Cutitcnlanix
Overleden: K. D. Overduin, z. 22 ra. W. Roelofs, z.
14 ra. M. Duyvekot, z. 4 ra. J. M. Sterzenbach, raan van
A. O. Fens, 43 j.
Goes. Bevallen: W. A. Bolland, geb. den Boer, d.
J. Gelok, geb. van den Wijngaert, d. J. de Jonge, geb.
van de Weert, z. M. Koen, geb. Reinijn, z.
Overleden: J. van Bo/en, d. 14 j. (den 6cn April te
Antwerpen) S. Bosman, 41gehuwd met A. C. Coopraan.
Thermometerstand.
18 Juli 'sav. 11 it. 64gr.
19 'srnorg. 7 u. gr. 70 'smid 3.1 u. 80 gr. 'sav. 6 u. 74 gr.
Staten-generaal.
eerste kamer.
Zitting van Maandag 18 Juli. Mededeelingen politieleen toe
stand. Afdoening van wetsontwerpen.
Bij den aanvang der zitting wordt door den heer Roest,
minister van buitenhui .Ische zaken, bet volgende te ken
nen gegeven D >or de 8taats-courant is mededeeling
gedaan namens de regoering, dat haie verklaring, dat
Nederland de meest strikte neutraliteit zal aannemen en
handhaven, door de beide oorlogvoerende mogendheden
zeer gunstig is op„enoraen en dit de regeeringen vau
Pruisen en van Frankrijk aan 's konings regeering de
meest stellige verzekering op schrift hebben gedaan dat
zij Nederland's onzijdigheid zullen erkennen eu zullen
eerbiedigen.
--'having van die onzijdigheid heeft de koning
'W militie onder de wapenen teroe-
lartoe betrekkelijk, zullen
.nvoordiging worden aange-
heer van Swinderen beeft de
;he -/aken ten stelligste en op
vorzekeid, dat het verspreide
gerucht alsoi cnuv rlogvoerende mogendheden aan
het Nederlacdsche gouvernement heeft aangebod.n be
hulpzaam te zijn tot handhaving van Neêrlands ouzijdig-
hei I, ten eeneraale en volstrekt onwaar is. Geene mogend
heid heeft aan de regeeriug eenig voorstel gedaan.
Door deze mededeeling vervalt de verdere interpella
tie van den heer van Nispen.
Daarna zijn de volgende elf wetsontwerpen, voor
het meerendeel zonder beraadslaging, aangenomen
tot regeling van het veeartsenij kundig staatstoe
zicht en de veeartsen!)kundige politie; tot bekrachti
ging der concessie aan lieer ra1". P. J. W. Teding
van Berkhout tot v "an Ameland met den
va-den wal; hoe' omtrent een gerezen
verschil van ewe rekenkamer;
tot wij7.'- ineene rekenka
mer .n vestinggron-
•ig van bepalingen
..lie of particuliere lote-
«in de gemeente Zwolle tpt
.ttstand van duingronden in erf-
Dionkerste Middelburg; tot afstand
ae gemeente's-Gravenhage; houdende be
kent den acijiis op den wijn, en tot bekrach-
,m ruiling van perceelen bij het station van den
stadsspoorweg te Echt.
Al overzicht.
Frankrijk zoowel als Pruisen streven elkander voorbij
in de meest stellige verzekeringen dat zij het grondgebied
der neutrale staten zullen eerbiedigen. Is echter in ge
wone omstandigheden reeds weinig vertrouwen te stellen
in d plomatieke verzekeringen van dergelijken aaid,
vooial is dit het geval in dezen oorlog Zelfs België, bet-
welk dergelijke betuigingen der eerbiediging van ziju
grondgebied in de ruimste mate heeft vernomen, is verre
van gerust, en de wijze waarop sommige Napoleontische
organen over België spreken, waarbij z j het als zeer
Pruisischgezind voorstellen, brengt tot vermeerdering
dier ongerustheid bij.
Wat nu de oorlogsberichten betreft, gaan wij voort
met die onder een afzonderlijke rubriek te vermelden.
Meer en meer nadert thans hot oogenblik dat de eerste
botsingen tusschen vijandelijke troepen zullen plaats
Lebben.
Men verwachtte tegen heden een krachtig oorlogsmani-
fest der keizerlijke regeering aan de Fransche natie. Gis
teren reeds iseonesdmffiatiegerichtaandeZuid-Duitsche
•staten, oiu zich binnen vier en twintig uren te verklaren
omtrent de door hen aan te nemen houding. Men kent
echter deze houding reeds uit de mobielverklaring der
legers in Baden, Hessen, Wurteinberg en Beieren, welke
ter beschikking zijn gesteld van den koning van Pruisen.
Reeds eenige dagen- geleden werd het bericht ver
spreid dat de regcering van Rusland aan Frankrijk den
oorlog zou hebben verklaard. Dit bericht, evenals zoo
vele van dien aard niet bevestigd, schijnt het gevolg te
zijn geweest van een diner, hetwelk door den ambassa
deur van den Noord duitschen bond te Londen is aange
boden aan den Russischen ambassadeur bij het Engel-
sche hof, onlangs benoemd tot ambassadeur van Rusland
bij keizer Napoleon.
Onder de feiten, welke onder andere omstandigheden
groote sensatie zouden hebben gemaakt en waarvan
thans schier niemand notitie neemt, behoort behalve
de pauselijke onfeilbaarheidsverklaring de procedure
voor het hoog gerechtshot te Blois ter zake der bekende
samenzwering en aanslagen op het leven des keizers.
Het gerucht dat dit proces in de gegeven omstandig
heden zou worden uitgesteld of dat men eenvoudig
amnestie zou verleenen, blijkt onjuist te zijn, daar de
behandeling der zaak gisteren i3 aangevangen.
Eransch-Duitscïie oorlog.
The Standard geeft in zijn laatste noramer een aller
belangrijkst artikel over den waarschijnlij.teu marsch
der Fransche legers in Duitschland.
Van Metz gaan drie wegen uit in Rijn Pruisen. De
oostelijkste van deze, die bij Thiunvi.le zich van den
grooten weg in Luxemburg afwendt, ontmoet te Saarburg
de rivier de Saar en te Trier de Moezel. Een tweede
weg leidt direct van Mets naar Saarlouis, een be
langrijke Pruisische sterkte; terwijl een derde naar
Saarbrüek leidt. Een Fransch leger dat deze lijn van
operaties aauneemt en een dezer drie wegen kiest, moet
gereed zijn Saarlouis te belegeren, dat kort geleden
nog door de Pruisen versterkt is; het moet evenzeer
voorbereid zijn om een vijand te ontmoeten die in de
provinciën ten oosten van den Rijn, in de engten van
het lloehwald of van den Eifel, geconcentreerd is; ter
wijl zelfs ingeval zij overwonnen de F ranse hen op hun
weg de sterke vesting Coblentz zouden vinden, zonder
wier bezit het onvoorzichtig zou zijn om in de richting
van Keulen voort te rukken, daar hun communicatielijn
bedreigd zou worden en zij genoodzaakt zouden zijn ,te
otrijilKu steunende op het n'.'utraul grondgebied van
België.
Het is echter aan den Rijn aan de oostelijke zijde
dat Frankrijk de meeste kansen op succes zou vin
den. Als liet zich naar Stiaatsburg richt zou het
Fransche leger in het Schwarzwald dringen, door het dal
van deReuch otde Kinzigen de Enz,die alle hunne opene
zijde hebben naar het Neckar-dal, of, als het Rastadt,
dat den straat en den spoorweg op den rechteroever van
den Rijn en het Murg-dal sluit, omtrekt, zou het tegen
Ptorzheim of Stnttgardt oprukken. Ulm, de eenige be
langrijke sterkte van die zijde, ligt te ver om invloed te
kunnen uitoefenen op een dergeiijken inval; Rastadt
zou slechts dienen als verblijfplaats voor de Badensche
troepen, die er zich zonden inkwartieren om zich weder
te vereenigen, zoodat de vijandelijke trompetten zich op
dezen oever van den Rijn, die aan den groothertog be
hoort, zouden doen hooren. Indien men kon besluiten
uit hetgeen 18G6 ons geleerd beeft zou noch Baden
noch Beieren den loop der Franschen kunnen tegen
houden.
Eenmaal vasten voet in Wurtemburg hebbende, zou
het Fransche leger tot den Main en in Beieren kunnen
voorttrekken, en dezellde stelling kunnen innemen die
door Napoleon I voor den slag van Jena ingenomen werd,
behalve dat toen de vesting Mainz, thans het bolwerk
van Duitschland, in zijn bezit was.
The Times, wiens scherp-ien.de blik bekend is, en
die steeds weet uit welken hoek de wind der publieke
opinie in Engeland waait, bespreekt in de volgende ter
men de oorlogsverklaring van Frankrijk aan Pruisen.
„Het is, zegt het blad, de grootste nationale misdaad
die wij tot onzen spijt in onze kolommen sedert de tijden
van het eerste ki-izirrijk hebben moeten melden. De
oorlog is verklaard, en deze ramp, die Europa met jam
mer vervult, is liet werk van Frankrijk, het is het werk van
een enkel man, het is het resultaat van dj personeele
regeering."
Vervolgens herinnert het blad dat men zich niet ver-
-gist had toen men in de benoeming van den hertog de
Gramorit tot minister van buitenlandsehe zaken geheime
bedoelingen zag; de heer Benedetti, een ervaren diplo
maat, zou zich ook zeker niet zoo gedragen hebben als
bij tegenover den koning van Pruisen gedaan heeft, als
er niet een parti-prit bestaan bad. „De wijze waarop de
onderhandelingen gevoerd zijn, zegt het blad, staat ge
lijk met een oorveeg die iemand met deeenehand gegeven
wordt terwijl de andere aan den degen geslagen is. Het
is het werk van een straatroover die zijn tegenstander bij
de keel grijpt en uitroept: de beurs of het leven." Ten
slotte eindigt the Times zijn artikel raetde volgende ge
heimzinnige bedreiging „Zelfs al werd Pruisen overwon
nen, dan zou het kunnen geschieden dat zich nog een
tweede linie van strijdkrachten opdeed." De gewone
omzichtigheid van het blad, dubbel groot iu zulke
ernstige quaestiën, maken deze woorden tot een beteeke-
nisvolle uitdrukking.
De hoofdredacteur van le Temps, de heer Nefftzer,
schrijft in het jongste nommer van dit blad omtient de
laatste zittingen van het Fransch wetgevend lichaam:
„"Wij zuilen geen lange commentarien makeu op de
beide zittingen van gisteren. De quaestie is uitgeput.
Evenals in 18(36, maar thans met nog meer ongeduld en
onverdraagzaamheid dan toen, heelt de kamer, zonder
zelfs inlichtingen te willen ontvangen,zich bij de politiek
der regeering aangesloten. Om het land in den grootsten
oorlog te wikkelen dien de negentiende eeuw zal aan
schouwd hebben, is haar een telegram voldoende geweest
waarvan de authentieke tekst haar zelts niet eens mede
gedeeld is. Iedere beweging, wij zeggen nog niet van
oppositie, maar van gematigdheid en een voudig nadenken
is als hoogverraad beschouwd geworden. Wij gelooven
niet dat ooit eenige politieke vergadeiing zulk een
schouwspel aangeboden heeft. De heer Thiers heeft gis-
téren zijn sclioonsten dag als mensoli en als Fianschman
gehail, maar het Was, helaas! ook zijn meest ouvrucht-
baren. Hij heeft een onbedwingbare vastberadenheid en
een waarlijk heldhaftige vaderlandsliefde betoond, doch
het was alles vergeefsche moeite. Na hem hebben de liee-
ren Jules Favre en Gambetta,achtereenvolgens aange
drongen op de noodzakelijkheid van de mededeeling der
stukken, doch zij hebben niets uitgewerkt, llun eisch
was nogtans meer gemotiveerd dan zij het selieneu te
meencn. L>e regeering toch heeft inderdaad niets dan
telegrammen ontvangen. Zij heeft ook ware diplomatieke
stukken bekomen, voornamelijk een d pêche van Jord
Gianville, minister van buiterilandsche zaken iu Engeland,
aan den hertog de Grainont. Het sc.. rij ven dier depêche is
door den heer Gladstone aan het huis dtr gemeenten
medegedeeld; het ware dan ook intejessant geweest den
inbond daarvan te kennen. Het is zooals de heer Thiers
zoo juist gezegd heelt: de neigingen der buitenlandsehe
kabinetten en die der publieke opinie iu Europa zijn be
langrijke elementen iu den toestand. Wij zouden het
kunnen begrijpen dat men ze voor ons verborgen liield
als men dit ook tegelijkertijd voor Pi uisen kou doen,
maar daar mag men zicli niet mede vleien. Te Bei lijn leest
men zeker Engelache dagbladen, en daarover heeft
men zich op dit oogenblik niet te beklagen. Wij hadden
het voorzien en wij moeten lu t constateeren, omdat wij
het iu geen omstandigheid nuttig achten het publiek te
misleiden."
Volgens la France verwacht men op den Rijn
krygsbewegingen met kanonueerbooten.
Na de volksmanifestatiën ten gunste van den oor
log te Parijs, had ook eene manifestatie ten gunste van
den vrede plaats, waarbij een optocht met een witte
vlag werd gehouden. Nabij de brug St. Michel rukte
echter een soldaat van het 4ie regiment de witte vlag
uit de handen van den drager en wierp haar in de Seine,
hetwelk door de voorstanders van dcc oorlog met dave
rende toejuichingen werd goedgekeurd.
De cadetten der militaire academie van Saint-Cyr
zijn met den rang van sous-lieulenanl bij verschillende
regimenten ingedeeld.
Aan de regeering van het groothertogdom Luxem
burg is door den Pruisischen minister von Bismarck mede
gedeeld dat zijne neutraliteit door de Noord-Dnitsche
troepen zal worden ontzien, zoolang ook de Fransche
troepen die neutraliteit zullen eerbiedigen.
Uit Parijs woidt van eergisteren gemeld dat vorst
Gortsehakoff, de Kussi che minister van buitenlandsehe
zaken, aldaar is aangekomen.
Het officieel Fransch regeeringsorgaan zegt dat de
Nederlandsche regeering eene welwillende houding tegen
over Frankrijk aanneemt, terwijl de heer von Bismarck
ten aanzien van Nederland vijandige oogmerken koestert.
Volgens de Berlijusche Kieuzzeituag is de kroon
prinsvan Pruisen tot opperbevelhebber benoemd van het
door Zuid Duitschland ter beschikking van den Noord-
duitschen bond gesteld leger.
Bij adres heeft de gemeenteraad vanBerlijn een hulde
betuiging aan koning Wilhelm gericht, waarin wordt ge
zegd dat, hoe smartelijk het ook is uit zijne weikzaatuhe-
den te worden gerukt, toch geen opoffering te groot z il
wezen „om een rooversaanval tegen de onafhankelijkheid
der natie af te weren." De koning heeft hierop geant-