pen slagveld, hoewel ik de uitvoerigste gegevens heb,
maar ik kan niet nalaten te verklaren dat Faidherbe
opnieuw -heeft getoond een groot krijgskundige te zijn,
want hij heeft de gelukkigste stellingen gekozen. De
generaal Robin komt ook dikwijls hier, hoewel hij zijn
hoofdkwartier in een klein plaatsje heeft, 5 of 6 kilome
ters ten Westen van Douai."
Volgens berichten uit Rijssel zette Faidherbe op den
len Januari zijn voorwaartsche beweging voort en dreef
de Duitsche cavalerie, die den aftocht van het hoofdleger
van von Manteuffel dekte, voor zich uit. Op den spoor
weg naar Cambrai hadden de Duitschers een brug door
middel van een mijn doen springen, doch de Fransche
troepen hebben de gemeenschap door eene houten brug
hersteld.
Het hoofdkwartier van generaal Faidherbe was op den
nieuwjaarsdag te Arras, terwijl zijne eclaireurs zich in de
nabijheid van Albert bevonden. „Waar bevindt hij zich
heden?" zoo vroeg een correspondent te Rijssel op den
2" Januari; de Pruisen zullen het wel beter weten dan
ik, wantin de richting van Douai hoort men het gedonder
der kanonnen.
Op den 3«n Januari werd vervolgens uit Rijssel het
volgende geschreven
„Reeds gedurende twee dagen bulderde het kanon
tusschen Arras, en Bapaume, en vermengde zich het
geratel der mitrailleuse* met het knetteren der geweer
salvo's. Het leger van het noorden leverde slag tegen
dat van von Manteuffel, en, volgens de berichten die ik
ontvang, zijn de Duitschers thans in vollen aftocht en
worden door Faidherbe vervolgd.
„Op den 3Ie" December had deze generaal zijn hoofd
kwartier verlaten, om den vijand op te zoeken, en den
volgenden dag gaf hij te Beaurain eene legejorder uit,
waarin hij verklaarde, dat hij den volgenden dag tegen
over den vijand hoopte te staan die zich te Adinfer,
Hamescamps, Ayettes en Boiry bevond.
„Werkelijk rukte op den 2en Januari het leger van
het noorden, voor drie dagen van levensmiddelen voor
zien, op den vijand aan. De eerste brigade der eerste
divisie bezette de dorpen d'Achiet-le-grand en Biencourt,
alwaar een twintigtal Duitschers kr^gsge vangen werden
gemaakt. Een ander deel derzelfde divisie veroverde
Ervillers en bezette voor korten tijd Behaignies, dat
echter met belangrijke verliezen moest worden ontruimd.
„Volgens de verzekeringen van verschillende officie
ren was heden morgen bij zonsopgang het teeken tot een
nieuwen aanval gegeven en ontwikkelde zich een strijd
waaraan het geheele leger deelnam en die zich over een ont
zaglijke linie uitstrekte. Te negen uren was de strijd het
hevigst en te elf uren sloegen sommige Pruisische
korpsen op de vlucht, terwijl andere afdeinsden, en toen
nam de vervolging door het leger van generaal Faid
herbe een aanvang."
Andere berichten vermelden, dat de slag van het
aanbreken van den dageraad tot des avonds 6 uren had
geduurd en dat de Franschen de Duitsche troepen tot
Bapaume terugdrongen toen zij in wanorde op de vlucht
Van beide zijden schijnen echter aanzienlijke verliezen
te zijn geleden, die volgens Fransche berichten bij bena
dering zouden bedragen 9000 man van Duitsche en 4000
van Fransche zijde. Bapaume en Behaignies zijn geheel
verbrand, terwijl Peronne, hetwelk de Duitschers heb
ben gebombardeerd, bijna geheel verwoest is, doch zich
nog steeds verdedigd.
Faidherbe heeft een bericht naar den regeerings com
missaris voor het noorden gezonden, waarin hij zegt dat
de slag van des morgens acht uren tot des avonds zes uren
heeft geduurd en dat de Duitschers uit al hunne stellin
gen waren verdreven.
De Duitsche berichten uit Amiëns melden dat op den
2ef> en 3cn Januari bloedige, maar gelukkige gevechten
bij Bapaume plaats hadden door eenige afdeelingen van
het eerste leger, waarbij eenige honderden krijgsgevan
genen werden gemaakt, en dat de vijand naar Arras en
Douai terugtrok.
Uit Bordeaux.
„Vermoeid van zijne reizen naar Blois, Tours, Bourges,
Lyon en Toulouse zoo wordt uit Bordeaux geschre
ven kwam op den 27«i December Leon Gambetta hier
aan, en nadat de werkzame minister zich slechts een
enkelen dag rust had gegund, hield hij weer langdurige
bijeenkomsten met verschillende militaire autoriteiten
en vooral met den heer Fraycinet.
„Nadat hij zich persoonlijk had overtuigd van de
krachten die voor een nieuwen strijd te velde kunnen
worden gebracht en die den oorlog op een ander terrein
kunnen overbrengen is hij vol hoop hier gekomen.
„De aftocht dien de generaal Chanzy op le Mans heeft
bewerkstelligd geeft dezen recht op eene plaats naast
generaals als Trochu en Ducrot. Na het gevecht op den
28en November in de nabijheid van Orleans heeft deze'
generaal bijna dagelijks te Meung, Beaugency, Josne,
Mer en Vendöme gestreden, en aan den vijand de gevoe
ligste verliezen toegebracht, die deze sedert de eerste
gevechten bij Metz heeft geleden, en eindelijk heeft hij
zijn vermoeid, maar talrijk en degelijk leger in de stel
lingen bij Mans gevoerd, waar hij zijne krachten kon
herstellen en zich tot een nieuwen aanval tegen de vijan
delijke troepen in het westen voorbereiden.
„De leden van het bestuur zijn onuitputtelijk in hun
lof over den moed, de geestkracht en de bekwaamheid
van generaal Chanzy, en betreuren het zeer dat hij niet,
in plaats van generaal d'Aurelles de Paladine aan het
hoofd van het Loire-leger heeft gestaan. „„Ach! zei een
dier leden, Chanzy zou geen vijftig kanonnen van de
marine gehad hebben zonder op de Duitschers te zijn
losgetrokken.""
„De correspondentie van generaal Chanzy gedurende
dezen veldtocht, waarin hij het geluk heelt gehad den
vijand veel afbreuk te doen en zijn leger te redden, met
den minister van oorlog moeteen voorbeeld van eenvoud,
juistheid' en militaire kortheid zijü. Zijne depêches
zullen later openlijk worden bekend gemaakt, en men
onderstelt dat zij tot de belangrijkste stukken uit dezen
verschrikkelijken oorlog zullen behooren.
„Behalve het leger van generaal Chanzy hebben wij
nog dat van Bourbaki, dat van generaal Bresolle teLyon
en de vrijwilligers onder Garibaldi, aan wien Gambetta
een bezoek heeft gebracht.
„De ontruiming van Dyon door de Duitschers doet
eene samentrekking der vijandelijke troepen onderstellen
als een gevolg van een voor hen onverwachte beweging
van onze zijde, zoodat men in het oosten wellicht belang
rijke gebeurtenissen kan tegemoet zien.
„De komst van den heer Gambetta te Bordeaux kan
gewichtige gevolgen hebben, want ik behoef u niet te
herhalen, dat buiten hem geen eigenlijk bestuur bestaat.
De heer Crémieux is een dilettant en Glais-Bizoin een
dweper; beiden hebben wel goede bedoelingen, maar
kunnen geen invloed op den gang van zaken uitoefenen
en zijn niet in staat om een krachtige beweging op te
wekken.
„Na den terugtocht van het Loireleger was uit Tours een
krachtige oppositie tegen Gambetta hierheen overge
bracht, doch dit heeft sléchts medegewerkt, om
zijne populariteit te vermeerderen en verscheidene
inwoners van Bordeaux hebben mij verzekerd, dat Gam
betta hier zeer bemind is. Niemand twijfelt aan zijne
rechtschapenheid; zijne vaderlandsliefde is onbegrensd,
zijne werkzaamheid ongeloofelijk, en, waar het de verde
diging van het vaderland geldt, weet hij zich, om het zoo
uit te drukken, te verviervoudigen. Dit is de man waar
aan Frankrijk behoefte had. Wij hebben hem met inge
nomenheid ontvangen en zullen hem verdedigen tegen
ieder die hem aanvalt. Het is gelukkig dat de ontevre
denen in hunne openbare bijeenkomsten zich in zóo hef
tige bewoordingen uitdrukken, dat niemand er aan denkt
om er gevolg aan te geven.
De nationale garde die gereed staat om naar het leger
te vertrekken en de rustende nationale garde die hare
vaandels heeft ontvangen zijn door de bevolking zoo toe
gejuicht, dat men niet behoeft te twijfelen aan de repu-
blikeinsche gevoelens van het grootste gedeelte der
inwoners van Bordeaux. Het dagblad La Gironde heeft
eene oproeping tot zijne vrienden gericht, om den minister
van oorlog een adres aan te bieden, en in de compagniën
der nationale garde wordt een gelijk bewijs van hulde
voorbereid, zoodat Gambetta inderdaad het middelpunt
van de bevolking van Bordeaux uitmaakt."
fc)attö£kbmrl)trtt.
Prijzen van effecten.
Amsterdam 7 Januari 1871.
Nederland. *Certific. Werkelijke schuld
*dito dito dito
*dito dito dito
*Aand. Handelmaatschappij
dito exploitatie Ned. staatssp.
*Certificaten bij Rothschild
*Obligatiën 1798/1816
*Certific. adnn Hamburg
*dito Hope C°. 1855, 6C serie
*Cert. 1000 1864
*dito /1000 1866
*Loten 1866
*Oblig. Hope Co. Leening 1860
*Certific. dito
*Inscript. Stieglitz Co. 2e a 4C L.
België.
Rusland.
2.V pet. 52^
3
618
4
824
n
r
89
2J-
5
93|
5
63j
5
5
r
91
5
r
90.i-
5
216
4-k
4
62
4
61f
Rusland. *Obligatiën 1867 4 pet.
*Obl. 1869 4
*Certificaten 6
*Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5
*Oblig. dito 4
*dito dito4£
Obl. spoorweg Poti-Tiflis 5
dito dito Jelez Orel 5
dito dito Charkow Azow. 5
*Schatkistobligatiën5
*Obligatiën 4
*Oblig. metall. in zilver Jan.Juli 5
*dito dito April/Oct. 5
*dito in papier Mei/Nov. 5
*dito dito Febr./Aug. 5
Leening 18615
*Certific. bij Lamaison c. s.5
*Obligatiën2$ thans 3
*dito 1867 3
*dito Binnenlandsche3
*Obl. 1856—1862 3
*dito 1867 3
dito (binnenl.) 5
dito (blauwe) 5
dito 1868 7
*Obl. Yereenigde Staten (1874) 5
*dito dito dito (1904) 5
*dito dito dito (1882) 6
*dito dito dito (1885) 6
*Obl. Illinois 7
*dito dito Redemtion 6
Oblig. Atl.Gr.W. Sp w. O hio sec. (7p)
dito dito geconsolideerde 7
dito dito debentures 8
Obl. St. Paul &Pac.Spw. lesec. 7
dito dito dito 2<isec. 7
dito dito 1869 dito 7
Brazilië. *Obl. 1863 4.V
*dito 1865 5"
Mexico. dito 18513
Grenada. dito afgestempeld6
Ecuador. dito1
Venezuela, dito3
Polen.
Pruisen.
Oostenrijk.
Italië.
Spanje.
Portugal.
Turkije.
Griekenl.
Egypte.
Amerika.
651
658
«8
216
821
811
64J
524
52|
451
44-tV
301
30A
26A
31A
311
411
101
741
948
948
84
701
648
638
651
79A
90
131
24 A
iXVl&aöigljciiX
Veere 4 Januari 1871.
De commissie ter voorziening in de buitengewone
behoeften der armen, maakt dankbare melding van eene
gift groot f 10, haar door den burgemeester van I. M. B.
uit Middelburg ter hand gesteld.
Mocht dit liefdadig voorbeeld navolging vinden!
Zij waagt daartoe een beroep te doen op de bekende
in vorige jaren steeds ondervonden milddadigheid van
Middelburg's vermogende ingezetenen, ten behoeve van
hunne verarmde natuurgenooten in het naburige Veere.
De behoeften alhier zijn vele. Bij den stilstaud der
rijkswerken ook in deze gemeente zijn niet alleen vele
ingezetenen zonder eenige verdiensten, maar ook talrijke
werklieden alhier verblijvende, zonder „te huis", ont
bloot van alle levensbehoeften, ten prooi aan den nijpen
den invloed van het barre jaargetijde.
De commissie wenscht in hunne noodzakelijke behoef
ten tot levensonderhoud, zooveel mogelyk, te voorzien.
Zij deed dit op den eersten dag des jaars door eene
buitengewone bedeeling uit den opbrengst van de ter
barer beschikking gestelde gelden van de door het
gemeentebestuur gehouden nieuwjaarscollecte.
Hare krachten intusschen schoten te kort om in aller
behoeften te voorzien bij het groot getal armen dat zich
ter bedeeling aanmeldde. Door zeer welwillende mede
werking der bevoegde autoriteit in het bezit gesteld
van het noodige materieel, wenscht de commissie voort
te gaan in hare poging tot leniging van toenemende
armoede en gebrek, onder meerder door het bereiden en
uitdeelen van warme spijs.
Met leedwezen betuigt zij echter dat voor alsnog daar
toe haar de geldelijke middelen ontbreken.
Beweldadigde ingezetenen van Middelburg!
De commissie vestigt op uw bekend gevoel van
menschlievendheid vertrouwend haren blik.
Aan ieder lid der commissie kunnen uwe liefdegaven
worden ingezonden. Ook de burgemeester, van nabij
bekend met den nood zijner armen, overtuigd dat uit
eigen boezem der gemeente niet alleen in den dringen
den nood naar behooren kan worden voorzien, en inge
nomen met de heilzame werking der commissie, heeft
zich volgaarne bereid verklaard uwe giften in ontvang
te nemen.
Moge zijn vertrouwen op uwe milde hand, moge de
hoop der commissie tot voorziening in den nooTI uwer
Veersche naburen, niet worden beschaamd.
De commissie voornoemd,
J. P. VAN DEN HEUVEL.
J. BRAAT.
L. J. ROLAND.
J. A. GELDOF.