MIDDELBÜRGSCIIE COURANT. 301. 1870. Dinsdag 20 December. öinncnlcmü. AANBESTEOHG. Op Vrijdag, 30 December 1870, dqs voormiddags teil 10 ure, zal, onder nadere goedkeuring, door den commis saris des konings in de provincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door een der leden van de gedeputeerde staten, en in bijzijn van den hoofdingenieur van den waterstaat in het llde district, aan het gebouw van het provinciaal bestuur te Middelburg, worden aanbesteed; Het aanleggen van een tussdicn zee- en waclitsluts gelegen gedeelte van het uitwateringskanaal in het voor malig AJt district van Zeeland. Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrij ving, volgens 434 der algemeene voorschriften. Het bestek ligt ter lezing aan bet gebouw van het ministerie van binnenlandsche zaken, aan dat van het provinciaal bestuur van Zeeland, te Middelburg, en is voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten, te bekomen bij den boekhandelaar M. Nijhoff, Kaamstraat n°. 49 te 's Gravenhage, en door zijne tusschenkomst in de voornaamste gemeenten des rijks. Den vierden en zevenden dag vóór de besteding wordt de noodige aanwijzing op de plaats gedaanvoorts zijn nadere inlichtingen te bekomen bij den hoofdingenieur van den waterstaat te Middelburg en bij den arrondisse- ments ingenieur van den waterstaat te Sluis, 's Gravenhage, 3 December 1870. Voor den minister, De Secretaris-Generaal, HUBUECHT. Middelburg 19 December. Ingevolge het daartoe bekomen verlof, interpelleerde de heer Kerstens, in de heden gehouden zitting der tweede kamer, de regeeriog, omtrent de gevolgen die gegeven zijn ot nog zouden gegeven worden aan het petitionnement van een aantal lioomsch-catholieken, be treffende de inbezitneming van Kome door koning Vic tor Emmanuel. De regeering verklaarde dat zij ten opzichte van deze aangelegenheid een strikte onzijdigheid had in «acht ge nomen en daarin zou volharden. De heer Cremers stelde daarop eene motie van orde voor, waarbij de kamer verklaarde dat zij, hare goedkeu ring hechtende aan de houding der regeering, overging tot de orde van den dag. Deze motie is met 39 tegen 35 stemmen aangenomen. Aan de verki ezing van drie commissarissen in het polderbestuur vau Walcheren, in de vorige week ge hou den, is door 260 kiezers deelgenomen, waarvan 203 hunne biljetten hebben ingeleverd te Middelburg, 28 te Westkapelle en 29 te Serooskerke. Bij de heden plaats gehad hebbende opening der bil jetten is gebleken dat 2 oningevuld waren, zoodat het getal geldige stemmen 258 en de volstrekte meerderheid 130 bedroeg. De beer m<". N. J. C. Snouck Hurgronje is gekozen met 154 stemmen. Herstemming voor twee commissarissen moet plaats hebben tusschen de heeren mr. W. C. M. de Jonge van Ellemeet, die 101, A. de Landmeter, die 85, A. J. van den Broecke, die 76, en Jan Peper, die 68 stemmen bekwamen. Voorts verkregen stemmeD de heeren: W. Sevaal 38, J. Kiemens 36, C. Midavaine 26, J. van denBroeke22, A. den Boer 8, J. de Korte 7, C. van de Putte 6, A. de Buck cn J. Wisse ieder 5, J. Pieterse, jonkheer W.K.Bod- daert, L. Dingemanse en P. Wisse ieder 4, in1", J. G. Spren- ger, J. Bezuijen, P. Kesteloo en J. Mesu ieder 3, mr.A. van den Broecke, P. Meijers Lz., P. Pauwer Az., L. Wisse, D. Coppoolse, C. Schroevers, J. de Kan Wz., A. Maas, C. Ilisser, J. Louwerse, M. Adamse, L. Oysouw en J. Min- derboud ieder 2, alsmede een aantal personen 1 stem. In de jl. Vrijdag alhier gehouden vergadering van het departement Middelburg der Nederlandsche maatschappij tot bevordering van nijverheid zijn tot leden van het bestuur gekozen, in dc plaats der aftredende heeren dr. PI. van Hall en J. W. Muller, de heeren P. M. de Ligny en J. C. Lantsheer. De Staats-courant van Zondag en Maandag 18 en 19 dezer bevat het programma, onder de hooge goedkeu ring des konings vastgesteld, voor de plechtige begra fenis van wijlen hare koninklijke hoogheid mevrouwe de prinses Frederik der Nederlanden, geboren prinses van Pruisen, op Woensdag den 21cn December 1870, des voormiddag^ te twaalf uren. Met betrekking tot het telegrafisch verkeer wordt ons gemeld dat voor depêches naar zuidelijk Frankrijk nog slechts éen weg open is, die over Engeland, Falmouth- kabel, Portugal en Spanje. Het tarief bedraagt boven den prijs tot Londen 11 per enkele depêche. De depêches ondergaan op dien weg groote vertra ging, welke voor Frankrijk verscheidene dagen kan bedragen. Benoemingen en besluiten. leger. Op nonactiviteït gesteld, in afwachting dat omtrent hem nader zal worden beschikt, dc kapitein S. baron van Lijnden, van het 7c regiment infanterie. Kerknieuws. In het dekenaat Middelburg, bisdom van Haarlem, is opgericht de nieuwe parochie van O. L. V. Hemelvaart te Ovezande, tot dusverre Lchoorende tot do parochie Kwadcndamme. Benoemd tot pastoor te Ovezande de heer R. C. van Stroelen, te Kwadendamme, en tot adsistent te 's Heerenhoek de heer J. H. Smeele. Rechtzaken. Jl. Vrijdag is voor den hoogen raad door den advo caat-generaal conclusie genomen in de zaak van den heer van Angelbeek tegen den staat der Nederlanden. De advocaat-generaal deed daarbij uitkomen, dat de eischer wel degelijk op eigen verzoek eervol is ontslagen als raadsheer in het hooggerechtshof van Nederlandsch- Inclië en als Indisch ambtenaar, en dat dit blijkt uit de stukken, door den eischer zeiven ingeleverd. Hij conclu deerde ten deele tot niet-ontvankelijkverklaring van den eischer in zijn ingestelde vordering en anderdeels tot afwijzing daarvan. Gemengde berichten. Heden morgen is een met twee paarden bespannen rijtuig van den stalhouder Buijs uit Vlissingen, waarin een heer en twee dames gezeten waren, tengevolge van het op hol geraken der paarden bij de Vlissingsche brug alhier omgeslagen. De zich daarin bevindende personen hebben geen letsel bekomen. De paarden rukten zich los en holden voort tot nabij de Noordpoort, waar zij tot staan gebracht werden. De Heraut bericht, dat hij, na het overlijden van zijn hoofdredacteur, dr. C. Schwartz, in eigendom is over gegaan aan eene Vereeniging, welke dr-A. Kuyper tot hoofdredacteur benoemd en tevens het blad herdoopt heeft. Mot 1°. Januari a. zal het heeten„De Heraut, weekblad voor vrije kerk en vrije school in het vrije Nederland", en als motto voeren„Oranje, kerk en vader land." De gouverneur van Curasao, mr. A. M. de Rouville, is op voordracht van den thans afgetreden minister van koloniën eervol ontslagen uit zijne betrekking en ad in terim vervangen door den gezaghebber vau St. Martin. Dit ontslag is verleend onder de strenge bepaling, dat onverwijld het stationscbip naar St. Martin zou worden gezonden om den gezaghebber daar af te halen, en dat het gezag «aan dezen binnen acht dagen na zijne aan komst op Curasao zou worden overgedragen. De reden is dat de houding van den heer de Rouville, naar het oor deel van den heer de Waal, sedert de verwikkelingen in Venezuela een doorgaande miskenning zijner betrekking, zoowel jegens het opperbestuur als jegens de Nederland- scbe en vreemde autoriteiten, geweest is. De aftredende gouverneur heeft hiervan in een verga dering van den kolonialen raad mededeeling gedaan en daarna de vergaderzaal verlaten. De ra«ad heeft vervol gens in een zitting met gesloten deuren met eenparig heid van stemmen besloten 1°. een votum van dankzegging aan den aftredenden gouverneur iu de notulen te doen opnemen, voor zijn wijs beleid en voorzichtig bestuur der kolonie; 2*. een «adres van leedbetuiging aan Z. M. den koning te richten, wegen3 de voordracht van den minister in zake den gouverneur 3°. en corps een bezoek aan den aftredenden gouver neur te brengen, om Zijnhoogedelgestr. het innig leed wezen van den raad te betuigen over het voorgevallene. (Het vaderland De vorige week werd in den Haag een 21 jarig - meisje vermist die, in zwangeren toestand verkeerende, door hare ouders w«as verstooten en in een briefje haar voornemen had kenbaar gemaakt om zichzelve het leven te benem m. Het vaderland meldt hieromtrent het vol gende „'t Was Dinsdag avond dat de ongelukkige, na bij een harer tantes, welke haar steeds met goedheid behan delde, het middagmaal gebruikt te hebben, naar het huis harer ouders ging, om nogmaals tevergeefs te beproe ven hen die haar verstooten hadden te vermurwen, in den deerniswaardigen toestand waarin zij, die weldra moeder zou worden, zich bevond. Doch hare pogingen waren even vergeefsch, als zij maar al te zeer had ge vreesd. Het briefje dat zij gereed gemaakt had, werd door haar naar binnengeworpen toen voor haar de deur van het ouderlijk huis zich weder sloot; en daar buiten bleef zij alleen met het droevige voornemen, dat in de laatste dagen tot rijpheid bij haar gekomen was, om een einde te maken aan haar ongelukkig leven. In de ouder lijke woning, waaruit zij verstooten was, wilde zij ster ven. De deur werd ha.ar gesloten, maar daar ginder was een kelderluik, dat van buiten geopend kon worden, en weldra bevond zij zich daarbinnen; althans onttrokken aan de onverschillige en nieuwsgierige blikken van de saamgeschoolde buurt. „De volgende dag brak «aan, en niemand wist wat er van de verdoolde en verstootene geworden was. De dag ging. voorbij en de treurige taak begon van het zoeken naar het lijk. In het water voor het huis werd gevischt en gezocht, cn met dreggen gesleept, maar alles was ver- „Reeds begonnen de buren, die het meisje den kelder hadden zien binnengaan, te mompelen dat zij zich in het huis van haar vader moest bevinden, en haar min naar, wiens lichtzinnige betrekking tot het meisje de eerste oorzaak van zooveel ongeluk was geweest, op die geruchten opmerkz«aam geworden, drong er op a«an dat men met hem het huis zou doorzoeken. „Donderdag morgen geschiedde dat, en toen men in den kelder kwam, vond men daar de ongelukkige jonge dochter, die binneu kort moeder zou zijn, bewusteloos liggende, met een doek stijf om den hals gewrongen, het gelaat blauw van het aangedrongen bloed, stuiptrek kende, en naast haar een geopend zakmesje, waarmede zij zich, vóór hare, gelukkig nog niet geslaagde, poging om zich te verworgen, een diepe snede aan den hals b«ad toegebracht. „Zij werd naar het huis barer tante overgebracht, bij wie zij op den noodlottigen dag, gelijk zij toen zeide, haar galgemaal had gebruikt. Waarom zij niet in de wo ning harer ouders is verpleegd? Wij durven het niet zeggen. Het gerucht, beweert, dat die woning zelfs nu nog voor haar gesloten werd doch wij wenschten gaarne dit niet te gelooven. „De ongelukkige bevindt zich thans in zorgweklcen- den toestand, en zal, vernemen wij, naar het gasthuis worden overgebracht."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1