MIDDELBURGSCHE
COURANT.
N°' 199.
Dinsdag
1870.
23 Augustus.
fihnnrnlanö
r
KENNISGEVING,
Opening der jagt op klein wild.
Da commissaris de3 konings in de provincie Zeeland,
Gezien het besluit van heeren Gedeputeerde Staten,
de dato 19 Augustus 1870, no. 80;
Gelet op art. 11 der wet van den 13 Junij 1857
(Staatsblad no. 87)
maakt bekend, dat de opening der jagt op klein wild
ln deze provincie, is bepaald op Zaturdag den 3en Sep
tember aanstaande;
voorts, dat de korte jagt dagelijks, met uitzondering
van den Zondag, en de lange jagt op den Maandag,
Woensdag en Zaturdag van iedere week, alsmede op de
vier dagen, voorafgaande aan de sluiting der jagt, zal
geoorloofd zijn.
Deze kennisgeving zal in het Provinciaal blad geplaatst
en zullen afdrukken in plano aan de gemeentebesturen
ter aanplakking gezonden worden.
Middelburg, den 20«n Augustus 1870.
De commissaris des konings voornoemd,
R. W. VAN LIJNDEN.
Middelburg 22 Augustus.
Gedeputeerde staten van Zeeland hebben de verkiezing
van een lid der provinciale staten, ter vervanging van
wijlen den heer H. A. van IJsselsteijn, in het hoofdkies
district Zierikzee, bepaald op Dinsdag 20 September
en de herstemming, zoo die noodig mocht wezen, op
Dinsdag 4 October a.
De gemeenteraad van Middelburg zal a. Woensdag
namiddag, te half 2 uur, een openbare zitting houden ter
behandeling van de rekening der gemeente over 1869,
tot het opmaken eener voordracht voor zetters bij 's-rijks
belastingen, en de vaststelling eener siipplutoire begroo
ting voor 1870 ten behoeve der dienstdoende schutterij.
Aan de Zaanlandsche courant wordt uit den Haag ge
schreven dat de commissie van rapporteurs uit de tweede
kamer, die gereed is met haar verslag over de defensie-
wet, besloten heeft de openbaarmaking daarvan, op
grond van den oorlogstoestand, tot later uit te stellen.
Volgens een eergisteren te Delft ontvangen mededee-
ling van een handelsbuis te Ruhrort, zou er veel kans
bestaan dat binnen kort ook de uitvoer van steenkolen
uit Pruisen naar Nederland, ten behoeve van den handel,
zal worden toegestaan. {Delflsche cour.)
Door het hoofdcomité tot het verleenon van hulp aan
zieke en gewonde krijgslieden is goedkeuring verleend
aan een reglement, ingezonden door de liecren H. A.
Gillot en P. A. J. Bouvin en 89 andere leden van een
comité te Zierikzee, en mitsdien dit comité erkend als
afdeeling der Nederlandsche vereeniging, ingesteld bij
's konings besluit van 19 Juli 1867, n°. 60, en 29 Decem
ber 1869, n°. 210. (Slaats-cour.)
De heer P. A C. Hugenholtz is erkend en toegelaten
als consulair agent van Frankrijk te Helder, onder de ge
wone bepalingen van onderhoorigheid.
Benoemingen en besluiten.
consulaten. Benoemd tot Nederlandsch consul te
Pernau D. Rodde.
kerkelijke zaken. Ontbonden, met ingang van 1 Sep
tember a., de hoofdcommissie tot de zaken der Israëlie
ten, cn dientengevolge eervol ontslag verleend aan mr.
E. J. Asser, te Amsterdam, als voorzittermr. A. de Pinto,
te's-Gravenhage, als vice-voorzitter; S.Mendes da Costa,
te Amsterdam, mr. n. H. Tels, te Rotterdam, mr. S. E.
Nijkerk, te Amsterdam. J. E. Andries, te's-Gravenhage,
mr. A. C. Cosmau, te Amsterdam, mr. D. Polak Daniels,
te 's-Gravenhage, en D. Mendes.. te Arasterdam, als leden;
en A. B. Wolff, als secretaris; en zulks onder dankbetui
ging voor de vele en goede door hen aan den lande bewe
zen diensten.
leger. Op verzoek op pensioen gesteld, ten bedrage
van flOSO 'sjaars, de paardenarts le klasse J. J. van Laar,
van het 3e regiment huzaren.
Op verzoek eervol ontslag uit Zr. Ms. militairen dienst
verleend, met toekenning van pensioen, aan den majoor
der infanterie van het leger in Nedcrlandsch-Indië N .G
van Huffel, thans met verlof hier te lande.
Onderwijs.
De gemeenteraad van Kampen heeft tot leeraren aan
de lioogere burgerschool aldaar benoemd de heeren R.
van Putten, te Kampen, voor de wiskunde (reeds
in ons vorig nommer gemeld)dr .T. W. de Groot, thans
leeraar aan 4e hoogere burgerschool te Maastricht, voor
de geschiedenis en aardrijkskunde, en G- H.L. Bakhoven,
doctorandus te Utrecht, voor de scheikunde, elk op eene
jaarwedde van 1800, den eerst- cnlaatstgenoemden voor-
loopig voor den tijd van éen Jaar. Voorts heeft de raad
den heer G. Schouten definitief benoemd tot leeraar bij
de hoogere burgerschool, en den heer de Gruijterals
leeaar in de gymnastiek, provisioneel voor éen jaar, tegen
éene toelage van f 200 boven hetgeen hij reeds vanwege
de gemeente geniet, zijnde alzoo te zamen /800.
Marine eir leger.
Bij de jl. Zaterdag door den prins van Oranje als
opperbevelhebber in Utrecht gehouden inspectie over
da tweede brigade, hebben de troepen, onder leiding van
den kommandant Araiot, verschillende manoeuvres uit
gevoerd. Prins Alexander, de majoor Hooft en de kapi
tein Beijerman, benevens vele officieren, waren daarbij
tegenwoordig. Gisteren morgen heeft de prins van
Oranje een bezoek aan het groot rijks-hospitaal gebracht.
Het D bataljon van het 7e regiment infanterie,
onder bevel van den majoor Tihange, dat gisteren weder
te Utrecht in garnizoen is gekomen, is voor eea deel nog
twee dagen in de Buurtkerk ingekwartierd en zal daarna
de Willemskazerne betrekken.
De minister van oorlog beeft bepaald dat tot
nader order geene inhoudingen mogen plaats hebben op
de soldijen van onderofficieren, korporaals en manschap
pen ten behoeve van huq kleeding- en reparatiefoads.
Zaterdag morgen zijn de troepen van het garnizoen
in den Haag andermaal uitgerukt tot oefeningen op
groote schaal. De veronderstelling hierbij was dat de
vijand de legerplaats te Waalsdorp had vermeesterd en
om hem nu het verder doordringen zoo mogelijk te be
letten, rukten er drie kolonnes allen de gecombineerde
formatie van drie wapens hebbende in verschillendo
richtingen de residentie uit. De eerste, die reeds te zes
uren uitrukte en de eer genoot Z. M. den koning aan het
hoofd te hebben, marcheerde het Haagsche Bosch in
de tweede dekte de Kanaalbrug, terwijl de derde zich
langs den Scheveningschen weg op raarsch begaf. Z. M.
heeft de „looze" manoeuvres der drie kolonnes met alle
aandacht nagegaan, en is daarop langs den Loosduin-
schen weg te circa elf uren in de hofstad wedergekeerd.
Dagblad, van Grav.)
Gemengde berichten.
Een der twee verdachten van den in het badhotel te
Domburg gepleegden diefstal is te Dordrecht gevangen
genomenuit welke plaats dienaangaande het volgende
wordt gemeld
„Jl. Dinsdag is alhier gearresteerd een wel gekleed
heer, die zich te Domburg bad schuldig gemaakt aan
diefstal eeuer som van 1700. Onmiddellijk nadat de
diefstal was bemerkt, werd daarvan per telegraaf aan de
politie alhier mededeeling gedaan, daar de dief zich op
een naar hier bestemde boot had begeven. Onze inspec
teur van politie, de heer Walraven, daartoe gelast zijnde,
begaf zich terstond op weg. Aan het Groothoofd infor-
meerende, zag hij uit het hotel Bellevne een heer stap
pen, die scheen te beantwoorden aan het uit Domburg
ontvangen signalement. Hij vroeg in genoemd hotel nog
naar den naam van den vreemdeling, doch dien wist men
daar niet. Alleen had men hem hooren spreken van Dom
burg en Middelburg. Dit was genoeg voor onzen inspec
teur, die, zijn man onmiddellijk nazettende, hem op den
Ried ijk voor zich zag uitgaan. Hij riep hem bij zijn naam,
waarop do vreemdeling omzag, eh daardoor aan onzen
inspecteur bevestigde dat hij den rechten man had. Als-
toen naar het bureau van politie vervoerd, is de vreemde
ling, na eerst hier een voorloopig verhoor te hebben
ondergaan, naar Middelburg getransporteerd. Van de
f 1700 werden er nog ruim f 1500 bij hem gevonden."
Het Vaderland deelt mede dat het bericht volgens
hetwelk prins Albert van Pruisen, de zoon van prin
ses Marianne, (gelijk het Dagblad meldde) jl. Dinsdag
zou zijn gesneuveld, ongegrond is. Hij zou zelfs niet
gewond zijn.
De Figaro zegt dat niet prins Albert, de zoon, in een
der gevechten van jl. Dinsdag gesneuveld is, maar diens
vader, prins Frederik Hendrik Albert, de jongste broeder
van den koning van Pruisen, geboren den 4™ October
1809.
Bij beschikking van den minister van marine van
den 20i» dezer, is aan den provoost in bet vaste korps
dek- en onderofficieren J. Peter toegekend de gouden
medaille voor vijftigjarigen eerlijken en trouwen militai
ren dienst.
Jl. Woensdagzijn weder twee jongelingen uit
Maastricht cn een uit Valkenburg als vrijwilligers naar
Rome vertrokken. Zij zouden zich aansluiten aan een
39tal Belgen, die evenmin als zij bezwaar maken hun
vaderland in de tegenwoordige omstandigheden te ver
laten en bij een vreemden vorst in dienst te treden. Ook
uit Nijmegen hebben zich weder twee jongelieden naar
Rome begeven.
Emile de Girardin herinnert in een brief aan den
hoofdredacteur van le Figaro, dat hij in Februari 1868
met den graaf Hoenckel de Donnesmarck een wedden
schap om 10,000 franken heeft aangegaan dat, zoo de
oorlog tusschen Frankrijk en Pruisen uitbrak, Landau
bij Frankrijk zou worden ingelijfd. Hij verklaart die
weddenschap nog heden ten volle gestand te doen, niet
tegenstaande de door het Fransche leger geleden neder
lagen.
Als men Pruis is en zich te Parijs op de impériale
van een omuibus bevindt, is het zaak zich geen uitdruk
kingen ten nadeele van bet Fransche leger te laten ont
vallen. Dit bleek de vorige week toen een Pruisisch
officier, in politiek gekleed, door zijne verontwaardigde
medereizigers van een omnibus-impériale werd afgewor
pen, tengevolge waarvan bij eenige oogenhlikkeu later
overleed. Hij had iets gezegd wat het leger van Frankrijk
niet tot eer strekte.
De volgende mededeeling uit een schrijven uit
het bivouak Morlange bewijst, dat in het Duitsche leger
nog geen gebrek heerscht: „Heden zullen wij bij het
nooit ontbrekende gevogelte ook nog een schotel wild
braad hebben, daar de manschappen gisteren een vroolijke
drijfjacht op brazen hebben gehouden en menigte voor
de keuken hebben gereed gemaakt. In het paardenpark
ligt gerust een groote gemeste os, als een levend beeld
van „Leboeuf in vrede", die over eeu uur geslacht wordt
en ons tegen morgen een heerlijk maal belooft."
Maarschalk Leboeuf, de afgetreden minister van
ODrlog, heeft van de Parijzenaars den bijnaam gekregen;
„Guide de l'étrangcr eu France."
Als een staaltje van de* behandelingen, die de
vreemdelingen te Parijs ondervinden, meldt de Nieuwe
Rotterdarasche courant het volgende
„Wat echter de kroon spant is hetgecrr mevrouw L.
wedervoer. Haar gemaal is sedert jaren een der beste