öuitmlanïi. elkander onbestaanbare denkbeelden. Men heeft ont dekt een misdrijf, dat niet be s taat. Het is inderdaad wonderlijk. Maar aangenomen, datde aanhoudingzoo wet tig ware als zij zeer stellig onwettig geweest is, dan kunnen wij uit deze geschiedenis, indien dat nog noodig is, toch leeren, hoe verkeerd, hoe onrechtvaardig, hoe gevaarlijk het stelsel der préventieve gevangenis is, zooals het bij ons in gebruik is, en zooals de wet het, wel niet in dit, maar in andere gevallen toelaat. De uitkomst heeft nu bovendien bewezen, dat wij geen ongelijk hadden, toen wij in Weekblad n°. 3205 zeiden, dat er hier al zeer wei nig vrees scheen te bestaan voor eene vlucht, waardoor de heer Elders zichzelven het meest zou hebben gestraft, en zich een lot zou hebben voorbereid, nog veel erger dan hem nu is wedervaren. Maar dat daargelaten, wat is er gebeurd? Men heeft, op gronden die nu gebleken zijn geene ernstige gronden te zijn, een gezeten burger ge vangen genomen, en gedurende vier maanden opge sloten, aan zijn werkkring, aan zijn huis, aan zijne nabe staanden ontrukten na die vier maanden, zegt de rech ter: ik vind in dezen man geene schuld, geef hem zijne vrijheid terug. De man kan dus naar huis gaan, en daarmede loopt het af. Van de schadeloosstelling, voor zoover die mogelijk is, is geene sprake. Onze wetten vin den dat niet noodig. De justitie heeft gedwaald, maar hij die daarvoor boet, is alleen het slachtoffer der dwaling. Yindt gij dat niet de natuurlijkste zaak der wereld? Wij hebben er niets bij te voegen. Zulke feiten spreken ster ker dan de beste woorden. „Ubi rerum testimonia adsunt, non opus est verbis." Zulke zaken moesten in ons land en in onze eeuw niet kunnen gebeuren dagelijks. Zullen onze wetgevers dan nooit den tijd kunnen of wil len vinden, om eens zulke hoogst ernstige zaken te over wegen Gemengde berichten. De gemeenteveldwachter E. Bos, te Rhenen, die, zooals wij dezer dagen gemeld hebben, door een strooper met een geweerschot in de zijde getroffen werd, is eer gisteren nacht overleden. Een dezer dagen [door het Algemeen dagblad van Nederland] gemeld verhaal van eene oplichting ten huize van een makelaar in effecten te Amsterdam be hoort tot de sprookjes zegt het Nieuws van den dag. Het Algemeen dagblad van Nederland heeft dan ook reeds sedert lang tot gewoonte aangenomen om berich ten te ontleenen aan Fransche of Belgische dagbladen en het tooneel daarvan naar eene onzer Nederlandsche steden te verplaatsen. Eergisteren morgen meldde zich bij den inspecteur van politie te Kralingen aan zekere Pieter Oudewaarde uit genoemde gemeente, die mededeelde dat zijn zuster Pietje, vergezeld van zijn broeder, zich gisteren naar Rotterdam had begeven, om voor hem eese chiffonière te koopen, en zich vervoegd had bij een meubelmaker in het Hang. Na volbrachten koop, brachten zij het meu belstuk huiswaarts en na het opnieuw van binnen zoo wel als van buiten te hebben bekeken, vonden zij in een der laden den volgenden schat verborgen een gouden repetitie-horloge, twee zilveren cylinder-horloges, een ju woelen doekspeld, verschillende gouden handringen, een zesstrengs gouden halsketting met juweelen slot, een paar gouden oorbellen, een zilveren pepermuntdoos, alsmede nog eenige kleedingstukken. Niettgenstaande de eerlijke vinders met handenarbeid hun dagelijksch brood moeten verdienen en den verkooper geheel vreemd zijn, hebben zij zoo spoedig mogelijk van het gebeurde kennis gegeven, zoodat na behoorlijke herkenning, den eigenaar het hem toekomende in volmaakte orde is ter hand gesteld. (N. Rolt. cour.) Als een bewijs van de gehechtheid der Engelschen aan zekere zonderlinge eigenaardigheden kan worden gemeld, dat, vermits op Zaterdag 11 Juni in Mansion- House te Londen niets aan de orde was om te worden behandeld, den lord-mayor en den eersten secretaris ieder plechtstatig een paar witte handschoenen werd aangeboden. Zooals men weet zal in September van dit jaar te New-York eene bijeenkomst der Evangelische alliantie plaats hebben. De dagbladen daar ter plaatse bevatten reeds het programma voor die bijeenkomst, volgens het welk allen evangelische chistenen, die haar willen bijwonen, een broederlijke ontvangst verzekerd wordt. Het programma bevat ook een opgaaf van de punten welke door verschillende leden, waaronder voorname godge leerden, besproken zullen worden. Na de bijeenkomst zal een internationaal congres gehouden worden ter bespre king van de middelen om in materieel, maatschappelijk en geestelijk opzicht den toestand der landverhuizers te verbeteren. De ongeregeldheden te Yerviers, welke ons giste ren per telegraaf gemeld werden, zijn veroorzaakt door het oproepen der miliciens van vorige jaren om dienst te doen in het kamp te Beverloo. De onaangenaamheden welke veelal met een verblijf in het kamp gepaard gaan, schijnen de miliciens eenigszins onwillig gemaakt te hebben, althans vóór het stadhuis ontstond een ernstig gevecht, waarbij de politie-agenten hunne sabels trok ken, en van beide zijden ccnige personen ernstig ge kwetst werden. Hoewel de rust hersteld werd, was men beducht dat de ongeregeldheden des avonds herhaald zouden worden. Gisteren avond te zeven uren althans was een groote menigte op de been, en waren te Luik de troepen in de kazerne geconsigneerd. Bij de oefeningen der Belgische troepen in het kamp van Beverloo, welke dezer dagen plaats hebben, is een ongeluk voorgevallen dat noodlottige gevolgen had kunnen hebben. De luitenant generaal Goethals kwam, vergezeld van zijn aide-de-carap, kapitein de ITan, de manoeuvres bezichtigen. In een snellen rid ging het van het eene regiment naar het andere. Eensklaps stortte het paard van kapitein de Han in een diepte, en ruiter en paard tuimelden hals over kop op den grond. Het paard sprong dadelijk recht en bracht daarbij zijn ruiter een hevigen slag op het hoofd toe. De ongelukkige offi cier bleef roerloos uitgestrekt, terwijl het bloed over vloedig uit de diepe wonde vloeide die hem door zijn- paard toegebracht was. Een velddokter, die onmiddellijk toesnelde, meende eer3t dat de kapitein dood was, doch hij lag slechts in eene bezwijming, waaruit hij eerst na verloop van langen tijd ontwaakte. Het gevaar is thans geweken. Denzelfden dag veroorzaakte de ongelijkheid van den grond nog dat een paard van een der eskadrons ruiterij in een put viel en zijn voorbeenen brak. Gisteren is voor het hof van assises te Gent een aan vang gemaakt met de behandeling der zaak van Ducha- telet, zooals men zich herinneren zal beschuldigd van moord op van Nieuwenhuize, handelaar in vellen te Brugge. Niet minder dan 140 getuigen zullen gehoord worden. Uit Brazilië worden thans nadere bijzonderheden gemeld omtrent de houding welke Brazilië ten opzichte van,de weduwe van den gesneuvelden dictator der Para- guayaansche republiek aanneemt. De Braziliaansche regeering weigert mevrouw Lynch-Lopez aan het Para- guayaansch gouvernement uit te leveren. Op een formee- len eisch tot uitlevering der regeering van Paraguay heeft de Braziliaansche minister van buitenlandsche zaken Jose Maria da Sylra Paranhos afwijzend beschikt. Het is zegt hij in zijne notaeene quaestie van nationale waardigheid in hetgeen de Braziliaansche vlag betreft die op dit oogeiiblik deze dame beschermtzelfs in geval mevrouw Lynch de medeplichtige van Lopez in diens wreedheden en plunderingen geweest ware en zij in bezit zou zijn van de teruggeëischte goeaeren, zouden wij niet bewilligen in zulk een even willekeurigen als gewelddadigen maatregel als door u voorgesteld wordt- Voorts meent de minister dat mevrouw Lynch bij een eventueel vertrek in de haar toebehoorende goederen voldoende waarborgen achterlaat voor diegenen welke hunne eischen voor de rechtbank zouden willen brengen. Er bestaat dus wel kans dat de Braziliaansche regee ring,ondanks de eischen der Paraguayaansche, de weduwe van den dictator in vrijheid zal stellen. Burgerlijke stand. Middelburg. Eerste huwelijks-afkondiging van den 19en dezer: P. J. Pouleijn, jin. 26 j. met P. M. Paterik,jd. 21 j. J. C. Smits, jra. 28 j. met N. Meijer, jd. 36 j. (Van 11 tot 18 Juni.) Ylissïngen. GehuwdJ. Schaap, jm. 23 j. met C. Schot, jd. 20 j. W. Hillebregt, jm. 23 j. met N. J. Struikman, jd. 23 j. BevallenJ. A. Dorré, geb. Mons, d. E. Muller, geb. de Frees, z. D. C. Aspeslagh, geb. Lelderok, z. 11. Kuning, geb. Claré, z. S. Kouwijzer, geb. Kamerling, d. J. van Veen, geb. Hage, z. M. Baert, geb. Waagenaar, z. J. W. Rothengutter, geb. van Dijke, z. Overleden: M. J. de Ruijter, jd. 18 j. J. C. Vervate, man van A. C. Herklots, 90 j. (Van 30 Mei tot 18 Juni.) Goes. Gehuwd: M. van Zweeden, jm. 21 j. met C. do Jonge, jd. 21 j. J. Geene, jm. 29 j. met M. Korten, jd. 23 j. Bevallen: S. A. C. P. Pilaar, geb. Borrendamme, z. D. Addies, geb. Ubrechtse, d. F. A. Delnaaij, geb. van Duin, z. C. C. de Jonge, geb. Verplakke, d. N. Èaassen, geb. de Wilde, z. A. Minnaar, geb. Zoeteweijz. E. Non- nekens, geb. de Hooge, d. A. E. Leopold, geb. Plaat, d. E. C. Bliek, geb. Mol, d. P. J. Meijler, geb Heijblom, d. G. C. Mets, geb. Le Cointre, z. A. Vertregt, geb. de Bruijne, d. E. Korstanje, geb. de Dreu, z. K. Fouw, geb. Snoep, z. W. Ossewaarde, geb. Potappel, d. Overleden: C. Goeman, vrouw van J. E. de Joode, 73 j. P. van Paasscn, wed<>. van A. van der Maas, 79 j. A. Bol land, d. bijna 4 j. P. Nonnekens, vrouw van G. Verheu len, 27 j. J. C. de Beste, wed", van A. de Jonge, 75 j, F. A. van Duijn, vrouw van H. Delnaaij, 30 j. M. Wis- kerke, wede. van J. Kloosterman, 77 j. J„ Huijszoon, man van D. J. Potvliet, 71 j. (Van 11 tot 18 Juni.) Zierikzee. Gehuwd: J. L. Tulleners, jm. 28 j. met J. A. Mak, jd. 22 j. Bevallen: J. H. Mes, geb. Tachi, d. E. C. Stein, geb. Weiand, z. C. Nardten, geb. Gerritsen, d. J. van Burgh, geb. van den Bout, d. N. M. Knaap, geb. Ochtman, z. P. van Maanen, geb. Duson, d. A. Smits, geb. Laban, d. A. M. Cannoo, geb. de Roo, d. P. Nijs, geb. Courtens, d. Overleden: K. J. Beuzenbcrg, d. 2 w. J. den Blauwen, wedc. van H. Bakker, 88 j. J. de Winter, d. 6 d. M. J- Lokker, d. 3 m. M. J. van den Berge, d. 9 m. Verkoopiiigeu en aanbestedingen. Bij den gisteren medegedeelden uitslag der aanbeste ding te Vlissingen, is als laagste inschrijver voor de uniformen der politie-agenten verkeerdelijk opgegeven de heer J. B. Zietse, ad 67.45 per stel. Dit moest zijn de de heer R. Andriesse voor f 419 voor het geheele benoo- digde. Therniometersland. 20 Juni 'sav. 11 u. 58 gr. 21 'smorg.7u.64gr.'smidl. 1 u.72 gr.'sav. 6 u. 70gr_ Algemeen overzicht. Het Brusselsch publiek verwachtte met zekere belang- sfelling dezer dagen de installatie van den nieuw be noemden procureur-generaal bij het hof van appèl, den heer Mesdach de Ter Kiele. In de bij deze plechtige openbare terechtzitting tc houden redevoeringen meende men den tact vau den een of de onhandigheid van den ander te zullen kunnen bewonderen bij de herinnering aan de loopbaan van den ontslagen procureur-generaal de Bavay. Waar bij dergelijke plechtigheden de wierook gewoonlijk met zoo kwistige hand voor den voorganger wordt gebrand, was dan ook de oratorische moeilijkheid van het oogenblik niet te miskennen. Die moeilijkheid was zóo groot dat men zich maar liever op dat terrein niet heeft gewaagd. Nadat op de gisteren gehouden installatie-zitting de eerste advocaat-generaal de bij der gelijke gelegenheid gebruikelijke requisitoiren had ge nomen, werd de nieuwe procureur-generaal binnengeleid. Na de vereischte voorlezing door den griffier van eenige stukken, verzocht de president den heer Mesdach de Ter Kiele eenvoudig om de voor hem bestemde plaats te willen innemen. De voorts door den president gedane vraag of de alzoo geïnstalleerde het woord verlangde, werd ontkennend beantwoord. Daarmede liep tot veler teleurstelling de plechtige opeubare terechtzit ting dus af, welke echter in plechtigheid misschien, en in belangrijkheid zeker, zij het ook door negatieve eigen schappen, boven andere dergelijke uitmuntte. Bij de gisteren in het Fransch wetgevend lichaam tot de regeering gerichte interpellatie betreffende de St.-Gothardlijn besprak de interpellant, de heerdeMony, het punt: of het eigendomsrecht der staten welke de conventie van Bern mede-onderteekend hadden, op den spoorweg van den St. Gothard, het recht tot vervoer van troepen in zich sluit. Hij meende voorts dat de passage op die lijn in tijd van oorlog gemakkelijk gestremd zou kunnen worden, en dat de onzijdigheid van Zwitserland Blechts dan geschonden kon worden, als dit land het verlangde. De minister van buitenlandsche zaken trachtte in antwoord op de interpellatie een geruststellende ver klaring te geven. „Deze quaestie zeide hij o. a. moet ons niet verontrusten; zij is de natuurlijke ont wikkeling van de onderlinge betrekkingen der natiën." Hij verklaarde dat de onzijdigheid van Zwitserland vol doende gewaarborgd ls, ten bewijze waarvan hij de door Zwitserland genomen voorzorgsmaatregelen en de ver klaringen welke dit land gegeven had, ontwikkelde. „Maar bovendien zeide de minister, indien de onzijdig heid van Zwitserland bedreigd werd, zouden wij die verdedigen. Zwitserland is zeer verstandig geweest door op zijn grondgebied, zonder gevaar voor zijn onafhankelijkheid, de kapitalen zijner naburen tot zich te trekken. Het Fransch gouvernement, gerustgesteld omtrent de politieke gevolgen vandeSt.-Gothardlijn,had geen recht, en was ook niet verplicht zich daartegen te verzetten. De minister van openbare werken ontwikkelde nader de reeds door den minister van buitenlandsche zaken

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 2