OÜRANT. N°- 50. Maandag 1871. 27 Februari, Middelburg 25 Februari. De gemeenteraad van Viissingen heeft in zijne heden namiddag gehouden zitting onder anderen besloten tot het indienen van een adres aan den minister van binne.a», lahdscho^aken houdende verzoek om eene spoorwegver binding tusschen de dokhaven en de binnensluis aldaar. Tot lid der plaatselijke schoolcommissie is benoemd de heer H. D. Slegt. De bij art. 17 der wet van 19 Juli 1870 gestelde ter mijn, binnen welken de ingelanden der tegenwoordige calamtteuze posters in Zeeland den wensch konden uit spreken, dat h'Snne polders bij voortduring als calamiteus zouden beschouwd worden, is thans verstreken. Yan de 27 calamiteuze polders hebben er 6 niet van dien wensch doen blijken. Het zijn de polders Schouwen c. a., Muijen, Deurloo, Wilhelmina, Zuidkraaijert en Nieuw Noord- Beveland, die alzoo voortaan tot de vrije polders zullen behooren. Volgens de in der tijd bij het verslag der staatscommissie gevoegde berekeningen wordt door deze vrijverklaringen het rijk van een jaarlijksche tegemoetkoming van pl. m. f 460C0, de provincie Zeeland van pl. m. 23000 ont heven. Daar het geheele bedrag der provinciale tegemoet koming bij toepassing der wet van 19 Juli 11., op 91000 'sjaars was geraamd, daalt het thans tot 68000. Volgens het verslag der staatscommissie zouden de tot 1865 ge heven provinciale opcenten voor de calamiteuze polders naar de raming der provinciale begrooting van ontvang sten voor 1869, in dit jaar 76,261.95 hebben bedragen. In de volgende jaren zou dit cijfer zeker niet geringer zijn geweest. Men mag dus veilig aannemen dat de gel delijke opoffering der provincie Zeeland onder de nieuwe wet, na de gedane vrijverklaringen, aanmerkelijk minder zal wezen, dan tijdens de na 1865 wegens gebreken in den vorm gestaakte heffing eener bijzondere provinciale belasting van de calamiteuze polders. Nog grooter is de winst van 'srijks schatkist. De mid delterm van haar subsidie in 18601867 was naar de berekeningen der staatscommissie,/329,000'sjaars. Hij zal nu 136,000 zijn, d. i. f 139,000 minder dan het daarvoor op de staatsbegrootingen van 18681871 geopende krediet. Opmerkelijk is het dat een der genoemde polders, Schouwen, na Walcheren de uitgestrektste polder van Zeeland, sedert het jaar 1515 den steun van 's lands kas noodig heeft gehad. Bet vaderland Eergisteren heeft de raad van legatie, de heer Westenberg, zich weder naar Frankrijk begeven, ten einde als zaakgelastigde bij de Fransche regeering op te treden, tot de terugkomst van den heer m<\ J. P. P. baron van Zuylen van Nyevelt, die voornemens is nog eenigen tijd in Nederland te verblijven. Men verzekert dat de zaakgelastigde overbrenger is van de erken ning door Nederland van de nieuw opgetreden regeering in Frankrijk. Door den graaf de Perponcher, Noord-Duitsch gezant bij het Nederlandsche hof, is aan onze regeering mededeeling gedaan van de instelling van het Duitsche keizerrijk. Eerst later zal de vernieuwing van de. ge loofsbrieven der diplomatieke agenten plaats hebben. Als een bewijs hoe geringe prijs er door ons krijgsbe- stuur op gesteld wordt, dat onze officieren hunne prak tische kennis vermeerderen, deelt men ons mede, dat een hoofdofficier, die den wensch te kenuen heeft gege ven, om voor eigen rekening Parijs en andere Fransche vestingen te gaan zien, het daartoe vereischte buiten- landsche verlof niet kan bekomen. Ook de groote com missie, die naar Parijs zou vertrekken, schijnt nog aan geen vertrek te denken en zal dus waarschijnlijk, even als de commissie die in der tijd naar Denemarken is ge zonden, ter plaatse harer bestemming aankomen, als er niets meer te zien is. Het oude régime: niets doen onder der schijn van iets te doen, schijnt dus nog steeds bij het krijgsbestuur in volle kracht. Maar wij hopen toch, dat men den minister, over het ongehoorde feit, dat aan een officier, die, a ses risqiies et périhnaar Frankrijk wil gaan om zijne ken nis-.te vermeerderen, het verlof daartoe niet verleend wordt, in de kamer zal interpelleeren. Amhcour.) Benoemingen en besluiten. belastingen. Opgeheven het ontvangkantoor der di recte belastingen en accijnsen gevestigd te Hurwenen (Gelderland), bevattende de gemeenten Hurwenen en Rossum, en genoemde gemeenten gevoegd bij het ont- vangkantoor^derzelfde middelen te Zalt-Bommel, onder voortdurend beheer* vaji den tegenwoordigen titularis, J. G. Coenen. Onderwiïs. De Arasterdamsche hoogleeraar Kühne heeft de be noeming tot hoogleeraar in de jfhysiologie te Heidelberg aangenomen en zal die betrekking reeds met Juli a. aanvaarden. Marine en;Ieger. De tegen Mei a. bevolen garnizoens-veranderingen zullen, wegens de heerschende pokken-epidemie, niet plaats hebben. Gemengde béricliten. Het cirque Corty heeft reeds dadelijk bij de eerste voorstellingen die het hier gegeven heeft, in een. talrijk bezoek bewijzen van belangstelling van de zijde van het publiek kunnen zien. In vele opzichten is die belangstel ling zeerwel verdiend: de directie spant blijkbaar hare krachten in om de goedkeuring der toeschouwers te ver werven, de orde die er heerscht laat niets te wenschen over, en wat dit ciique van vele andere gunstig onder scheidt, is de bedaardheid waarmede de paarden worden behandeld, hetgeen vooral in het oog springt ten opzichte der in vrijheid gedresseerde paarden, die dan ook van hunne zijde zonder verzet gehoorzamen. Daarbij ziet men hier onderscheidene afdeelingen der hoogere rij school doorloopen, met eene nauwkeurigheid en eenvou digheid, die zoowel van bedrevenheid als van goeden smaak getuigen. In het huis van arrest te Zierikzee is op 23 dezer gevangen binnengebracht een teSintAnnaland wonende boerenknecht, oud 24 jaren, verdacht van moord, gepleegd op de 24jarige dienstmeid van een landbouwer te Tholen bij wien bij voor eenige maanden te gelijk met gezegde dienstmeid in dienst was geweest. Betreffende deoorzaak van en de wijze waarop de moord is gepleegd verneemt men het volgende: Het meisje bevond zich iu zwangeren toestand en wel, volgens het gerucht, door den verboden omgang die bedoelde persoou met haar zou gehad hebben. Thans in lietdesbetrekking staande tot een ander meer gefor tuneerd meisje, vreesde hij, dat het gerucht zyner han delwijze eene hinderpaal voor zijn tegenwoordige liefdesverbintenis zou worden. Reeds bij herhaling door genoemden landbouwer uitgenoodigd zijnde, om eenige dagen bij hem te komen doorbrengen voldeed hij daaraan en maakte van die gelegenheid gebruik, om zijn moord plan te volvoeren. In den vroegen morgen van 18 dezer, toen de landbouwer en zijne vrouw nog te bed lagen, vervoegde hij zich in een keet bij het meisje en trachtte haar te verworgen. Dit mocht hem echter niet gelukken. Hij moest zich door hare angstkreten verwijderen, maar deed dit slechts om op. een betere gelegenheid te wach ten, die weinige oogenblikken later kwam, toen zij een emmer water uit den zoogenaamden paardenput moest halen. Hij sloop baar toen, zonder dat zij hem bemerkte, achterna en stootte haar in den put, die echter zeer ondiep was, zoodat hij zijn gruwzaam doel nog niet zou bereikt hebben. Hij greep haar toen bij het hoofd en hield haar zoo laDg onder water, totdat zij gcen'teeken van leven meer gaf. Een half onnooze'en arbeider, die op het angstgeschrei was komen toesnellen, gaf hij 10 om daarmede zijn stilzwijgen te koopen. Later werd het lijk uit den put gehaald, waarbij hij nog de behulpzame hand verleende. Zoodra de bevoegde autoriteit hiervan kennis kreeg en een onderzoek werd ingesteld, was de dader spoedig in handen der justitie. Naar men verneemt heeft hij reeds zijne misdaad bekend. De Dordrechtsche vereeniging tot bevordering der volksgezondheid heeft een adres aan den minister van binnenlandsche zaken en een afschrift daarvan aan de leden van de tweede kamer der staten-generaal gezonden bevattende het verzoek dat de koepok-inenting bij eene wet verplichtend worde gesteld. De groothertog van Luxemburg heeft tot ridder der orde van de Eikenkroon benoemd mr. W. J. M. Bosch, lid der provinciale staten en van den gemeenteraad te Utrecht. Eergisteren zijn te Utrecht 18 pokzieken aan gegeven. De burgers van de gemeente Rijp, zoo deelt de Purmerender courant mede, hebben een prachtige onder neming tot stand gebracht, een nieuwe proeve van de waarheid: dat uit het kwade veel wat goed is voort kan komen. De bedelarij was in en om de Rijp schrikbarend groot en nam ondanks de wet en hare handhavers meer toe dan af. Dit heeft eene vereeniging tot stand gebracht van vermogende en belangstellende menschenvrienden, wier pogingen zoo wel gelukt zijn, dat sedert een maand (zoo'jong is de onderneming) geen bedelaar op straat gezien wordt. In een kosteloos verstrekt gebouw, dat niet fraai, maar zeer doelmatig ingericht is, ziet men dagelijks 80—120 menschen van allerlei leeftijd bijeen, zoowel kinderen als zeer bejaardenja gebrekkigen vinden daar arbeid en voedsel, de eerste niet zwaar, het laatste zeer voedzaam en overvloedig. Men ziet daar nu reeds een klein magazijn van koffers, reistasschen, etuiën, doozen, voetebankjes, tapijtwerk, schooltasschen, pan. toffels, kousen, sokken, een ontzaglijke massa papieren en linnen zakken en nog vele andere zaken. Men koopt er onwillekeurig iets, want 'tis goed, goedkoop en doel matig cn daarenboven strekt de opbrengst de kas tot voordeel. Boven de krachtige spijs, driemaal daags, be komt daar elk die werkt een klein loon, tot 20 cent daags. Als men 'tziet kan men nauwelijks gelooven dat dit alles 'twerk is van éene maand, de arbeid van menschen die anders bedelden, de meesten dus krachteloos, onwetend en 'twerken niet gewoon. Dit verwonderlijk resultaat is 'tgevolg van den ijver en de kennis van den wakkeren directeur, die met vrouw en dochter hetzelfde onaan zienlijk gebouw bewoont en den ganschen dag bezig is het volkje te onderrichten, te besturen, te vermanen, te voeden en daarenboven het beheer te voeren over al wat daar geschiedt. Een commissie van oprichters houdt over dit alles een belangstellend en wakend oog. Zindelijk heid, orde, tevredenheid vallen u bij het binnentreden in 'toog, t— als de zegeningen van den arbeid. Het fonds tot ondersteuning van behoeftige Fran- schen door de Londensche gemeente-autoriteiten in Mansion House bijeengebracht, bedraagt over de 100,000 pond sterling of f 1,200,000. Er is daaruit reeds voor 60000 pond sterling aan levensmiddelen en voor 10,000 pond sterling aan brandstof naar Parijs verzon den. Onder de geheime papieren op de Tuileriën is een curieuse brief gevonden, dien de heer Louvet den 17*0 December 1855 aan den den keizer heeft geschreven. Destijds was Louvet inaire van Sauinur en afgevaardigde bij het wetgevend lichaam. Hij is dezelfde, die in 1870 eene portefeuille kabinetOllivier kreeg. „Saumur, 17 December 1855. „Sire „De kerk van Puy-Notre-Dame, nabij Saumur, bezit een der kostbaarste reliquiën der christenheid. Het is de gordel van de Heilige maagd, een geschenk van Willem de VI, hertog van Aquiitanio, die deze reliquie heeft medegebracht van de kiuistochten. De traditie zegt, dat de gordel door Maria zelf geweven is. De archieven

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 1