ft
geen verlof hebben om te blijven, yoor de laatste maal
wordt aangezegd om binnen 24 uren de stad te verlaten
indien zij niet naar de militaire gevangenis gevoerd wil
len wordendaarenboven wordt aan de burgers opgedra
gen opgave en aanwijzingen omtrent de weerspannigen
te doen.
Sedert Zondag stroomt in en voor de koffiehuizen op
de boulevards een zee van patriotten. Het Fransche kei
zerrijk is gevalleneen enkele krachtige ademhaling der
patriottische longen van de „grande nation" was vol
doende om het vermolmde Napoleonisme in elkander te
doen storten. Het verheffende gevoel van deze geweldige
groote handeling doet de hoofden onzer waarde Parijze-
naren zoodanig duizelen, dat zij het vooreerst niet
aan de noodige domheden zullen laten ontbreken.
„Gisteren avond hield men groote jacht op Duitschers
ik zag vijf arrestaties en ben er stellig van overtuigd,
dat althans twee der gearresteerden even zoo echte
Franschen waren als ik een Duitscher ben. Een van hen
was in het costuum van vrijwilliger en had zich in het
café Madrid in een gesprek, ik weet niet om welke reden>
voor een inwoner van Bordeaux uitgegeven; tot zijn on
geluk was een burger uit die stad in de nabijheid, die
opmerkte dat hij volstrekt niet den Bordeauxscken tong
val had. Dit kwam verdacht voormen deed hem vra
gen, hij werd verlegen nu was een belangrijke ontdek
king gedaan, de man is geen Franschman, hij is een
vreemdeling, hij vermomt zich, enz. Het koffiehuis-
publiek bad een onderwerp om over te praten, er ont
stond opschudding liniesoldaten en nationale garden
arresteeren hem en rustig bracht men hem naar de
mairie, waar ik zelf er reeds vier had zien afleveren. Voor
het grootste gedeelte worden zij bij het praten over poli
tiek door hun accent ontdekt en ik kan geen groot mede
lijden met hen hebben. Wien kalmte en slimheid ont
breekt moet zich liever stil houden.
„Als men zich in Parijs onder het volk begeeft, moet
men er op bedacht zijnzick iederoogenblikin een politiek
gesprek gewikkeld te zien, waarin men alleen reeds uit
beleefdheid zijn tegenstander in scherplieid en gevatheid
moet overtreffen of men compromitteert zich. Gisteren
avond nog heb ik vóór de mairie de quaestie der republiek
behandeld op de wijze van Felix Pyat en Victor Hugo,
en mij bij een troep aangesloten om eene demonstratie
tegen Dréolle te doen, die de republiek in 't openbaar
een hersenschim had genoemd. Parijs is tegenwoordig
een politiek gekkenhuis Bedachtzaamheid, slimheid en
vastberadenheid zijn voortdurend noodig om zich niet
aan de grootste gevaren te zien blootgesteld. Mijn voor
komen komt mij te hulp en mijn accent is zóo goed, dat
ik het al eens gewaagd heb om de menigte in de rue
Drouot vóór de mairie de depêches van het oorlogstoo-
neel, die door Léon Gambetta waren uitgevaardigd, voor
te lezen. Deze worden daar op een bord geschreven en
ter lezing opgehangen, wat vooral des avonds slechts
voor enkelen mogelijk is, zoodat zich dan de eene of andere
burger aanbiedt, om ze voor te lezen.
„Het is wel bijna zeker, dat de Duitsche troepen reeds
in de volgende week de stad en de forten zullen insluiten.
Vinoy heeft zich reeds met zijn leger naar Parijs gered,
maar van Maudit, de Failly en van Felix Douay weet het
publiek niets. Op het champ de Mars en in de avenuen
die den Are de triomphe omgeven, zijn ongeveer 45,000
man linietroepen gelegerd. In den laatsten nacht zijn
de mobiele garden uit het zuiden aangekomen en men
is voornemens de talrijke ledige woningen en nieuwe
gebouwen te gebruiken voor de uit Lyon komende linie
troepen en vrijwilligers, die op 100,000 man geschat wor
den. De vrijwilligers liggen achter het Palais d'industrie.
„Gisteren zag ik twee compagniën vrijwilligers uit
Compiègne terugkomen, die eerst sedert korten tijd ge
kleed moesten zijn, wantzij zagen er zeerzindelijk uit. Het
is beklagenswaardig om te zien, dat de ydele, bluffende
regeering niet in staat is om aan lieden, die hun bloed
en leven aan het vaderland ten offer brengen, een
flinke warme kleeding te geven. In hun donker blauwe
kielen gelijken zij veel op de arbeiders van Leipzig,
Hamburg en andere plaatsen; hun mutsen zijn gelijk
aan die van de nationale garde en hun levensbehoeften
en andere kleinigheden hebben zij in schoone zakdoeken
geknoopt, die zij op een gemakkelijke wijze door stokjes
en touwen als randsels op hun rug hebben gebonden.
Allen waren gewapend en schenen vol moed te zijn.
nDt) lichtvaardigheid der natie, hoezeer ook at te keu
ren, helpt haar ook weer vele moeilijkheden overwinnen,
die voor het Duitsch karakter bijna gevaarlijk zouden
kunnen worden. Ik heb Engelsche, Duitsche en Deen-
Bche troepen voor en na een oorlog gezien, en ben over
tuigd dat de eerste Duitsche troepen die Parijs zullen
binnentrekken er alles behalve netjes zullen uitzien,
maar als boschduiveld, misschien zonder schoenen aan
de voeten, maar dat is niets; zij hebben althans nog een
warm pak aan en er goed uitgezien toen zij uitrukten,
maar reeds bij het begin gebrek te hebben, wekt mede
lijden.
„Niemand is gelukkiger dan deheeren der linkerzijde,
die ieder oogenblik in aanzien toenemen; nevens hen
schitteren de nationale garden, aan wien men, volgens
hun stellige overtuiging, het geluk en ongeluk der we
reld, Parijs als wereld in het klein gedacht, heeft
toevertrouwd. „„De gulden morgen van een geheele
Europeesche staatsomwenteling breekt aan. Spanje en
Frankrijk, in vereeniging met Zwitserland, verbroederen
zich en roepen een Europeesche republiek uit. Het oogen
blik is gekomen waarin alle legitimiteit over de huizen
moet worden geworpen", zóo fantaseeren sommige dagbla
den die vol van de meest tegenstrijdige verwachtingen
zijn, als: de Rappel, Marseillaise, Centre Gauche,
Cloche enz.
„De lieer Raspail heeft aan zijn Lyonsche kiezers
een voor hen stellig belangrijk stuk geschreven, dat echter
voor een deel te mooi en voor een ander deel te leelijk
is om te worden overgenomen. De heeren vrijheids-apos
telen zullen echter spoedig weer in de onaangename
noodzakelijkheid verkeeren om, door de practische ge
volgen van hen oorspronkelijk achtenswaardige ideale
beginselen, in de noodhaven der willekeur binnen te
loopen, teneinde de aanbruisende en door ben zelf
opgeroepen storm te ontgaan. Dat is zoo de gewone af
loop van die Fransche grootsprekers, die altijd behoefte
schijnen te hebben aan stokslagen,"
Uit Berlijn,
Een artikel in de Norddeutsche Zeitung, orgaan des
ministers von Bismarck, spreekt op nog scherper toon
over Frankrijk dan bet ministerieel orgaan de Prov. cor-
rospondenz, hetwelk wij in ons voorlaatste nommer
citeerden.
„De vraag waar het bevoegd gouvernement in Frank
rijk geacht moet worden te zijn, is een dergene waar
omtrent Duitschland zich weinig zou bekommeren als
het niet met Frankrijk in oorlog was. Maar in die vraag
ligt deze opgesloten: met wien moet Duitschland
vredesonderhandelingen openen
„De heeren Jules Favre, Gambetta en hunne ambtge-
nooten raeenen waarschijnlijk dat het oproer te Parijs in
geheel Frankrijk een algemeene adhaesie heeft gevonden;
dit moet geen verwondering wekken met het oog op de
inbeelding, welke vooral de politieke en tot de journa
listiek behoorende partij-hoofden bezitten. Reeds vormen
zich echter in andere steden van Frankrijk andere gou
vernementen en uit het oogpunt van het Fransch staats
recht is het gouvernement van het raadh uis te Parijs in de
oogen van Duitschland van nul en geener waarde.
„De Volkszeitung beweert dat Duitschland zich in
Frankrijk's binnenlandsche aangelegenheden zou mengen
door het keizerlijk gouvernement te blijven erkennen,
doch het zou integendeel juist een dergelijke inmenging
wezen indien men een ander gouvernement dan dat van
keizer Napoleon erkende.
„Wanneer wij in Duitschland dit laatste beginsel niet
inachtnamen zouden wij heden met den heer Jules
Favre hebben te onderhandelen, morgen misschien met
den heer Rochefort, overmorgen met den generaal Clu-
seret, redacteur der Marseillaise, den volgenden dag met
een werkman uit de voorstad la Yillette, den vijfden dag
met den chaos, terwijl geen dezer gouvernemeuten heden
zou vervullen waartoe het gouvernement van gisteren
zich verbonden had. Ieder zou het vorige desavoueeren.
„Het gebeurde te Laon, hetgeen door de fanatieke
Parijsche dagbladpers als een heldendaad wordt gevierd,
zal voor altijd een smet blijven op de eer der Fransche
natie. Het bewijst met welk soort van fanatisme wij te
doen hebben. Als de verdedigers van eene vesting of
van een schip zich in de lucht doen springen, dan kan
dit een heldendaad wezen, dit erkennen wij, maar, na
Overgave eener stad aan de overwinnaar zijne eigene
troepen te laten uittrekken en voorts de vijandelijke sol
daten te treffen, die binnenrukken en vertrouwen op de
eerbiediging van het volkenrecht, dit is niet slechts een
daad van barbaarschheid, welke tot de vreeselijkste
represaille-maatregelen moet leiden, maar dat is een
schanddaad waaraan allen die haar niet veroordeelen
medeplichtig zijn.
„Deze daad bewijst meer nog dan iets anders dat wij
in Frankrijk niet in onderhandeling kunnen treden met
lieden, die tot het plegen van dergelijke aanslagen
opzetten, maar alleen met een gouvernement, hetwelk
door ons krachtens het volkenrecht i3 erkend en bereid
is dat volkenrecht te eerbiedigen."
In een volgend nommer levert het orgaan van den
heer von Bismarck, de genoemde Nord-deutsche Zeitun g
een volken-rechterlijk betoog tot staving der bewering
dat Duitschland met het keizerlijk Napoleontisch gou
vernement kan onderhandelen. Het is rechtens zegt
het blad dat geen staat verplicht is om in een staat
eenig slechts feitelijk bestaand gouvernement te erken
nen als bestaande de jure. Nog minder verplicht i3 men
dit ten aanzien van een staat waarmede men in oorlog
is. Nog bepaalt het volkenrecht dat het enkel bezit van
bet gezag niet voldoende is om een recht van bestaan te
erlangen. Integendeel moeten, evenals in het privaat
recht, andere elementen medewerken om het feitelijk
bezit in bezit de jure te veranderen. Daaruit volgt dat in
hetzelfde land een gouvernement de facto en een gouver
nement dejure kunnen bestaan. Dientengevolge heeft een
staat, welke in oorlog is met het land waarin dergelijk
dubbel bestuur bestaat, de keuze met welk der twee
gouvernementen hij wil onderhandelenhet feitelijk dan
wel het rechtens bestaande.
Volgens een telegram van den kommandant van
het in de Noordzee kruisende Amerikaansche eskader aan
den Amerikaanschen gezant is de blokkade der Noord- en
Oostzeehavens door Fransche oorlogsschepen sedert
11 September opgeheven.
Uit Darmstadt wordt gemeld dat het bombardement
van Metz Vrijdag avond den 9en September is aangevan
gen, terwijl een geweldige storm woedde, vergezeld van
zoo hevigen regen, dat de nog losse aarde van de zeer
ondiepe graven op het slagveld wegstroomde en de
blootliggende lijken een vreeselijken reuk verspreidden.
De vesting BLtche wordt sedert den llcn dezer door
16 twaalfponders onophoudelijk beachoten en er wordt
nog meer zwaar belegeringsgeschut aangevoerd. Op ver
schillende plaatsen waren reeds hevige branden in de
stad uitgebroken.
Officieel is te Berlijn de mededeeling ontvangen dat
door de Fransche vloot alleen de blokkade van Weser en
Elbe is opgeheven.
iSeetijöinQcn.
Eergisteren is te Vlissingen in het dok gekomen het
Amerikaanseh driemastschip Sandford, gezagv. Dunphy,
geladen met petroleum, komende van Philadelphia, be
stemd naar Hamburg.
Gisteren namiddag is in de haven van Vlissingen
gekomen de Engelsche brik Hart, gezagv. John Molla-
burn, komende van New-Castle, met steenkolen voor
Vlissingen.
De Engelsche schooner Xanthus, gezagv. Morgan,
van Antwerpen naar Genua bestemd, en wegens averij
te Vlissingen binnengevallen, is dezen avond weder
vertrokken.
Gisteren is door een Nederlandsche loodskotter
opgevischt en in de haven van Vlissingen gebracht een
Belgische vischsloep zonder equipage, in zeer ontredder
den toestand, waarschijnlijk aangevaren en bij die gele
genheid door de equipage verlaten.
Nog is te Vlissingen heden morgen in de haven
gebracht een Noordsche brik zonder tuig.
tjuttDclstimdjtrn.
Prijzen van effecten.
Amsterdam 17 September 1870.
Nederland. *Certific. Werkelijke schuld 2J pet.
*dito dito dito
*dito dito dito
*Aand. Handelmaatschappij
dito exploitatie Ned. staatssp.
52*
62*
België.
Rusland.
Polen.
Pruisen.
♦Certifie. adm. Hamburg
*dito Hope Co. 1855, 6e serie
*Cert. f1000 1864
*dito f 1000 1866
♦Loten 1866
♦Oblig. Hope Co. Leening 1860
♦Certific. dito
♦Inscript. Stieglitz Co. 2e a 4e L.
♦Obligatiën 1867
*Obl. 1869
♦Certificaten
*Aand. spoorweg Gr. Maatsch.
♦Oblig. dito
♦dito dito
dito spoorweg Poti-Tiflis
dito dito Jelez Orel
dito dito Charkow Azow.
♦Schatkistobligatiën
♦Obligatiën
♦dito dito
♦dito in papier
♦dito dito
Mei/Nov.
4
4*
87*
2*
j)
5
77
91
5
5
n
74J
5
90
5
90
5
207
4J
80*
4
61*
4
77
61*
4
n
66
4
0
n
66
404.
5
77
208*
4
n
-
4*
77
5
77
83*
5
-
5
77
82*
4
77
5
i 5
5
51
5
77
43tt
5
D