MIDDELBURGSCHE COURANT. N°' 33. Woensdag 1871, 8 Februari, Middelburg 7 Februari. Uit Dordrecht wordt ons heden gemeld dat liet ijs sterk afneemt. De helft der rivier vertoont blank water met sterken stroom; van de andere helft zit het ijs nog vast. Men verwacht evenwel dat het ijs spoedig geheel -zalznn Qjigcruimd. -YngSiamterf^an den polder Nieuw-Noord-Beveland hebben, in eene dezer dagen te Colijnsplaat gehoudene vergadering, besloten dien polder met 1871 vrij te ver klaren. In de Staats-courant wordt ter kennis van belangheb benden gebracht dat de vei zending van briefkaarten naar Duitschland, Oostenrijk-Hongarije en Zwitserland mede geoorloofd is. De briefkaarten naar het buiten land zijn aan hetzelfde port als de brieven onderworpen. De frankeering door middel van postzegels, die op de kaarten zyn vast te hechteD, is verplichtend. Ongefran- keerde of ontoereikend gefrankeerde briefkaarten wor den niet verzonden. De formulier-briefkaarten voor het buitenland zijn tegen betaling van een balven cent per stuk op de postkantoren te bekomen. Benoemingen en besluiten. politie. Benoemd tot commissaris van politie te Amers foort C. A. Bethe, thans commissaris van politie te Zwolle; tot commissaris van politie te Zwolle J. M. van Nieuwlaud, thans commissaris van politie te Amersfoort. Onderwijs. In de jl. Zaterdag gehouden vergadering van den gemeenteraad van Brielle is uitvoerig gediscussieerd over de schorsing van een hulponderwijzer door het dage- lijksch bestuur, met het gevolg dat ten slotte de volgende door mi\ de Kanter voorgestelde motie met 8 tegen 3 stemmen aangenomen werd„De raad, gehoord de gegeven inlichtingen omtrent de schorsing, uitgespro ken over P. K.; het betreurende, dat die schorsing is uitgesproken zonder dat de geschorste in zijn belang door burgemeester en wethouders en den schoolopziener is gehoord, gaat over tot de orde van den dag." Volgens de schoolberichten in de Nieuwe bijdragen voor opvoeding en ouderwijs van Januari dezes jaars, bedraagt het getal vacante scholen: openbare voor ge woon lager 30, gewoon en meer nitgebreid 2, meer uit gebreid onderwijs 1; gesubsidieerde bijzondere voor gewoon en meer uitgebreid 1 en voor meer uitgebreid onderwijs 1. Vacante hulponderwijzersbetrekkingen 37, alsmede 1 van hulponderwijzeres. Rivierberichten. De Staats-courant bevat de volgende berichten Keulen, 4 Februari. Waterstand 5 voet 2J centimeter boven nul. Geen drijfijs. Huihuizen, 3 Februari, voormïddags 6 uren. IJs vast. overtocht te voet. Waterstand 11.74 meter -f- AP., of 5.16 meter onder noodpeil. Gevallen 0.05 meter. Nijmegen, 3 Februari. IJs eu overvaart onveranderd. Temperatuur 36° F. Pannerden, 3 Februari, voormiddags 6 uren. IJs vast, overtocht te voet. Temperatuur 1° C. Waterstand 11.59 meter -f- AP., of 4.30 meter onder noodpeil. Geval len 0.06 meter. Arnhem, 3 Februari. IJs vast.. Westervoort, 3 Februari. Overtocht geregeld voor voetgangers over het ijs, voor rijtuigen met de pont. Deventer, 3 Febrnari. IJs vast, passage over de schip brug. Waterstand 4.60 meter AP., of 3.60 meter onder noodpeil. Gevallen 0.11 meter. Katerveer, 3 Februari, namiddags 2 uren. IJs vast; passage te voet over het ijs en met de pont door een sleuf. Waterstand 1.75 meter -4- AP., of 3.21 meter onder noodpeil. Gevallen 0.07 meter. Kampen, 3 Februari. IJs vast. Waterstand 0.67 meter *4- AP., of 1.89 meter onder noodpeil. Gevallen 0.03 meter. Vianen, 4 Februari. IJs vast, overtocht geregeld. Waterstand 3.21 meter, -f- AP., of 3.49 meter onder noodpeil. Gevallen 0.07 meter. Vreeswijk, 3 Februari. IJs vast; overtocht met hand wagens over het ijs, met rijtuigen door het slop. Water stand 3.27 meter -f- AP., of 3.25 meter onder noodpeil. Gevallen 0 09 meter. Krimpen, 3 Februari. IJs vast maar afnemendover- to(^iA""JTrrth-^ra"<>i^ten gestaakt. Waterstand 0.80 meter onder noodpeil. Gewassen 0.01 meter. Gorinchem, 4 Februari. IJs en overtocht onveranderd. Waterstand 2.97 meter -j- AP., of 2.63 meter onder nood peil. Val 0.05 meter. Werkendara, 4 Febrnari. IJs onveranderd. Water stand 2.40 meter -f- AP., of 2.85 meter onder noodpeil. Val 0.05 meter. Paulownahoeve, 4 Februari. IJs onveranderd. Water stand 1.91 meter -f- AP., of 1.09 meter onder noodpeil. Gevallen 0.03 meter. DorcJ^cht, 4 Februari. Dordsche waterwegen, ijstoe stand en overtocht onveranderd. Gisteren heeft de spoorboot getracht het Mallegat door te slaan, maar is teruggekeerd. Waterstand 0.93 meter -j- AP., of 3.07 meter onder noodpeil. Val 0.01 meter. Kop van 'teiland: ijs onveranderd waterstand 1.59 meter -f AP. Rotterdam, 3 Februari, namiddags 3 uren 45 minuten. IJs vast. Waterstand 0.75 meter -f- AP., of 2.75 meter onder noodpeil. Gevallen 0.13 meter. Brielle, 3 Februari. IJs onveranderd. Waterstand 0.73 meter -f- AP. Val 0.12 meter. In het Haringvliet en het Hoilandsch Diep beneden Zwaluwe open water met drijfijs. Grave, 3 Februari. Blank water tot 150 meter beneden het voet veer te Overlangel. Koloniën. De per mail uit Oost-Indië aangebrachte berichten oopen tot 28 December jl. De Jnvabode bevat het volgende met betrekking tot het bekende sensatie gemaakt hebbende particulier telegram „Naar wij vernemen, hebbeu de militaire autoriteiten door de goede trouw van een Zwitser, te Batavia dezer dagen de draden in handen gekregen van een complot, gesmeed door vreemde militairen van het Indisch leger, met het doel om op verschillende plaatsen in opstand te komen. De „raddraaiers" schijnen te Buitenzorg in garni zoen re liggen; daar zijn althans een veertiental Zwitsers in hechtenis genomen. Het complot had vertakkingen te Weltevreden, Cberibon, en wellicht nog op andere plaat sen. Door middel van onderschepte brieven, in een voor vreemdelingen onverstaanbaar dialect geschreven, is men door de hulp van een dat dialect machtig officier geslaagd, de betrokken personen te ontdekken en onscha delijk te maken. Oudejaarsavond of nieuwjaarsdag zou voor de uitvoering hunner misdadige plannen bepaald zijn." Aan het overzicht van hetBataviaasch Handelsblad ontleenen wij het volgende: „Het gerucht loopt dat de vice-president en leden van den raad van Nederlandsch Indië eenparig hun ontslag gevraagd hebben. Wij hechten er echter niet het minste geloof aan, daar wij niet kunnen inzien, dat eene nala tigheid of onnadenkendheid door eene daad van overmoed kan worden uitgewischt of goedgemaakt. „Heeft de raad van Nederlandsch Indië tot de voor barige afkondiging der Preanger-verordeningcn het voorstel gedaan, dan betaamt het dit staatslichaam op de toegevendheid van het opperbestuur te hopen, en te er kennen dat de wijze waarop het de rechten der volks vertegenwoordiging miskend en de bevoegdheden der Indische regeering voorbijgezien heeft, van grootere on bedachtzaamheid getuigtdandeopzijn voorstel zoo zwaar gestrafte daad der controleurs, die in een request van onberispelijken vorm hunne belangen aan de regeering ter overweging hebben aanbevolen. -„Heeft de raad van Nederlandsch Indië echter de af kondiging ontraden en wij gelooven dit te eerder, nu de minister van koloniën in de eerste kamer heeft mede gedeeld, dat de heer van Rees reeds in 1866 had opge merkt: „De vereischte maatregelen zullen dus geen gevolg kunnen nemen, voordat de wetgevende macht bij eene begrooting de middelen lieeft beschikbaar ge steld" dan beeft dit lichaam zijn plicht gedaan en vinden zijne leden in de afstemming der begrooting de goedkeuring van hun advies en de veroordeeling der lichtvaardigheid, waarmede de gouverneur-generaal hun wijzen raad heeft ter zijde gelegd. „Wat den heer Mijer bewogen heeft, in weerwil van zijne ondervinding en antecedenten, tot zoo overijlde afkondiging der Preanger-ordonnantiën te besluiten, blijft een raadsel. Terecht vraagt dan ook de heer de Waal: „had de minister bij het Indisch bestuur een zoo ongewonen spoed kunnen verwachten?" De brief van 29 Juni (handelende over de aanneming door den koning van de grondslagen der hervorming) „werd op Java ontvangen den 13«» Augustus en reeds den 10«° Septem ber waren de ordonnantiën afgekondigd. In minder dan vier weken volbracht men al den voorbereidenden arbeid, al de nadere overweging met en in den raad van Indië." „Er zijn er, die meenen, dat de heer Mijer, in zijne warme gehechtheid aan de conservatieve partij, voor deze eene zegepraal over den „zuiver liberalen" minister de Waal heeft willen gemakkelijk maken. Wij verwerpen echter zulke onderstelling, daar voor een hulpbetoon van die strekking de verloochening noodig ware van alle besef van eerlijkheid en zedelijkheid; en de heer Mijer, onder al den last zijner staatkundige zorgen, een te open oog behoudt voor zijne belangen, dan dat hij zoude kunnen vergeten, dat de punten van overeenstemming tusschen hem en den heer de Waal, ook voor hera het aanblijven van den laatste als minister boven alles ge- wenscht maakten. „Liever nemen wij aan dat de heer Mijer, na vier jaren lang de gelegenheid gemist te hebben, aan zijn oude staatkundige vrienden der conservatieve partij eenige stof tot vreugde en roem te geven, er zich een innig genoegen van gemaakt heeft, het laatste jaar van zijn bestuur met een maatregel te kunnen eindigen, die, ofschoon ook al niet strookende met zijne vroegere in zichten, toch door de liberale party met ingenomenheid zoude worden ontvangen. „Teneinde dezen wensch vervuld te zien, had hij na tuurlijk noodig eenigen spoed te maken. „De redenen echter, welke de heer Mijer voor die voor barige afkondiging heeft bijgebracht in een brief waarvan de heer de Waal der eerste kamer een fragment heeft medegedeeld, zonder evenwel melding te maken van de dagteekening die de brief voert, schijnen ons zeer gezocht, ja, niet ernstig gemeend. De heer Mijer heeft blijkbaar moeite gehad zijne handeling te recht vaardigen, toen hij uit het op den 5C0 October uit Neder land afgezondene telegram ontwaarde, dat zij de goed keuring van den minister en de kamer geenszins zou wegdragen. „Inderdaad naïef is het argument van den heer Mijer: „Ik moest wel voor 1°. Januari 1871 afkondigen, wilde ik de maatregelen op 1 Januari 1871 doen in werking treden of het andere: „Ik loop niet de beslissing der wetgevende macht vooruit, daar deze beslissing in elk geval voor 1 Januari 1871 zal gevallen zijn; of de rede neering: „Het geval is niet gelijk met dat van 1866, want tegen dc uitgaven, die ik nu ongeautoriseerd beveel, staan inkomsten over, die ik met verlangen te gemoet zie." „Wij hebben er alleen deze bedenkingtegeD, dat een gouverneur-generaal, die toch niet met een jong ambte naar terJreschikking kan worden gelijkgesteld, in ande ren ten minste zoo veel verstand mocht onderstellen dat hij hun de overweging van zulke gronden, als middel om zich tegenover hen te verantwoorden, bespaarde." De Locomotief bevat de volgende belangrijke mededeeling: „De openbare vergadering der Geneeskundigen-ver- eeniging in Ned. Indië, onlangs te Batavia gehouden, heeft al dadelijk dc volgende uitwerking gehad: „Twee dagen later gelastte de legerkoramandant aan den

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 1