ÖuitcntanïJ.
schaars waren; de steenkolen zijn 25 cents per hektare
en de turf 2 a 3 per 1000 stuks gedaald.
De Londensche rechtbank heeft dezer dagen een
man veroordeeld tot het betalen eener schadeloosstelling
van 600, wegens het verbreken van trouwbeloften aan
eene naaister. Een andere rechtbank behandelde een
tegenovergesteld en veel zeldzamer geval. Zij bepaalde
dat Mary Margaret Davison 3000 schadeloosstelling
moest betalen aan George Lewies Currie, omdat ook zij
hare huwelijksbeloften niet nagekomen was.
Eergisteren had in den Haag de verltooping plaats
van de verzameling oude en moderne schilderijen van
wijlen den heer D. van de Wijnpersse. Een aantal
aanzienlijke kunstverzamelaars en kunstkoopers waren
opgekomen en de besteede prijzen in den regel, vooral
met het oog op de tijdsomstandigheden, zeer hoog.
Van de oude schilderijen golden o. a. no. 1. G. Beuk-
heyden, gezicht in Haarlem, 750; n°. 3. Brekelenkamp,
naaisters, 400; n<>. 6. G. Dou, kinderen aan een venster,
1130; no. 10. J. Hakkert, landschap, 470; n». 15 J.
Steen, zoo de oude zongen, enz. f 1410; n". 17. A. de
Yois, de terugkeer van de jacht, 1150; n°. 18. A. M.
Zorg, Preciosa, 510.
Van de modernen golden o. a. n°. 20. A. Achenbach,
waterval in Noorwegen, 575; no 21. v. d. Sande Bak
huizen, koeien en schapen, 1125; no. 27. J. Bosboom,
de kerk te Hoogstraten, 1000; no. 31. H. J. Burgers, de
Weduwe van den visscher, 820; n°. 34. J. L. Cornet, de
verliefden,/"255; n».44.K. Girardet, waschvrouwen aan de
Seine, 275; no. 4S.Gudin, Scheveningen/"290; dez.kust
van Frankrijk,/400; no. 63. Isaby, strand, 1600; no. 64.
Jacquand, de Trappisten, f 1990 n°. 67. H. Ten Kate,
Matinée musieale onder Bodewijk XV. 2810; no. 71.
N. De Keijser, het lijk van Christus, 600; n°. 72.
B. C. Koekkoek, landschap met ruïne in Luxemburg
ƒ4650: n°. 73. J. Ph. Koelman, Romeinsche vrouw, ƒ460 j
n°. 75. J. D. Koelman, inscheping van marmer te Ca-
rara, 465; no. 81. A. Lapito, Italiaansch landschap,
1600; n°. 82. Lanfants de Metz, de rekenles, ƒ490;
n°. 86. H. Leys, de kantwerkster, 5100; no. 88. L.
Meyer, de haven van Ylissingen. 1280; no. 93. W. J. J.
Nuyen, de verhuizing bij winter, f 2975; no.94. Oortmans
en Verboeckhoven,boschmetvee, f 940; no. 100. J. Ouvrié,
gezicht op Dinant, ƒ835; n°. 104. N. Pieneman, jonge
soldaat uit de XVII eeuw, ƒ500; n°. 111. Ph.Sadee, het
uitgaan der kerk, 1220; n°. 117. Schelfhout, zomer,
ƒ700: no. 118. Dez. winter, 2880; no. 110. De ruïne van
Brederode, ƒ840; n°. 122. J. S. Schotel, woelige zee,
510; no. 127. J. Stroebei, verkoopirig, 555; n°. 130-
J. B. Tom, weiden met vee, 490; n°. 133, E. Verboeck-
hoven, honden, ƒ725;no. 134. Dezelfde, kippen, ƒ710;
n°. 136. W. Verschuur, paarden 540; n°. 139. S.L.Ver
veer, uit den Jodenhoek te Arasterdam, 875.
[Het vaderland.)
In Konstantinopel verschijnt een nieuw tijdschrift
in het nieuw Griekscb, getiteld Euridiki. De redactie is
toevertrouwd aan eene dame, Emilia Leonias, en stelt
zich ten doel de geestesontwikkeling der vrouw. Daar
toe geeft zij levensbeschrijvingen van vrouwen, die op
het gebied van wetenschap, kunst of letteren hebben
uitgemunt. Het eerste nomraer bevat eene biographie
van prinses Doria d'Istria, door hare letterkundige wer
ken bekend.
Ongeveer honderd jaren geleden verkocht vorst Die-
trichstein zijne Silezische bezittingen aan Fredrik de
Groote voor de som van 333,333^ ducaten; de een-derde
ducaat werd afzonderlijk geslagen. Niet lang geleden
stierf te Weenen de laatste afstammeling dier vorstelijke
familie; onder zijne nalatenschap vond men genoemde
som onaangeroerd. Ongeveer twee millioen gulden wa
ren dus honderd jaren lang renteloos blijven liggen.
Het bisschoppelijk paleis te Mans is met al wat het
bevatte, meubelen, bibliotheek enz. een prooi der vlam
men geworden, naar men zegt, door onvoorzichtigheid
van in het gebouw ingekwartierde Duitschers.
In de gevels der gebouwen te Leipzig, waar drie
in de muzikale wereld beroemde personen gewoond heb
ben, namelijk Mendelssohn-Bartholdy en Robert en Clara
Schuman, zijn marmeren steenen aangebracht ;vqoreerst-
genoemden met het opschrift„In dit huis stierf Felix
Mendelssohn-Bartholdy den 4™ November 1847." Desteen
in het sDdere huis draagt het opschrift: „Hier woonden
Robert en Clara Schuman van 1840 tot 1844."
In de drukkerij van de Ostdeutsche Zeit. te Posen
heeft een gasontploffing plaats gehad, waarbij veel kopij
is verbrand en twee jongens gebrand zijn.
Verkoopingeii en aanbestedingen.
Heden heeft door burgemeester en wethouders op het
raadhuis albier de aanbesteding plaats gehad van:
lo. Het leggen van een riool in de Korte Sint-Pieter-
atraat.
Hiervoor waren drie biljetten ingeleverd, zijnde van
de hier wonende heeren: J. Sonius voor ƒ479, P. Krijger
voor 344 en W. van Uije J. Jz. voor 299.
2°. De uitvoering van eenige timmer- en metselwerken
aan de onderwijzingswoning bij de school achter de
Bree.
De drie hiervoor ingekomen biljetten waren van de
insgelijks hier woonachtige heeren: A. Geldhof voor ƒ449,
P. Krijger voor ƒ355 en J. M. Mulder voor ƒ350.
3 °.Het leveren van 600,kub. meter plaatzand.
Het eenige hiervoor ingekomen inschrijvingsbiljet was
van den heer R. van Veen alhier, voor 69^ cent per kub,
meter.
De uitvoering der twee eerstgenoemde werken is
voorloopig toegewezen aan de laagste inschrijvers, en de
sub 3 genoemde levering aan den eenigeh inschrijver.
Thermometerstaiid.
2Maart'sav. 11 u. 38 gr.
3 'smorg.7u.36gr.'smidd.lu.51gr.sav. 6 u. 52 gr.
Stilten-generaal.
De Indische begrooting voor 1871 is, wat de middelen
betreft, onveranderd gebleveD. Slechts enkele wjjzigin-
gen zijn in de uitgaven door den tegenwoordigen minis
ter gebracht. Die voor de hervorming van het Preanger-
stelsel zijn opnieuw voorgedragen, omdat de minister
overtuigd is van het noodzakelijke daarvan, evenals zijn
voorganger. Het votum der eerste kamer was, volgens
de uitdrukkelijke verklaring van vele leden, niets dan
de uitdrukking van den wensch naar uitstel van beslis
sing omtrent een gewichtig punt, gemotiveerd door de
omstandigheid dat de toenmalige minister zijn ontslag
had gevraagd. Door de afstemming van de begrooting
in December, werd de maatregel betreffende de Preanger
geschorst. Intusschen is den gouverneur-generaal last
gegeven om de voorbereidende werkzaamheden niet te
staken, teneinde zoo spoedig mogelijk na verkregen sanctie
der wetgeving, tot de uitvoering te kunnen overgaan.
Een nieuwe teleurstelling in dit opzicht zou een zeer
nadeeligen invloed in Indië teweeg brengen.
Voor de verbetering van het belastingwezen in Indië
zijn reeds belangrijke ontwerpen geformuleerd. De pri
mitief voorgedragen post voor reorganisatie der depar
tementen, met het oog op een departement voor de
buitenbezittingen, is ingetrokken.
Algemeen overzicht.
Naar aanleiding van bet gerucht, dat tijdens de vredes
onderhandeling de heer Thiers het voorstel zou gedaan
hebben, om Luxemburg te koopen en aan Duitschland
over te dragen, mits de heer von Bismarck zijne aan
spraken op Metz liet xaren, heeft de heer Wurth, afge
vaardigde in de Luxemburgsche kamer, de regeering
geïnterpelleerd over de waarheid van dit gerucht. De
interpellant voegde .er de vragen bij, tot welk resultaat
de onderhandelingen geleid hebben met den Pruisischen
gevolmachtigde, die, na de wisseling der laatste beruchte
nota's tusschen den heer von Bismarck en het gouver
nement van het groothertogdom, naar Luxemburg gezon
den is, welke redenen bestaan hebben, om den Fran-
schen consul het verder verblijf in het groothertogdom
te ontzeggen, en of het waar is, dat het gouvernement
langs gerechtelijken weg de ontbinding van het contract
wenscht, waarbij de Fransche maatschappij du Chemin
de fer de l'Eat de exploitatie der Luxemburgsche sporen
heeft overgenomen. De heer Wurth verzocht aan de
regeering de overlegging van alle daarop betrekking
hebbende stukken, aan welk verzoek de heer Servais
beloofde te zullen voldoen, terwijI hij zich bereid ver
klaarde op een nader te bepalen dag de verschillende
vragen te beantwoorden.
Met belangstelling zag men van allerwege de behande
ling dezer quaestie in de Luxemburgsche kamer tege
moet, omdat men zich vleide, eenige opbelderingente
zullen ontvangen van de intriges, die, zoo al het meest
van Fransche zijde, toch door beide oorlogvoerende
mogendheden in het werk gesteld zijn, om op de publieke
opinie in Luxemburg ten gunste van elk der ri valiseerende
staten invloed uit te oefenen. Het is de bekende neiging
zoowel van Duitschland als van Frankrijk, tot annexatie
van het sterke Luxemburg, die het in dezen oorlog den
armen bewoners van het groothertogdom lastig gemaakt
heeft, en slechts aan den loop, dien de oorlog nam, is het
toe te schi Q ven dat de Fransche voor den Duitschen invloed
wijken moest. Wanneer de oorlogskans in tegenoverge-
stelden zin beslist had, zonder overdrijving zou men
kunnen beweren, dat dan de Fransche regeering dezelf
de grieven als thans de Pruisische zou hebben doen
hooren, ton minste wat de handelwijze des consuls en de
te sterk geprononceerde sympathie des volks betreft.
Misschien zou in dat geval Frankrijk, zonder inachtne
ming van eenige vormen of het aangeven van eenig
motief, zich van dat lang gewenschte stukje grond heb
ben meester gemaakt, terwijl Pruisen ongetwijfeld het
zelfde doel beoogt, doch langs alle mogelijke diploma
tische wegen den toestand voorbereidt, waarin óf
Luxemburg annexatie vragen moet, óf Pruisen dit als
een recht kan doen voorkomen. Met belangstelling had
men dus de mededeelingen der groothertogelijke regee
ring verwacht, om daaruit tot de keDnis te kunnen
komen, wat in dien zin reeds door Pruisen gedaan ia,
doch in de zitting van Woensdag avond heeft de Luxem
burgsche kamer, na in comitó-generaal de ophelderin
gen der regeering ontvangen te hebben, beslist, dat de
openbare behandeling niet raadzaam en niet in overeen
stemming met de tijdsomstandigheden geacht moest
worden. Te meer is het te betreuren, dat die discussie
thans niet zal plaats hebben, omdat nu reeds een paar
Duitsche bladen er van spreken, dat de annexatie van
Luxemburg nu ook wel kort op handen zijn zal, en
het niet van belang ontbloot zou zijn, oin te zieu op
welke wijze Duitschland, nadat de oorlog dit groote rijk
tot den machtigsten staat van Europa gemaakt heeft, de
eerste uitbreiding van gebied door den zoogenaamden
vrijen wil der bevolking voorbereid heeft, een dreigend
gevaar, waaraan ook andere landen blootstaan.
Het schijnt, dat onze gisteren uitgesproken meeDiog
waarheid behelsde, en de heer Thiers voornamelijk uit
vrees voor onlusten en hevige botsingentusschen de
Duitsche troepen en de Parijsche bevolking op de spoe
dige beslissing der constituante aangedrongen heeft.
Dinsdag avond zond de heer Picard eene depêche naar
Bordeaux, waarin hij er op aandrong, om, zoo mogelijk,
nog dien avond de vredespreliminairen door de verga
dering te doen bekrachtigeD, omdat daardoor de Duit
schers vau hun plan, om Parijs binnen te trekken,
zouden moeten afzien, en hij zich, trots alle preven
tieve maatregelen, daarvan het ergste voorstelde. Te
Bordeaux stond tijdens de beraadslaging der constituante
een trein gereed, om terstond de vredespreliminairenj
voorzien van de handteekeniugen van het uitvoerend
bewind eu van de leden, uitmakende het bureau der
nationale vergadering, naar het Duitsche hoofdkwartier
te brengen. De tijding is wel is waar te laat gekomen,
om den intocht te verhinderen, de spoedige beslissing
der constituante heeft echter ten gevolge gehad, dat
volgens art. 5 der voorwaarden, terstond tot de ont
ruiming van Parijs door de Duitsche troepea over
gegaan is.
Dit feit mag als een weldaad voor Parijs beschouwd
worden, want al had tot dusver de aanwezigheid der
Duitsche troepea geen aanleiding tot belangrijke rust
verstoring gegeven, waarschijnlijk was dit toch niet uit
gebleven. Reeds gisteren vreesde men treurige botsingen
tengevolge der handelwijze van eenige Pruisische offi
cieren, die in strijd met de overeenkomst zich buiten de
voor de Duitschers aangewezen kwartieren begeven had
den. Het volk jouwde en floot hen uit, eu met groote
moeite is het aan de plaatselijke autoriteiten gelukt hen
tegen de woede van het volk te beschermen en weder
binnen de demarcatielijn in veiligheid te brengen.
Eenige anderen trachtten, door een beroep te doen op den
thans tot stand gekomen vrede, als vrienden binnen de
andere gedeelten der stad te komen, doch ontvingen ten
antwoord: „wel is waar zijn wij overwonnen, maar door
de voorwaarden, ons door den heer von Bismarck opge
legd, zullen wij nooit weder vrienden kunnen worden.'»
Algemeen vreesde men, dat bij een langer oponthoud der
Duitschers in Parijs, het volk niet vau rustverstoringen
en vijandelijke demonstraties teruggehouden zou kun
nen worden, en met onverdeelde vreugde werd dus de
tijding ontvangen dat reeds heden de stad door de
vijandelijke troepen, zou ontruimd worden.
Volgens art. 7 der vredespreliminairen zal de opening
der definitieve vredesonderhandelingen te Brussel plaats
hebben, waarmede het treurige drama, dat sedert bijna
acht maanden Europa in spanning hield, gelukkig af
gespeeld zal zijn.
Laatste berichten.
Parijs.
Er heerseht volkomen rust. Heden (Donderdag) avond
vertrekken de Duitschers weder naar Versailles.
De heer Favre heeft officieel aan den heer von
Bismarck mededeeling gedaan van de goedkeuring der
vredesvoorwaarden door de assemblée nationale, waarop
de bondskanselier zich tot de uitwisseling der ratiiica-
tiën bereid verklaard heeft, daar de keizer de praelimi-
nairen reeds onderteekend had.