OÜRANT. N°- 9. Woensdag 1871, 11 Januari, Middelburg 10 Januari. De Arnhemsche courant van gisteren wijdt een hoofd artikel aan de bestrijding van het hier en daar gerezen Yermoeden dat het tegenwoordig ministerschap van den 'neer van Bosse slechts eene voorbereiding zou zijn voor «et gouverneur-generaalschap, en dat in 1872 de heer van Bosse den heer Mij or te Batavia zou gaan aflossen. De Amhemsche courant ziet voorts in den heer van Bosse een uitmuntend minister van koloniën, wiens zuinigheid bijzonder te stade zal komen om de uitzetting der begroo tingen voor Indië te keeren. Een niet-Indië-man als minister van koloniën acht de Arnhemmer thans een groot voordeel, omdat hij minder gebondeu is door oude eonnectiën dan een gerepatrieerde Iudiër, die de zaken dikwijls te veel en détail heeft bestudeerd om een zelf standigen gouverneur-generaal naast zich te dulden. De minister van binnenlandsche zaken heeft den com missaris des konings in deze provincie opgave gevraagd, onder anderen, van liet getal kiezers voor leden van den gemeenteraad welke, naar den tegenwoordigen census, bij afschaffing der patentbelasting hunne bevoegdheid zouden verliezen. Bij circulaire van den 7en dezer, opge nomen in het Provinciaal blad van Zeeland n°. 7, heeft de commissaris des konings zich gewend tot de burge meesters der gemeenten (met uitzondering van .die der gemeenten Middelburg, Vlissingen, Goes en Zierikzee), met verzoek hem in staat te stellen aan 's ministers verlangen te voldoen door hem vóór den 15cn dezer te doen toekomen eene opgave van het getal kiezers, op de lijsten over 1870 voorkomende, wier aanslag in 's rijks directe belastingen, na aftrek der patentbelasting, bene den de 16 zou zijn gedaald. Uit Vlissingen wordt ons heden gemeld: „In de laatste dagen zijn weder omstreeks veertig, meest groote, Beliepen op onze reede gekomen. Daarvan hebben heden drie in de haven plaats gevonden. „De zuidenwind heeft nog al veel drijfijs de rivier afge voerd, doch de communicatie met de haven is onbelem merd. „De Fransche stoomboot Lucien, gezagvoerder Dela- mare, die hare lading stukgoederen hier heeft opgesla gen, is heden in ballast naar Frankrijk vertrokken." Benoemingen en besluiten. registratie. Benoemd tot inspecteur der registratie en domeinen bij het departement van financiën. J. P- Sprenger van Eijk, thans ontvanger der registratie te Tholen, gedetacheerd bij het hoofdbestuur. Onderwijs. D>\ S. A. Naber heeft jl. Zaterdag in het groot audito rium te Amsterdam zijne betrekking van hoogleeraar in de letterkunde bij het athenaeum illustre aanvaard, met het houden eener redevoering in de Latijnsche taalover het nut van de beoefening der Grieksche en Latijnsche letteren voor de verschillende vakken van studie. De gemeenteraad van Groningen heeft niet 17 tegen 5 steramen besloten tot de oprichting van een burger school voor meisjes. Marine en leger. Het Provinciaal blad van Zeeland n°. 6 bevat eene cir culaire van den commissaris des konings in deze provin cie aan de burgemeesters en wethouders der gemeenten, houdende opgave van achtergebleven militieplichtigen, die niet voldaan hebben aan de oproeping ter aflevering inTS70, benevens van eenige reeds ontdekten van vorige jaren uit deze provincie. Op 1 Januari jl. was het aantal opper-, hoofd- en verdere officieren van het leger hier te lande als volgt Zt M. de koning, opperbevelhebber; Z. K. H. prinsFrede- rïk der Nederlanden, veldmaarschalk; Z. K. H. de prins van Oranje, generaal der infanterie; Z. K. H. prins Alexander der Nederlanden, kaptein der infanterie enz. 4 militaire afdeelingen, bestaande uit: 3 generaais- majoor en 1 kolonel; het wapen der infanterie: 1 luite nant generaal, inspecteur, 10 kolonels, 11 luitenants kolonel, 41 majoors, 87 kapiteins le klasse, 83 kapiteins 2« klasse, 82 kapiteins 3C klasse, 364 le luitenants en 227 2C luitenants; het wapen van de cavalerie: 1 inspecteur- generaal, Z. K. H de prins van Oranje. 4 kolonels, 4 luite nants-kolonel, 11 majoors, 1 ritmeester, Z. K. H: prins Alexander der Nederlanden, 11 ritmeesters le klasse, 12 ritmeesters 2e klasse, 12 ritmeesters 3<-' klasse, 52 1°, luiterdftïfs e3T"39 2e luitenants; van het wapen artillerie en pontonniers 2 generaals majoor, waarvai 1 inspecteur, 5 kolonels, 8 luitenants-kolonel, 20 majoors, 1 kapitein rijdende artillerie, Z. K. H. prins Allexander der Neder landen, 34 kapiteins le klasse, 33 kapiteins 2e klasse, 34 kapiteins 3e klasse, 108 le luitenants en 87 2C luitenants; het korps ingenieurs, mineurs en sappeurs, 2 generaals- majoor, waarvan 1 inspecteur, 2 kolonels, 3 luitenants kolonel, 6 majoors, 11 kapiteins le klasse, 10 kapiteins 2e klasse, 11 kapiteins 3e klasse, 26 le luitenants en 24 2e luitenants; koninklijke marechaussee: 2 majoors, 3 kapiteins en 5 le luitenants. Gemengde berichten. Ten bewijze hoezeer de thans ingevoerde brief kaarten in den geest van het publiek vallen, wordt ons uit Rotterdam medegedeeld, dat bij het einde van de eerste week des jaars het postkantoor aldaar reeds meer dan 60,000 zulke kaarten had verkocht. Bij den gemeenteraad van 's-Gravenhage is een voorstel ingediend tot vaststelling van eenige beginselen betreffende de inrichting van de politie aldaar. Volgens dit plan zal er een centraal-bureau van politie zijn onder den hoofdcommissaris en drie afzonderlijke bureaux voor elke der afdeelingen van politie,--waarin de gemeente is verdeeld, met inbegrip van Scheveningen. Aan elke dier bureaux wordt doorloopend dag en nacht dienst gehouden. Het personeel der politie zal bestaan uit: 1 hoofd-commissaris, 3 commissarissen, 4 inspecteurs lc klasse, 5 inspecteurs 2« klasse, 1 onder-inspecteur, 7 brigadiers, 20 agenten l'- klasse, 20 agenten 2e klasse, 27 agenten 3C klasse, 38 klapwakers, 44 stille wakers, een voldoend getal hulpwakers ed een klerk. Men meldt uit Maastricht van 7 Januari: Laatst leden Maandag dreven voor deze stad een groot aantal ijsschotsen, welke van bloed schenen doortrokken te zijn; ten minste was zulks het gevoelen van de nieuwsgierigen die dat vreemde ijs onder onze brug zagen heendrijven. Dat gevoelen wordt heden uit Dinant bevestigd, alwaar ijs is waargenomen, van bloed doortrokken, hetwelk door een der daar gevestigde geneesheeren voor men- schenbloed is herkend. (N. Rolt. cour.) Jl. Vrijdag heeft een 20jarige korporaal van het 5e regiment infanterie, in garnizoen te 's Hertogenbosch, zich door een geweerschot van het leven beroofd. Men beweert dat tegenzin in den militairen dienst hem tot die daad heeft vervoerd. De eerste algemeene tentoonstelling van vrucht- booraen in Nederland zal dit jaar op 3, 4 en 5 Maart te Haarlem doorde Hollandsche Maatschappij van landbouw worden gehouden. Bij het programma dat, in overeen stemming met het reeds voorloopig voor die tentoonstel ling bekend gemaakte, is opgemaakt, worden behalve de getuigschriften en geldprijzen uitgeloofd: 11 gouden-,31 zilver-vergulde-, 32 zilveren- en 28 bronzen medailles- De tijd van aangifte voor inzending is bepaald op 10 Februari a. In den nacht van 1 op 2 dezer is omstreeks 1 uur de ringdijk van den Zuidplaspolder in Schieland bij den zoogenaamden Groenenweg doorgebroken, tengevolge waarvan het water uit de riugvaart van den Zuidplas polder zich met kracht in den polder ontlastte. Het ge lukte de beide onlangs gemaakte sluisjes in de ringvaart te sluiten, waardoor de ontlasting van water in den Zuidplaspolder werd gekeerd. De doorbraak had geen persoonlijke ongelukken ten gevolge. De kantonrechter te Zaandam heeft bij drie afzon derlijke vonnissen eene winkelierster uit Wormerveer een koopman uit Edam en een koopman uit Wormerveer schuldig verklaard aan het in hunne verkoopplaats voor handen hebben van onherijkte gewichten en maten en afgekeurde gewichten, cn hen veroordeeld: de eerste tot vier geldboeten van10, den tweede tot twee geldboeten van f 10 en den derde tot zeven geldboeten van f 10, met subsidiaire gevangenisstraf van éen dag voor elke boete. Naar deze uitspraken verwijzende, zegt de Zaanlandsche courant het volgende: „Het zal ons niet verwonderen of menigeen, die met de wet van den 7e° April 1869 (Staatsblad n°. 57) onbe- keud is, zal de drie vonnissen bij uitstek streng vinden, en toch is slechts op requisitoir van den ambtenaar van het opeubaar ministerie de geringste stiat uitgesproken. „Op grond dat de ijk der maten, gewichten en weeg werktuigen in afwijking van vroeger kosteloos geschiedt heeft de wetgever gemeend, en niet ten onrechte naar wij gelooven, een zwaardere straf te moeten vaststellen in geval dat de wet overtreden wordt. Zoo bepaalt o. a. art. 33 der wet dat het voorhanden hebben of het gebruik van elk stuk onherijkt of afgekeurd gewicht een afzon derlijke overtreding uitmaakt, terwijl daarentegen onder het vorige régime het gebruik of voorhanden hebben van een of meer stuks slechts als éene overtreding werd beschouwd. „Ieder zie dus tegenwoordig wel toe dat hij geene ge wichten, maten of weegwerktuigen voorhanden hebbe op plaatsen, gelijk artikel 11 der aangehaalde wet zegt bestemd of gebruikt tot het verkoopen, inkoopen, afleve ren of in ontvang nemen van waren. Oude of afgekeurde ^gewichten mogen b. v. niet gebezigd worden tot het gelijk maken der schalen, zooals zoo vaak ge schiedt. Alleen het voorhanden hebben van niet met de wet overeenkomstige maten, gewichten of weegwerk tuigen, is reeds een strafbaar feit,,dat behalve met eene veroordeeling tot geldboete en gevangenisstraf, geboet wordt met verbeurdverklaring der onherijkte en afge keurde gewichten. „Overigens raden wij ieder ten sterkste aan, wel op te letten of de ijker de maten en gewichten heeft voorzien van het afkeurings- dan wel van het vastgestelde stem- pelmerk; ook of ze niet bij vergissing door dien ambte naar over het hoofd zijn gezien, iets wat bij een groote drukte aan het ijkkantoor zoo geheel onmogelijk niet is. Ieder die zijn gewichten enz. den ijker heeft aangeboden keere daarom nog niet huiswaarts in de vaste meening dat alles in orde is, daar hij misschien later tot zijn nadeel zou kunnen ontwaren dat de rechter zijn bewering, dat hij met alle maten en gewichten bij den ijker was geweest, van nul en geener waarde achtte. „Wij hebben gemeend in het belang van het publiek deze opmerking te moeten raededeelen." Aan het Handelsblad ontleenen wij het volgende: „Eene firma te Amsterdam ontving van het ministerie van koloniën een rescript, ongeveer een dozijn regels tellende, eu dat ook, wat den inhoud betreft,gemakkelijk gebracht worden kon binnen de perken van een gewoon briefje. Het stuk echter, geschreven op groot formaat postpipier, werd gesloten in een buitengewoon groote enveloppe en derhalve bij aankomst met 15 cent port bezwaard. „Betrekkelijk i9 dit eene kleinigheid. De vraag ech ter is, of niet de ambtenaren behooren voor te gaan, waar men de burgerij wijselijk poogt te Dopen, om door fran keering van hunne brieven de postadministratie minder omslachtig te maken „Wij vertrouwen, dat hierop voortaan zal worden gelet en ook offieieele stukken zullen worden gefrankeerd. Van zelf zal dit. dan wellicht leiden tot beperking van de papierweelderigheid, die, gansehelijk onnoodig, thans nog bij vele departemente n van openbaren dienst blijkt te beersehen. „Indien de brieven in het belang van den staat wor den geschreven, dan is het billijk dat de porto voor rekening van den staat blijve. Zijn daarentegen de brie ven in het belang van den geadresseerden geschreven, dan kan de staat het frankeergeld terugvorderen, maar in beide gevallen moet ook door den staat worden gefrankeerd."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 1