niets merkte van de stilte die door het gebrek aan rij tuigen werd veroorzaakt. Wel waren de vrouwen in grooten getale op weg, docli men zag weinig schitterende toiletten allen waren eenvoudig gekleed. Men kon dui delijk opmerken, dat nog geen nieuwe mode was uitge komen en dat de beste toiletartikelen hun weg naar den Mont de piété hadden gevonden, om daar, evenals de Fransche krijgsgevangenen in Duitschland, op uitwisse ling te wachten. „Door de gesprekken met oude bekenden werd het mij eerst duidelijk wat de burgers van Parijs hadden geleden en verdragen, wat ontzaglijke offers in goederen, welvaart en gezondheid zij aan de redding van de natio nale eer hadden gebracht. De verbittering tegen de Duitschers is zeer groot. Dat is voornamelijk de schuld van de dagbladen, die de hartstochten der menigte krachtig hebben opgewekt. Zoo komt het ook, dat men zijne oude goede vrienden in Parijs gerust kan opzoeken, maar toch met groote voorzichtigheid wordt ontvangen; ieder vreest, dat zijn buren zullen merken, dat hij met een Prussienverkeert, en dit zou voldoende zijn om hem zijn goeden naam, de achting zijner medeburgers, ja zelfs zijn maatschappelijke positie te doen verliezen. Von Bismarck is voor allen de verpersoonlijking van het kwaad, de daemon van Frankrijk. „Als het gesprek op den intocht der Duitschers in Parijs kwam, dan klom de verbittering ten top. Een dergelijke handeling werd als het summa injuriaals de hevigste smaad beschouwd, die Parijs kon worden aan gedaan. Zulk eene vernedering, beweerde men zelfs, zou het uitbreken van een nieuwen strijd bespoedigen en het verlangen naar vergelding en wraak krachtig be vorderen. Toch wenschen allen vrede en is deze voor ieder eene behoefte geworden. „Met het denkbeeld van den afstand van Straatsburg heeft men zich over het algemeen vrij wel verzoend, maar het jonkvrouwelijke Metz ook te moeten afstaan is zelfs voor de meest gematigden een te harde vernedering. Er ontwikkelt zich in de harten der Parijzenaars een zoo hevige haat tegen de Duitschers, dat in de eerste twaalf maanden wel geen Duitschcr rustig in Parijs zal kunnen wonen. Ieder is voor de strengste uitsluiting gestemd; men wil van geen Duitsche werklieden, koop lieden, bankiers, kunstenaars of dagbladschrijvers meer weten; zij worden alle als medeplichtig beschouwd aan de rampen van den oorlog en iedere verbintenis met Duitschland wil men geheel verbreken. Zulke gevoelens kunnen wel geen stand houden, maar toeh zal het lang duren eer de pijnlijke wond die aan den nationalen trots is toegebracht eenigszins zal zijn geheelden tot meer ge matigdheid zal leiden. „Na den intocht der Duitschers wekt niets zoo sterk de verontwaardiging der Parijzenaars op als de verdee ling der levensmiddelen op het stadhuis, zooals die door Jules Ferry en zijne ambtenaren plaats had. Nimmer hoorde ik de handelingen van Hausmann zoo eenstem mig veroordeelen als thans die van Ferry. Deze laatste heeft eene brochure geschreven onder den titel: Les oomptes fantastiques de m. Hausmann; doch nu spreekt ieder van de mêcomptes fantastiques de m. Jules Ferry. Ik zelf was getuige van de onachtzaamheid en de zorge loosheid waarmede men bij de verdeeling der uit Londen gezondene levensmiddelen tewerk ging. Koffie huizen en restaurants ziju weder geopend en levens middelen zijn voldoende te krijgen, doch de prijzen zijn nog hoog, hoowel zij iederen dag den ouden stand meer en meer naderen. „Algemeen is men van oordeel, dat het tijdstip voor de familie Orleans gunstig is. Men vergeeft Trochu echter niet, dat hij vroeger zoo Orleanistisch was en dat hij zoo met de geestelijkheid heult. Daarop worden allerlei aardigheden gemaakt. En men vertelt dat hij alle kerken bezoekt, uitgenomen een: Notre Dame des Yictóires." Het loon voor den strijd. Jacob Venedey, een bekend Duitsch schrijver, die in 1832 om zijn staatkundige gevoelens zich genoodzaakt zag om Pruisen te verlaten, het volgende jaar in Man- heim gevangen werd gezet, doch daarop naar Frank rijk ontvluchtte, waar hij met korte tusschenpoozen tot 1848 woonde, en toen weer naar Duitschland terug keerde, schrijft in de Volks-Zeitung bet volgende. „Reeds van het begin heeft de tegenwoordige oorlog het karakter van een vo 1 kss trij d gehad. Yandeeerste ontmoeting met den vijand tot het laatste schot dat ge wisseld is, zijn de Duitsche legers uitmuntend aange voerd. Dit is eene waarheid die de wereldgeschiedenis gaarne zal erkennen, die zelfs door den nijd en de vijandschap niet kan worden geloochend. Doch de wereldgeschiedenis, de nijd, de haat en de vrees zullen ook moeten toestemmen, dat nog nooit een leger zóo gestreden heeft als het Duitsche in den veldtocht van 1870 en 1871, dat nooit een veldheer zulk oorlogsmate riaal ten dienste heeft gestaan. „Van den hoogsten officier tot den soldaat streden allen met persoonlijke vastberadenheid en moed. De massa van het leger was inderdaad steeds bewonderens waardig. Een Engelsch officier die den slag bij Wörth uit eigen belangstelling heeft bijgewoond en geen ver slagen aan bladen, of telegrammen aan regeeringen behoefde te zenden, schreef van het slagveld: „De Fransehen zijn verloren. Het Duitsche leger heeft geen bataljons, het zijn muren, die met onwederstaanbare kracht vooruitdringen. Men kan tenauwernood bemer ken, dat de kanonnen, mitrailleuses en geweren hun schaden. Iedere leemte wordt oogenblikkelijk aangevuld. Slechts achter de rijen kan men waarnemen dat zij ver liezen lijden. Ieder man, van den eersten tot den laatsten, is een held. Frankrijk is verloren, en hoe langer de oorlog duurt zooveel te erger!" „Zoodanige indruk heeft de eerste slag gemaakt en evenzeer de laatste, want wij hopen, dat de gevechten bij Belfort en Montbeliard de laatsten in dezen strijd zullen zijn geweest. In deze gevechten is echter het ware karakter van den oorlog nog helderder in het licht getreden. Het korps van generaal von Werder was oor spronkelijk geen afzonderlijk korps, maar was achtereen volgens gevormd door legerafdeelingen die uit alle landstreken van Duitschland, Baden, Wurtemberg, Westfalen, Holstein, enz., waren bijeengebracht. Dit leger? nu, waarin de massa van het volk het sterkst ver tegenwoordigd was, heeft een bewonderenswaardig schouwspel van moed en volharding opgeleverd. Vier dagen achtereen hebben die krijgslieden niet alleen als helden gestreden, maar zij hebben ook meer honger en dorst, koude en vermoeienis geleden en doorstaan dan eenig ander leger. „Het is verschrikkelijk wat men van het lijden dier troepen door ooggetuigen hoort vertellen en men erkent, dat het slechts het Duitsche volk, de Duitsche volks kracht en volksgeest is, die zooveel kan lijden en ver dragen en iederen dag weder den vijand met nieuwen moed het hoofd kan bieden. Met huivering hoort men 'een gewonde vertellen hoe zij onder elkander afspraken: „Hier komt niemand door!'' Er is ook niemand doorge komen. „Het Duitsche volk heeft gestreden; de zelfbewust heid van hetvolk en de heldenmoed hebben zich gedu rende den ganschen oorlog niet verloochend; van het eerste tot het laatste oogenblik heeft men volhard: „Hier komt niemand door!" De generaals hebben eene belooning verdiend; deze zal hen niet worden onthouden; aan de legers is men dank verschuldigd. Aan de gene raals eene belooning; aan het leger dank; anders niet? „Der Mohr hat seine Schuldigkeit gelhander Mohr kann gehen „Ditmaal zal hij echter niet met eene dankbetuiging kunnen worden afgewezen, want de Moor is... het gewapende Dui tsche volk. Niet alleen de aanvoer ders hebben behalve dank, ook eene belooning verdiend, maar ook het volk, dat bewonderenswaardige, onover winnelijke leger. Zijn dank moet zijnde vrijheid. Deze zal het verkrijgen. Het zelfbewustzijn van het Duitsche volk zal door dien oorlog zóo krachtig zijn verlevendigd, dat men spoedig, zeer spoedig, ook in de regeeringskringen zal inzien, dat men ditmaal het volk met geen bloote dankbetuiging kan afschepen, maar dat ook het Duitsche volk zijn loon voor den strijd verwacht, en dat het verstaudig zal zijn dat loon vrij willig te geven, daar anders het volk met de kracht, waarvan het zich op de slachtvelden van Wörth tot Montbeliard bewust is geworden, zal nemen wat men het niet vrijwillig geeft." tjanïiclsbcrtcljtctt. Graanmarkten enz. Oostburg, 22 Februari. De markt was heden van de hoofdartikelen, gerst, paardenboonen en.tarwe, goed voorzien, en bijna al het aangebrachte werd verkocht, hoewel niet vlug, uithoofde van de hooge vraagprijzen. Vooral in tarwe ging het traag, daar men meest op f 12 hield en slechts zeer enkele partijtjes tot dien prijs wer den genomen. De besteede prijzen waren meest voor tarwe/" 11.80,/" 11.50 a/ 11, naar deugd. Rogge /"8 a ƒ7.75- Wintergerst 7.25, f 7 a f 6.75 zomer dito ƒ6.75, [6.50 a 6.25. Haver 4.50, f 4.25 4 a 3.50. Paardenboonen 8.75, ƒ8.50, 8.25. Erwten 11, 10.50, 10. Thans is gebleken dat door de vorst de tarwe, gerst en koolzaad totaal verloren zijn, en men is overal met herzaaien van tarwe, die men met de Essex-tarwe ver vangt, bezig, De gerst zal hier en daar, evenals het koolzaad, wor den geremplaceerd door Maar tsche gerst. Meest echter zal men de bevroren akkers bezaaien met zomergerst en haver, en deze artikelen waren daarom ook in puike soort zeer gezocht en hooger betaald. Ter varkensmarkt waren slechts 50 stuks. Zij waren gemakkelijk tot vorige prijzen te verkoopen. St. Nicolaas, 23 Februari. Tarwe fr. 28.50rogge fr. 18.70; boekweit fr. 22.50; haver fr. 10.80; gerst fr. 16.20; boonen fr. 24.00 lijnzaad fr. 26.00. Middelburg, 23 Februari. Puike Walchersche tarwe 11.70 a 11.80 betaald; afwijkende soort 11 a ƒ11.10; Zeeuwsehe tarwe 11.25 'verkocht. Nieuwe rogge 8.25- Wintergerst ƒ7 gekochtWalchersche zomergerst gaarne van 6.50 tot 6.75 betaaldZeeuwsehe dito bracht 6 op. Walchersche witteboonen tot 17.25 en op 't eind dér beurs nog met 17.50 betaald; dito bruineboonen 15; dito paardenboonen 9 a 9.25 besteed; dito groene erwten Gp de kook tot 11.50 betaald. Raapolie 51.50; patentolie 53.50; lijnolie 36.50 per vat op zes weken, a contant 1 lager. Harde lijnkoeken ƒ13 per 104 stuks. Zachte dito 15 per 104 stuks. Middelburg, 23 Februari. Raapolie 50}. Patentolie 52}. Lijnolie 37}. Raapkoeken f per 1040 stuks Lijnkoeken: zachte harde per 104- stuks. gemiddelde marktprijzen. Middelprijzen van bakbare tarwe 11.50 en rogge ƒ8.40. Aardappelen 2.80 a ƒ3.00 per hektoliter. Ver- sche boter 1.15 a 1.25 per kilogram. Pry zen van effecten. Amsterdam 23 Februari 1871. Nederland. *Certific. Werkelijke schuld 2} pet. 52$ ♦dito dito dito 3 62 ♦dito dito dito 4 82} ♦Aand. Handelmaatschappij 4} dito exploitatie Ned. staatssp. België. ^Certificaten bij Rothschild 2} 58$ Rusland. *Obligatiën 1798/1816 5 93} ♦Certific. adm. Hamburg 5 63} "•''dito Hope C°. 1855, 6e serie 5 76} ♦Cert. 1000 1864 5 „91} ♦dito 1000 1866 5 r 91 Toten 1866 5 228$ ♦Oblig. Hope Co.Leening 1860 4} 82$ ♦Certific. dito 4 *Inscript.Stieglitz&Co.2ea4eL. 4 64} ♦Obligatiën 1867 4 67 ♦Obl. 1869 4 67 ♦Certificaten 6 43} ♦Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5 213 ♦Oblig. dito 4 ♦dito dito4} Obl.. spoorweg Poti-Tiflis 5 83$ dito dito Jelez Orel 5 dito dito Charkow Azow. 5 83} Polen. *Schatkistobligatiën5 65TV Pruisen. ♦Obligation 4 Oostenrijk. *Oblig. metall. in zilver Jan. Juli 5 54} *dito dito April/Oct. 5 „53} ♦dito in papier Mei/Nov. 5 46|- ♦dito dito Febr./Aug. 5 Italië. Leening 18615 *Certific. bij Lamaison c. s.5 Spanje. ♦Obligatiën2$ thans 3 30$ ♦dito 1867 3 „30} *dito Binnenlandsche3 26 Portugal. ♦Obl. 1856—1862 3 „32} ♦dito 1867 3 32} Turkije. dito (binnenl.) 5 41 Griekenl. dito (blauwe) 5 Egypte. dito 1868 7 74 Amerika. *Obl. Yereenigde Staten (1874) 5 *dito dito dito (1904) 5 ♦dito dito dito (1882) 6 95TV ♦dito dito dito (1885) 6 95} ♦Obl. Illinois 7 *dito dito Redemtion 6 Oblig. Atl.Gr.W.Spw. Ohio sec. (7p) 80} dito dito geconsolideerde .7 dito dito debentures 8 37 Obl. St.Paul &Pac.Spw. l«sec. 7 dito dito dito 2e sec. 7 64} dito dito 1869 dito 7 66 Brazilië. ♦Obl. 1863 4} 81 ♦dito 1865 5 Mexico. dito 18513 13$ Grenada. dito afgestempeld6 24 Ecuador. dito1 8} Venezuela, dito 3 8$ Prijzen van coupons. Amsterdam, 22 Februari. Metall. ƒ19.95 Dito zilver 24.20. Dito Eng. per ƒ11.80; Eng. Russen per Eng. Portugal per ƒ11.80; Fransche Belg. ƒ56}; Pruis, ƒ34}; Hamb. Russen Russen in Z. R. 30$Pools, in Fl. Spaans./—; Amerik. Dollars 2.39: dito papier 2.14; Spaans, in 11.80; Piasters ƒ2.25.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 3