfs
op het oogenbi ik dat de keizervertrok om de troepen te gaan
inspecteeren was alles kalm. Te tien uren zou de keizer
vertrekken. Op dat oogenblik reed in de prachtige laan
die van Versailles naar St. Cloud geleidt, een open rijtuig,
door een ordonnance-officier voorafgegaan. In dat rijtuig
zaten twee officierende een had een witte uniformpet
met gelen band op en een grijze mantel aan. Niemand
kon zich vergissen in den man met zijn grijze knevel en
scherp geteekende wenkbrauwen het was de kanselier
von Bismarck.
Te negen uren was de hoofdtroep in Longchamp van
het Hippodromme tot den bekenden windmolen opgesteld.
Van de groote Tribune had men een uitmuntend over
zicht over de troepen die in twee liniën waren opgesteld.
De eerste linie, infanterie, was bataljonsgewijze gerang
schikt, de tweede, cavalerie, in eskadrons met artillerie,
op de flanken. Een derde linie bestónd uit goederen- en
ambulaneewagens. De cavalerie was afgezeten de man
schappen stonden nevens de paarden. Hoewel slechts
30,000 man onder de wapenen waren kon men toch de
linies niet volkomen vormen en had men op den lin
kervleugel de rijen niet kunnen uitspinnen.
Tegen 10 uren traden de troepen aan, en van bataljon
tot bataljon weergalmde een donderend hurrah! toen een
kleine troep officieren, met den kroonprins aan het hoofd,
voorbij reed. Tien minuten voor elven verhief zich de
kreet: der König! (De Pruisen zijn nog niet gewoon om
Kaiser te zeggen.) De koning reed voor de groote tribune,
gevolgd door de rijtuigen van koningen, prinsen en her
togen, docli te vergeefs zag men om naar von Bismarck.
Te elf uren steeg hij te paard en reed. gevolgd door zijn
generaals en legerhoofden, in sterken draf naar den
molen alwaar hij door den kroonprins met zijn staf werd
ontvangen.
Op het zelfde oogenblik begonnen alle muziekkorpsen
over de geheele linie het Heil l)ir im Siegerhranz te spelen
en de keizer galoppeerde van rechts naar links langs het
geheele front met zijn zoon aan zijne zijde en gevolgd
door ongeveer 500 tot 600 officieren. Het enthusiasme,dat
zich op dat oogenblik lucht gaf, openbaarde zich niet
evenals dat der Franschen in het Vive Vempereur en het
zwaaien met sabels, maar het hurrah der Duitschers ge
leek het rollen van den donder, terwijl geen enkele bajo-
netspits zich bewoog.
Het was een groot en waardig schouwspel, en zelfs de
weinige toeschouwers werden door het algemeene
enthusiasme medegesleept. Men gevoelde dat zich een
historisch feit ontwikkelde. De keizer galloppeerde van
den linker- naar den rechtervleugel terug, en daarop be
gonnen de troepen, aangevoerd door den kroonprins,
voorbij den keizer te defileeren in de volgorde waarin zij
voor Parijs hadden gestaan, 11000 man van het 6C en 11000
van het 11° Pruisische korps, benevens 8000 van het 2<ie
Beiersche korps.
De keizer wendde zijn blik niet van de troepen af dan
wanneer hij met den kroonprins of de officieren sprak,
die zich bij zijn staf aansloten naarmate de regimenten
voorbij trokken. Yon Bismarck, die thans den helm droeg,
stond ongeveer honderd ellen achterwaarts in een groep
officieren en naderde gedurende het voorbijtrekken
der troepen den keizer niet. Eenige minuten voor een
uur waren de laatste manschappeu voorbij en op weg
naar Parijs.
II.
DE INTOCHT.
In den morgen van den eersten Maart scheen de zon
helder en wierp haar verkwikkende stralen op Frankrijk's
treurende hoofdstad. Hoe schoon en aanlokkend echter
het weer ook was, de bevolking van Parijs bleef droevig
gestemd binnen de woningen. De huizen waren gesloten,
het scheen alsof de stad was uitgestorven. Men zag
slechts enkele personen op straat die door hunne zaken
genoodzaakt waren om nit te gaan.
Reeds voor het aanbreken van den dag hadden de
nationale garden de hen aangewezen posten betrokken.
Eene rij schildwachten bevond zich op den Boulevard
des Capucins voor de nieuwe Opera, om voor het ver
keer der rijtuigen te zorgen; een andere rij bewaakte den
toegang tot de Rue Royale tegenover de Madeleine. Eene
afdeeling troepen had de Rne Royale tot aan de poort
der Ternes bezet en iedere toegang werd door schild
wachten bewaakt.
De toegang tot de Rue Royale aan de zijde van de
Place de la Concorde was door een sterke barricade
versperd, die door nationale garden en vrijwilligers werd
bewaakt. Dezelfde voorzorg was genomen aan de Rue
Rivoli en de brug van het Carrousel. De straten die
naar het Elysée liepen waren evenzeer door barrikaden
afgesloten. De monumenten op de Place de la Concorde,
die de verschillende steden van Frankrijk vertegenwoor
digen, waren geheel met kleeden omhuld. Het voorloo-
pige gedenkteeken ter gedachtenis aan de moedige ver
dediging van Straatsburg, dat voor het monument van
deze stad was geplaatst, had men weggenomen.
Des morgens, ongeveer te half negen uur, wandelden
een paar honderd personen in de Champs elysées, toen
plotseling van alle zijden de Duitsche voorhoede aan
rukte. Zij bestond uit vijfhonderd man en was gevormd
uit afdeelingen van de verschillende regimenten die de
stad zouden binnenrukken. Evacuez evacuez! klonk het
van alle zijden en binnen weinige oogenblikken waren
alle inwoners verdwenen.
Ongelukkigerwijs kwamen tegen den tijd die voorden
intocht der Duitschers was aangekondigd in grooten ge
tale van alle zijden nieuwsgierigen aanzetten, die groo-
tendeels uit gamins en ouvriers bestonden. Men kon
onmogelijk verwachten dat een geheele bevolking van
twee millioen in alle opzichten de raadgevingen van
de pers zou opvolgen en zich geheel buiten de door de
Duitschers bezette gedeelten der stad houden. Het
was evenwel niet alleen de nieuwsgierigheid die velen
daarheen dreef, maar vooral degelegenheid om aan hunne
vijandige gevoelens tegen de Prussianslucht te geven,
waaraan bijzonder vrouwen, gamins en ouvriers behoefte
gevoelden.
Terwijl een gedeelte der voorhoede post vatte bij het
Palais de l'indnstne, ging een ander gedeelte op ver
kenning uit in alle straten die bezet zouden worden.
Huzaren met de karabijn in den arm wareu als éclaireurs
aan al de uitgangen der straten geplaatstmen wilde
zich overtuigen, dat alles veilig was voordat de hoofd-
troep zou binnenkomen.
Aanvankelijk waren de nieuwsgierigen zeer kalm en
rustig, maar door hun ongeduld en door de onverbeter
lijke onbeschaamdheid der Parijsche gamins ontwikkelde
zich eene reeks van allerlei voorvallen, die noodlottige
gevolgen had kunnen hebben. Zoo vroeg een hoofd
officier te paard, gevolgd door zijn ordonnans, aan ver
schillende personen om inlichting naar zijn kwartier,
d ich iedereen draaide hem den rug toe. In de Avenue
Uhrich begonnen de gamins hem te beschimpen, maar
stoven, hij een dreigement met den revolver, uiteen.
In de Rne de Presbourg sprak een burger in het
Duitsch met eenige Pruisische soldaten, en zoodra dezen
zich verwijderden vielen de Franschen met opgeheven
vuisten op hem aan; hij zag zich genoodzaakt om de
slagen te midden van een troep soldaten van de genie
in de Avenue de Wagram te ontvluchten. De burgers
waren echter zóo woedend dat de soldaten hunne gewe
ren op hen zonden hebben afgeschoten indien niet een
sergeant de burgers tot bedaren had weten te brengen.
Een vijftigtal Pruisen stonden voor een huis waaruit
de Russische vlag wapperde op het plein de l'Etoile en
hadden hunne geweren aan rotten gezet. Eene vrouw
verkocht hun brandewijn. Dit wekte de woede van het
publiek op; men wilde de vrouw tc lijf, doch de Pruisen
beschermden haar; de aandrang nam echter zóózeer toe
dat deze haar moesten overlaten. Het gepeupel ontnam
haar flesschen en glazen en wierp alles tegen den grond,
terwgl zij geslagen en beleedigd werd. In de Champs
Elysées werd een heer, die uit een rijtuig stapte en die
men voor een Pruisisch officier hield, aangegrepen en
geslagen; met moeite vluchtte hij naar eene troep huza
ren, die hem verder geleidde. Een dragonder, wiens
paard een weinig sprong, werd uitgescholden en met
steenen geworpen, zoodat hij zijn toevlucht tot eene
afdeeling infanteristen moest nemen.
Op een ander punt knoopte een meisje een gesprek
met de Duitschers aan. Zij werd omsingeld en gegrepen
men wilde haar in het water werpen en drong op de
Seine aan, doch zij werd gelukkig door eene patrouille
Fransche soldaten ontzet. Twee koffiehuishouders open
den hunne deuren voor de Duitschers en gaven hun te
drinken. Het volk dwong hen om de deuren weder te
sluiten en schreef op de huizen: Le maitre de ce café a
donné d hoire aux PrussUns. Ldehe! Infame
Het was twee uren geworden eer, na afloop der revue
in het Bois de Boulogne, de intocht van den hoofdtroep
begon. Een troep ruiters in de schitterendste uniformen
kwam door de Avenue de la grande armée; aan het hoofd
daarvan reed de groothertog Ernest van Saxen Coburg
Gotba, de schrijver van de Hymne a la paix!
Terwijl de groothertog aan de generaals en andere
officieren van zijn geleide eenige uitleggingen gaf om
trent de monumenten op de Place de la Concorde, volgde
een niet minder schitterende cavalcade op de eerste.
Daarbij waren de)groothertog van Mecklemburg, prins
Carl van Pruisen, de kroonprins van Saxen, prins Otto
van Beieren, en de prins van Turn en Taxis. Ook had
den zich de correspondenten der Engelsche bladen bij
die groep aangesloten. Een menigte rijtuigen volgde,
waaronder twee met de Russische liverei vooral de aan
dacht trokken.
Tien regimenten Beiersche linietroepen rukten het
eerst binnen; de muziek aan het hoofd speelde: Was ist
das deutschen Valerland! Een driehonderdtal gamins ont
wikkelden al de kracht hunner longen om hunne boos
heid uit te drukken. Toen het muziekkorps in een der
nabijgelegen avenue's post vatte hieven zij een kreet aan
waarvan de Beierschen niets begrepen.
Op de Beiersche infanterie volgden drie regimenten
artillerie met een ander muziekkorps dat Die Wacht am.
Rhein speelde, terwijl de muziek van een derde korps
het: Ich bin ein Preusser deed hooren.
De gamins en ouvrie -s zongen la Marseillaise of les Gi-