spreken, dcch deze toen te 's-Gravenhage niet vindendej zich een paar uren met den minister van justitie aan diens woning onderhouden, welke hem zeer vrien delijk heeft te woord gestaan. In Februari heeft hij de heer Wiersma gesproken en deze beduid dat de zaak Elders hem niet kon benadeelen en gewaarschuwd op zijn hoede te zijn tegen het publiek ministerie. Eerst op 6 Maart had mevrouw Wiersma door de nicht van den heer Elders ook zijne hulp gevraagd, op grond dat zij werd opgesloten. Sedert had hij haar nu en dan van raad en bijstand gediend. Hij gal van zijne verschillende hierop gevolgde bemoeiingen uitvoerig verslag. Vermits de heer Wiersma hem echter den toegang belette, had hij haar eerst op 8 Maart gesproken. Hij sprak tegen dat hij eenig rumoer had aangelegd en in iets aan den eerbied voor de justitie en den veldwachter zou zijn te kort gekomen. Hij ontkende de heer Haakman te hebben beleedigd, maar zeide, dat deze op 8 Maart verkeerd had gehandeld bij het opmaken van het proces-verbaal. Dr. P. Kok Ankersrait, geneesheer aan het gesticht Meerenberg, wilde zich niet uitlaten over de door den be schuldigde opgegeven punten, daar hij den heer Wiersma sedert diens ontslag uit het gesticht niet heelt waarge nomen; maar a priori zou hij daaruit niet tot een aan staande excondescentia furibunda concludeeren. In een door den beschuldigde opgemaakte en ter te rechtzitting voorgelezen memorie komen onder anderen voor de gronden, waarop hij het certificaat heelt afgege ven, de verschijnselen van krankzinnigheid, die hij uit eigen observatie en van hooren zeggen weet dat bij den heer Wiersma bestonden, de vrees voor ongelukken voor mevrouw en kind, enz. Verder worden er zijne eerste kennismaking met mevrouw Wiersma in verteld; hare ziekte-symptomen, haar confidences uit haar jeugd haar berouw over haar huwelijk haar wensch naar een rassen dood, indien zij geen kind hadhaar aanvraag om morphine, haar teleurstelling toen Wiersma van Meeren berg in denzelfden toestand terugkwam, waarin hij was heengegaan; zijn (Elders) bemoeiingen en troosten van mevrouw Wiersma; zijn beloften van geheimhouding, zijn tnedelijden; haar openhartigheid hunne wandelin gen, eerst des morgens entoen ook des avonds, voor haar gezondheid en verstrooiinghunne gesprekken over wetenschappelijke en andere onderwerpen; zijn raad aan mevrouw Wiersma om teekenen te leeren en poëzie te lezen, daar hij niet zooveel meer kon komen; haar ver zoek en sraeeken om toch vooral niet weg te blijven, maar haar bij te staanhaar bezoek aan zieken, enz. Mevrouw Wiersma erkende, op de vraag des voorzit ters, dat zij aan den beschuldigde morphine heeft gevraagd om zich te vergiftigen, daar zij het leven moede was. De heer Wiersma ontkende dat hij een tang tegen zijne vrouw heeft opgenomen, boeken in de kachel heeft ge worpen, zijne vrouw een „slavin" heeft genoemd, en ook dat hij van de wandelingen van den beschuldigde met zijne vrouw heeft geweten. Het requisitoir van het openbaar ministerie tot schul digverklaring en veroordeeling van dr. Elders hebben wij reeds in ons vorig nommer gemeld. Gisteren heeft de verdediger het woord gevoerd en betoogd 1° dat een abnormale zielstoestand, door de feiten aangetoond, bij den heer Wiersma, bestond, e n 2° dat de door den beschuldigde afgegeven verklaring van krankzinnigheid door de wetenschap gerechtvaar digd is." Hij eindigde dan ook met de vrijspraak van den be schuldigde te vragen. Gemengde berichten. Dinsdag morgen is door den brigadier der maré- chaussée te Aardenbnrg een koewachter gearresteerd, als de vermoedelijke bedrijver van onderscheidene aanrandingen der eerbaarheid in den omtrek van Furnes (Westvlaanderen) gepleegd. Hij is den volgenden dag naar het huis van arrest te Middelburg overgebracht. In het huis van arrest te Goes is voorloopig over gebracht een gefailleerd koopman uit Colijnsplaat, die verdacht wordt een groot gedeelte zijner goederen vóór zijn faillissement geborgen te hebben. Betreffende den jl. Dinsdag te Bodegraven gewoed hebbenden brand, waarvan wij gisteren in het kort mel ding maakten, zijn thans de volgende bijzonderheden bekend. De brand ontstond des namiddags te vier uren bij den broodbakker Mol, wiens huis, in de zoogenaamde Tocht, tegenover 't postkantoor, gelegen, eigenlijk tot Zvvammerdam behoort, ofschoon het als 'tware in de kom van Bodegraven staat. De ware oorzaak van het ontstaan is nog niet bekend: men denkt dat het drogen van houtspaanders in of op den oven den brand heeft veroorzaakt, terwijl anderen beweren dat de oven in geen goeden toestand verkeerde. De vlammen deelden zich spoedig uit het genoemde huis aan een nabijgelegen hooiberg mede. De Zuidwesten slagwinden dreven de brandende hooiwisschen door de lucht en op de daken, waarvan vele met riet gedekt waren. De vlammen tast ten enkele panden naast het eerstgenoemde aan en sloe gen toen plotseling naar de overzijde over, zoodat de woningen van de geneeskundigen Frederiks en dr. Veklt spoedig vernield waren; de groote Roomsch-catholiekc kostschool van den heer van Buuren, waarin zich 62 kostleerlingen bevonden, stond weldra in laaie vlam men de geheele Brugstraat deelde spoedig hetzelfde lot, en daaronder de woningen van den manufacturier van Eeuwen en van den apotheker Douwes Dekker. Gelijktijdig verspreidde zich in de gemeente het vuur in de richting van de Zuidwestzijdc van het dorp en tastte ook de overzijde, den noordoostkant van den Rijn aan, waar de voorname Kerkstraat van beide zijden den vuurgloed vermeerderde. Tegen 7 uren was de geheele dorpzijde een felle vuurzee. De woningen van den notaris Gordon, van den ontvan ger van Beeresteinvan den Lutherschen predi kant de Meijere, van den handelaar in koloniale wa ren Mooi, van den tabakshandelaar Kolman, van den burgemeester van Dam met diens kaaspakhuizen, de Luthersche kerk, het weeshuis (waarin een 20 tal ver pleegden waren) en de reeds genoemde kostschool, het groote logement van van Haaften, waarin zich de secre tarie bevond, alles werd verzwolgen zonder dat aan redding van huisraad of andere voorwerpen te den ken viel. "Van de notarieele akten zijn, naar men gelooft, eenige verloren gegaan de ontvanger heeft met groote tegen woordigheid van geest een aantal zijner papieren in een ijzeren kist gesloten, anderen in een aardappelkist by - eengeworpen en in veiligheid trachten te brengen van de akten van den burgerlijken stand is ook een groot deel gered, maar tot dusver was er nog geen gelegenheid alles juist na te gaan. De spaarkas is gelukkig behouden- daarin bevonden zich vele beleende buitenlandsche effecten, geborgen in een trommel in een ijzeren kist welke geplaatst was in den kelder van den heer van Haaftenmen heeft de papieren wel zeer warm en nat, maar ongeschonden daaruit gehaald. In het geheel hebben achttien brandspuiten gewerkt. Tegen 1 uur des nachts kon men den brand gestuit ach ten en tegen 4 uren was men het vuur geheel meester. Met vrij groote zekerheid kan men zeggen dat 122 per- ceelen vernield en een 200tal gezinnen van woning be roofd zijn. De kom der gemeente bestaat uit ruim 300 huizen. Als bedrag der schade werd ƒ300,000genoemd, doch hiervan is niets met zekerheid bekend. Voor de van woning beroofden zullen tenten worden verstrekt. Voor loopig worden zij bij bekenden of betrekkingen en ook in de kerk gelegerd, terwijl een aantal van alles beroof den onder den blooten hemel in het veld vertoefden. Daar alle bakkerijen zijn afgebrand was er gebrek aan brood. Uit Gouda werd Woensdag 500 kilogram aange voerd en uit Leiden werd ook verwacht. Te Zwammer- dam en Bodegraven zijn hulpcommissiën opgericht, die enkele honderde guldens voor de eerste behoeften bijeen brachten. De heer van Opheusden zónd 500. De twee slachtoffers die bij den brand zijn omgekomen: vrouw Koenekoop verbrandde in hare woning, en de winkelier van den Hoorn, die nog iets wilde redden, werd door een invallend stuk muur gedood. Nog werden een man en een kind vermist, maar men meende dat die bij familie konden zijn. Verschillende huizen en inboedels waren tegen brand verzekerd, naar men zegt, vooral bij de verzekering maatschappij te Loenen. De jl. Dinsdag te Antwerpen uitgebarsten brand in een petroleumrafGneerderij heeft niet die gevolgen gehad welke men duchtte. Men is het vuur spoedig meester geworden, zoodat de schade onbelangrijk is. Een der werklieden heeft echter ernstige brandwonden bekomen. Te Apeldoorn werd jlMaandag door de ingezete nen gevlagd, bij gelegenheid dat de état-major van de stoomschepen de Amstel en de Vice-admiraal Koopman aan 's konings tafel was genoodigd als eene hulde voor de krijgsverrichtingen te Commendah. De disch werd opgeluisterd door de muziek van het korps huzaren uit Deventer. Z. M. de koning bracht een toast aan het gan- Sche korps der expeditie, en nadat daarop door den kapi- tein-kommandant was geantwoord vroeg de koning aan den kommandant der landingsexpeditie, den officier ten Bosch, als een aandenken aan dien tocht zijn degen, waarvan hij zulk een dapper gebruik gemaakt had, te mogen bezitten. Genoemde officier gespte toen zij n degen los en overhandigde dien aan zijne majesteit, in ruil waarvoor hij van den koning diens prachtigen generaais- degen ten geschenke ontving. Ieder heeft wel eens gehoord van de firma Bass en compagnie te Londen, de voornaamste bierbrouwers van j geheel Engeland. De volgende cijfers zullen echter een i denkbeeld kunnen geven van de enorme uitgebreidheid j hunner zaken. Zij doen 42,200 acres land bebouwen j voor de benoodigde gerst, en bezigen 23,000 cwt. hop en i eiken dag 160 ton kolen gedurende den brouwtijd. Aan moutbelasting brengen zij 189,314 pd. st. en aan patent 8.994 pd. st. per jaar op. Zij hebben iederen dag 452 wagons noodig om hun bier te vervoeren, waarvoor zij aan ver schillende spoorwegmaatschappijen pd. st. 67,598, 4 s. 4 d. per jaar betalen. Er zijn bij deze brouwerij 500.000 vaten in gebruik. Te Burton alleen zijn 1834 werklieden bezig, die iedere week 2000 pd. st. loon verdienen. Er zijn 80 paarden noodig, om bet bier in den omtrek aan huis te bezorgen. Dezer dagen had een reiziger die met twee dames den Salvator-berg in de Alpen besteeg, het ongeluk, terwijl hij zich op een zeer steile helling bevond, uit te glijden, waarop hij in een diepte stortte. Met verpletterde leden werd den volgenden dag zijn lijk gevonden. De staalproductie heeft in het laatste tiental jaren een groote vlucht genomen. In Sheffield bijv. wordt thans 15 maal zooveel voortgebracht als geheel Enge land vroeger opleverde. Te Londen is een ijzer- en staal-instituut opgericht, hetwelk zich ten doel stelt le den in de gelegenheid te stellen alle gewichtige aangele- legenheden betrekkelijk de staal- en ijzerproductie te bespreken. Verkoopingen en aanbestedingen. Heden werd aan het lokaal van het gewestelijk bestuur van Zeeland aanbesteed, het doen van eenige vernieu wingen aan 's rijks zeeweringen te Vlissingen en Veere in twee perceelen. Voor het le perceel, de werken te Vlissingen, is het minst ingeschreven door den heer A. Rinders te Bres- kens, voor 5429, en voor het 2« perceel, wei ken te Veere, door denzelfden, voor 3579. Woensdag zijn te Domburg de volgende perceelen te koop aangeboden gelegen onder de gemeente Aagte- kerke: 1°. 1,54 hektaren bouw- en weiland, verkocht voor ƒ2528; 2». 1,1870 hektaren bouwland, verkocht Yoor ƒ1621; 3°. 0,9670 hektaren weiland, verkocht voor 1100; 4°. 0,5850 hektaren weiland, verkocht voor 565, en 5°. 0,2065 hektaren bouwland, gelegen onder Oostkapelle, verkocht voor 386. Thermometerstaiid. 2 Juni. 'sav. 11 u. 53 gr. 3 'smorg.7u.56gr.'smidi. 1 u. 62 gr.'sav. 6 u. 63 gr. Staten-generaal. TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag 2 Juni. Het wetsontwerp tot nadere regeliug van den accijns op den wijn. Bij de algemeene beschouwingen bracht de heer Pij Is hulde aan de regeering dat zij tot tegemoetkoming aan den handel het stelsel van verlengbaar krediet heeft open gesteld. Hij heeft echter bezwaren tegen een paar arti kelen. De minister van financiën zegt dat hij voornemens is in overeenstemming met den wensch van den heer Pijls, om deze wet als proefneming te zullen gadeslaan, om ze naderhand ook op andere belastingen, zooals zout en bier, toe te passen. Bij de behandeling der artikelen, word de ontheffing van den bessenwijn bestreden door de heeren Idserda en van Voortkuysen, op grond vooral dat men den wijn van andere vruchten niet had vrijgesteld. De minister deelt mede dat scheikundig moeilijk de bessen van andere vruchtenwijn is te onderscheiden, maar dat de bessenwijn een eigenaardige scherpe smaak heeft, waardoor het onderscheid van zelf wordt aange wezen. Over het stelsel tot vermindering der belasting naar evenredigheid van het alcohol-gehalte van den wijn, ont staat eene discussie tusschen den heer Pijls en den mi nister van financiën. De heer Pijls beweert dat de fijne Fransche wijnen door het liggen op fust in alcohol-gehalte verminderen. Hij stelt daarom eene verandering in den maatstaf van berekening voor, die echter wordt verworpen. Het wetontwerp tot bekrachtiging van verstrekkingen voor het departement van marine wordt met algemeene stemmen zonder discussie aangenomen. Het wetsontwerp tot onteigening van perceelen voor het maken van een nieuw aanvoerkanaal onder Zand- foort voor de Duinwaterleidingmaatschappij te Amster dam wordt bestreden door den heer van Goltstein, die meent dat het algemeen belang hierin niet betrokken is. Bovendien kan Amsterdam aan de meerdere behoef ten aan water op de vroegere manier van waterdistri butie voorzien. De duinen die nu zullen onteigend worden

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 2