Éjanïirlsbmcljtm, 2lïn>rrtmtim. ©ijf m ïiftrtifljariijc (ikMüfrffittptg ©it;c leestafel. Brftijöinijcit. gfitipnge Imrelijtorftrapt) ©ijf m üüiiithp'ttjf (Mttrercfmrjmij zorgen. De tegenwoordige toestand waarin alleen vor sten, regentenen diplomaten het lot der natiën in handen hebben, die derhalve oppermachtig over vrede en oorlog beslissen, behoort plaats te maken voor een staat van zaken, waarbij de volken de hoogste rechters zijn. Wan neer zij levendig doordrongen waren, zoo redeneeren thans velen, van de rampen van den oorlog, en den vrede als den zekersten waarborg van hun geluk en hun toenemende welvaart beschouwen, dan ook zouden zij de rechte middelen leeren aanwenden, om zich een toestand te verwerven die hun lot niGt langer aan de ongelukkeu blootstelt, welke het nu nog steeds bedreigen, nu de geringste aanleiding voldoende is om het geluk, uiet van een enkele natie, maar van wereld- deelen op het spel te zetten en te verwoesten. Maar ongelukkigerwijze zijn de volken daarvan nog niet door drongen, zoodat eer de geïdealiseerde toestand in een feitelijken zal kunnen overgaan, aan volksopleiding nog vlijtig moet gearbeid worden. De afkeer tegen den oorlog kan men inmiddels doen toenemen door al de gruwelen, die er rechtstreeks of zijde lings uit voortvloeien, met de scherpste kleuren te teeke nen, en daarom heeft de heer Riko in het bovengenoemde boekje niet alleen aide grootste wreedheden en ijselijk heden die door de heide thans oorlogvoerende partijen' zijn gepleegd, verzameld, maar stelt hij tevens in het licht de lage hartstochten die zijn opgewekt en in al hun kracht woeden, de leugentaal die als waarheid wordt geëxploiteerd, de geveinsdheid die men voor godsdienst wil doen doorgaan, de dolle woede die voor heldenmoed moet gelden, het moorden en branden dat als roem en eer wordt toegerekend. De beschrijving van het lijden der troepen op marsch, van de afschuwelijke slachting in den strijd, van de hartverscheurende tooneelen die het slagveld aanbiedt, van de ellende in.hospitalen en laza retten, van de enorme verliezen aan de natiën berokkend, dat alles is dan ook verschrikkelijk. Als de heer Riko de ellende van den oorlog heeft ge schetst geeft hij, als het middel om daaraan een einde te maken, het oprichten van vredebonden aan de hand, op de grondslagen die door de Ligue internationale et per manente de la paix zijn aangenomen, en wekt hij op tot algemeene deelneming daaraan. Dat vereeniging van velen tot hetzelfde doel nuttig kan zijn en dikwijls goede resultaten kan opleveren, heeft de geschiedenis geleerd,- de Anti-slavery society, het Anti-dagbladzegel-verbond, in vroegeren tijd de Maat schappij tot nut van 'talgemeen, enz. zijn el voorbeelden van. Doch zonder de waarde van vredebonden te willen betwisten, meenen wij toch dat er nog iets anders noodig is om het doel dat zij beoogen te bereiken. Dit is ook de overtuiging van den schrijver der brochure „Oorlog," die op zeer populaire wijze het thema behandelt: „onder wijs, aankweeking van vrijheidsliefde en daardoor vor ming van een onafhankelijk karakter, en aansporing en vermaning tot liefde, eensgezindheid en verdraagzaam heid, moeten de beginselen zijn, waardoor wij den oorlog moeten zien te overwinnen." Hij neemt aan, dat de volken vredelievend zijn, maar niet genoeg ontwik kelt, om te oordeelen over dingen waarbij zij het naaste belang hebben, te onverschillig en karakterloos ten op zichte van hun staatkundige vrijheid, en dat zij in hun bijzonder leven zich te veel door onverdraagzaamheid laten beheerschen. Daardoor is het de schuld cler volken, dat de bestuurders en staatslieden niet beter zijn, want deze laten zich door de domheid, onverschilligheid en ka rakterloosheid der natiën, tot dadeu verleiden die deze laatsten zelf veroordeelen. Deze opmerkingen zijn niet nieuw, maar zij kunnen niet genoeg onder de aandacht wor den gebracht. Meer oorspronkelijk en zeer ter overweging aan te bevelen is de door den schrijver uitgesproken wensch dat de oprichting van vredebonden gepaard moge gaan met pogingen om de slechte eigenschappen der volken te overwinnen, waardoor de oorlog onmoge lijk zal worden, zonder dat men tot eene grondwetsher ziening of dergelijke maatregelen zal behoeven over te gaan. Graanmarkten enz. Middelburg, 19 November. Raapolie 51-£. Patentolie /53-i. Lijnolie 37. Raapkoeken fper 1040 stuks Lijnkoeken: zachte harde per 104 stuks. Prijzen van effecten. Amsterdam 19 November 1870. Nederland. *Certific. Werkelijke schuld 24 pet. 514 ♦dito dito dito 3 60 4# *dito dito dito 4 81 ♦Aand. Handelmaatschappij 44 dito exploitatie Ned. staatssp. België. ♦Certificaten bij Rothschild 24 Rusland. ♦Obligatiën 1798/1816 5 90± ♦Certific. adm. Hamburg 5 62 ♦dito Hope Co. 1855, 6e serie 5 734 ♦Cert. f 1000 1864 5 89 J ♦dito f 1000 1866 5 88§ ♦Loten 1866 5 „203 ♦Oblig. Hope Co. Leening 1860 44 79 ♦Certific. dito4 ♦Inscript.Stieglitz&Co.2ea4eL. 4 ♦Obligatiën 1867 4 634 ♦Obl. 1869 4 634 ♦Certificaten 6 394 ♦Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5 207| ♦Oblig. dito 4 „100 ♦dito dito 4i Obl. spoorweg Poti-Tiflis 5 79^ dito dito Jelez Orel 5 794 dito dito Charkow Azow. 5 784 Polen. *Schatkistobligatiën4 63 Pruisen. ♦Obligatiën5 Oostenrijk. *Oblig.metall.in zilver Jan.Juli 5 491 ♦dito dito April/Oct. 5 491 ♦dito in papier Mei/Nov. 5 42-} ♦dito dito Febr./Aug. 5 Italië. Leening 1861 5 494 ♦Certific. bij Lamaison c. s. 5 «TT ♦Obligation.2J thans 3 29 *dito 18673 ♦dito Binnenlandsche 3 2og- Portugal. ♦Obl. 1856—1863 3 28J *dito 18673 2SJ Turkije. dito (binnenl.) 5 3b i Griekenl. dito (blauwe).5 Egypte. dito 1868 7 '1 Amerika. ♦Obl. Vereenigde Staten (1874) 5 ♦dito dito dito (1904) 5 ♦dito dito dito (1882) 6 92-jf ♦dito dito dito (1885) 6 924 ♦Obl. Illinois7 ♦dito dito Bedemtion 6 Oblig. Atl.Gr.W.Spw.Ohiosec.(7p) 684 dito dito geconsolideerde .7 dito dito debentures 8 dito St.Paul Pac. Spw.le sec. 7 dito dito dito 2e sec. 7 dito dito 1869 dito 7 59 Brazilië. ♦Obl. 1863 44 ♦dito 1865 5 88 Mexico. dito 18513 Grenada, dito afgestempeld6 214 Ecuador, dito 1 Venezuela, dito3 7 Prijzen Tan coupons. Amsterdam, 18 November. Metall. 19.60Dito zilver 24.274. Dito Eng. per 11.80; Eng. Russen per Eng. Portugal per Fransche Belg. 554; Pruis, ƒ344; Hamb. Russen 284; Russen in Z. R. 284; Pools, in Fl. Spaans, Amerik. Dollars 2.39; dito papier ƒ2.11Spaans.-Frans. van HENDRIK SMIES CHRISTINA SLUIJMER. Axel, 20 November 1870, in de gedeelten der stad die onmiddellijk aan de wallen eu bastions grenzen, ziet men groote verwoestingen daar vindt men enkele huizen die door granaten geheel zijn vernield of die geheel zijn uitgebrand. Het bewijs is dus voldoende geleverd, dat de beschuldiging van den kommandant der vesting, volgens wien de Pruisen oor log voerden tegen de vrouwen en kinderen, een leugen is. „Integendeel; men kan duideijk opmerken dat onze kanonnen alleen de vestingwerken tot doel voor hunne kogels hebben gekozen, zelfs de hooge toren der cathe- draal, die den vijand een zoo gunstige gelegenheid gaf, om onze bewegingen waar te nemen, draagt slechts enkele sporen van kogels. „De stad is door en door Fransch, en zeker wenschen de inwoners van harte aan die „vervloekte" Pruisen een volkomen nederlaag toe, maar toch merkt men uit hunne houding volstrekt geen ontevredenheid of erger nis over de capitulatie. Het hemd is nader dan de rok, zoo denkt men hier ook, want, niet alleen is het gevaar voor een vierde bombardement geweken, maar men heeft ook de aangename ontdekking gedaan dat de Beitel Prcussenwelvoorziene beurzen hebben, wier inhoud aan het verkeer een weldadigen prikkel geeft. „De soldaat die reeds zoolang in kleine verlatene dorpen had vertoefd, brandde van begeerte om zijn tha- lers en franken eens weder in een stad te kunnen uitge ven. De winkels zijn dan ook bijna allen geopend en doen goede zaken, terwijl een menigte menschen voortdurend de koffiehuizen in en uit stroomen. Het zijn niet alleen de overwinnaars, maar ook de ontwapende overwonnenen die de stad met leven en vro olijkheid vervullen. Men ziet op de straten bijna evenveel Fran sche als Duitsch uniformen. Beide partijen gaan zeer welwillend met elkander om, en menigmaal wordt een echt Duitsche Gulen Morgen!" door een Franschman aan een Duitscher toegeroepen. Hij die groet is dan na tuurlijk Elzasser of Duitsch-Lotharinger. „Zoowel in het koffiehuis Labordère, als in het hotel „In de drie raooren," kan men de Pruisen bij Bourgonje- en Champagnewijnen, aan fijne déjeuners en diners vin des, die zij duur moeten betalen. „Overal is men bezig de hoopen mest en steenen van de kelderluiken weg te ruimen, die ter beveiliging tegen de granaten door de burgers er waren opgelegd. De kanonnen en affuiten staan nog op de wallen, en rondom liggen zakken met kruit dat door den regen bedorven is. Een bezoek aan de stallen der Afrikaansche jagers be loont de moeite zeer en men staat verbaasd, over de menigte schoone en goede paarden die men ziet; een stal staat vol prachtige schimmels, en een geheele rij Arabische hengsten trekt in een andere de aandacht. Een stoutmoedig ruiter voorzien van een goeden teugel en een drinkgeld, kan zich hier gemakkelijk een uit muntend rijpaard aanschaffen, want de Franschen be kommeren er zich weinig over. De Pruisen hebben zich van alle toeëigening der paarden onthouden, en zoo zijn deze zonder eigenaars of toezicht. Reeds heb ik een paar van honger zien sterven, en op het plein van de kazerne loopen ze bij menigten door elkander. Er heeft zich thans eene commissie gevormd, om de schoone •dieren over te nemen en er voor te zorgen. „Alleen de linietroepen, ongeveer 5000 man, vertrek ken in krijgsgevangenschap naar Duitschland, de in Verdun te huis behoorende mobiele en nationale garden worden slechts ontwapend en daarna in vrijheid gesteld. Het 60e Brandenburgsche regiment is aangewezen om de bezetting der vesting uitte maken, doch aan zes com- pagniën is het transport der gevangenen opgedragen, bijgestaan door het bataljon landweer uit Aken en twee compagniën pionniers. De kommandant van ge noemd regiment, von Dannenberg, neemt voorloopig het bevel over de vesting op zich. „Van de overige troepen die het belegeringsleger hebben gevormdzijn reeds het65«.regiment, het 8ebatal jon pionniers en het 8e bataljon jagers naar Varrennes opgerukt, om zich met het legerkorps te vereenigen; het bataljon landweer von Simmern gaat naar Dun en Etain sur Etappe, terwijl het bataljon Jiilich naar Bar le Due vertrekt om daar nadere bevelen af te wachten." Jtcnschenslachüng en Hinde vernieling. Een woord in verband met den vredebonddoor A. J. Riko. 's-Graven- hagc, bij Gebr. Belinfante. Oorlog, Groningen, bij J. B. Wolters. Talrijker worden de stemmen die zich tegen den oorlog en voor den vrede verheffen, en bij het zoeken naar mid delen, om in de toekomst den vrede beter en krachtiger te waarborgen, geraakt men meer en meer tot de over- iging, dat het de volken zelf zijn die daarvoor kunnen Uit Noord wijk aan zee wordt ons van 16 November jl. gemeld: Heden namiddag strandde het schoonerschip Gijda, gezagv. Carl Th. Bentzer, komende van St. Peters burg en besterad naar Rotterdam, met gebroken masten en tuig en zonder roer. Van hier bespeurd wordende dat het vaartuig in nood was, werd onmiddellijk de red dingsboot afgezonden, waarmede de bootsgezellen allen behouden aan wal kwamen. Het vaartuig bleef op de buitenbank staan, waardoor de redding bij een rol lende zee nog bemoeilijkt werd. Het schip is met rogge geladen en zal weg zijn. van W. VAN RIET, Predikant. en C. BAART. Sint-Kruis, 18 November 1870. HUNNE DANKBARE KINDEREN. van D. J. JOLMERS en J. BAROEN. Middelburg, den 21 November 1870. HUNNE DANKBARE KINDEREN.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 3