B O R A IV T. N°' 215. Zaterdag Öuitcnlanö. 1870. 10 September. Middelburg 9 September. De heer W. H. O. Jansen, consulair agent der Ver- eenigde staten van Amerika te Schiedam, is als zooda nig ook toegelaten voor Ylaardingen en omstreken. {Si a als-cour.) Benoemingen en besluiten. leger. Op pensioen gesteld, ten bedrage van fli00 's-jaars, de officier van gezondheid le klasse O. F. T. Hommel, wegens ongeschiktheid voor den militairen dienst, tengevolge van in en door den dienst ontstane lichaamsgebreken. Kerknieuws. De heer P. Bartstra, predikant bij de Nederduitsche hervormde gemeent te Gaast en Ferwoude, is beroepen te Oostkapelle. Marine en leger. De luitenant ter zee 1« klasse J. C. H. Beebo, laatst" behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en van daar den 3en dezer in Nederland teruggekomen, wordt met dat tijdstip op nonactiviteit gesteld. Koloniën. Gisteren is aan het departement van buitenlandsche zaken, onder voorbehoud der goedkeuring: van de staten- generaal, door de wederzijdsche gevolmachtigden van Nederland en Groot-Britannië eene overeenkomst ge- teekend betreffende de aanwerving in Britsch Indië van vrije arbeiders voor de kolonie Suriname. Gemengde berichten. De groothertog van Luxemburg heeft tot officier der orde van de Eikenkroon bevorderd mr. P. F. van Cootli, griffier der staten in Noord-Brabant. De New-York Times behelst het volgende: „Chang en Eng, de bekende Siameesche tweelingen, zijn den 13«n Augustus uit Europa in Jersey-City aangekomen. Zij waren 'naar Europa gegaan, teueiude geneeskundig ad vies in te winnen, in hoever het mogelijk zou zijn, hen van elkander af te scheiden. De beslissing is geweest, dat de kunstbewerking gevaarlijk zou zijn. Ongeveer twee dageu na hun vertrek uit Liverpool is Chang door eene beroerte getroffen, waardoor zijne linkerzijde verlamd is, en hij is thans ver van welvarend. Eng daarentegen is volkomen gezond. Over een paar dagen vertrekken zij naar hunne woning in Noord-Carolina." Eergisteren avond heelt de opening plaats gehad van Amsterdam's eerste kosthuis voor den werkman, opgericht vanwege de Maatschappij voor den werkenden stand. De werkman kan zich daar voor fl in de week een goed nachtverblijl verschaffen. Een ontbijt kost hem lOcents, een middagmaal zonder vleesoh 17, met vleeseh 29 cent, een souper 10 cent, zoodat hij voor 4.50 in de week (iederen dag met vleeseh) een goed verblijf kan vinden. Bovendien heeft hij het vrije gebruik der leeszaal met de daar aanwezige boeken, dagbladen en tijd schriften. Op de muren der Tuileriën leest men het volgende versje Des deux Napoléons les gloires sont égales, Quoiqu'ayant pris des chemins inégaux: L'un de l'Europe a pris ses capitales, L'autre au pays a pris ses capitaux. Het bericht dat een aantal Pruisische soldaten, die op Belgisch grondgebied zijn ontwapend, te Brugge zou den worden geïnterneerd, is volgens den Moniteur beige onjuist. Eenige benden plunderaars zijn uit Frankrijk over de Belgische grenzen gekomen en hebben verschillende boerenhofsteden en andere woningen vernield en ge plunderd. Er zijn door het Belgisch gouvernement mili taire maatregelen genomen om dergelijke rooftochten tegen te gaan. Volgens l'Ami de l'ordre gebruikte Napoleon des morgens,na den veldslag bij Sedan een ontbijt te Re- cogne bij den landbouwer „Emile Ollivier." De laatste schouwburg te Parijs, alwaar nog voor stellingen werden gegeven, het .Theatre du cbatelet, is thans insgelijks gesloten. DeDuitsche soldaten zijn allen voorzien van zooge naamde correspondentiekaarten. Na eiken veldslag wordt er altijd een groot aantal verzonden, terwijl de postiljons na een gevecht het slagveld in alle richtingen bezoeken om ook van de gekwetsten correspondentiekaarten mede te nemen en desnoods deze voor hen te schrijven. Men ziet dikwijls de gekwetsten moeite doen om de aandacht te trekken van zulk een voorbijkomenden postiljon, nog voordat hij de soldaten der ambulance tracht te roepen. Een correspondent van the Times keurt de strate gische beweging van Mac-Mahon naar het noorden zeer at, en citeert het gezegde van den generaal Bluraenthal, die geheel en al de plannen van den maarschalk blijkt te hebben geraden. Met den vinger op de kaart zou hij gezegd hebben„daar moet de generaal Mac-Mahon stel ling nemen en vechten zonder de minste goede kans De uitkomst heeft de juistheid dezer voorspelling be wezen. Van den toren van het paviljoen de l'Horloge op de Tuilerien waait een groote witte vlag met een rood kruishet herkenningsteeken voor de hospitalen. Yerkoopingen en aanbestedingen. Gisteren avond is alhier te koop aangeboden een huis en erf in de Gravenstraat, I,'n°. 316. Hoogste inschrij ving f 670. Niet verkocht. Jl. Dinsdag zijn te Grbede de volgende in die ge meente gelegen perceelen te koop aangeboden: 1. Een hofstedeke, bestaande in woonhuis, schuur en gevolgen, op en met 2 hektaren 10 aren 40 centiaren zoo bouw- «als weiland, erf, tuin en boomgaard. Verkocht voor f 5,500. 2. Een partij bouwland, groot 1 hektare 93 aren 90 centiaren. Verkocht voor 2,950. 3. Een partij dito, groot 2 hektaren 59 aren 90 centi aren. Verkocht voor f 3,305. 4. Een partij weiland, groot 1 hektare 34 aren 60 cen tiaren. Verkocht voor f 4,052. 5. Ken partij bouwland. Verkocht voor/"3,600. 6. Een partij dito. Verkocht voor /"2,205. 7. Een partij dito. Verkocht voor f 1,250. Thermometers ta nd. 8 Sept. 's av. 11 n. 55 gr. 9 'smorg. 7 u. 58gr. 'smidd. I u. 69 gr. 'sav. 6u. 64 gr. Algemeen overzicht. De Fransche dagbladen gaan voortdurend voort met het luiden der alarmklok. Sauvez Ia France! zeggen zij tot Europa, op veel dringender toon dan de minister der republiek, Jules Favre, reeds doet in zijne lezensw.aar- dige circulaire aan Frankrijks diplomatieke agenten in den vreemde. Redt Frankrijk! roept vooral het dagblad l'Histoire tot de mogendheden. „Mocht ons vaderland een prooi worden der Pruisische overweldigers, dan zoudt gij, Engeland, tevergeefs kunnen denken aan de verde diging van Antwerpen, Amsterdam en Kopenhagen gij, Rusland, zoudt niet bij rcmehte zijn om uwe Duitsche provinciën aan de Oostzee te redden gij, Oostenrijk, zoudt uwe Duitsche bevolking weldra zien ingelijfd; gij, Italië, zoudt de Adriatische zee tot een „Pruisisch" meer zien gemaakt en Venetië en Verona voor altijd vaarwel kun- den zeggen 1" Een ander dagblad, le Journal du peuple Francais, roept de Belgen op om de republiek uit te roe pen, evenals Spanje en Italië weldra zullen doen, om dan natuurlijk Frankrijk te komen helpenkortom, het is alsof Europa machteloos aan de Pruisische willekeur zou zijn overgeleverd, indien Frankrijk in dezen oorlog ten slotte de nederlaag mocht lijden. Tot op zekere hoogte erkennen wij, gelijk wij dezer dagen reeds zeiden, dat som mige kleinere staten in Europa door de eindzegepraal der Pruisen in moeilijker positie kunnen geraken, maar om te beweren dat Rusland, Italië, Oostenrijk tot Prui sische vasfillen zouden worden vernederd, indien de Duit sche bondsvlag eerlang van de Tuileriën wapperde, is eene meening, welke slechts in ernst kan worden neder- geschreven te midden der verbijstering, welke de op Pa rijs aanrukkende Duitsche legers moeten veroorzaken. Dat intussehen de Europeesche diplomatie zich bezig blijft houden met het aanwenden van pogingen in het belang des vredes, wordt bevestigd. Door verschillende regeeringen van Europa wordt begrepen dat, evenals de diplomatieke circulaire van den minister Favre aangeeft^ nieuwe overwinningen der Duitsche troepen ook uitge breider eischen hij het sluiten van den vrede tengevolge zullen hebben, en dat een duurzame vrede niet kan wor den verwacht indien een deel van het Fransch grondge bied aan Duitschland moest worden afgestaan. In zoo verre is het dus in het belang van Europa: om ten minste te zorgen dat in het aanstaand Fr«msch-Duitsch vredes- tractaat niet dadelijk de voorspelling ligt opgesloten van een nieuwen oorlog, zoodra de Fransche natie zich daar toe weder in staat zal gevoelen. Men ontveinze zich inmiddels de tallooze bezwaren niet, welke eene vredelievende interventie der mogend heden met zich voert, noch ook de moeilijkheid van de beantwoording der vraag of «alle mogendheden wel werkelijk en in ernst haren invloed zullen willen bezigen om door een vrede de waarborgen van het voortbestaan eener republikeinsche regeering in Frankrijk, aanv«anke- lijk ten minste, eenigszins te vermeerderen. De berichten uit Italië zijn van dien aard dat men zeer spoedig de tijding kan verwachten öf dat Rome door Italiaansche troepen is bezet, öf dat in de Itïiliaansche hoofdstad eene republikeinsche omwenteling is uitge broken. Oorlogsnieuws. Een ooggetuige verhaalt het volgende omtrent de laatste pogingen van Bazfiine om zich door het Duitsche leger heen te slaan „Een berg in de nabijheid van het dorp Marange levert door zijn hoogte een uitmuntend overzicht over Metz en den geheelen omtrek, en gedurende tien dagen heeft men van daar de bewegingen van den vijand kun nen gfideslaan. Op den top zijn twee tenten opgeslagen, waarin twee artillerie-officieren voortdurend den vijand bespieden en v«m hunne w<aarnetningen telkens rapport maken aan het hoofdkwartier. Van den 15«> tot den 30« Augustus bleef de vijand rustig, slechts eenmaal werden er bewegingen waargenomen, die echter bleken niets dan veranderingen in de positie der korpsen te zijn. In den morgen van den 31cn Augustus kreeg de prins opperbevelhebber bericht, dat de maarschalk Bazaine voornemens was te beproeven op den rechteroever van de Moezel zich, in de richting van Thionville, door de Duitsche legers heen te slaan, teneinde zijne verbinding met Mac-Mahon tot stand te brengen. De kroonprins begaf zich terstond naar het hoogste punt van den berg om de stelling te overzien en het gevecht te lelden. „De strijd ontwikkelde zich in de richting van fort St. Julien, en de witte rookwolken, die men achter de heuvels zag opstijgen, wezen de linie aan waarin onze batterijen waren opgesteld. Het vuur onzer kanonnen was nu eens sterker dan eens zwakker, naarmate van de min of meer krachtige pogingen die de vijand deed om buiten de vesting te komen en den vijandelijken kring door te breken. Dat hem dit niet gelukte bleek uit het doffe dreunen van het zwaar belegeringsgeschut, dat als een bastoon door de heldere orchesttonen van het veldge schut en het geweervuur klonk: daartusschen hoorde men nu en dan het geratel der mitrailleuses. Zoo was des avonds de staat van zaken. De invallende duisternis maakte aan het gevecht een einde en de opperbevelheb ber reed in den manenschijn naar het hoofdkwartier terug, waar hij bevel gaf dat het 9e legerkorps over de Moezel moest trekken en het 10c in reserve moest blijven.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1