T
gebouw en verlangde de kamers van Frederik den Groote t
te zien. Knopt, die niets van de Franschen wilde weten,
gelastte ziju twaalfjarig dochtertje (thans demoeder van
Schmidt) de vreemde heeren rond to leiden. Het meisje
deed dit en wees hen ouder anderen ook den degen, zeg
gende: dat die van Frederik den Groote was. Een uur
later werd Knopt namens den keizer gelast den degen af
te geven, en of hij nu al betuigde dat dit niet de degen
was dien de heeren waarschijnlijk bedoelden, dit hielp
niets: hij moest het fraaie wapen uitleveren. Toen ver
volgens in de couranten aan de Pruisen werd verweten
dat zij zelfs den degen van hun grooteu koning aan den
vijand in bezit hadden gegeven, was Knopf zeer verdrie
tig dat het publiek omtrent het gebeurde zoozeer in dwa
ling verkeerde. Tengevolge daarvan werd later met ko
ning Frederik Wilhelm III er over gesproken, en werd
hem tevens vrijheid verzocht om het gebeurde openbaar
te maken; doch de koning vond het beter dat men de
zaak maar zou laten rusten. Thans evenwel meent
Schmidt aan het geval publiciteit te moeten geven, en
wel op aandrang zijner moeder, die als kind oorzaak is
geweest van al wat er over is voorgevallen.
T he r mometersta nd
29 Aug.'sav. 11 u. 56 gr.
30 'smor. 7 u.58gr.'smidd. In. 65 gr. 'sav. 6 u. GO gr.
Gemeenteraad ran Ylissingen.
Zitting van Vrijdag 26 Augustus. Vaststelling rekeningen
overlegging gemeentebegrootingverzoek consulaat Noord-
Amerika, grafruimte; wijziging verordening brandweer;
idem verordening kinderziekteverhuring gemeentegrond
mededeelingen benoeming hoofdonderwijzer verzoek P.
Forbesmachtiging verkoop boomen; miuisterieele be
schikking verzoek afstand wachthuisje; vervulling betrek
king leeraar rechtlijnig teekenen; kosten huis van bewaring;
bezwaren uitvoering gemeentewerken.
Voorzitter de heer Winkelman. Afwezig de heeren
Mestdagh, de Groof en de Gelder.
De notulen der vorige vergadering worden voorgelezen
en goedgekeurd.
Aan de orde is het voorstel tot vaststelling der hierna
genoemde rekeningen over het dienstjaar 1869, als: van
het algemeen armbestuur in ontvang 15090.87.^, in uit
gaaf 15951.05, nadeelig slot 860.171;, van het arra-
gast- en weeshuis in ont vang 86,308 22, in uitgaaf
29.963.20, goed slot ƒ6345,0»; van de schutterij, in ont
vang 1407.08-h iu uitgaaf 1350.65 V, goed slot
ƒ56.43.
Alle deze rekeningen worden overeenkomstig het
advies der financieele commissie met algemeene stemmen
gearresteerd.
Voorts is aan de orde het voorstel tot vaststelling der
gemeenterekening over 1869.
De voorzitter deelt mede dat deze rekening ter griffie
ter inzage nedergelegd en tegen betaling der kosten
verkrijgbaar gesteld is geweest, en door de commissie
van financiën geene bedenkingen tegen de goedkeuring
zijn gemaakt. Ook deze rekening wordt daarna met
algemeene stemmen gearresteerd in ontvang op
ƒ140,868.83, in uitgaaf op 137,151.58^, goed slot
ƒ3717.244.
De heer Schraver merkt op dat geen gevolg gegeven
is aan het vroeger aangenomen beginsel om de levering
der kleedingstukken voor de schutterij aan te besteden.
De voorzitter geeft de redenen op waarom zulks niet is
geschied en zegt dat voor bet vervolg de levering daar
van zal worden aanbesteed.
Namens burgemeester en wethouders wordt overgelegd
de gemeentebegrooting voor het jaar 1871, in ontvang
en uitgaaf ten bedrage van 148,075, welke volgens de
bepaling der wetter inzage nedergelegd en tot onderzoek
in handen der commissie voor de begrooting wordt
gesteld.
Van den consulairen agent voor Noord-Amerika te
Ylissingen is een verzoek ingekomen om grafruimte in
eigendom ter plaatse alwaar de onlangs overledene man
schappen van het Amerikaansch fregat Franklin begra
ven liggen, en om daarop een gedenkteeken te mogen
stellen.
De voorzitter zegt dat buvgemeester en wethouders
gaarne dit verzoek zouden hebben toegestaan, doch ge
stuit zijn op de bepalingen der verordening op het
begraven van lijken in deze gemeente, waarin het bezit
van eigen graven en het plaatsen van gedenkteekenen
alleen wordt toegelaten op de vakken 1, 2 en 3, doch
niet op vak 4, alwaar de bedoelde manschappen begraven
zijn. Hij stelt daarom voor, in de verordening zoodanige
wijziging te brengen dat in buitengewone gevallen, ter
beoordeeling van het dagelij ksch bestuur, ook voorde
overige vakken daartoe vergunning kan worden verleend.
Hij vraagt of de vergadering bereid is deze zaak dadelijk
in behandeling te nemen en zoo daartegen ge en-bezwa
ren bestaan of de leden zich vereenigen kunnen met het
voorstel van burgemeester en wethouders?
Dit voorstel geeft aanleiding tot een uitgebreide dis
cussie, waaruit blijkt dat alle leden genegen zijn het
gedaan verzoek in te willigen, doch de gevoelens zeer
uiteenloopend zijn, zoowel aangaande de voorgestelde
wijziging in de verordening op zichzelf, als aangaande
het geoorloofde om dergelijk voorstel dadelijk te behan
delen. Daar de gevoerde discussiën tot geene overeen
stemming leiden, worden deze door den voorzitter
gesloten en in omvraag gebracht: 1*. of het voorstel
dadelijk in behandeling zal worden genomen, en 2<>. of
de vergadering zich met het voorstel door burgemeester
en wethouders gedaan kan vereenigen? Het eerste wordt
aangenomen met 9 tegen 2; het tweede met 6 tegen 5
stemmen. De heer Kleijuhens hield zich buiten stemming,
op grond dat de dadelijke behandeling dezer wijziging in
strijd was met het reglement van orde en dus volgens
zijn gevoelen niet mocht plaats hebben.
Volgens, het uitgebracht rapport der commissie voor
de strafverordeningen worden vele water- en vuurnerin-
gen gedreven op plaatsen die daarvoor volstrekt onge
schikt moeteu geacht worden en gevaar voor brand doen
vreezeu, waarom de commissie voorstelt de verordening
op het brandwezen te wijzigen, door het opnemen der
bepalingen dat voor het vervolg geen water- en vuur-
nering zal mogen worden uitgeoefend dan na verkregen
vergunning van burgemeester en wethouders, eu dat de
bestaande inrichtingen van dien aard zullen worden
onderzocht en zoo noodig zullen moeten verauderd
worden, volgens de aanwijzing die zal gedaan worden.
Dienovereenkomstig wordt met algemeene stemmen be
sloten.
Een tweede voorstel der commissie betreft het wijzi
gen der verordening tot beteugeling der kinderziekteen
heeft ten doel de afschaffing van artikel 1, 4». der
verordening, waarin bepaald wordt dat door de zorg
van den commissaris van politie opdekdeuren der huizen
waar de kinderziekte heersebteen opschrift ill geplaatst
worden met het woord „kinderziekte" in letters van
minstens 3 Nederlandsche duimen groot.
Dit voorstel wordt krachtig bestreden door de meerder
heid der leden, die dit voorschrift hoogst nuttig en
noodzakelijk oordeelen en het daarom wenschen te be
houden, opdat niemand zoodanig huis betrede tenzij
bekend met de heerschende ziekte. Ook vond het over
tuigde voorstanders, opgrond dat dit voorschrift zelden
wordt toegepast, omdat het bestaan der ziekte, vooral in
de huizen der meergegoeden, bijna nooit ter kennis
van den commissaris van politie wordt gebrachtdat het
de verspreiding der ziekte in geeuen deele belet en dat
vele neringdoenden doordoor onnoodig schade lijden.
In omvraag gebracht wordt het voorstel met 8 tegen 4
stemmen verworpen.
De heer Gallen fels stelt daarop voor, om art 4 der ver
ordening, waarbij eene boete van ƒ1—ƒ3 bedreigd
wordt tegen de overtreding der bepaliugen dezer veror
dening, te verhoogen van 3 tot 10 gulden.
Dit voorstel, door den heer Kleijnhens ondersteund,
wordt aangenomen met 7 tegen 5 stemmen.
Zonder hoofdelijke omvraag wordt besloten om het
terrein op de Kaaskaai aan den heer J. Filis nog voor
een jaar te verharen, teneinde het na expiratie van dien
termijn tegelijk met andere gemeente-eigendommen te
kunnen verpachten.
De medodeeling des voorzitters dat de goedkeuring
ontvangen is tot af- en overschrijving van posten op de
begrooting van 1870, wegens uitgaaf voor het in orde
brengen der gewichten, wordt voor kennisgeving aange
nomen.
Wordt voorgelezen een dankbetuiging van het be
stuur der gemeente Bodegraven voor de ondersteuning
die het van de gemeente Ylissingen heeft mogen onder
vinden in de ontzettende ramp die haar getroffen heeft.
Ook deze wordt voor kennisgeving aangenomen.
Vervolgens is uan de orde de benoeming van een
hoofdonderwijzer op de school voor on- cn minvermo
genden. Op de voordracht, die bij de leden is rondgezon
den, komen voor de heeren: A. M, Sitsen, hulponderwij
zer te Bergen op Zoom; P. G. de Jager, hulponderwijzer
te Middelburg; en A. Minderhout, hulponderwijzer te
Schoonhoven.
Tot de stemming overgegaan zijnde, wordt de heer
A. M. Sitsen benoeuidmet 11 stemmen. Op den heer A.
Minderhout was 1 stem uitgebracht.
Omtrent een verzoek van P. Forbe.s om in het gast
huis te worden opgenomen, deelt de voorzitter mede dat
reeds vroeger een gelijk verzoek aan burgemeester en
wethouders is gericht, waarop afwijzend is beschikt
omdat deze persoon nog geschikt geoordeeld wordt om
te werken, doch dat adressant gemeend heeft zich nog
maals tot den raad te moeten wenden.
Wordt besloten ten opzichte van dit verzoek over te
gaan tot de orde van den dag.
Geschiedt mededeeling dat de kas van den gemeente
ontvanger nagezien en in orde bevonden is.
Aan den voorzitter wordt op zijn verzoek met alge
meene stemmen machtiging verleend tot den verkoop
van vijf boomen bij de Rammekenspoort, die in verband
met de rijkswerken aldaar weggenomen zullen behooren
te worden.
Voorts wordt nog voorgelezen een missive van den
minister van oorlog, houdende beschikking, op een de
zerzijds gedaan verzoek, om het wachthuisje buiten de
Duinpoort aan de gemeente in eigendom af te staan,
teneinde dat te bestemmen tot bewaarplaats van petro
leum.
De minister maakt bezwaar om bedoeld gebouwtje
vooralsnog in eigendom af te staan, doch toont zich be
reid om het aan de gemeente te verharen voor ƒ24
s'jaars; vergoeding aan het rijk eener som van ƒ350, inge
val het huisje mocht afbranden, of zooyeel rainderals noo
dig zijn zal om het te herstellen, en voorts onder beding dat
het binnen eene maand na bekomen aanzegging ont
ruimd zal moeten zijn.
Vooral deze laatste voorwaarde vindt bij sommige
leden bezwaar, zoodat besloten wordt het aanbod van
den minister van oorlog aan te nemen, doch te verzoe
ken om den bedoelden termijn van opzegging te ver
lengen.
De voorzitter bericht dat op de oproeping van sollici
tanten voor de betrekking van leeraar in het rechtlijnig
teekenen aan de school van middelbaar onderwijs, slechts
éen persoon zich heeft aangemeld, dieevenwel van geene
akte is voorzien.
De voorzitter zegt daarover het gevoelen van den
inspecteur van het middelbaar onderwijs te hebben inge
wonnen, en stelt alsnu voor den adressant tijdelijk die
betrekking op te dragen. Aldus wordt met algemeene
stemmen besloten.
Is ingekomen eene missive van gedeputeerde staten
1 met opgave van de kosten van het huis van bewaring
over 1869, ten bedrage van ƒ29.30. Daar de rekening
over 1869 echter reeds was afgesloten, wordt met alge
meene stemmen goedgekeurd ze op de begrooting van.
dit jaar te brengen.
De heer van der Hij den vraagt nog het woord en deelt
aan de vergadering eenige bedenkingen mede betreffen
de de uitvoering van sommige gemeentewerken, zooals
die bij de begrooting zijn voorgedragen en waarop hij in
de volgende vergadering bij de behandeling der begroo
ting wenscht terug te komen. Zijne bezwaren bepalen
zich hoofdzakelijk tot het straatwerk, de uitbaggering
der haven, den toren en de helling. Hij treedt in eene
becijfering van de kosten dier werken indien die werden
uitgevoerd volgens zijn plan, waardoor een aanzienlijke
besparing voor de gemeente verkregen zou worden. Hij
verklaart dat het doel zijner mededeoling in deze ver
gadering alleen is om den leden gelegenheid te geven
hierover hunne gedachten te laten gaan.
Op verzoek van den voorzitter worden de berekenin
gen van den heer van der Hijden in handen gesteld van
de commissie voor de begrooting, om daarvan het noo-
dige gebruik te maken.
De vergadering wordt daarna door den voorzitter
gesloten.
Gemeenteraad yau Zierikzee.
In de gisteren gehouden zitting werd o. a. de nieuw -
benoemde gemeente-ontvanger, de heer M. F. van den
Thoorn, beëedigd.
De gemeenterekening over 1869 is voorloopig vastge
steld, in ontvang op f 124,320.22, in uitgaaf op
119,610.77, goed slot ƒ4709.45.
De gemeentebegrooting voor 1871 is aangeboden en
tot onderzoek gesteld in handen eener commissie, be
staande uit dc heeren Moens, Koole cn Labrijn tot
onderzoek en rapport, in wier banden tot gelijk doel werden
gesteld voorstellen van burgemeester en wethouders tot
voortdurende heffing van ho rfdelijken omslag en van
opcenten op de hoofdsom der personeele belasting.
Een suppletoire begrooting der dienstdoende schutter ij
voor 1870, in ontvang en uitgaaf bedragende 308, is
goedgekeurd.
Tot hulponderwijzer aan de school voor onvermogen-
den is met algemeene stemmen benoemd de eenig
voorgedragene, P. LakermaD.
Ook werd besloten tot openbare verpachting van ge-
meente-eigeDdommen en met 6 tegen 5 stemmen tot de
onderhandsche verpachting van het terrein aan de zelke
voor 7 jaren aan J. van der Jagt, voor dezelfde som als
vroeger.