6utten!anïi. voor *207,000W. Zonneveld, te Schiedam, voor ƒ202,400; C. Roskam Jz., te Sliedrecht, voor 196,600; L. Kalis Kz., te Sliedrecht, voor 193,798; D. Volker, te Dordt, en A. Volker Lz., te Sliedrecht, voor 189,800. De begrooting bedraagt slechts 169,600. Voor het maken en plaatsen van een waaiertrommel met toebekooren in de schuitsluis te Vlissingen; het maken en plaatsen van vier bewegingstoestellen voor de deuren der keersluis te Vlissingen;het maken en plaat sen van zestien bewegingstoestellen voor de deuren der kleine schuitsluis te Vlissingen en te Veere; en het leveren en plaatsen van acht bewegingstoestellen en schuiven in de sluisgebouwen te Vlissingen en te Veere, waren 8 biljetten ingekomen, van de heeren: H. Figee, te Haarlem, voor 28,850; Penn en Boude- wijn, te Dordt, voor 26,439; de koninklijke Nederland- sche grofsmederij, te Leiden, voor 25,600; de Neder- landsche stoombootmaatschappij, te Rotterdam, voor 24,980; L. J. Enthoven en O., te 's Gravenhage, voor 24,966; A. F. Smulders, te 's Bosch, voor 24,830; I. van de Wal Bake, te Utrecht, voor 24,509; D. A. Schretlen en O,, te Leiden, voor 20.100. De begrooting was 29,500. Heden is door het bestuur der godsbuizen alhier aanbesteed de levering der levensmiddelen, brand- en lichtstoffen enz. vóór het geheele dienstjaar 1871. Hooger prijzen dan het vorige jaar zijn bedongen voor: boekweitmeel 11.25 tegen 10.99 het vorige jaar; blauwe erwten 10.49 tegen 10.25; gort (gemeen beste) f 13.89 tegen f 13.18, alles per hektoliter; rijst 0.161 tegen 0.14tBossche boter 1.18 tegen 1.14; 'Gorkumsche boter 1.37 tegen 1.33; vleesch ƒ0.68 tegen ƒ0.62; stokvisch ƒ0.41 tegen f 0.30; zuurkool 0.11 tegen 0.08, alles per kilogramEngelsche grove steenkolen ƒ1.29 tegen ƒ1.05; Brusselsche of Ruhr- steenkolen ƒ1.04 tegen 0.69i, beiden per hektoliter; olmen vaamhout 6.75 tegen 6.50 per stere; patentolie 0.51 tegen 0.43 per hektoliter. Lager prijzen zijn bedongen voor: aardappelen 2.79 tegen 2.89 per hektoliter het vorige jaarzeep 0.32 tegen 0.33.| en stijfsel 0.31 tegen 0.32, beiden per kilogram. Gelijke prijzen als ten vorigen jare zijn bedongen voor zoutevisch 0.32 per kilogram karnemelk 2 per hek toliter; zout 0.12istroop 0.19; kaarsen ƒ0.76 en soda 0.07, alles per kilogram. Therm ometerstand, 17 Nov. 'sav. 11 u. 41 gr. 18 'smorg.7u.37 gr.'smidd. lu,42gr. 'sav.6 u.41gr. Staten-generaal. TWEEDE KLAMER. In het antwoord op het verslag over het ingetrok ken hoofdstuk YIIc der staatsbegrooting voor 1871 (hervormde eeredienst) is uit de laatstelijk in de gemeenten gehouden stemming gebleken, dat slechts 703 van de 1509 kerkelijke gemeenten zich aan de nieuwe regeling betreffende het toezicht op het kerkelijk beheer hebben aangesloten. Eene algemeene instemming met de nieuwe organisatie zal dus waar schijnlijk niet bereikt worden, en daarom is ditmaal een post voor kosten van toezicht niet weder voorgedragen- Bij nota van wijziging overgelegd bij de memorie van beantwoording omtrent hoofdstuk VIIc(nationale schuld), is het bedrag der rente uitgetrokken voor schatkistbiljet ten verminderd met 500,000 en dus gebracht op 250,000. De opmerking dat met de beslissing omtrent de leening niet te lang moet worden gewacht, omdat de toestand der geldmarkt nog ongunstiger zon kunnen worden dan hij reeds is, kan den minister niet nopen tot afwijking van zijn streven om den staat zoolang mogelijk van een nieuwen rentelast bevrijd te doen blijven. Bij het antwoord nopens hoofdstuk II (hooge collegiën enz.) verklaart de minister dat voor verbetering der tri bunes van de eerste kamer buiten gebruik zijnde lokalen van de rekenkamer zijn afgestaan. De verandering dier tribunes is bestuurd door de huishoudelijke commissie dier kamer. De regeering meent zich dus van beschou wingen over het meerdere of mindere doelmatige daar van te kunnen onthouden. Op verzoek van den directeur van het kabinet des konings zijn diens archieven in de vervallen vergaderzaal der rekenkamer geplaatst. Daar de bedoelde directeur ongenegen was het nieuwe gebouw op den Fluweelen Burgwal te betrekken, is dat lokaal thans in gebruik bij de directie der staatsspoorwegen. Bij de overweging in de afdeelingen van het wetsont werp tot herziening van den census was de klacht alge meen dat het voorstel niet op zoodanig grondig onder zoek steunt, als het daarbij betrokken, gewichtig politiek vraagstuk vereischt. De aan gedeputeerde staten in der tijd uitgevaardigde circulaire bevat niet wat hoofdzaak was; daarbij is niet gevraagd welke progressie in het ge tal kiezers sedert 1850 heeft plaats gehad en in hoeverre die toename gelijken tred heeft gehouden met de ver andering in de plaatselijke gesteldheid. De uitgebrachte adviezen door gedeputeerde staten zijn dan ook onvolledig. De meeste leden zagen daarin dan ook geene rechtvaardiging voor den voorgestelden maatregel. In vier sectiën werd het gevoelen geopperd, dat de herzienning van den census door een volledige administratieve enquête moet voorafgegaan worden. Omtrent de twee strekkingen der voordracht (1° weg neming van ongelijkheden en onregelmatigheden in den census en verlaging, waar hij vergeleken met andere plaatsen te hoog is, 2-> algemeene verlaging waar de cen sus niet reeds het minimum bereikt heeft) openbaarden zich hoofdzakelijk drie gevoelens. Volgens het eerste gevoelen is zoo wel partieele als algemeene verlaging noodzakelijk. Volgens deze leden was de stedelijke bevolking mopr verlicht dan die van het platteland. Wij kunnen ons niet onttrekken, meende men, aan den invloed van het voorbeeld in naburige staten gegeven waar men, Pétat des esprits in aanmer king nemende, tot het algemeen stemrecht geraakt is of daartoe komen zal. Wij behooren. vóórdat de publieke opinie zich sterker uit, in dat opzicht eene schrede voorwaarts te doen. Men meende dat er geen grond be stond om niet de kiezers voor gemeenteraden ook voor de staten-generaal te laten stemmen. Naar het tweede gevoelen is er zelfs voor partieele verlaging geen genoegzame grond, en in alle gevallen het tijdstip voor eene herziening ongunstig. De census is eigenlijk reeds lager dan in 1851, daar toch in de laatste 20 jaren de waarde van het geld onbetwistbaar is ge daald. Voor de belangen van den arbeidersstand is voldoende gezorgd door de afschaffing van de accijnsen op de eerste levensbehoeften. Volgens deze leden moest in elk geval de belastinghervorming aan dezen maat regel voorafgaan. Volgens het derde gevoelen is de hier en daar bestaande onevenredigheid te verbeteren, mits men niet het cijfer der bevolking tot maatstaf neme. Het aantal van hen die in de steden uit gemis aan mate- rieele vereischten geen kiezer zijn, is onder anderen veel grooter dan op het platte land. Men was tegen liet ontnemen der elasticiteit aan ons kiesstelsel. Het voor beeld van naburige landen pleit niet voor invoering van algemeen stemrecht. Bovendien kan een eventueele inkomstenbelasting velen thans niet bevoegden tot kiezer maken. Tegen de voorgestelde verhoogingen en verlagingen werden verschillende bezwaren geopperd. Zoo vroeg men onder anderen waarom het advies van gedeputeerde staten in Zeeland niet is gevolgd. Er waren leden die Goes met Leiden wilden gelijkstellen. Een lid achtte het district Middelburg te groot; Zeeuwseh-Vlaanderen overstemt volgens hem Walcheren. Algemeen OTerzicht. Omtrent de diplomatieke correspondentie tusschen de verschillende belanghebbende partijen bij het tractaat van 1856 zijn natuurlijk allerlei geruchten in omloop, waarvan de juistheid of onjuistheid niet dadelijk is te constateeren. Zoo wordt beweerd dat de Russische re geering het voornemen zou hebben om het houden eener conferentie voor te stellen aan de mogendheden, welke het tractaat van Parijs hebben onderteekend. Daarbij zou echter de vraag zijn op welke grondslagen de mogend heden dergelijke conferentie zullen willen aannemen. Van een andere zijde wordt verzekerd dat het denk beeld tot herziening van art. 14 van het tractaat van Parijs ondersteuning zou vinden bij de regeeringen van Oostenrijk en Italië. Men weet dat artikel 14 van bedoeld tractaat aldus luidt: „Eene conventie tusschen Rusland en Turkije omtrent het getal oorlogschepen, welke beide staten tot bescherming der kust in de Zwarte zee mogen hebben, is aan dit tractaat gehecht." Deze afzonderlijke, uit drie artikelen bestaande conventie, be paalt het aantal dier oorlogsvaartuigen op zes oorlogs- stoombooten van vijftig meters lengte en metende ten hoogste achthonderd ton, alsmede vier stoom- of zeil schepen, metende ieder niet meer dan tweehonderd ton. Intusschen betuigen bijna alle Londensche dagbladen hunne ingenomenheid met de onzen lezers bekende vrij krachtige nota van lord Granville. The Morning Adver tiser roept echter eenigszins wanhopig uit dat, „indien de neutrale mogendheden niet bij machte zijn otn eene verergering der reeds bestaande verwikkelingen te voorkomen, het tijd wordt dat de natiën van Europa in iets anders dan in have hoven, diplomaten en legers de middelen zoeken om den vrede te waarborgen, welke alle natiën wcnschen, doch door de souvereinen en regeeringen voortdurend wordt verstoord." Zoo onge veer sprak ook onlangs de heer Castelar in de vertegen woordiging te Madrid. De meerderheid der Spaansche Cortes heeft echter nogmaals de proef gewaagd met het koningschapWoens dag avond rinkelden de glazen te Madrid van vreugde schoten over de benoeming van den nieuwen vorst en in de eerste dagen van Decemberzal de vijf en twintigjarige hertog van Aostazeker wel, als pleegt te geschieden, in de uniform van admiraal of generaal aan de Spaansche kust landen, om zijn nieuwe betrekking te aanvaarden,, waarbij zij a pad echter zeker wel niet alleen met rozen zal zijn bestrooid. Indien het aanvankelijk aangenomen reglement omtrent de verkiezing van een vorst later niet was gewijzigd en de meerderheid van twee derde-der uit gebrachte stemmen niet tot de volstrekte meerderheid was teruggebracht, dan zou ook de candidatuur van prins Amedaeus weder mislukt zijn. Thans was een aantal van 173 stemmen voldoende en de prins erlangde nogaohttien stemmen meer! Overigens blijkt uit de opgave der stem men dat de partij van den hertog van Montpensier door 27 en de republikeinsche partij door 63 steramen in de Cortes is vertegenwoordigd. Omtrent de operatiën van het Loire-leger en de daar tegenover ageerende Duitsche troepen meldt het officieel orgaan van het gouvernement te Tours dat Toury thans insgelijks door het Duitsche leger is ontruimd, hetwelk zich aan die zijde, verder noordwaarts, op Angerville heeft teruggetrokken. Dekrijgsgebeurtenissen in Frankrijk trekken thans ech ter eerst in de tweede plaats de aandacht, waar de Euro- peesche natiën, welke zich gelukkig achtten van tot dus verre aan het dreigend oorlogsgevaar ontkomen te zijn, zich weldra zelf in een algemeenen oorlog vreezen te zien gewikkeld tengevolge van de te duchten uitbarsting der Oostersche quaestie. Die uitbarsting kan slechts door concessiën aan het gouvernement te St. Petersburg weder uitgesteld worden, doch zoowel te Constantinopel als te Londen schijnt men van geenerlei concessiën te willen hooren. Een telegram uit de EDgelsche hoofdstad aan l'Indópendance beige zegt zelfs dat, indien de Engelsche regeering mocht aarzelen om een zeer krachtige hou ding aan te nemen tegenover Rusland's eischen, de pu blieke opinie haar daartoe desnoods zou dwingen. Het verdient overigens de aandacht dat de Külnische Zei- tung, welke aanvankelijk Rusland's eischen zeer afkeurde, thans eensklaps tot de tegenovergestelde conclusie komt. Sommige dagbladen welke aan het bestaan eener Russiseh-Prnisische alliantie gelooven beschouwen het gerucht, als zou de Pruisische regeering de zaak van paus Pius IX tegenover Italië willen verdedigen, als een inti midatie-middel om het gouvernement te Florence.onzijdig te doen blijven in het conflict van Engeland, Oostenrijk en Turkije met Rusland. Bij koninklijk besluit beeft de Pruisische regeering het Duitseh bondsparlement tegen 24 November bijeen geroepen. Deze vergadering zal zich hebben bezig te houden met het verleenen van nieuwe oorlogskredieten en met de vcreeniging der Zuid-Dnitsche staten met den bond. De onderhandelingen te dien opzichte met de Beiersche regeering schijnen in de laatste dagen betere resultaten te hebben opgeleverd dan tot dusverre. De pressie was trouwens zoo groot dat het ministerie van koning Lodewijk wel niet bij machte zal geweest zijn om verder weerstand te bieden. Een bericht uit het Prui sisch hoofdkwartier- te Versailles meldt dan ook dat spoedig het einde der onderhandelingen te voorzien is. Een telegram uit Washington behelst dat de sedert Juni van het vorig jaar bij het Engelsch gouvernement geaccrediteerde vertegenwoordiger van Amerika, J. L. Motley, door zijne regeering zou worden teruggeroepen. Omtrent de redenen, welke daartoe hebben geleid, is nog niets met zekerheid bekend. Indien dit bericht mocht worden bevestigd, zou het niet ontbreken aan gevolgtrekkingen met het oog op den bestaanclen toestand, de entente cordiale tusschen Washington en St. Petersburg, en de Alabama-quaestie, welke men in Amerika nog volstrekt niet vergeten heeft. En te midden van al die dreigende gevaren van een algemeenen oorlog heerscht cr reeds eenige weken in Nederland een ministerieele crisis, door geenerlei par lementair incident te verklaren. Sommige fvaetiën der liberale partij daar te lande schijnen te vergeten dat de vaderlandsliefde waarover men zich dikwijls op zoo woordenrijke wijze uitlaat niet alleen op het slag veld hare toepassing vindt, maar ookelders.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 2