scliuwde kr ij gsmans woestijn mij een classieke oase be
reid, die mij als in een toovernet gevangen houdt. Als
men in langen tijd geen andere boeken als verschillende
„scholen" en reglementen in handen heelt gehad, dan
schenkt een ander boek het genot van een flesch fijne
wijn, wanneer men die in lang niet heeft gedronken.
„Ik moet er mij voor in acht nemen om morgen, als ik
weder met de veldwacht ben uitgerukt, in plaats van:
„chargeert en laadtnie t te kom mandeeren„speeren ge
veld, schilden omhoog!"Doch weg, gij lokkende sirenen!
Ik ruk mij van u los. Ik moet het oorlogspad maar weer
verder bewandelen, en daar komt een donderend geratel
op den straatweg mij te hulp, om mij weder geheel tot de
werkelijkheid terug te brengen. Wederom trekt een trein
zwaar geschut uit Toul voorbij 24ponders, houwitsers
en mortieren, die voor Verdun den oorlogdans zullen
spelen. Daarop volgen een aantal wagens met granaten,
bommen en vaten kruit, alles Fransch fabrikaat evenals
de stukken zelf.
„De dorpsbewoners die ik zie, werpen treurige of toor
nige blikken op dat voorbij trekkend oorlogsraateriëel,
en men hoort den wenscli uiten, dat de stad zich maar
spoedig zal overgeven. Het verlangen naar het einde der
vijandelijkheden en het herstel der gemeenschap met
Verdun is hier algemeen. De bevolking is hier van gan-
scher harte Fransch en toch is zij erg ingenomen tegen
den oorlog en zijn aanleggers. Vandaar dat de verbitte
ring tegen Parijs zoo algemeen is, dat men de trotsche
Seinestad een spoedigen ondergang toewenscht, als slechts
de Pruisen tevens te gronde mochten gaan. „„Les bla-
geurs de Paris" zeggen zij, dragen alleen de schuld van
al de onheilen die het land treffen, en daarom moet de
hoofdstad verdwijnen, zoodat men op de plaats waar een
maal haar boulevards en prachtige gebouwen stonden,
slechts op een ledige vlakte zal kunnen wijzen en zeg
gen voila la place de Paris!" Niet ééns, maar tien
maal heb ik dergelijke gedachten hierhooren uitspreken
en zelfs uit den mond van hen die op de kerkelijk-
gezinde gemeente den grootsten invloed hebben. Maar
terstond volgde dan ook de verklaring: „nik ben.echter
- met hart en ziel Franschman, en als men mij den
aartsbisschoppelijken zetel van Keulen aaubood, zou ik
weigeren."
„Door de inneming van Epinal, de hoofdstad van het
departement der Vogeezen, is de bezetting van Lotharin
gen voltooid, de operatielijn van ons leger tegen iederen
overval beveiligd, en zijn wij in staat om alle organisatie
van vijandelijke strijdkrachten krachtig te beletten. De
Vogeezen schijnen in den Jaatsten tijd een wespennest
van Fransche vrijwillige scherpschutters te zijn gewor
den, waardoor onze laatste operaties nog al bemoeilijkt
zijn. De aankomst van Garibaldi te Besangon zal mis
schien in den toestand der vrijwillige korpsen eenige
verandering brengen.
„Toen in den aanvang van den Italiaanschen oorlog in
1859 Garibaldi plotseling bij Varese verscheen en de
bevolking tot opstand bracht, riep generaal Urban een
handvol mannen te zamen en trok met meer zelfbewust
heid dan militair talent hem te gemoet om den aanvoer
der der bende te verslaan en te vangen.
„De officieren in het Oostenrijksch hoofdkwartier be
spraken intusschen de vraag of men Garibaldi zou
mogen ophangen daar hij toch door Victor Emmanuel
tot generaal was benoemd. Men werd het daarover niet
eens, doch intusschen had Garibaldi Urban verslagen,
en daardoor bleek het Neurenberger gezegde weer zeer
juist, dat men niemand kan ophangen voordat men hem
in handen heeft gekregen.
„Ik verkeer nu echter in denzelfden toestand als die
Oostenrijksche officieren en vraag mij zei ven af, hoe wij
Garibaldi zullen behandelen als hij in onze handen
valt? Daar hij tot generaal der vrijwilligers in de Vo
geezen is benoemd, behoort hij dus eigenlijk ook tot de
vrijwillige scherpschutters en heeft onze voormalige
bondgenoot alzoo aanspraak op dezelfde behandeling als
alle andere vrijwilligers van ons te beurt v ilt. Als Gar-
ribaldi met zijn podagra bij geval voor onze uhlanen niet
vlug genoeg is, en zij hem vangen, aan een boom binden
en doodschieten, dan zal in geheel Frankrijk en vervol
gens misschien in de geheele wereld een geschreeuw
opgaan, dat den beroemden partijganger op zoo snoode
wijze het levenslicht is uitgeblazen; en toch zou er
slechts volgens krijgsgebruik zijn gehandeld. De per
soon doet niets ter zake. Onze beroemde bondgenoot
van 1866 is zijn geheele leven niet anders dan een vrij
williger geweest; zijn waken en drooraen is republiek,
koning- en priesterverdrijving; houdt hem een stuk
hermelijn voor en hij zal er op losvliegen als een stier
op een rooden lap.
„Het gaat overigens den goeden ouden man tegen
woordig als een tooneelspeler die de planken maar geen
vaarwel kan zeggen. Hij heeft reeds uit verveling ro
mans geschreven, en welke romans! Het noodlot wilde
nu dat Frankrijk een republiek werd en hem een nieuw
tooneel werd geopend, waarop bij met zijn zoons kan
optreden. Geen jicht, geen rheumatbiek kan hem weer
houden; zijn republikeinschgezindheid is altijd grooter
geweest dan zijn verstand, en het eerste doet hem totaal
vergeten dat hij den strijd aanvaard tegen hen die vroe
ger zijne bondgenooten waren. Overigens vergeet hij dat
hij thans met geen ongeordende troepen te doen heeft
en zich wellicht thans aan iets waagt, dat hem in de
geschiedenis op zijn ouden dag nog een treurig figuur
zal doen maken.
„Het is volstrekt mijne bedoeling niet om hem zijn lau
weren te willen outrooven, maar de achting der wereld
voor zijn eerlijk en eerbiedwaardig karakter heeft meer
tot zijn naam bijgebracht dan zijn militaire verdiensten,
die wei-bezien tamelijk onbeduidend zijn. De landing
der duizend bij Marsala, is een schitterend historisch
feit geworden; ik wil daarvan niets afdingen; het was
eene koene daad die gelukte tengevolge van dezelfde
omstandigheden, die hem in Sicilië van zege tot zege
leidden. Garibaldi had een leger tegen zich over dat
geen lust had in den strijd en bij Milazzo zijn beetje
moed geheel verloor.
„Ik noemde Garibaldi een tooneelspeler, die niet kon
besluiten de planken te verlaten. In Frankrijk zal hij
verschijnen als een acteur, die in eene schouwburgzaal van
minderen rang succes kan behalen, doch op een groot
tooneel fiasco maakt.
„Ik wenschte om zijnentwil, dat de oude goede man te
huis ware gebleven om zijn podagreuse voeten te ver
plegen. Ja, ik had liever nog een roman van hem gele
zen, dan te moeten beleven, dat hij ten laatste zóo zijn
ongeluk tegemoet gaat."
Brieven uit België.
Brussel21 October.
Ik behoef aan de lezers der Middelburgsche courant
den uitslag niet te vermelden van den veldtocht onzer
regeering tegen de onafhankelijkheid en vrijheid der
dagbladpers. Zij waren ten volle daaromtrent ingelicht
en hebben het antwoord van den Moniteur beige gele
zen, waarmede het ministerie d'Anethan-Jacobs voor
zichtigheidshalve den aftocht heeft geblazen en amende
honorable heeft gedaan.
Wanneer ik op deze zaak terugkom is het dan ook
alleen om uit dezen pas de clerc van het kabinet eene
conclusie te trekken. Van dcez' historie ziehier de zede:
leer: Waar het ministerie zedelijker wijze gedwongen
werd om zich zelf te desavoueeren en zich de overname
der repliek van l'Étoile beige in de kolommen van zijn
officieel orgaan als straf op te leggen, is dit toe te
schrijven aan de eenstemmigheid waarmede clericale en
liberale drukpers-organen zich tot een Macedonische
phalanx hebben gevormd om den aanval op hunne waar
digheid en vrijheid af te slaan.
Zelfs het Journal de Bruxelles, dat tot het ministerie
in vrij nauwe betrekking staat, heeft zich het harnas
aangetrokken ter verdediging van de prerogatieven der
drukpers, en den aftocht van het ministerie beslist,
hetwelk zich dan ook den volgenden dag heeft
geexecateerd. Het was goed gedacht van de pers om
zonder protest, de terechtwijzing van den Moniteur aan
een harer organen niet te laten passeeren; daardoor zou
toch een zeer ongelukkig precedent zijn gesteld en had
men de deur opengezet voor de censuur.
De thans ontvangen les zal het ministerie heugen,en
het zal zich niet spoedig weer iets dergelijks durven
veroorloven. Voorts zal dit incident onze regeering er
toe brengen om alle nieuwe klachten, welke de heer von
Bismarck tegen de Belgische dagbladpers mocht ge
lieven te formuleeren, af te wijzen.
De vervolgingen tegen l'Indiscret zijn intusschen een
soort van satisfactie welk aan Pruisen wordt verleend.
Ik durf wedden dat gij nog nooit een nommer van het
schuldige blad hebt gezien. Ook in België wisten de
meesten niet eens dat het bestond. Het behoort dan ook
tot de blaadjes van de minste soort en ik weet niet wie
het redigeert of waar het uitkomt. Het blaadje volgt
eenigszins de wijze van schrijven na, door den maar al te
zeer bekenden de Mirecourt (niet Eugène) in zijne scan-
daleuse geschriften „Onze tijdgenooten" aangenomen.
L'Indiscret houdt zicht insgelijks bezig met het geven
van levensbeschrijvingen onzer hedendaagsche celebri-
teiten, waarbij men vooral schandaal met voorliefde op
het oog heeft.
En thans schitterender reclame heeft het in zijne
droomeu zeker nooit aanschouwd heeft men dit
blaadje uitverkoren om als zoenoffer te dienen voor de
zonden van Israël
£janï>rl$l)mrl)tfn.
Prijzen van effecten.
Amsterdam 22 October 1870.
Nederland. *Certific. Werkelijke schuld 2$ pet. 52$
♦dito dito dito 3 02$
♦dito dito dito 4 83$
♦Aand. Handelmaatschappij 4$
dito exploitatie Ned. staatssp. 89$
België. ♦Certificaten bij Rothschild 2$
Rusland. ♦Obligatiën 1798/1816 5 91$
♦Certific. adm. Hamburg 5 65$
♦dito Hope Co. 1855, 6e serie 5 75$
♦Cert, ƒ1000 1864 5 91$
♦dito f 1000 1866 5 90$
♦Loten 1866 5 „210
♦Oblig. Hope Co. Leening 1860 4$ 80$
♦Certific. dito....4
♦Inscript.Stieglitz&Co.2ea4eL. 4
♦Obligatiën 1867 4 66$
♦Obl. 1869 4 66$
♦Certificaten 6 41$
♦Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5 „215
♦Oblig. dito 4 164
♦dito dito 4$
dito spoorweg Poti-Tiflis 5 83$
dito dito Jelez Orel 5 83$$
dito dito Charkow Azow. 5
Polen. ♦Schatkistobligatiën4 65
Oostenrijk. ♦Oblig.metall.in zilver Jan.Juli 5 52$$
♦dito dito April/Oct. 5 53
♦dito in papier Mei/Nov. 5 44$
♦dito dito Febr./Aug. 5 44$
Italië. Leening 18615 51$
♦Certific. bij Lamaison c. s. 5
Spanje. ♦Obligatiën.2$ thans 3 23$
♦dito 18673 2J$
♦dito Binnenlandsche 3 25$
Portugal. ♦Obl. 1856—1863 J 29$
♦dito 18673 30$
Turkije. dito (binnenl.) 5 41$
Griekenl. dito (blauwe). J 5
Egypte. dito 1868 7 75$
Amerika. ♦Obl. Vereenigde Staten (1874) 5
♦dito dito dito (1904) 5
♦dito dito dito (1882) 6 95$
♦dito dito dito (1885) 6 94$
Oblig. Atl.Gr.W.Spw.Ohiosec.(7p) 71
dito St.Paul Pac. Spw. Ie sec. 7
dito dito dito 2e sec. 7 61$
dito dito 1869 dito 7 63$
Grenada, dito afgestempeld6 23$
Prijzen van coupons.
Amsterdam, 21 October. Metall. f 19.87$Dito zilver
f 24.22$. Dito Eng. per f 11.77$: Eng. Russen per
Eng. Portugal per f Fransche f
Belg. 55$; Pruis, 34$; Hamb. Russen 28$; Russen
in Z. R. 29$ Pools, in Fl. f Spaans, fAmerik.
Dollars f 2.39$; dito papier f 2.01; Spaans.-Frans. f
Sttrnrrtrnttm.
Gevoelig voor de buitengewone deelneming, onder
vonden bij het ziekbed en overlijden mijner geliefde
echtgenoot HENDRINA ADRIANA QUAKKELAAR,
betuig ik mijnen innigen dank aan familie, vrienden en
bekenden.
Vlissingen, C. V. RIEMENS.
21 October 1870.
Voor de bewijzen van deelneming, ontvangen bij het
overlijden van den heer ROBERT STUART MAK
KERS, wordt door den ondergeteekende, ook namens
de verdere betrekkingen, dank gezegd.
Middelburg, 22 October 1870. C. MAKKERS.
Voor de vele bewijzen van belangstelling,, op den 21«n
dezer ondervonden, betuigen wij onzen hartelijken dank.
Middelburg, J. C. VAN DER HELL.
24 October 1870. J. C. VAN DER HELL—Terstap.
Door vertrek naar de gemeente Hoek, roept de onder
geteekende aan de gemeenten Kadzand en Retranchement,
waar hij een aantal jaren het volste vertrouwen genoot,
een laatst vaarwel toe.
J. HOOGKAMER,
Genees-, Heel- en Verloskundige.
De oprichter van de Slachterij zegt aan allen, die hem
hun vertrouwen hebben geschonken om die zaak tot
stand en ten uitvoer te brengen, zijnen welmeenenden
dank alsmede aan de heeren afgetreden Commissa
rissen en beveelt zich met verschuldigden eerbied
voor hunne welwillende medewerking aan. Zijnen
dank betuigt hij aan hen, die dit reeds hebben gedaan.
A. DE ZEEUW, Vlasmarkt.