Na toelichting van den heer Fokker van zijn amende
ment op art. 8,strekkende omjeene vaste som in te voeren
voor de bijdragen der polders, wordt dit na bestrijding
door den heer van Nispen en den minister verworpen
met 49 tegen 9 stemmen.
Naar aanleiding eener opmerking van den heer Heems
kerk Az. wijzigt de regeering de redactie van art. 16,
in dier voege dat provinciale staten van Zeeland ver
plicht zullen zijn binnen éen jaar omtrent al de bij de
wet behandelde punten reglementen vast te stellen.
Het wetsontwerp wordt daarop aangenomen met 59
stemmen tegen 1 stemdie van den heer Vader.
In den loop der zitting wordt bepaald dat na dit wets
ontwerp zal behandeld worden het wetsontwerp omtrent
den wijnaccijns en een paar andere ondergeschikte ont
werpen, terwijl Woensdag 8 Juni zal in behandeling
komen het wetsontwerp op de brievenposterij en daarna
eenige conclusiën van verslagen.
üuitmlanïi.
Algemeen overzicht.
Het officieus Parijsch regeeringsorgaan la Gazette des
tribunaux bevat eeue mededeeling omtrent den stand
der zaak van de veelbesproken samenzwering. De ka
mer van het hooggerechtshof, geroepen om de verwij
zing naar de openbare terechtzitting uit te spreken,
heeft het requisitoir van het openbaar ministerie aange
hoord, genomen bij monde van den eersten advocaat-
generaal Dupré-Lasalle. Alsvorens uiteen te gaan heeft
dit rechtscollege voorts de orde zijner werkzaamheden
voor de eerstvolgende dagen geregeld. Waarschijnlijk
ligt in deze laatste mededeeling van la Gazette des
tribunaux opgesloten dat het arrest van verwijzing nog
in de eerste weten niet te verwachten is.
Intusschen meldt le Rappel dat dezer dagen een vijf
en twintigtal personen, te Mazas in preventieve hechte
nis gehouden, zijn ontslagen. Daaronder behoorde ook de
advocaat Protot, die verdacht werd van medeplichtig
heid aan de samenzwering, „omdat hij de verdediging
op zich had genomen van den werkman Megy", welke
laatste, gelijk men zich herinneren zal, bij zijne nachte
lijke arrestatie en het binnendringen zijner woning een
der politie-agenten door een pistoolschot nedervelde.
De administratie van het College de France heeft, in
strijd met veler .verwachting, voldaan aan het verzoek
van den hoogleeraar Laboulaye en verlof verleend tot
schorsingzijner lessen. Inmiddels iseen manifest openbaar
gemaakt van een aantal studenten in de rechten, waarbij
zij hunne afkeuring te kennen geven over de plaats ge
had hebbende ongeregeldheid, waarin zij eene schending
der vrijheid van onderwijs zien.
Van alle zijden blijft men zich te Parijs beklagen over
de wéinig constitutioneele houding van den minister
Ollivier, die zich meer en meer begint te verschuilen
achter den persoon des keizers. Zoo verklaarde hij aan
de commissie uit het wetgevend lichaam, belast met het
onderzoek van een voorstel tot afschaffing van art. 291
strafwetboek, dat bet „de wil des keizers" was om dat
artikel te behouden. Dit artikel heeft betrekking op alle
vereenigingen van meer dan twintig personen, welke op
zekere bepaalde dagen bijeenkomen. Geenerlei gezel
schap van dien aard zal mogen opgericht worden dan
met toestemming der regeering en onder zulke voor
waarden als het der regeering gelieven zal te bepalen.
Gisteren is in het officieel regeeringsorgaan een keizer
lijk decreet verschenen, waarbij het militair bestuur in
Algerië eenigszius getemperd wordt, ofschoon niet op zoo
danige wijze als de liberale partij in Frankrijk sedert
lang wenscht. Voortaan zullen de prefecten niet langer
afhankelijk zijn van de militaire autoriteit, maar onmid
dellijk onder den gouverneur-generaal staan. Ook het toe
zicht op de drukpers, hetwelk aan de generaais-opperbe
velhebbers der verschillende provinciën was opgedragen,
elk voor zooverre hun gebied betrof, zal voortaan door
den gouverneur-generaal 'worden uitgeoefend. Moge
ook hierdoor slechts eene partieele verbetering in den
toestand worden gebracht, toch is dit eene schrede om
Algerië van het ondragelijk militair bestuur te verlossen
waaronder het gebukt gaat.
Blijkens regeeringsberichten uit Florence is de uit on
geveer vijftig man bestaande republikeinsche afdeellng,
welke zich in de provincie Como op de Zwitsersche
grenzen had vertoond, geheel en al uiteengedreven. De
rust is echter nog niet geheel hersteld en verschillende
geruchten zijn in omloop omtrent de verschijning van
nieuweafdeelingen op eenige punten des lands.
In de Spaansche Cortes is, in afwachting van de din.
gen die komen zullen, naar aanleiding der tegen 6 Jnni
aangekondigde zitting, door het lid der republikein
sche party Garrido voorgesteld, om onmiddellijk tot de
keuze van een koning over te gaan en na drie vruckte-
looze stemmingen omtrent die keuze de republiek te
proclameeren. Voorts werd in deze eergisteren gehouden
zitting voorlezing gedaan van het rapport der commis
sie, in der tijd benoemd om een reglement te ontwerpen
omtrent de wijze van discussie bij de keuze van een
koning. In dit ontwerp-reglement wordt bepaald dat
voor deze keuze de absolute meerderheid der tegenwoor
dige leden voldoende is. Bij amendement is door een der
leden voorgesteld om, in plaats van de absolute meerder
heid der tegenwoordige leden, de absolute meerderheid
van het geheel getal afgevaardigden als vereisckte te
stellen.
Uit nadere mededeelingen omtrent de wegvoering van
twee Engelschen in de omstreken van Gibraltar door
roovers, blijkt dat deroovers wel een losprijs vorderen,
en wel ten bedrage van twaalf duizend gulden Ned. Vol
gens de Engelsche dagbladen zou men den heer John
Bonell in vrijheid hebben willen laten gaan om den ver
langden losprys te halen, doch zou deze geweigerd heb
ben om zijn lotgenoot te verlaten. Intusschen spreekt
j men van vervolging der roovers door de Spaansche
j troepen. Al te veelijver daarbij zou echter evenals aa^n
de door Grieksche roovers weggevoerde Engelschen
noodlottig kunnen worden voor den heer John Bonell
en zijn neef.
De fenians blijven aan de regeering te Londen steeds
j velerlei moeilijkheden berokkenen, niet alleen in Ierland
maar zelfs te Londen. Zoo meldt the Morning Advertiser
l dat het gouvernement dezer dagen een aantal voorzorgs
maatregelen heeft genomen ten aanzien der gevangenis
te Clerkenvvell, naar aanleiding van ingekomen rapporten
omtrent het voornemen der fenians te Londen om een
aanval te doen op die gevangenis en de aldaar aanwezige
veroordeelde leden, der broederschap met geweld te
verlossen.
Laafsie berichten.
I Madrid. De pogingen, welke nog in de laatste dagen
zyn aangewend om Espartero tot de aanneming der can-
1 didatuur voor de kroon te bewegen, zijn vruchteloos ge-
bleven. Hij blijft bij zijne weigering volharden.
1 Londen. Het arsenaal te Woolwich wordt door de au
toriteiten allerzorgvuldigst bewaakt, daar men vreest voor
i een aanslag der Fenians.
1 Parijs. In een artikel in l'Electcur libre wordt door
1 den heer Ernest Picard een scherpe afscheiding gemaakt
tusschen zijne fractie en de linkerzijde van het wetgevend
lichaam.
Langrand-Demonceau.
Het te Brussel gevoerde rechtsgeding tegen het blad
de Cote libre bevestigt volkomen hetgeen onze Brussel-
sche correspondent betrekkelijk de financieele operatiën
van den heer Langrand-Dumonceau voor het eerst reeds
in 1864 en voorts bij herhaling als zijne overtuiging uit
sprak. Duizende gezinnen zijn door deze operatiën te
gronde, gericht en het nadeel aan hét nationaal vermogen
van België toegebracht, wordt op niet minder dan ruim
honderd millioen franken geschat.
Zooals men weet stelde eenigen tijd geleden een
Brusselsch journalist, de heer Mandel, zich tot taak
in de Cote libre het publiek te waarschuwen tegen
de financieele ondernemingen en speculation vau Lan
grand-Dumonceau. Toen de justitie naar aanleiding
daarvan een onderzoek had ingesteld, doch geen grond
tot gerechtelijke vervolging tegen Langrand-Dumonceau
verklaarde gevonden te hebben, beweerde de heer Man
del dat het onderzoek niet was geschied zooals het be
hoorde, en dat het openbaar ministerie tot een andere
uitkomst zou geraakt zijn indien het ter goeder trouw
de waarheid gezocht had. Deze bewering gaf aanleiding
tot eene beschuldiging van laster, op bepaald verlangen
van den minister van justitie ingesteld. De uitspraak
vau het hoi van assises in deze zaak is onzen lezers
mede bekend: zij behelsde vrijspraak van den heer
Mandel. Thans willen wij nog eenige bijzonderheden
aangaande de behandeling dezer procedure mededeelen-
Den 16eQ Mei nam het proces een aanvang; het duurde
negen dagen. Dat het door een talrijk publiek werd bij
gewoond is schier overbodig te vermelden. Van de on
geveer honderd gedagvaarde getuigen waren een zeven
tigtal door de verdediging opgeroepen, waarvan evenwel
ten slotte verscheidene onverhoord hieven.
Na de voorlezing der akte van beschuldiging voerde
Mandel op heftigen toon het woord. Hij noemde Langrand
en zijne administrateuren dievenhij nam aan van die
beschuldiging het bewijs te leveren, en verklaarde dat
de procureur-generaal, door angst gedreven, de instructie
heeft gesmoord.
Eerst iri de tweede zitting nam het getuigenverhoor
een aanvang.
De eerste getuige was de rechter van instructie Dele-
court, die zich alle moeite gaf om aan te toonen dat Lan
grand ter goeder trouw heeft gehandeld, en dat alle
getuigen, met inbegrip van Mandel,^hebben verklaard,
dat Langrand een eerlijk man was. Ten aanzien van de
ineensmelting van de Hypothécaire met den International,
de fooien {pots de vin) die door de Agricole uitgereikt wer
den, cn de hoogere prijs dan de koopwaarde waarvoor,
onroerende goederen in rekening waren gebracht, had
de rechter van instructie de administrateuren maar op
hun woord geloofd. Alles was door hem regelmatig, een
voudig en natuurlijk gevonden, met inbegrip van eene
schriftelijke veiligheidspas, waarin door de justitie tegen
over Langrand de verbintenis wordt aangegaan dat hij
niet zou worden in hechtenis genomen, wanneer hij uit
Weenen naar Brussel kwam om in de instructie als ge
tuige te worden gehoord! Dit ongeloofelijk feit werd
later door het openbaar ministerie namens den procureur-
generaal erkend, bewerende de procureur-generaal dat
in het uitreiken van die veiligheidspas niets ongewoons
was gelegen
De eerste belangrijke verklaring werd afgelegd door
den getuige Devadder, gewezen geëmploieerde van
Langrand-Dumoncean. Zij komt op het volgende neder.
Het is gebeurd dat een der Langrandsche maatschap
pijen in zijne bureaux aandeelen kwam leenen, teneinde
haar actief met de schrifturen in overeenstemming te
brengen. Men ging naar de eerste verdieping, leende bij
den Industriel aandeelen en droeg ze naar den rez-de-
chausséeteneinde in het actief der Agricole te figuree-
ren, hetgeen Langrand-Dumonceau wist. De getuige is
echter eerst na afloop der instructie tot de wetenschap
gekomen waartoe die leening van stukken dienen moest.
De reden waarom hij de bureaux van Langrand-Dumon
ceau heeft verlaten is de volgende. Na afloop eener alge-
meene vergadering van de Industriel heeft de heer
Langrand-Dumonceau tot den heer Cramer, directeur
der Hollandsche aangelegenheden, gezegd: „nu hebt gij
eens kunnen zien hoe ik de schapen weet te scheren!"
Getuige begreep toen dat het op die wijs niet lang kon
duren. Ook deelde hij mede dat Langrand op eigen naam
eene leening te Parijs ondernomen heeft, waarbij een
verlies van 400,000 franken is ontstaan, hetwelk Lan
grand aan den Industriel in rekening bracht. De advo
caat-generaal Verdussen merkte op, dat hij thans voor
de eerste maal hiervan hoorde, waarop door den advocaat
Janson geantwoord werd, dat de advocaat-generaal wel
eerder daarvan zou hebben kenuis gedragen als de
instructie behoorlijk ware geschied.
De getuige Hanique, een ander geëmploieerde van
Langrand, verklaarde dat een jong mensch van zestien
jaren, wiens werk bestond in het copieeren van brieven,
gebezigd werd tot het teekenen van wissels, als middel
om geld voor den Industriel te bekomen. Eens liet men
dien jongeling voor 100,000 florijnen wissels teekenen
op bankiers te Weenen, welke wissels dan door den Inter
national geëndosseerd en gediscompteerd werden. Op
de vraag, welke de algemeene kosten bij de A'gricole
waren, antwoordde getuige dat dé heer Cramer, direc
teur van het personeel, 40,000 franken 's jaars, de heer
Bas 30,000 franken en de heer Ullman 50,000 franken,
behalve de gratificatiën genoten. De Agricole heeft even
wel voor geen 500,000 franken aan beleeningen gesloten.
De getuige Warnotte, gewezen geëmploieerde van
Langrand-Dumonceau persoonlijk, deelde cijfers mede
uit een door laatstgenoemden zelf goedgekeurde lijst van
verdeeling der winst tusschen de administrateuren en
de aandeelhouders van de voormalige Hypothécaire
beige, waarop onder anderen Langrand-Dumonceau voor
komt met 1243 aandeelen, 40o franken winst voor ieder
aandeel of 504,658 franken,benevens 500,000 franken
extra winst in den vorm van indemniteit, zijnde te zameu
1,004,658 franken. Die extra winst van 500,000 franken
was voor al de bestuurders van den raad van administra
tie dezelfde, onverschillig het aantal aandeelen; voor het
comité van surveillance bedroeg zij 60,000 franken.
Een ander geëmploieerde van Langrand, de getuige
Alphonse Cels, deelde mede dat in de boeken een post
van 100,000 franken voorkomt wegens een fooi pot de
vin) aan den pauselijken nuntius Cattani, hetgeen op het
I publiek blijkbaar grooten indruk maakte,
j De getuige Baillon Lefebvre, een dergenen die door
Langrand-Dumonceau belast was de aandeelen in zijne
i maatschappijen aan den man te brengen, genoot eene
j jaarwedde van 25,000 franken, benovens percent van