O U R A N T.
N° 233.
Zaterdag
1870.
1 October.
öuitenlanü.
Middelburg 30 September.
De gemeenteraad alhier zal op Maandag a., des namid
dags te half twee uur, een openbare zitting houden ter
behandeling der volgende zaken beëediging en instal
latie nieuw gekozen raadsleden benoeming van de
leden der vaste commissiënidem leden van het stem
bureau, verkiezing 11 October a.; voordracht vacature
van eenen hulponderwijzer op de school O; adres hulp
onderwijzer J. P. van Kamer, om eervol ontslag; adres
van de cellebroers, om eene gratificatiemissive gede
puteerde staten heffing der gemaalbelasting over 1871;
missive plaatselijke gezondheidscommissie, aanbeveling
ter vervulling der bestaande vacature als lid dier com
missie; bij resumtie voorstel pensioneeriug van drie
politic-agenten.
Door den gemeenteraad van Westkapelle is tot ge
neesheer aldaar benoemd de heer S. de Graag, thans
geneesheer te Schoondijke.
De uitslag der te Baarland gehouden verkiezing van
een lid voor den gemeenteraad is dat eene herstemming
moet plaats hebben tusschen de heerén A. M. Dronkers,
die 9, en J. Kole Cz., die 6 stemmen verkregen.
Blijkens eene inededeeling van Zr. Ms. gezant te Lon
den heeft de Fransche regeering den 21?n September
aan den Britschen ambassadeur te Tours de officieele
kennisgeving gericht, dat de blokkade der Duitsche Oost
zeehavens geheel is opgeheven." Staats-r.our
De Staats-courant van heden bevat het koninklijk
besluit van den 22«n September jl., waarbij, met uitrek
king van het koninklijk besluit van 19 Augustus 1859
(Staatsblad n°. 82), nieuwe bepalingen worden vastge
steld omtrent de bestemming der aan het rijk toebehoo-
rende gestichten Oramerschans en Veenhuizen, en de
verpleging der daarin opgenomen personen.
In antwoord op het schrijven van onzen minister van
buitenlandsche zaken dd. 28 Juni, heeft de mininister
van buitenlandsche zaken van Venezuela, de heer Guz
man, onder dagteekening van 12.Augustus eene nota
aan ons gouvernement gericht, waaromtrent wij het vol
gende aan de Prov. 0verij3elsche en Zwolsche courant
ontleenen.
De Venezuelaansche minister van buitenlandsche
zaken herinnert in zijne nota, dat zijn gouvernement,
de goede betrekkingen met Nederland in stand willende
honden, aan den heer Rolandus, onzen zaakgelastigde,
had te kennen gegeven, dat zijn persoon hiervoor een
hinderpaal was, zoodat het zich voortaan rechtstreeks
tot ons gouvernement zou wenden. Het wenschte, dat
de koning zich zou doen vertegenwoordigen door een
man welke geene antecedenten had, die hem onmogelijk
maakten. Hij voegde er de verzekering bij van hoog
achting en genegenheid voor zijne majesteit, en onthield
zich van eenige beleediging van den heer Rolandus.
Ons gouvernement had zijne verwondering te kennen
gegeven over die weigering, om met den heer Rolandus
te onderhandelen, en nu voert de heer Guzman een
groot aantal autoriteiten in het volkenrecht aan, die
alle het recht erkennen van een land om een gezant te
weigeren, terwijl hij tevens verschillende voorbeelden
bijbrengt, waarin dat recht is toegepast. De Venezue
laansche minister zegt, dat het geschil tusschen Neder
land en zijn gouvernement zeer spoedig zal zijn bijge
legd, wanneer de heer Rolandus niet meer de tusschen-
persoon is.
Benoemingen en besluiten.
staats-commissien. Ingesteld eene staats-commissie
voor de samenstelling van een wetboek van strafrecht,
teneinde aan den koniDg de noodige voorstellen te doen
in den vorm van wetten met daarbij behoorende memo-
riën van toelichting, onder bepaling dat deze commissie,
na voor de eerste maal te zijn opgeroepen door den mi
nister van justitie, zal vergaderen te 's-Gravenhage of,
na bekomen machtiging van voormelden minister, te
Leiden; en benoemd tot leden dezer commissiemr. J.
de Wal, hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid bij de
hoogeschool te Lelden, tevens voorzitter; mr. W. F. G.L.
Framjois, raadsheer in het provinciaal gerechtshof in
Zuid-Hollandm'. A. A. de Pinto, referendaris bij het
departement van justitie, rechter-plaatsvervanger bij de
arrondissements-rechtbank te 's-Gravenhage, tevens se
cretaris; mr. M. S. Pols, advocaat bij den hoogen raad,
auditeur militair in de Ie militaire afdeeling voor de
provincie^ ZuTd-Holland, te 's-Gravenhage; m«'. A. E. J.
Modderman, hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid bij het
athenaeum illustre te Amsterdam.
belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe be
lastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te
Axel c. a. J. Loeff, thans ontvanger derzelfde middelen
te Aarle Rixtel
V/ Kerknieuws.
Ö^-«i4jl^iitóaten van de hervormde gemeente te Goes
hebben zich met 178 tegen 49 stemmen verklaard
tegen de aanneming van het algemeen reglement op
het beheer der kerkelijke goederen en fondsen.
De uitslag der gehouden stemming heeft al dadelijk
aanleiding gegeven tot verschil van gevoelen,Onmiddellijk
na afloop der stemming werd eene vergadering van kerk
voogden en notabelen gehouden, ter mededeeling van
den uitslag. Na langdurige bespreking verklaarden drie
van de vijf kerkvoogden en vijf van de opgekomen zeven
notabelen, dat tengevolge van de niet-aanneming van
het reglement, alles verviel wat had plaats gehad naar
aanleiding van het voorloopig reglement van 1868, en
dus ook hunne benoeming tot notabelen en kerkvoogden.
De overigen verklaarden echter dat de benoeming van
notabelen op rechtmatige wijze was geschied en dus
alleszins wettig blijft.
Door het kiescollege der Nederduitsch-bervormde
gemeente teOosterland is op Maandag uit een drietal pre
dikanten, zijnde de heeren Ruysch van Dugteren te St-
Aunaland, Muui-ing te 8t. Pliilipsland en Schiiller te Ei
kerzee, eerstgenoemde tot predikant aldaar beroepen.
Gemengde berichten.
Te Zwartsluis hebben zich Maardag avond vóór en
in het kerkgebouw der Christelijk gereformeerde ge
meente eenige ongeregeldheden vertoond, doordien
twee voorgangers elkander het recht betwistten van den
kansel te spreken. Het gevolg was dat niemand sprak en
de lichten uitgeblnscht werden.
In eene eergisteren avond te Amsterdam gehouden
vergadering, door het Algemeen beurscomité voor pu
blieke fondsen,in vereenigingmet eenige firma's belegd,
is met 157 tegen 4 stemmen besloten: de wenschelijkheid
te erkennen dat te Amsterdam wordt opgericht een
nieuwe bijzondere effectenbeurs in verbinding met de
groote koopmansbeurs. Het doen der noodige stappen
om aan dit in beginsel aangenomen plan een begin van
uitvoering te geven, is opgedragen aan eene commissie
van vijf leden, die zal worden bijgestaan door het Beurs
comité.
In de Provinciale Groninger courant adverteert
eene weduwe het overlijden van haren man aldus
„Heden overleed, zacht en kalm, na eene korstondige
ziekte, mijn dierbare man Tjasse Willems van den Ploeg,
thans rentenier."
Voorburg was gisteren geheel met vlaggen ge
tooid, uithoofde van de aankomst van prinses Marianne
op haar buitenverblijf aldaar. II. K. H. was sinds acht
jaren daar niet meer geweest. Het verblijf schijnt echter
van korten duur te zullen zijn, althans door den secre
taris van de prinses, den heer van Rossura, die een paar
dagen te voren was gearriveerd, zijn slechts schikkingen
voor een verblijf van enkele dagen gemaakt.
Eergisteren heeft er weder een groote brand ge
woed te Antwerpen, De uitgebreide suikerrafinaderij
van de gebroeders Meeuws is met vier groote belendende
gebouwen een prooi der vlamraeu geworden. De brand
begon in een der werkplaatsen, doch de oorzaak is nog
onbekend. Een pompier werd bij het aanwenden der
bluschmiddelen gewond. De schade wordt aanvankelijk
begroot op acht honderd duizend franken. Het nabijge-
Iegeu hotel Pavilion du Commerce, het estaminet De
Visser en het café-chantant leNouvel Anversois hebben
veel geleden.
De Vesuvius begint, volgens professor Palmiere, we
der teekenen van leven te geven, en men kan weldra
een nieuwe uitbarsting verwachten. Uit een der kraters
zag men reeds rook en asck opstijgen.
In l'Echo du Nord wordt beweerd dat er in de
omstreken van Reims dezer dagen door een afdeeling
Fransche vrij willigers eenige door kurassiers geëscor
teerde hofrijtuigen zijn aangevallen, waarbij een daarin
gezeten persoon van hoogen rang zou zijn gedood. Te
Reims Hepen allerlei geruchten daaromtrent, volgens
welke bedoelde persoon koning "Wilhelm, prins Frede-
rik Karei of de kroonprins zou zijn geweest.
In den Haag bestaat, naar men zegt, het voornemen
om een derde dagblad in het leven te roepen, hetwelk,
onder den naam van De telegraaf, de democratische be
ginselen zou huldigen.
Jl. Maandag heeft de broederschap van candidaat-
notarissen in Nederland te Groningen hare twintigste
algemeene vergadering gehouden. De volgendealgemeene
vergadering zal te Maastricht plaats hebben. De aftre
dende leden van het hoofdbestuur zijn allen herkozen.
Uit Dresden wordt, hoewel geheel en al onnoodig,
de beweerde poging tot zelfmoord van den ex keizer van
Frankrijk op Wilhelmshöhe tegengesproken.
Verkoopiugen eii aanbestedingen.
Bij de aanbesteding, gisteren te 's-Gravenhage gehou
den, van het maken van den spoorweg tusschen het Sloe en
de Arneiüuidsche haven en het uitdiepen van een ge
deelte dier haven en eenige verdere werken, waren
ingekomen 8 biljetten, zijnde van de heeren; J. van
Haaften, te Sliedrccht, 239,000; J. van der Velde en
A. Visser Pz., te Sliedrecht,/*229,400; A. G. Huyskes,
te Hedel, f 203,800; D. Volker, te Dordrecht, en A.
Volker, te Sliedrechf, f 203,000; G. M. Sigmond, te
Werkendam, f 197,945; H. G. de Wilde, te Millingen.
f 197,770; K. van Wijngaarden en W. J. Schram, to
Sliedrecht, f 196,000, en J. Verwaaijen en J. Kooij, te
Arasterdam, f 194,000.
Algemeen overzicht.
Bij de debatten in de Nederlandsche tweede kamer
over het adres van antwoord op de troonrede werd door
een der leden beweerd dat in de dagen, die wij thans
beleven, de onafhankelijkheid van kleine staten even
groot gevaar loopt als in de bangste dagen van den eer
sten Napoleon en dat men nog in de 19c eeuw van de
Nederlanders zou kunnen zeggen wat de Witt reeds ge
tuigde: „De aard der Nederlanders is zoodanig, dat zij
het gevaar niet zien alvorens het zoo duidelijk voor hen
staat, dat het te laat is om daarin te voorzien." De mi
nister van buitenlandsche zaken meende hieromtrent „te
mogen aanmerken dat er in Nederland, zoowel nu als ten
tijde van de Witr, ongetwijfeld mannen zijn, die de ge
varen zien zonder er over te spreken."
Wij hebben het zonderlinge van dergelijke leer hier
niet aan te toonen/ evenmin als te onderzoeken of men
niet met het oog op des ministers verklaring zou moeten
aannemen dat men dan sedert de tijden van de Witt nog
achteruit gegaan is. Toen zag men de gevaren niet en
kon daarin dus niet voorzien, thans ziet men de gevaren
wèl, maar „men spreekt er niet over."
De gevaren welke de kleine staten in het algemeen
en Nederland in het bijzonder bedreigen behooren echter
zeer zeker te worden besproken, opdat zij, denkbeeldig
bevonden, als ijdele schrikbeelden weggevaagd, of wel,
als bestaande te achten, zooveel mogelijk nog afgewend
zouden kunnen worden. Die gevaren maken thans hefi
onderwerp uit van een brief van den heer von Rellwald,
onderbiblic ibecaris der keizerlijke bibliotheek te Wee-