IHciujcIUUTII. politiek gevolgd, waarin het moraliteitselement slechts bijzonder zwak vertegenwoordigd werd. Frankrijk en Pruisen hebben dan ook elkander op moreel gebied niet veel te verwijten, en aanroepingen van den God van Duitschland en van den God van Frankrijk nemen slechts de in hun politiek systeem gebruikelijke plaats in. Zoowel in den mond van keizer Napoleon en den heer Oliivier als in den mond van koning Wilhelm en den heer von Bismarck hebben die aanroepingen een eigenaardig karakter. Overigens beschuldigen beide tegenover elkander staande partijen elkander van Europa grovelijk te mis leiden, omtrent de sedert Maart 1869 gevoerde onder handelingen over de Spaansche kroon-candidatuur en omtrent do neutraliteits-eerbiediging der tegenpartij. En de verschillende staten van Europa hooren dit alles met meer of minder beleefdheid aan naarmate van hunne grootte, terwijl elk hunner intusschen ijverig bezig is om te onderzoeken of „zijn kruit droog is" en zijne wapenen wel in goeden staat zijn. Dit ongeloof is voor Pruisen zoowel als voor Frankrijk een der bezwaren, welke aan hunne politieke systemen verbonden zijn. Geen politiek stelsel is trouwens volmaakt. Terwijl uit de verschillende in omloop zijnde berich ten omtrent de houding van het Deensche gouvernement reeds op te maken was dat er te Kopenhagen twee par tijen tegenover elkander staan, waarvan de eene het grootere publiek onzijdigheid en de andere oorlogs verklaring aan Pruisen wil, wordt dit thans ook meer bepaaldelijk bevestigd. Degenen die het laatste in strijd achten met Denemarken's belang, vreezen voor eene algemeene uitbarsting van ontevredenheid bij de aan staande verschijning van eene Fransche vloot in de Oostzee, welke de regeering van koning Christiaan zal noodzaken om zich aan Frankrijk's zijde te scharen. Na al de beleedigingen van Pruisen ondervonden, ten aan zien der tenuitvoerlegging van artikel vijf der overeen komst van Praag, zou dergelijke houding dan ook, zoo al onvoorzichtig, volstrekt niet onnatuurlijk wezen. Blijkens eene officieele mededeeling van de Russische regeering zal zij onzijdig blijven „zoolang de belangen van Rusland niet worden gekrenkt." Dergelijke verkla ring heeft natuurlijk geene de minste waaide. Fransch-Duitscïie oorlog. Als een bewijs van het enthusiasme dat in Berlijn voor den oorlog heerscht, wordt gemeld, dat aldaar reeds 400 jongelieden vrijwillig dienst hebben genomen bij het eerste regiment garde dragonders; en zoo gaat het overal. Te Glogau hebben 50 gymnasiasten vrijwillig dienst ge nomen. „De stemming in Berlijn, zegt de Kölnische zeitungj is dan ook, evenals in geheel Duitschland, vol vertrou wen op den goeden uitslag, omdat recht en waarheid aan de zijde van Duitschland is. Er moest geen redelijke wereldordening bestaan als Duitschland niet eindelijk zou zegevieren, liet oordeel der beschaafde wereld drukt hetzelfde gevoelen uit. Amerika's vriendelijke houding zal op Engeland terugwerken, dat zich thans onzijdig houdt. Over de bedoelingen van Oostenrijk is men, om meer dan éene reden, gerust. Mocht het tegeu Pruisen optreden dan zou Rusland de zijde van Pruisen kiezen en de Oostcrsche quuestie tot ontwarring geraken daar door echter zou noodzakelijk Engeland's deelncmingaan den oorlog worden bewerkt. Oostenrijk wil onzijdig blij ven, en tot nogtoe laat het zich aanzien, dat het in deze houding, ook gedreven door zijn gevoel van verantwoor delijkheid en zijne plichten tegenover Duitschland, zal volharden." Aan de Presse wordt van geachte zijde geschre ven: „De houding die Oostenrijk zou aannemen tegen over den tusschen Frankrijk en Duitschland uitgebroken oorlog, is in den laatsten ministerraad, onder voorzitter schap van den keizer, vastgesteld. Met genoegen kun nen wij verzekeren, dat de daar genomen besluiten volkomen overeenstemmen met het algemeen verlangen der bevolking en dat besloten is tot het in acht nemen van volstrekte onzijdigheid naar beide zijden. Met vasten blik op de naderende gebeurtenissen en evenzeer op de hou ding van de andere onzijdige machten, in 't bijzonder op Rusland, zal Oostenrijk zijn lijdelijke houding bewa ren en zonder eenige mobiliseering alleen zoodanige voorziclitigheidsmaatregelen nemen, als de zekerheid der monarchie en de weerbaarheid van het rijk behoeven." Uit Aken wordt gemeld dat zich in die stad reeds ongeveer 500 vrijwilligers hebben aangemeld en daaron der bijna al de leerlingen der hoogste klasse van het gymnasium, om dienst te nemen bij het leger. De Fransche soldaten, men moet het erkennen, hebben een vast veitrouwen op hunne overwinning: „deoverwin- ning zal nogmaals de Fransche vlag getrouw zijn," zeggen zij. Dat vertrouwen gronden zij op de volgende eigen schappen die zij aan hun leger toekennen. „In getal overtreft ons leger wij laten hier het woord aan het Fransche blad la Presse dat van Pruisen, en als de omstandigheden het eischten zonden legioenen uit Frank- rijk's grond oprijzen toe handhaving van zijn invloed en tot verdediging onzer rechten. rln hoedanigheid is het een door gansch Europa erkend feit dat onze soldaten het onzen vijand in moed, dapperheid, vurigheid en door niets te weerstane voort varendheid niet toegeven. „Wat wapening betreft, is het geconstateerd dat de chassepots beter zijn dan de naaldgeweren ten opzichte van .draagkracht, juistheid en voortdurend schietvermo- gen. Onze mitrailleuses, wier uitwerking ontzaglijk en beslissend is, vermeerderen nog de zekerheid van een spoedige, wellicht oogenblikkelijke zege. „In hardnekkigheid in den stiijd winnen onze soldaten, gelijk aan de oude Pruisische legers, het nog op het gezamenlijke vijandelijke leger; de lundwehr en de landstorm toch worden gevormd uit mannen die een gevestigde positie bezitten, gehuwd en bijgevolg vreed zaam zijn, en die door den militairen geest niet meer be zield worden. Het zijn handelaars, bankiers, fabrikanten, die met smartelijken weemoed vrouwen, kinderen,zaken, fabrieken achterlaten, en die wel met hevigheid een eer sten schok kunnen veroorzaken, maar die het militaire leven, vol dagelijks wederkeerende vermoeienissen en gevaren, weidia moede zullen worden. „Deze wijze van soldaten te werven, ofschoon uitmun tend als het slechts een defensieven oorlog geldt of om de ijverzucht van Pruisen in Dnitschlan 1 te dienen, is uitermate verzwakkend voor het leger in een offensieven oorlog en wanneer men de troepen buiten de natuurlijke grenzen van bet land moet voeren. Onze soldaten daar entegen, gewoon aan het kampleven en aan voortdurende oefeningen, in het oorlogvoeren bedreven en gehard tegen vermoeienissen, bezitten ook te dien opzichte een onbetwistbare meerderheid. „Bij al deze motieven van vertrouwen moet nog ge voegd worden de rechtvaardigheid onzer zaak die onzen strijders eenmaal te meer ten spoorslag zal strekken om op onze vijanden een beslissende overwinning te be halen." Het aantal verbintenissen als vrijwilliger bedraagt op dit oogenblik door geheel Frankrijk meer dan hon- derduizend. lederen avond wordt in de Parijsche opera nog naar men zegt op hoog bevel la Mnette de Portici j opgevoerd. Voor hen die deze opera kennen is het onnoo- i dig op te merken hoezeerde vaderlandslievende gevoelens I der toehoorders daardoor nog meer opgewekt worden. I En als daarna, zooals nog iederen avond geschiedt, de j Marseillaise met geestdrift door een gevierde zangeres I gezongen wordt, dan stijgt de verrukking ten top. Omtrent de brug die de Pruisen hebben doen sprin- i gen wordt gemeld dat het een prachtige spoorwegbrug i was die twee jaren arbeid gekost heeft. Een Fransch i blad zegt dat men te Straatsburg zeer verbitterd was over deze daad. In Frankrijk is eene beweging op touw gezet die ten doel heeft de Fransche troepen uit Rome te doen terugroepen; verscheidene adressen van deze strekking, van een aantal handteekeningen voorziet., zijn den kei zer reeds aangebodenzoo leest men in eene: „Frank rijk's zonen achten zich gelukkig de verdedigers van Frankrijk te zijn zij willen niet langer de so'daten zijn van den paus. Een Fransch blad zegt tot ondersteuning dier adressen het volgende: „het is een schande voor de Fransche soldaten een paus te beschermen, een man die zoo op 't oogenblik, in het aangezicht der gansch e wereld, zich onfeilbaar durft verklaren, do >r 531 bis - schoppen die even verblind zijn als hun meester." Het is natuurlijk dat de tegen woo uiige omstandig heden niet zonder een „mot" van den .keizer konden blijven. Men verhaalt dau ook dat h:j tot eenige gene raals, die zich over den afloop van den o >rlog ongerust maakten, gezegd heeft: „Mijne heeren, ik zal te Köaiga- berg den vrede voorschrijven." Men zal in dezen oorlog weder eens gebruik maken van de luchtballons. Naar men zegt is Go.lard. die reeds meer dan duizendmaal opgestegen i3, tot de betrekking yan „luchtreiziger bij het leger" benoem l. De mitrailleuses, die reeds zulk een rechtmatige vrees ingeboezemd hebben, worden thans in de schaduw ge steld door een nieuw vernielingswerktuig: de bombarde. Zooals de mitrailleuse boven de andere tot uit bestaande vernielingswerktuigen stond, oo staat de bombarde zegt men thans boven de mitrailleuse Dit kan voor shands niets dan een gerucht zijn, dy,ar de bo nbardes b'j hare aankomst te Metz zorgvuldig weggesloten zijn; niemand mag ze naderen. Dereeden van Brest en Cherbonrgzijn in staat van verdediging gebracht. Voor die van Cherbourg bevinden zich vijf kringen van torpedo's. Iedere van deze bevat 900 of 1000 ki.ogrammen potassium-picraat, in een zeer dik omhulsel gesloten. De bewakers dezer torpedo's zijn voorzien van eene kaart der omstreken van den dijk, van een donkere kamer en van een rcflecteur. Nadert nu een vaartuig, zoo kau men door middel van den reflectenr op de kaart zien of het zich op een torpedo bevindt. In dat geval steekt men hem aan, waarop de gevolgen zich niet lang laten wachten. Evenals in sommige plaatsen aan de Nederlandsche kust is men ook te Cherbourg door kanonvuur veront rust. Het bleek echter spoedig dut het afkomstig was van twee Fransche vaartuigen die zich oefenden. Van de zijde der Pruisische regeering winden alle beweringen in de circulaire van den Fransch n minis ter de Gramont omtrent dc houding van Pruisen in de Spaansche candidatuur-quaestie voor onwaarheden ver klaard. De koning van Pruisen heeft bij koninklijk besluit tegen 27 Juli een algemeenen biddag bevolen. In dit koninklijk besluit zegt dc koning: „ik heb mij niets te verwijten en vertrouw op de hemelsche rechtvaardig heid. Ik neem den strijd aan met. de hulp van God. Aan hem ben ik verschuldigd dat op het eerste oor logsgerucht in Duitschland een algemeen gevoel van verontwaardiging zich heeft geopenbaard tegen den aanvaller en van vertrouwen in de zegepraal vau een rechtvaardige zaak." liet Fransch dagblad la Cloehe heeft dezer dagen een brief opgenomen van den heer Victor Considérant, waarin hij zich tegen den oorlog verklaarde in vrij scheipe bewoordingen. De hoofdredacteur zal ter zake van dezen brief voor de correctionceleiechtbauk terecht staan. De Fransche vloot zal gevolgd worden door yach- ten van de Parijsche Yacht-club, ter verzorging van do gewonde zeelieden. Uit Saarbiiick wordt het bericht bevestigd dat dezer dagen een dertigtal uhlanen vanhet 7P regiment de grenzen zijn overgetrokken en een deel van de spoorweg rails'tusschen Sarreguemines en Hagenau hebben opge broken, alsmede een viaduct hebben doen springen. Ove rigens wordt uit Saarbiiick gemeld dat in de omstreken dagelijks kleine voorposten-gevechten geleverd worden. Dc Fransche schilder Mcissonnier zal tegelijk met den generalen staf naar het leger vertrekken om de aanstaande overwinningen der Fransche troepen op het doek te brengen. Mainz, Coblenz, Keulen en "Wezel zijn in staat van beleg verklaard. Alles wat zich in het rayon de.r ves tingwerken bevond is weg. Zoo heeft men te Keulen, be halve dea zoö'ogischeu tuin, ook de flora in de prachtige villa van den baron Oppenheim geraseerd'. De Pruisische autoriteiten in Hanover hebben in de nachten van 20 en 21 Juli alle vroegere officieren bij het Hanoversche leger doen arresfeeren, welke wegens gehechtheid aan koning Geo'ge bekend waren. De beide zonen van den minister von Bismarck dienen als onderofficieren ia het eerste regiment dragon ders van do garde. Laatste berichten. Londen. The Times bevat heden een artikel waarin beweerd wordt dat door het Fransch gouvernement eenigen tijd geleden het voorstel is gedaan aan Pruisen, om aan dit rijk alle inlijvingen in Duitschland over te laten tegen berusting in de vereeniging van liet groot hertogdom Luxemburg, alsmede van het koninkrijk Belgie bij Frankrijk. Saarbrück. Gisteren heeft wederom een voorposten gevecht plaats gehad bij Gersweiier, waarin de Fran- schen een tiental manschappen vei loren en een goheelo compiguie Pruisen krijgsgevangen werd gemaakt. In een voorpostengevecht bij Syhrecklingen werden eenige Fransche grensbeambten gedoo1 of gekwetst. Parijs. De minister van oorlog heeft bevel gegeven om de vestingwerken rondom Parijs te wapenen. DE NEDKRLAXDSCIIE MARINE. Hoewel niet tot de waarschijnlijkheden, behoort het toch tot de mogelijkheden dat de Nederlandsche marine geroepen zal woiden de klisten en zeegaten te bescher men tegen invallen van vreemde oorlogschepen. In ieder geval moet zij daarop voorbereid en in staat van tegenweer zij.i. Evenzeer is het mogelijk dat door de marine hulp zal worden verleend ter beveiliging onzer

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 2