MIDDELBURGSCHE
COURANT.
Zaterdag
Augustus.
N°- 185.
1870.
Middelburg 5 Augustus.
Eergisteren heeft zich te Zierikzee eene afdeeling
van het Roode Kruis geconstitueerd. Als leden van het>
bestuur zijn gekozen de heeren H. A. Gillot, G. Mu-
lock Houwer, mr. J. de Clercq van "Weel, mr- J- M. Isebree
Moens, mr. P. A. J. Bouvin, en de dames mevrouw de
Clercq van Weel, geboren van der Lek de Clercq, en
mejufvrouw A. R. van Adrichem.
Bij de herstemming voor de verkiezing van een lid
van den gemeenteraad te Fort Bath zijn 11 geldige biljetten
ingeleverd. De heer W. G. vau Baaien verkreeg 8, de
heer H. Zuidweg 3 stemmen, zoodat eerstgenoemde ge
kozen is.
In de Staats-courant van heden is opgenomen de wet
van den 19<>» Juli j 1., tot wijziging van hoofdstuk V der
staatsbegrooting voor 1869.
Bij beschikking van den minister van financiën is be
paald dat de volgende ambtenaren bij de administratie
der posterijen hunne functiën zullen uitoefenen als
volgt: de commies lc klasse J. A. Z. graaf van Rechteren
Limpurg ten postkantore te Dordrechtde commies 2C
klasse H. F. L. Klippink ten postkantore te Utrechtde
commies 2e klasse jonkheer H. C. Sandberg ten postkantore
te Breda; de commies 2e klasse F. H. H. Doffignies ten
postkantore te Haarlem; de commies 3C klasse P. D. Cos-
ter ten postkantore te Rotterdam de commies 3fi klasse
H. A. Monheuiius ten postkantore të Haarlem; de com
mies 3e klasse A. J. H. Bachiene ten postkantore te 's-Gra-
venhage; de commies 3e klasse P. J. van Werkhoven ten
postkantore te Amsterdamde surnumerair A. Burkensr
ten postkantore te Gouda; de surnumerair F. L. C. Ploos-
ter ten postkantore te Alphen; de surnumerair M. J.
Cambier ten postkantore te 's Gravenhage; de surnume
rair G. C. Yrendenberg in de bureaux van de afdeeling
posterpen bij het departement van financiën.
Landbouw.
De Staatscourant van heden bevat het volgende ver
slag van de verwachtingen omtrent den oogst in de
provincie Zeeland
„De berichten omtrent de tarwe zijn over het algemeen
gunstig. Men vleit zich met eene opbrengst van 30
hektoliters per hektare. Alleen in Schouwen enDuive-
land is het uitzicht minder gunstig.
„De rogge heeft zich door het koude voorjaarsweder
op vele plaatsen niet voldoende kunnen ontwikkelen
men ziet echter een gemiddelde opbrengst tegemoet.
„Yan wintergerst zijn enkele partijtjes door de vorst
benadeeld, en dientengevolge uitgeploegd. Het over
geblevene zal waarschijnlijk een ruim beschot opleveren.
„Het droge voorjaar heeft een krachtige uitstoeling
van de zomergerst belet. De opbrengst zal het gemid
delde waarschijnlijk niet bereiken.
„De haver is veelal niet goed uitgegroeid, zoodat het
stroo kort is gebleven. Er wordt desniettemin op een
meer dan middelmatige opbrengst gerekend.
„De paardenboonen zijn veelal slecht opgegroeid en
hebben hier en daar ook door de laat ingevallen nacht
vorst geleden, zoodat, over het algemeen, slechts een
middelmatige oogst te verwachten is.
„Aan het koolzaad is door de strenge winterkoude
veel nadeel toegebracht, zoodat veel daarvan is uitge
ploegd. Van het overige is, op enkele uitzonderingen
na, slechts een geringe opbrengst te wachten.
„De koude en droogte hebben zeer nadeelig op het
vlas gewerkt, zoodat het ten deele als mislukt is te be
schouwen.
„De aardappelen staan bijna overal uitmuntend te
velde. Van de bekende ziekte heeft zich nog geen spoor
vertoond. De vroegere soorten zijn tamelijk goed van
smaak. Van de latere soorten wordt een ruime oogst
verwacht.
„De berichten omtrént de meekrap luiden over het
algemeen gunstig. De eilanden Schouwen en Daiveland
maken hierop eene uizondering, alwaar dat voortbreng
sel wordt gezegd veel van het sneeuwwater en de vorst
te hebben geleden, zoodat de tweejarige ziek is. De
jonge plant begon den gevallen regen aldaar te
groeien"Y-x,
„De hooilanden staan zeer schraal, terwijl vele vee
houders bovendien verplicht zijn geweest ze te laten
afweiden, daar de gewone weilanden, tot voor korten
tijd geleden, weinig voeder opleverdensedert is door
den gevallen regen in den toestand der weilanden eenige
verandering ten goede gekomen.
„De toestand der voedergewassen is over het algemeen
gunstig. Een^jipe^pb^engst wordt daarvan verwacht."
Gemengde berichten.
Dinsdag namiddag is in de gemeente Krabbendijke
(Noordschans) een schuurtje met geitenhok, toebehooren-
deaan Clement, spoor weg wachter n« 25, verbrand en het
gebouw van den staatsspooorweg mede beschadigd. Men
vermoedt dat de brand, die door eenige arbeiders is
gebluscht, ontstaan is door vonken uit de locomotief.
De schade wordt geraamd op ongeveer 100.
Door den minister van oorlog is met welgevallen
kennis genomen van een schrijven van mevrouw de
douairière baronnesse van Brakel Doorwerth, die daarbij,
ten behoeve van het leger, twee barer paarden, zonder
eenige vergoeding, aanbiedt. Slaals-cour
Bij de Maatschappij tot exploitatie van staatsspoor
wegen is de gunstige beschikking genomen, dat het trak
tement der beambten, die tot den krijgsdienst zijn opge
roepen, gedurende hunne afwezigheid zal doorloopen.
Verscheidene beambten hebben gemeend alsnu veilig
gehoor te mogen geven aan de oproeping der regeering
van vrij willigere, te meer daar de opneming bij het leger
van vroegere militairen geschiedt in den rang waarin zij
stonden tijdens hun ontslag.Voor gewezen adjudant-ondei-
officieren, sergeants, fouriers enz. was alzoo de gelegen
heid niet onaardig. Doch de directeur-generaal der Maat
schappij heeft de dienaren der staatsspoorwegen laten
weten, dat het niet alzoo gemeend was, en dat ieder, die
vrijwillig dienst neemt, ook vrijwillig zijn ontslag neemt,
aangezien men het vaderland evenzeer op de staatsspoor
wegen van dienst kan zijn als bij het leger.
Z. M. de koning heeft zich gisteren weder naar
Delft begeven, om de militaire inrichtingen aldaar te
bezoeken.
Dinsdag morgen is met goed gevolg de vierde
spanning, voor de spoorwegbrug over het Hollandsch
Diep, van den steiger te Willemsdorp op de paalj ukken
geplaatst. Bij gunstig weder zal deze spanning in de
volgende week naar de pijlers overgebracht worden.
Er heeft zich te Amsterdam bij de houders van
spaarbankboekjes een geest van wantrouwen meester ge
maakt, die zich doet kennen door het opvragen hunner
deposito's. Verscheidene dagen achtereen was de toe
vloed van die vreesachtigen zeer groot en werden vele
duizenden uitbetaald. Wij kunnen niet anders dan deze
handelingen betreuren, vooral met het oog op de moge
lijkheid dat de vaak zoo moeilijk bijeengegaarde pen
ningen nu licht door de vingers kunnen glippen. De
spaarbank is het aan het uitstekende beheer verschul
digd, dat zij dezen aanval met goed gevolg het hoofd kan
bieden. Nieuws v, d. dag.)
Een bijzonder fraaie luchtspiegeling is Vrijdag der
vorige week te Saint-Gildas op de kusten van Bretagne
waargenomen. Men zag eensklaps een geheele stad
ondersteboven op de zee staan, geheel door bergen om
ringd. De zee was schitterend wit als gepolijst zilver
rechts waren de golven blauw, en links rook. De horizon
werd purper en violetkleurig, doch biunen weinig tijds
was de begoocheling verdwenen. De stad, welke men
weerkaatst had gezien, was Belle-Isle; deze ligt onge
veer vijf uren van Saint-Gildas verwijderd.
Te Deventer blijven een aantal schutters, die tot
den eersten ban behoorea en opgeroepen zijn tot het
viermaal 's weeks houden van oefeningen in den wapen
handel, weigeren om aan die oproeping gehoor te geven
tenzij zij betaald worden. Zij hebben daarvan schriftelijk
kennis gegeveri. Deze week is op den voor de oefenin
gen bepaalden avond slechts de kleinste helft der man
schappen opgekomen en zijn de overigen thuis gebleven.
Volgens de Nieuwe Rotterdamsche courant eischen de
v. eerspannige schutters 25 cent per avond, daar zij
beweren niet in hunne levensbehoeften te kunnen voor
zien als zij viermalen per week een paar uren van hun
werk moeten verzuimen.
Omtrent het in ons nommer van Woensdag mede
gedeelde betreffende het jl. Zondag te Scheveningen
voorgevallene meldt Het Noorden nog het volgende:
„De opschudding Zondag avond in Scheveningen eu
vooral op het terras teweeggebracht is van niet geringen
omvang geweest. Toen de Fransche adelborst met zijne
vijftien manschappen naar het strand geroeid was, bleek
het dat hij niets anders weiïschte dan naar Parijs te
telegrapheeren. De telegrafist maakte zwarigheid, te
meer toen het hem bleek dat de Franschman aan zijne
minister van marine nagenoeg dit verlangde te seinen
„Wilt gij dat ik uw order geheel en al ten uitvoer leg?"
In overleg met den bevelhebber van den Schevening-
schen wachtpost werd zonder dralen een estafette te
paard naar den Haag gezonden, om het oordeel der
regeering in te winnen; en deze, gedachtig dat onze
onzijdigheid ons verbiedt depêches aan oorlogvoerende
mogendheden gericht te helpen overmaken, zag in dat
dit ook tot telegrammen mo33t worden uitgestrekt. Zij
gaf dus bevel dat aan het verlangen van den Franschen
adelborst niet zou worden voldaan. Derhalve zijn de
vreemde bezoekers onverrichter zake weer afgetrokken.
Maar met het terugkeeren van de estafette, wiens spoor
slags heen en weêr rijden heel Scheveningen reeds in
onrust had gebracht, hield de opschudding nog niet op.
Nog denzelfden avond zond Z. M. twee kannonnen naar
het straud."
Eenige dagen geleden gaf een jong soldaat zeer naïef
de gansche moraal van den oorlog aan een zijner kamere
den tè kennen. Ik was, zeide hij, knecht in de brouwerij
van Dreher op den boulevard de Strasbourg te Parijs. Ik
deed mijn best om de klanten goed te bedienen, in mijn
kort huisje en met een servet op den arm. Met politiek
en oorlog hield ik mij niet op. Daar ik in de reserve
stond hoopte ik voor goed van het vaandel afscheid te
hebben genomen. Zelf in den Elzas geboren, had ik tot
kameraad een Pruis, die met mij in dezelfde brouwerij
diende, en dien ik hartelijk lief had. Wij gingen ge
meenzaam met elkander om, en leefden om zoo te zeg
gen te zamen, en waren van plan ons te associeeren en
voor gemeenschappelijke rekening eene brouwerij op te
zetten. Maar ziet de oorlog is gekomen. De heer von
Moltke heeft mijn vriend opgeroepen, en maarschalk
Leboeuf mij opgeëischt. En wie weet, voegde hij er met
een hangen zucht bij, of ik niet mijn armen kameraad en
broeder te avond of morgen een kogel door 't hoofd zal
jagen?
Te Berlijn, zegt men, waren bij een korps van de land
weer elf man te veel opgekomen; de kommandant verzocht,
dat elf man weer naar huis zouden gaan. Niemand deed
zich op. De kommandant herhaalde zijn verzoek, een
man trad voor en zeide dat hij 9 kinderen had, zijn
vrouw in het kraambed lag en zijn zaken zouden ver-
loopen om die reden wilde hij wel naar huis. De man
ging, uitgejouwd door zijn kameraads, maar keerde den
volgenden dag terug zijn vrouw was hersteld en had de
zaken op zich genomen.
Uit Bodegraven wordt gemeld dat, ofschoon ver
scheidene werklieden wegens dienstplichtigheid opge
roepen zijn, onderscheidene huizen toch hunne voltooiing
naderen. Een dertigtal worden reeds onder de kap
gebracht.
De Berlijnsehe bakkersknechts gebruiken tegen
woordig de gelegenheid om wraak te nemen over den
ongunstigen afloop, dien de .werkstaking van vóór twee
jaren voor hen heeft gehad. Zij dwingen hunne bazen
thans tot hooger loon, en deze moeten tegen wil en dank
dat toestaan. Zij gaan nog verder en hebben onder elk-