Het bestaande getal rijksscholen voor middelbaar on
derwijs zal niet verder uitgebreid worden; wel bestaat
het voornemen om de cursus van 3 op 5 jaren voor enkele
scholen te brengen. Of er verpenigiug van een landbouw
school en de veeartsenijkundige inrichting zal geschie
den, is nog niet beslist.
Voor een meisjesschool van middelbaar onderwijs te
Goes wordt een subsidie van 3000 'sjaars voorgedragen.
Bij de memorie is overgelegd een staat der gemeenten
welke nog in 1871 verbruiksbelastingen wenseben te
heffen. Daaronder bevinden zich in Zeeland, de gemeen
ten Middelburg, belasting op het gemaal f 2.50 per 100
kilogram, Veere, idem per 100 kilogram, gedistilleerd
f 6 per hektoliter, en Vlissingen, gemaal /3 per 100 kilo
gram, gedistilleerd f 10 per hektoliter.
üuitcnlanö.
Algemeen overzicht.
Uit de in ons vorig nommer opgenomen „laatste be
richten" omtrent Rus,land's verlangen tot wijziging,
herziening, vervallenverklaring of wat het dan ook
zijn moge van het tractaat van Parijs, bleek de daar
omtrent nog bestaando onzekerheid. Te Londen, Con-
staniinopel en Weenen is men echter alles behalve
gerust omtrent dit nieuwe point noir aan Europa's reeds
zoo bewolkten horizon. DeOostenrijksche bondskanselier
von Beust, die zich in Zwitserland bevond, is onmiddel
lijk naar Weenen teruggekeerd, eu de president van het
Hongaarsch ministerie Andrassy, heeft zich insgelijks
uit Pesth naar de residentie van den koning van Hon
garije begeven om aan de gedachtenwisselingen van de
raadslieden der kroon deel te nemen.
Uit New-York wordt overigens omtrent de houding
der Russische regeering ten aanzien van den Fransch-
Duitschen oorlog eene mededeeling gedaan, welke te
belangrijker is omdat zij schyiit te berusten op zeer
bepaalde diplomatieke kennisgevingen. De regeering te
St. Petersburg zou namelijk het voornemen hebben om
tegen alle vergrooting van Duitsch grondgebied te
protesteeren. Indien Pruisen echter niettemin aan zijn
plan tot inlijving van Fransch grondgebied gevolg mocht
willen geven, zou de regeeriug van liusland een daar
mede overeenkomende vergrooting van grondgebied
verlangen, om het evenwicht tusschen haar en Duitsch-
land te herstellen.
De onderhandelingen van den Noord-Duit3chen bond
met de Zuid-Duitsche staten omtrent huune vereeniging,
schijnen alleen nog maar bezwaren op te leveren ten
aanzien van Beieren, hetwelk nog ongenegen is om zich
dermate van zijne onafhankelijkheid te laten berooven
als de heer von Bismarck zou wenschen. Men beweert
zells dat deze „onhandelbaarheid"' reeds ten gevolge heeft
gehad dat Pruisen niet zonder reden deBeiersche troepen
bij voorkeur in het vuur zendt,om de regeering te Munchen
zooveel mogelijk te verzwakken. Reeds was het gerucht
in omloop dat alle onderhandelingen in het Pruisisch
hoofdkwartier tusschen den heer von Bismarck cn de
Beiersche ministers waren afgebroken. De te Augsburg
verschijnende Abendzeitung verzekert echter ten stel
ligste dat dit niet het geval is, dat de onderhandelingen
worden voortgezet en dat het verblijf der Beiersche
ministers in het hoofdkwartier te Versailles is verlengd.
De Börsen Zeitung laat zich uit Amsterdam schrijven
hoe aldaar in welonderrichte kringen wordt beweerd dat
de onderhandelingen over den afstand van Luxemburg
aan Duitschland reeds in vollen gang zijn, en dat men
de thans te 's Gravenhage bestaande miriisterieele crisis
als met die onderhandelingen in verband staande be
schouwt. Tegelijkertijd wet dit onzinnig bericht komt
overigens een berichtgever van de Kölnische Zeitung
met een waarlijk bespottelijke arrogantie beweren dat,
indien Duitschland Luxemburg's inlijving ernstig ver
langt. de Luxemburgers zich maar moeten onderwerpen.
„Wat kunnen zij er tegen doen? Schreeuwen, leven
maken, demonstratiën beproeven enzich belachelijk
maken." Wij wijzen op deze en dergelijke verschijn
selen ter bevestiging der vrees dat de kleine staten
van Europa zich mogen voorbereiden om in meerdere of
mindere mate door zulke uitingen van de verregaande
onbeschaamdheid der Duitschers allerlei overlast te heb
ben. De uiting van dezen berichtgever der zoogenaamd
liberale Kölnische Zeitung is op dat terrein, meenen
wij, dan ook al vrij curieus Volgens zijne raeening zou
dus Pruisen voortaan slechts zijn wil hebben mede t§
deelen, om alle staten, welke geen voldoende zundnadel-
argumenten kunnen bijbrengen, te doen zwichten. Doen
zij dat niet, dan maken zij zich volgens den bericht
gever der Kölnische Zeitung slechts belachelijkHet
is waarlijk of de vroeger aan de Franschen zoo terecht
vei weten grootspraak en verwaandheid thans geheel en
al op hunne overwinnaars is overgegaan.
Laatste berichten.
Brussel.
De stap der Russische regeering ten aanzien van
het tractaat van 1856 heeft hier in diplomatieke kringen
een zeer groote sensatie gemaakt.
In de heden gebonden zitting der kamer van afge
vaardigden heeft de aangekondigde interpellatie van
den heer Brasseur plaats gehad omtrent de vertoogen,
welke door de Pruisische regeering naar aanleiding van
artikelen in Belgische dagbladen zouden zijn ingediend.
De heer Brasseur verlangde te weten of werkelijk der
gelijke nota door Pruisen was ingediend, en keurde
overigens zeer af dat de Moniteur beige het artikel van
l'Echo du Luxembourg had overgenomen. De heer
Brasseur constateerde toch dat de dagbladpers in het
algemeen en de in deze geïncrimineerde organen in 't bij
zonder altijd gematigd in hun toon waren geweest,
en zich daardoor verdienstelijk jegens het vaderland
hadden betoond. In antwoord op deze interpellatie
werd door den minister d'Anethan namens het gouver
nement te kennen gegeven dat de heer von Balan geen
diplomatieke nota had ingediend, maar wel in beleefde
bewoordingen zich had beklaagd over sommige Belgische
organen, terwijl toch de dagbladpers in een neutraal
land tot groote gematigdheid verplicht is. Vandaar dan
ook dat de Moniteur beige verschillende artikelen heeft
opgenomen, waarin op dergelijke gematigdheid werd
aangedrongen: Wat de zinsnede in het uit l'Echo du
Luxembourg overgenomen artikel betreft, waarbij werd
aangedrongen hij de geabonneerden op l'Etoile beige om
hun abonnement op te zeggen, die woorden waren
onopgemerkt gebleven en zouden anderszijn weggelaten
geworden.Daarop werd het incident gesloten verklaard,
nadat de heer Brasseur had te kennen gegeven dat hij
later zou voorstellen om het niet-officieel gedeelte van
den Moniteur beige geheel te doen vervallen.
Londen.
Het bericht dat Rusland het tractaat van 1856 heeft
opgezegd maakt hier een groote sensatie. Het ministerie
heeft om deze reden den heer Odo Russell naar Versail
les gezonden om in het Pruisisch hoofdkwartier zeer
bepaaldelijk en ondubbelzinnig opheldering te vragen
omtrent de opvatting van de door Rusland gedane
stappen.
Volgens the Morning Po3t is het volstrekt niet twijfel
achtig welke politieke gedragslijn de Engelsche regee
ring tegenover de eischen van Rusland zal volgen. Zij
zal zich tegeD eiken aanslag op Turkije tot eiken prijs
verzetten.
The Standard meldt dat Rusland een leger samentrekt
in Bessarabië. De militaire autoriteiten in Polen hebben
overigens bevel ontvangen om alle verlofgangers terug
te roepen.
The Daily Telegraph verzekert dat de Russische re
geering zestig kanonneerbooten voor de Zwarte zee
gereed heeft.
Tours.
Het gouvernement heeft besloten tot een gecombi
neerde krijgsbeweging legen de Duitsche troepen onder
de generaals von der'Tann en von Werder.
Weenen.
Het Oostenrijksch gouvernement heeft eene mededee-
ling ontvaDgen van de Engelsche regeering, houdende
verklaring dat zij zich bepaaldelijk verzet tegen de hou
ding van Rusland ten opzichte van het tractaat van
Parijs.
Brieven uit België.
Brussel13 November.
Gij herinnert u, dat ik een mijner laatste brieven
eindigde met de opmerking dat, indien de kreet finis
Franciaz eene waarheid mocht worden, die van finis
Europae niet lang zou uitblijven.
Het schijnt dat ik toen, zonder het mij zelf bewust te
zijn, eene profetie heb uitgesproken.
La Patrie verhaalt, dat toen een vreemd diplomaat
dezer dagen aan den heer von Bismarck had doen op
merken, dal de buitensporige eischen van Pruisen aan
bet overwonnen Frankrijk eindelijk geheel Europa in
bewoging zouden brengen, de kanselier van den Noord-
Duitschen bond met die meer gemaakte dan natuurlijke
levendigheid welke hem kenmerkt, uitriep: Europa!
Wat wilt gij, dat bet zou doen? Er bestaat geen
Europa meer, er bestaat slechts een Pruisen
Ik laat deze woorden geheel voor rekening van la Pa
trie. Er is echter niets onwaarschijnlijks in. De heer
von Bismarck is gewoon zoo te spreken. Er bestaat voor
hem niet alleen eene geheele verzameling van dergelijke
gezegden (de Duitschers noemen ze geflügelle Worté)
maar waarheid is het ook, dat hij de meest vermetele
tot waarheid beeft gemaakt.
Oostenrijk is misschien niet ver van het oogenblik
verwijderd, waarop het Hongarije alleen zal overhouden,
Ook deheer von Bismarck heeft dit vroeger reeds gezegd:
„Ziedaar de Duitsche eenheid door staal en bloed dan
bijna tot stand gebracht."
Nog ontbreekt slechts de toestemming .van Beieren,
hetwelk men zoodanig in den tegenwoordigen veldtocht
verzwakt, door zijn leger steeds overal het eerst in
het vuur te zenden, dat het eindelijk nolens volens Prui-
sen's Caudijnsclie bergpassen zal moeten doorgaan.
Het gezegde dat la Patrie aan den heer von Bismarck
toeschrijft., hoe heftig het ook moge schijnen
heeft niets dat my verwondert. Wat mij meer verrast is
de blindheid van het liberale Duitschland, dat,behoudens
zeldzame uitzonderingen, zich geheel met den stroom
laat meedrijven en opzettelijk de oogen sluit, voor de
gevaren die zijne vrijheid en onafhankelijkheid bedreigen.
Maar er is nog meer. Door een zonderlinge eigenaar
digheid van neiging zien wij dat de geheele Duitsche
dagbladpers zich strenger over de leden van het bestuur
voor de nationale verdediging in Frankryk uitlaat, dan
zij gedaan heeft over het gevallen en in den modder ten
onder gegane keizerrijk. Dit is te onverklaarbaarder
daar dit feitelijk gezag grootendeels is samengesteld uit
staatslieden van 1848, namelijk uit personen die getui
gen waren of handelend optraden bij de beweging waar
aan Duitschland alles verplicht is.
Het is mogelijk, dat men door de lauweren bedwelmd
wordt, en dat deze eene uitwerking als de wateren van
den Lethé-stroom hebbeD, die het verledene doet verge
ten! Indien dit het geval is, is het goed dat Duitsch
land wiens onmatige eerzucht met zijne overwinnin
gen toeneemt, en dat zoover gekomen is dat het reeds
de universeele monarchie onder de klauwen van den
adelaar der Hohenzollerns voorziet het is goed, zeg
ik, dat men eenigszins de herinnering van Duitschland
te gemoet kome.
Denkt u Duitschland terug vóór Februari 1848, en zoek
in het groote Duitschland een enkel boekje, waar vrij
heid woont Overal was de feodaliteit op bet punt om den
invloed te herwinnen dien zij sedert de groote Fransche
omwenteling had verloren. Zelfs in het zuiden, in Wur-
tembergen in Beieren, was er van de constituties slechts
een schaduw meer overgeblevende Duitsche bondsdag,
het groote net dat over geheel Duitschland was uitge
spreid, voerde onmeedoogend de weinige mannen
die over vrijheid durfden spreken naar de staatsge
vangenis.
In Pruisen en vooral in de Rijnprovinciën had de
echo der debatten van het Fransch wetgevend lichaam
onder de Juli-regeering zekere oppositie doen ontstaan
die schroomvallige en bescheiden éischen deed, terwijl
koning Frederik Wilhelm IV* verklaarde dat een met
eene constitutie beschreven papier nooit tusschen hem
en zijn volk zou staan. En men berustte daarin van het
het zniden tot het noorden en van het westen tot het
oosten. Alzoo begroef zich een groot volk met keizer
Barbarrossa op den Kijffhaüser en sliep, en sliep
Bij hunne gedachtenwisselingen richtten de weinige
voor het liberalisme strijdende vertegenwoordigers hunne
blikken steeds naar Frankrijk, en, evenals de joden den
Messias, verwachtten zij van de Fransche revolutie, waar
van de voorteekenen reeds zichtbaar waren, de bevrij
ding.
De moedigste en vermetelste Duitsche revolutionnair
van dien tijd durfde niet aan algemecnen opstand van
het Duitsche volk denken. Hij zag naar Frankrijk gelijk
de Turk naar Mekka.
Maar de opstand kwam. De Februari-omwenteling
ontstond, en dadelijk werden de gevolgen der politieke
denkbeelden merkbaar; geheel Duitschland verhief zich,
en wie er sidderden waren de souvereinen op hunne
tronen.
In dat gewichtig oogenblik toen het voorbeeld van
Frankrijk bet Duitscbe volk had geëlectriseerd, beschikte
dit voor de eerste maal over zijn lotgevallen, en verkoos
de leden van het „7/orpurlemenC te Frankfort, weldra
door een Duitsch parlement gevolgd.
Men weet boe de redactie daarop het verloren terrein
weder gemakkelijk heroverde, naarmate zij gebruik
maakte van de zwakheden, der edelmoedigheid en der
onervarenheid van een idealist als Lamartine, van een
Louis Blanc, een Gamier Pages enz.
Maar toch heeft de reactie, hoe hevig hare werking
van 1849 tot het jaar 1870 ook was, nooit kunnen be
werken dat de Duitsche vorsten hunne voorrechten
terugkregen, welke de omwenteling van lS48hun had