lies van hun kostbaren tijd, begonnen baldadigheden,
zoodat de politie aanrukte, die weldra met de arbeiders
handgemeen werd. Nu ontstond een gevecht met de blan
ke sabel, zoodat menig handwerksman verwond werd en
een inspecteur var. politie onder den voet kwam en ge
trapt werd. Nadat de bulp van de militaire macht was
ingeroepen werd de orde spoedig hersteld. (Hei Vaderl.)
Thermometerstand.
22 Juli 'sav. 11 u. 62 gr.
23 'smorg.7u. gr. 63'smidi.lu.75gr.'sav. 6u. 75gr.
Staten-generaal.
INKOMSTENBELASTING.
Het wetsontwerp tot invoering eener inkomsten belas
ting ter voorziening in buitengewone uitgaven en ver
vanging van het recht van patent, bepaalt de invoering
in principe bij art. 1, volgens welke de wet op de midde
len de hoegrootheid der te heffen percenten zal vaststel-
leu. Bij art. 6 worden 22 klassen aangegeven, waarin de
ingezetenen zullen verdeeld worden, terwijl in art. 5 vrij
stellingen worden bepaald naargelang der bevolking,
loopendc van/400tot 600 inkomen; in art. 7 wordt voor
kinderen korting toegestaan. Ieder ingezeten zal van zijn
jaarlijksch zuiver inkomen opgave moeten doen;tot con-
tröle bestaat eene commissie van classificatie, bestaande
nit colleges van zetters met een rijksambtenaar der
belastingen. Deze commissie kan de belastingschuldigen
oproepen tot het geven van ophelderingen en mag ook
van de aangegeven klasse afwijken ingeval zij daartoe
reden vindt. Ontduikingen worden voor den strafrechter
gebracht. De bestaande colleges van zetters worden
opgeheven.
Met 1 Mei 1871 vervalt de patentwet. De bijzondere
bepalingen honden in dat voor 1870 de belasting een
half percent zal bedragen,in twee gelijke termijnen ver
schuldigd, op 30 November en 31 December 1870.
In de toelichting verklaart de minister van fioanciën
reeds lang een maatregel te hebben voorbereid die de
grondige herziening van ons belastingstelsel zou aan
vangen. De buitengewone omstandigheden waarin wij
nil verkeeren doen uitkomen dat bij het ontstaan van
dergelijke onvoorziene uitgaven ons belastingstelsel
tekort schiet om op de meest regelmatige en biliïjke
wijze in de behoeften te voorzien. Deze maatregel strekt
nu om als eerste stap op het veld der belastingherziening
bet patentrecht in 1871 door eene inkomstenbelasting te
vervangen. Voorloopig kan nog niet opgegeven worden
wat het halfpercent, over 1870 te heffen, zal opbrengen.
De minister geeft daarop in breede trekken op welke
plannen en overwegingen omtrent de verschillende her
zieningen hebben bestaan. De patentbelasting is geble
ken onhoudbaar te zijnook de personeele belasting
behoeft herziening. Van het plan om de person pelebelas-
ting weder geheel voor het rijk te nemen, heeft men om
verschillende bezwaren inoeteu afzien.
Het voornemen bestaat na aanneming van dit voorstel
de vervanging van de accijnsen op de eerste levensbe
hoeften door eene belasting op de tabak in overweging
te geven.
Ten slotte geeft de minister eene breedvoerige uiteen
zetting van de vele bezwaren aan de patentbelasting
verbonden; waaruit hij meent genoegzaam te hebben
aangetoond, dat deze belasting bij het Nederlandsche
volk steeds meer impopulair is geworden, omdat:
1°. alléén handel en nijverheid in hunne winsten wor
den getroffen
2". eender voornaamste of grootste takken van nijver
heid, de landbouw, daarvan is uitgesloten
3°. de wijze waarop de winsten van den handel en van
een gedeelte der nijverheid zijn belast, alleronbillijkst
en geheel willekeurig is, zoodat dan ook de fundamen-
tale beginselen zelve bezwaarlijk zijn te verdedigen,
noch den toets van zelfs een oppervlakkig, veel minder
nauwgezet onderzoek kunnen doorstaan.
Öuitralanir.
Algemeen overzicht.
De tusscbcn Frankrijk en Duitschland aangevangen
oorlog biedt aan vele militaire deskundigen in beide
landen thans de mogelijkheid der verwezenlijking hun
ner theoriën. Vele militaire deskundigen in Pruisen
hebben reeds zoo dikwijls in theorie een Pruisisch leger
zegepralend naar Parijs doen oprukken met vernietiging
van alle hinderpalen altijd in theorie dat er van
het bestndeeren en aannemen van een plan de campagne
weinig sprake wezen zal. Men heeft slechts te kiezen
tusschen eenige uitvoerig ontwikkelde militaire syste
men. Zoo gaat het ook met de Fransche generaals, die
op de kaart, lang vóór het uitbreken van dezen oorlog
reeds zoo menigmaal langs verschillende wegen over
winnend naar Berlijn zijn gemarcheerd. Het gaat echter
met de strategische wetenschap dikwijls als met de me
dische. Eene overwinning of een herstel heeft, evenals
het tegenovergestelde, wel eens plaats in lijnrechten
strijd met de regelen van de kunst.
De Fransche regeering had reeds verlof gegeven om,
waar in Duitschland „Die Wacht am Ehein" en „Was ist
das Deutsche Vaterland" wordt gezongen, tegen het
zingen der Marseillaise niet langer proces-verbaal op te
maken. Thans is de Marseillaise weder officieel in eere
hersteld en in de Parijsche opera zooals wij gisteren
reeds meldden na de derde acte van la Mnette de
Portici op het tooneel gezongen, terwijl het publiek
in bet parterre staande medezong en alles zich ten
slotte oploste in eene manifestatie van huldebetuiging
aan het Fransche leger.
DeItaliaansche regeering heeft de houding van een ge
wapende neutrale natie aangenomen. Wat den verderen
loop der gebeurtenissen ten aanzien der Romeinsche
quaestie aangaat, meent men gelijk wij in een brief
uit Florence lezen dat Frankrijk tot Italië zeggen zal:
„ik trek mijne troepen terug, maar handhaaf de Septera-
ber-conventie en dat Italië zal antwoorden„gaarne,
maar weet wel dat ik u niet vraag om mij onder zulke
moeilijke omstandigheden met de rustbewaring in het
geënelaveerd grondgebied tc belasten." En daarmede
zullen dan eenige Italiaansche troepen naar Rome wor
den gezonden„ tot tenuitvoerlegging der September-con-
ventie, welke de bedoeling had om paus Pius te Rome
te handhaven."
Het bericht van den door den heer Pré vost Paradol
gepleegden zelfmoord wordt bevestigd, llij heeft met
een pistoolschot een einde aan zijn leven gemaakt.
Fransch-Duitsche oorlog.
Uit Wurtemberg wordt aan de Allgemeino Zeitung
geschreven:
„Frankrijk wil den oorlog: het is beter dat wij liera
thans hebben, dan dat hij nog langer als een zwaard van
Datnueles boven ons had gezweefd, tot hij eindelijk toch
was uitgebroken. Frankrijk hoopt ons te overompelen
het bedriegt zich, wij zijn voorbereid. Maar het bedriegt
zich nog veel meer in de uitwerking die de oorzaak van
dezen krijg op ons zal uitoefenen. Niet de mogelijkheid
dat een Hohenzolleru koning van Spanje zou kunnen
worden heeft den oorlog doen ontstaan, maar wei de
grenzelooze heersekzucht, ijdelheid, en eerzucht van
Frankrijk. Een hevige, geweldige ontroering heeft ieder
Duitsch hart aangegrepen, dat de krijgsfurie om zoo
nietige voorwendsels ziet los gelaten. Trots Ctiassepots
en mitjaillenses geldt ook heden nog het groote woord
van Fichte, waarmede hij in de jaren van grooten smaad
Duitschland heeft wakker geroepenniet de kracht
van. het leger, noch de deugdelijkheid der wapenen,
maar de macht der gemoederen is het die legers verslaat
en de zege behaalt."" Deze macht der Duirsche gemoe
deren, deze inwendige kracht der menschen, die den
arm staalt, het oog verheldert, en iedere zenuw tot
haar hoogste kracht spant deze macht der Duitscbe
gemoederen heeft Fvanki ijk zelf opgewekt en tot het
toppunt doen stijgen, door de smadelijke gewetenloos
heid, waarmede dat land het onheil van een zoo vreese-
lijken krijg om nietswaardige voorwendsels heeft doen
ontstaan. Deze macht zal Frankrijk doen bezwijken; en
wij durven hopen, dat het Duitsehe bloed ditmaal niet
tevergeefs zal vloeien. Alle Duitschers éen! moet
thans de leuze zijn. Men bekommere zich niet langer om
twisten van diplomaten en dynastiën. Van hetoogenblik
waarop Napeleon's leger den Duitsclieu bodem betreedt
is bet de hoogste plicht, het vreemde juk af te weren.
De Rijngrens is het doel der Fransch-militaire politiek.
Alle vaderlandslievende richtingen moeten aan deze
nietswaardige veroveringszucht het hoofd bieden." Deze
woorden van Karl Blind, zegt de Kölnische Zeitung,
(wiens zoon den moordaanslag op Bismarck beproefde)
drukt de stemming van alle Duitschers uit, zelfs van
hen, die tot voor weinige dagen zeer tegen Pruisen
waren ingenomen.
De OostenrijkscheNeueFreiePresse schrijft: „Eerst
dan als wij thans, zij het slechts in den geest, bondgenoö-
ten met den vijand van Duitschland waren, zonden wij
verdienen, voor altijd van de gemeenschap met Duitsch
land te blijven uitgesloten. Nu hebben wij, trots den
vrede van Piaag, nog recht op die gemeenschap, en als
de Voorzienigheid ons schuldig was een middel te geven,
om dat recht weder te doen herleven, dan heeft zij ons
den weg daartoe in den Pruisisch—Franschen oorlog ge
baand. Wee dengenen, die ons thans in dwalingzouden
brengen! Wat kan Frankrijk ons aanbieden, zelfs wan
neer wij als bondgenooten aan zijne zijde in de mogelijk
heid verkeerden de overwinning op Pruisen en Duitsch
land te behaleu? Een stuk van Duitschland? Neen
inderdaad, die denkt dat het mogelijk is, Duitsehe
landen uit de hand van Frankrijk aan te nemen, kent den
geest van het Duitsehe volk niet, en die gelooft dat, Oos
tenrijk zich door de genade van Napoleon zon kunnen
vergrooten, lette op Italië, dat zijne vorderingen op den
weg der eenheid moet betalen met zijne ondergeschikt
heid aan Frankrijk."
De eergisteren reeds door een enkel Parijsch dag
blad openbaar gemaakte circulaire van dun Franschen
minister van buitenlandsche zaken de Gramont aan de
diplomatieke agenten van Frankrijk in den vreemde,
wordt thans ook door het officieel orgaan der Fransche
regeering medegedeeld. Daarin wordt ge/.egd dat de
candidatuur van den prins von Hohenzollern-Sismarin-
gen op geheimzinnige wijze door de Pruisische re^eering
werd voorbereid, welke hoopte de Cortes dien prins
tot koning te doen verkiezen en Frankrijk te plaatsen
voor een fait accompliwaardoor de Pruisische invloed
zich in Europa zeer zou hebben uitgebreid. Frankrijk
heeft daaiop de zaak van alle hierdoor bedreigde
rijken ter hand genomen. Daarmede heeft liet Fransch
gouvernement zich niet inconsequent betoond. Wel is
elke natie meesteresse om over haar lotte beschikken,
maar dit door Frankrijk steeds in toepassing gebracht
beginsel der vrijheid ia beperkt door het recht der ove
rige natiën en het is niet geoorloofd aan cenig volkom
onder voorwendsel der uitoefening van eigen souve-
rciniteit het bestaan of de veiligheid van eenig naburig
volk te bedreigen. Dit beginsel is ook aangenomen ten
aanzien der Belgische aangelegenheden in 1831 alsmede
in 1830 en 1862 in de Grieksche quaestie.
Het denkbeeld om een prins von llohenzollern tot
koning van Spanje te maken was reeds in Maart 18S9
ter sprake gebracht, en reeds dadelijk had de Fransche
ambassadeur te Berlijn,'de heer Benedetti, tc kennen
gegeven dat de Fransche regecring dit niet zou kunnen
toelaten. De heer von Bismarck heeft te dier tijde ver
klaard dat hij zelf ook dergelijke combinatie niet te ver
wezenlijken achtte, terwijl later, bij afwezigheid van
den bondskanselier, de heer von Thile zijn woord van
eer had verpand dat de prins von Hohenzollem in ernst
geen candidaat voor de Spaansche kioon kan wezen.
Daarop is de combinatie van Pruisen aan den dag geko
men, en wilde Frankrijk alzoo een bepaalden waarborg
bezitten. Het hot van Berlijn wordt alzoo verantwoorde
lijk gesteld voor den oorlog. „Europa zegt de heer de
Gramontmoge uitspraak doen in onze zaak. Welke ook
de oorlogskans wezen mogen, wij wachten met vertrou
wen de uitspraak af van onze tijdyenuoten en van de
nakomelingschap."
Gisteren heeft keizer Napoleon de leden van bet wet
gevend lichaam ontvangen, bij welke gelegenheid de presi
dent Schneider eene toespraak hield, waarin werd beweerd
dat de verantwoordelijkheid van den oorlog op Pruisen
viel, „hetwelk na zijne laatste overwinningen en aange
moedigd door ons geduld en ons verlangen om den vrede
te bewaren, heeft gemeend een aanslag te kunnen doen
op onze veiligheid, en onze eer te kunnen krenken.1'
Onze hartelijkste wenschen zoo vervolgde de presi
dent zullen u naar het leger volgen. Stel zonder on-
geiustheid het regentschap in handen der keizerin." De
keizer antwoordde daarop dat hij hartelijk dank betuigde
voor deze vaderlandslievende ondersteuning op bet
oogenblik dat hij naar het leger vertrekt. Een oorlog is
wettig zoodra die geschiedt onder goedkeuring der
natie en van bare vertegenwoordiging. „Wij hebben
alles in het werk gesteld om den oorlog te vermijden en
ik kan zeggen dat het geheel cle natie is, welke ons bij ons
besluit heeft geïnspireerd." Ik neem mijn zoon mede naar
het leger; hij zal te midden daarvan leeren om zijn land te
dienen. Besloten als ik ben om krachtig de mij opgelegde
taak te vervullen, heb ik vertrouwen in de overwinning
onzer wapenen, want ik weet dat Frankrijk mij onder
steunt en dat God Frankrijk beschermt." Deze toe
spraak werd met levendige toejuichingen begroet.
Uit de Hanoversche stad Einden wordt gemeld
dat bij het eiland Borkum twee Fransche oorlogschepen
zijn gezien.
De mobiel verklaring van den eersten ban der Bel
gische schutterijen zal voorloopig nog niet plaats hebben.
Uit Weenen wordt gemeld dat de Fransche am
bassadeur, de heer de la Tour d'Auvergne, gisteren al
daar is aangekomen en bij den keizer ten geboore zou
worden ontvangen.
Te Stnttgart heeft eene volksmanifestatie plaats
gehad ten gunste van den oorlog tegen Frankrijk.
Te Lyon heeft een krachtige manifestatie ten
gunste van den vrede plaats gehad. Daar de stad geheel
en al van troepen ontbloot is had de politie zeer veel
moeite om de orde te, herstellen, daar de manifestatie