OÜRANT. N°' 246. Maandag 1870. 17 October. Middelburg 15 October. De werken ten behoeve der staatsspoorwegen, waar van de aanbesteding tegen den 3cn November a. is aange kondigd, bestaan in: 1<>. het leggen van de spoorbaan, '-iETcrt-levering van ballast op en nabij het station Middel burg-; 2°. het leggen van halve wissels; 3". het maken van afsluitingen voor overwegen, van afrasteringen van den spoorweg en van het station4°. het maken of aan voeren en stellen van tangentpalen, waarschuwingborden, halt-, mijl-, afstand-, schamp- en lantaarnpalen5°. het voltooien van bestratingen en het maken van riolen-; 6°. het begrinden en het droogleggen van het stationsplein; 7°. het maken van gasleidingen; 8°. het maken van de -verdedigingen aan de kanaalboorden en van eenige verdere werken. Op het station Middelburg en de gedeelten van den spoorweg ten oosten en ten westen aan audere werken der staatsspoorwegen aansluitende moeten de sporen ge legd worden ter gezamenlijke lengte van ongeveer 5500 meter. De spoorbanen moeten door ingraving en ophcoging zoo aaugelegd worden, dat de bovenkant der spoorstaven bij de oplevering van het werk de hoogte hebben ver kregen van 2.74 meter boven Amsterdamsch peil. Voor de verschillende spoorbanen moet 9000 M3 bal last geleverd en verwerkt worden. Voor de vereeniging van de sporen onderling, moeten 30 halve wissels met puntstukken en contrarails aange voerd en gelegd worden. Voor het aanmaken der ont brekende bouten en moeren moet geleverd en verwerkt worden aan gesmeed ijzer 2500 kilogram. ïusschen de piketten 203 en 213 moet ter wederzijde van den spoorweg volgens aanwijzing een rasterwerk geleverd en geplaatst worden, ter lengte van ongeveer 580 meter. Tot afsluiting van het station langs den straatweg van Vlissingen naar Goes moet geleverd en gesteld worden een ijzeren hek, lang ongeveer 860 meter. Daarin moeten vijf doorgangen gespaard worden, ieder wijd in den dag 4.50 meter, voorzien van beweegbare afsluitingen. Tusschen de piketten 213 en 230 langs den binnenkant van den ivatcrkeererwlen dijk moet eene afrastering ge steld worden ter lengte van 980 meter, met den boven kant 1.50 meter boven den grond. Bij piket 213 en langs den weg van Middelburg naar Goes moet geleverd worden een houten balie, lang 150 en hoog 0.85 meter. Vour de overwegen in den straatweg van Goes naar Vlissingen moeten 4 schuifsluitboomen geleverd en ge steld worden. Op den spoorweg en het station moeten geleverd en volgens aanwijzing gesteld worden: 3 tangeutpalen, 5 haltpalen. 2 mijlpalen, 18 afstandpalen en 60 dito voor de wissels. Bovendien moeten aangevoerd en gesteld worden 25 lantarenpalen met lantarens en 2 waarschu wingborden. Tot voltooiing van het stationsplein moet volgens aanwijzing geleverd en verwerkt worden: 350 M2 be strating met Waalklinkers in een iandbed dik 0.30 me ter, en 16C0 M3 fijne grind. Volgens aanwijzing en in verband met het reeds be staande riool, loodrecht op de spoorwegas, moet een hoofdriool worden gemaakt, lang ongeveer 100 M', bin nenwerks wijd 0.40 en hoog 0.50 meter. Het stationspleiu moet worden drooggelegd, waartoe noodig zijn draineerbuizen, met L- en T-stukken van 0.04 meter inwendige diameter over 1000 M1, lengte; 0.07 idem over 1500 M', lengte: 0.10 idem over 450 M1, lengte en 0.15 idem over 900 M' lengte Op het station en in de gebouwen moeten de noodige gegoten en getrokken ijzeren buizen, fittings en toestel len voor de gasverlichting geleverd en gelegd worden. Ter verdediging van de kanaalboorden moeten de glooiingen en bermen langs den zuidoostelijken en den noordwestelijken oever van het kanaal te Middelburg over eene lengte van 1770 M1., van A.P. tot 1.70 M. bo ven A.P., volgens nadere aanwijzing voorzien worden van een steenglooiing dik 18 centimeter, van gesorteer- den afval van Vil voordschen steen op twee platgevloerde lagen puin en zooveel bestorting van stukgeslagen brik, als voor, j&eji goede stopping en den vasten stand der steenJuT nóódig,is. Onder de geheele oppervlakte der steenglöóiing moet eene beldecding van schorklei aan- gebrack t worden. Op de vier vlengelmuren van de landhoofden der draaibrug over het kanaal te Middelburg moeten ge leverd en gesteld worden 4 gegoten ijzeren lantaarn palen met koperen lantaarns, getrokken ijzeren gaspijpen, koperen fittings enz., geheel compleet; de lantaarns te bezetten met zuiver wit dnbbeljglas; 24 gegoten ijzeren balusters^ onderling en met de lantaarnpalen verbonden door twee horizontale gesmeed ijzeren leuningen, zwaar 32»n 26 millimeter diameter. Nabij de Winterstraat cu voor den omgelegden weg langs de Teermagazijnen moet gemaakt worden1200 M2 bestrating met keien en 300 M2 bestrating met klinkers. Do werken worden aangevangen nadat het proces verbaal van aanbesteding is goedgekeurd, op schriftelijk bevel van den eerstaanwezend ingenieur. Alles moet voltooid worden afgeleverd vóór of op 1 November 1871. De kosten van uitvoering zijn begroot op f 133,260. Benoemingen en besluiten. rechterlijke macht. Benoemd tot griffier bij het kan tongerecht te Middelburg, mr. J. Ermerins, thans griffier bij het kantongerecht te Ileinkenszand. eer et eek. en en. Toegekend de zilveren medaille, inge steld bij koninklijk besluit v*n '22 September 1855, alsmede een loffelijk getuigschrift, aan J. F. Saloesen, geboren te Drammen (Noorwegen) thans koopman te Nieuwediep, als blijk van koninklijke goedkeuring en tevredenheid wegens de meermalen door hem betoonde menschlievende hulp tot redding van drenkelingen, laatstelijk ter redding van een knaap op 24 September jl. te Harlingen. polderbesturen. Op verzoek eervol ontslag verleend aan J. de Feyter als dijkgraaf van den Flooswijkpolder. Benoemd tot dijkgraaf van den Yisarfcpolder J. F. Goethals. Kerknieuws. Volgens opgave in de Kerkelijke courant van heden heett het provinciaal kerkbestuur van Zeeland den can- didaat in de godgeleerdheid G. J. ten Brummeler An- driesse, na afgelegd examen, tot den dienst toegelaten. Rechtzaken. lieden is voor het provinciaal gerechtshof in Zeeland behandeld de zaak van Johannes Josephus Buijs, oud 58 jaren, arbeider, wonende tc Clinge, thans gedetineerd alhier, ter zake als zou hij omstreeks 3 uren in den nacht van 22 op 23 Mei jl. opzettelijk zijn huis en schuur te Kapelleburg in de gemeente Clinge, hebben in brand ge stoken, waardoor die gebouwen die benevens den inboedel en veldvruchten waren verwaarborgd bij de Belgische brandwaarborgmaatschappij „Le lion Beige" te Luik geheel ziju uitgebrand, en zulks terwijl in die schuur sliep des beklaagden zoontje, oud 13 jaren, en in het huis zijn dochtertje, oud 14 a 15 jaren, welke beide tengevolge van dien brand in levensgevaar hebben ver keerd, daar zij schier den tijd niet hebben gehad om, ge wekt geworden, zich, zelf3 ongekleed, te redden. De procureur-generaal heeft gerequireerd de schuldig verklaring van den beschuldigde aan de hem ten laste gelegde misdaad van opzettelijke brandstichting in een gebouw, waarbij het te voorzien was dat eenig men- schenleven in gevaar kon worden gebracht, en zijne veroordeeling tot een tuchthuisstraf van vijftien tot twintig jaren en in de kosten. Door den verdediger mr. W. C. Borsius is geconclu deerd tot vrijspraak van den beschuldigde. De uitspraak is bepaald op a. Vrijdag, 21 dezer. Gemengde berichten. Het hoofdcomité van de vereeniging Het roode kruis heeft het volgende bekend gemaakt: „In de Staats-courant van den 23en Juli gaf het lioofd- cornitö te kénnen, dat in den toen uitgebroken oorlog de Nèderlandsche vereeniging van Het roode kruis nog geene genoegzame hulpmiddelen bezat om aan hare roe ping te kunnen voldoen. Daarmede was een beroep ge daan op de algemeene liefdadigheid, en op deze enkele aankondiging zijn de giften in geld en allerlei benoo- digdheden met zoo grootte mildheid aangebracht, dat aan de aanvragen om hulp uit de landen der oorlogvoerende mogendheden rijkelijk is kunnen voldaan worden, en ook op vele plaatsen, waar do hulp niet gevraagd werd, maar de verzorging der gekwetste strijders bleek onvoldoende te zijn, in het ontbrekende door persoonlijke hulpen toe zending van velerlei aard is kunnen voorzien worden. Door den overvloed van alles is het hoofdcoraitó in staat gesteld, nog eenigen tijd op dien voet voort te gaan, en nu bij het naderen van den winter vele nooddrutten onder onze eigene medeburgers naar de hulp hunner meer gegoede landgenooteu uitzien, veroorlooft zich het hoofdcomité, den wensch uit te spreken, dat de Neder- landsche liefdadigheid haren gewonen loop herneme. „Wanneer verder hulpkreten uit het buitenland moch ten vernomen worden, waaraan met de thans aanwezige middelen niet zou kunnen worden tegemoetgekomen,dan zal het hoofdcoraitó, thans doordeondervimling gesterkt, met vertrouwen de algemeene liefdadigheid opnieuw kunnen inroepen." Uit Meppol wordt gemeld dat tusschen die gemeente en Zwartsluis alles blank staat. De rivier de Aa is buiten hare oevers getreden. Aanhoudende storm en veelvuldige regen zija oorzaak dat het binnen- en buitenwater overal tot een onrustbarende hoogte stijgt. Bij den gemeenteraad van Rotterdam is in zijne eergisteren gehouden zitting ingekomen een schetsplan tot plaatsing eener brug over de Noorderhaven en tot aanleg van twee poorten onder den spoorweg op Fijcn- oord, alsmede eene aanwijzing hoedanig in vervolg van tijd aldaar de aanleg van stiaten, kaden, havens enz. zal kunnen geschieden. Voorts strekt het voorstel om in plaats van de derde poort, die de gemeente, volgens over eenkomst met den staat, onder den spoorweg kan ver krijgen, een overweg te vragen, ongeveer aan het einde der helling van den spoorweg. Eindelijk wo'rdt nog voor gesteld, om nader in overweging te nemen in hoever het verkieselijk zou zijn om de brug over de Maas, tot welker aanbouw vroeger is besloten, niet te leggen ten oosten, maar ten westen der spoorwegbrug. De executie vail Margaret Waters, de hoofdbeschul- digde in het beruchte Londensche baly-farming-proces, heeft Dinsdag morgen in de gevangenis van Horseraon- gerlauo plaats gehad. Men weet dat haar advocaat tot het laatst toe moeite heeft gedaan om het doodvonnis in een andere straf veranderd te krijgen, op grond van de bewe ring dat zij de haar toevertrouwde kinderen niet met op zet had vermoord. Ziju bemoeiingen zijn vergeefsch ge weest. Margaret Waters had zich sedert haar gevangen neming behoorlijk gedragen en bij wijlen, vooral na de uitspraak van haar vonnis, de diepste neerslachtigheid aan den dag gelegd. Den avond voorde executie verzocht en verkreeg zij de vergunning om een soort van belijde nis te schrijven, die na baardood bekend gemaakt moest worden. Zij verklaart daarin onder anderen dat zij door geldgebrek, door haar schuld aan een woekeraar, er toe was gebracht, kinderen voor geld tot zich te nemen en door het uitbesteden van die kinderen verdere winsten te behalen. Als zij de kinderen niet behoorlijk had ver pleegd en gevoed, was dat onkunde, armoede, maar geen opzet geweest, herhaalt zij ook in ditgeschrift, datoveri gens harde waarheden bevat aan het adres van hen die haar hun onwettige kinderen toevertrouwden. Zij i3 kalm en onder het luid uitspreken van een gebed gestor ven. Zij was 35 jaar oud, sinds zeveu jaar weduwe en klein en onaanzienlijk van persoon. {Het vaderland.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1