BIJVOEGSEL
VAM DE
MlDDELBbllGSCUE COURANT
van Vrijdag 27 Mei 1870. No. 135.
Öuitcnlanö.
Algemeen overzicht.
De verkiezingen voor de algemeene en arrondisse
mentsraden in Frankrijk zijn bij keizerlijk decreet
uitgeschreven tegen den 11"» en 12w Juni aanstaand e
Voor de behandeling der candidaturen laat dit decreet
dus slechts de zeer beperkte tijdruimte van achttien da
gen. De vernieuwing der gemeenteraden verwacht men
eerst tegen de kelit van Juli.
Het kabinet bereidt zich inmiddels voor tot de behande
ling der wet op de benoeming der maires. Verschillende
Franscke bladen vermelden, dat de ministerraad onder
scheidene vergaderingen heeft gehoude n om de grondsla
gen vast te stellen. Welke die grondsi agen zijn behoeft,
volgens le Temps, aan geen quaestie onderhevig te zijn
daar, na de officiëele verklaringen aan de maires even voor
het plebiscit, iedereen weet dat de benoeming niet door
verkiezing kan geschiedendat men zelfs niet aan de ge
meenteraden kan toestaan een lijst van drie personen
aan te bieden, waaruit de regeering zou verkiezen, en
dat het stelsel waartoe de regeering is besloten dat van
de wet vau 1831 is, die aan het gouvernement slechts de
verplichting oplegt, om de maires te verkiezen uit de
leden der algemeene raden.
Het plebiscit, zegt l'Etoile Beige heeft het ministerie
in de vreemdste positie gebracht waarin ooit een parle
mentair ministerie verkeerd heeft. Het is een ministerie
van het reehtercentrum, dat alzoo ondersteund moest
worden door het reehtercentrum en de uiterste rechter
zijde, en toch heeft het noch de hoofden van het eerste,
noch een enkel afgevaardigde der laatste voor zich. Het
kabinet schijnt alzoo veroordeeld, óf om niets te doen, óf
om bij iedere poging om eene stap vooruit te maken de
boeien te gevoelen, die het kluisteren: ofwel als het
ondersteuning wil onder vinden, het tegendeel te doen
van wat het zou willen en van wat het heeft beloofd.
Van daar dat men verwacht, dat de kamer zal worden
ontbonden zoodra de begrooting zal zijn vastgesteld.
Het voornemen om den heer Schneider te interpellee-
ren over zijne rede is niet ten uitvoer gebracht, misschien
wel om de tevredenheid die de keizer over de rede van
den heer Schneider heeft te kennen gegeven.
De zaken betrekkelijk de Spaansche kroon schijnen
niet naar den zin van den hertog de Montpensier te gaan,
daar hij, volgens el Tiempo voornemens is, binnen kort
dooreen manifest aan zijn aanhangers zijne ontevreden
heid te kennen te geven over hun gedrag, en dat hij er
op zal aandringen bij de Cortes een votum uit te lokken
omtrent zijn candidatuur.
De maarschalk Prim heeft in de Cortes namens
de regeering plechtig verklaard, dat Spanje volstrekt
niet betrokken is in de gebeurtenissen in Portugal.
Hij voegde er bij dat de eenheid alleen kan tot stand
komen door de vrije wil der beide volken, maar nooit
door geweld. De heer Rivero heeft hierop te kennnen
gegeven, dat hij voor zich niet hoopte de Iberische een
heid te zien tot stand komen, maar wel dat zijne kinde
ren het zouden beleven.
Volgens berichten uit Lissabon heeft Saldanha van
zijne zijde een manifest uitgevaardigd waarin hij insge
lijks verklaart dat de plaats hebbende beweging volstrekt
niets gemeen heeft met het doel om de Iberische eenheid
tot stand te brengen. De Portugeesche pers beschuldigt
echter Spanje van de beweging te hebben aangestookt.
De laatste handelingen van het Cisleithaansehe minis
terie hebben een gunstigen indruk gemaakt; vooral
hebben zij de Duitsche Oostenrijkers bevredigd en tot
rust gebracht. Potocki heeft hun, door den Boheemschen
landdag niet te ontbinden, getoond, dat hij zich door de
Tzechen niet zal laten dwingen tot anticonstitutioneele
beloften. De tegenwoordige toestand kan worden aange
merkt als een tijdperk van overgang tot een politiek ge
grond op eene schikking tusschen de Duitsche, Hongaar-
sche en Poolsche stammen.
De nieuwe landdagen zullen waarschijnlijk tegen den
eersten Juli bijeenkomen.
De discussies over de onfeilbaarheid zijn in het con
cilie in vollen gang, De oppositie die het nieuwe dogma
aanvankelijk binnen en buiten de vergadering onder
vindt schijnt ontmoedigd; zij verflauwt, en vervalt in een
droevige onderwerping, ongerust over de gevaren die de
kerk bedreigen, over de twisten en scheuringen die ont
staan. Er zijn nog wel enkele moedige geesten, die met
kracht voor de onafhankelijkheid der kerk strijden,
maar met rasscho schreden gaat men toch de afkondiging
voor het leersstuk der onfeilbaarheid te gemoet.
De EugeLsche bladen bevatten berichten omtrent be
langrijke Feniansche woelingen in de onmiddellijke
nabijheid der Engelsche kolonie Canada. Een leger van
2000 Fenians zou zich gevormd hebben bij Saint-Albans
in den staat Vermont, onder het bevel van den generaal
Oneil, en voornemens zijn een inval te doen aan de
westzijde van Canada. De regeering van die kolonie zou
echter krachtige maatregelen hebben genomen om weer
stand te kunnen bieden.
De uitslag van de provinciale verkiezingen in België,
die thans geheel bekend is, is dat de liberale partij bijna
overal de overwinning heeft behaald, o. a. ook in de
steden Leuven, Meckelen en Doornik.
Het proces Mandel, waarvan uitvoerig is melding ge
maakt in den laatsten brief van onzen Brusselschen cor
respondent, is gisteren voor het hof van assisses te Brus
sel met de onschuldigverklaring van Mandel geëindigd.
Deze uitspraak heeft een storm toejuichingen uitgelokt;
het publiek riep „leve de jury", „leve Mandel" en vooral
„leve Janson", de advocaat die Mandel zoo uitstekend
geeft verdedigd.
viïrtwtcntiërt.
Getrouwd
P. J. HOOGENBOOM
Middelburg, en
25 Mei 1870. N. D. SIMPELAAR.
Algemeene kennisgeving.
Heden beviel voorspoedig van een Meisje N. J.
STURM—HARINGMAN.
Kats, 25 Mei 1870.
Heden overleed, na een langdurig lijden, mijn hartelijk
geliefde echtgenoot HENDRIK JAN KNIPHUISEN,
Leeraar aan de Rijks Hooge Burgerschool te Middelburg,
in den leeftijd van ruim dertig jaren, mij nalatende een
Zoontje, te jong om zijn verlies te kunnen beseften.
Middelburg, C. A. PERSANT SNOEP,
24 Mei 1870. Wed. Kniphuisen.
Eenige kennisgeving.
De ondergeteekenden betuigen hunnen welgemeenden
dank voor de vele bewijzen van deelneming, ondervon
den gedurende de ziekte en bij het overlijden van hunne
geliefde Zuster en Behuwdzuster ELISABETH CORNE
LIA ANDRIESSEN.
Uit aller naam,
Middelburg, L. J. VAN NISPEN.
den 26 Mei 1870. A. S. M. VAN NISPEN,
geb. Andriessen.
PROGRAMMA
voor -de
Ocrptlerrnjg m Stent oonatcltinjg
der
MAATSCHAPPIJ
tot bevordering van
LANDBOUW EN VEETEELT
IN ZEELAND,
te houden
te GOES, des 13, 14, 15, 16 en 17 Juni 1870.
Op Maandag deu 13"» Juni, des namiddags te 7 uren,
bijeenkomst van het Hoofdbestuur in de Sociëteit van
Ongenuchten vrij.
Dinsdag den 14"» Juni, des voormiddags te 10 uren,
Algemeene vergadering in de Concertzaal der Sociëteit
van Ongenuchten vrij.
Des morgens van dien dag te 7 uren zullen de aange
boden Werktuigen op het proefveld worden beproefd,
waarbij de inzenders worden verzocht tegenwoordig
te zijn.
Des namiddags van dien dag, te 2 uren, zullen de be
kroonde Werktuigen in tegenwoordigheid van het hoofd
bestuur en de leden nogmaals beproefd worden.
Belangstellenden die geene leden der Maatschappij
zijn, kuunen te 2 uren, tegen betaling van 25 cent. die
beproeving bijwonen.
Op Woensdag deu 15" Juni, Tentoonstelling van Vee,
Werktuigen en andere Landhuishoudelijke voorwerpen.
Op Donderdag den 16"» en Vrijdag den 17"» Juni Ten
toonstelling alleen van Werktuigen.
Bepalingen betreffende de Tentoon*
stelling.
Art. 1. De Tentoonstelling zal op Woensdag geopend
zijn, van des voormiddags 11 uren, tot des namiddags
1 uur, alléén voor de leden, en van des namiddags 1 uur
tot des namiddags 4 uren, voor de leden en het publiek.
Op Donderdag en Vrijdag van 's morgens 11 tot 's na
middags 4 uren voor de leden en het publiek.
Art. 2. Zij zal alle voorwerpen kunnen bevatten welke
tot Landbouw en Veeteelt betrekking hebben.
Art. 3. De leden der Maatschappij alléén hebben het
recht om, met hunne in te zenden voorwerpen, naar de
uit te loveu prijzen te dingen; voor inzenders van Werk
tuigen en voor inzenders van buiten de provincie is bet
lidmaatschap geen vereischte.
Art. 4. Ieder wordt verzocht van het in te zendene,
uiterlijk vóór den 25"» Mei eerstkomende, opgave te doen
aan den Secretaris der afdeeling, den heer J. M. Kake-
beeke te Goes, met vermelding van de soort en den juis-
len ouderdom van liet Vee of met eene bepaalde omschrij
ving van alle andere ten toon te stellen voorwerpen en
den prijs der in te zenden Werktuigen.
Art. 5. De in te zenden voorwerpen, zoowel het Vee
als de werktuigen moeten vrachtorij op het tentoon-
stellings- en peproevings-terrein aangebracht worden.
Art. 6. De Commissie met de regeling belast, zal de
plaatsen aanwijzen, waar het aangebrachte moet worden
tentoongesteld en zal daarin door niemand, zonder toe
stemming dier Commissie, eenige verandering mogen
gebracht worden.
Art. 7. De Werktuigen behoorende onder n«. 21 tot
30 van dat programma, moeten ten einde behoorlijk
beproefd te kunnen worden, op Dinsdag den 14 Juni
uiterlijk des morgens te 6% uren op het proefveld aan
wezig zijn.
De andere Werktuigen moeten op Dinsdag den 14d«"
Juni des morgens te 8 uren, en het Vee op Woensdag
den 15den Juni des morgens te 6% uren op het tentoon
stellingsterrein aanwezig zijn.
Een verslag der beproeving van de Werktuigen door
de keurmeesters op te maken, zal zoo mpgelijk ter kennis
van de leden gebracht worden.
Art. 8. Vóór het uur, waarop de Tentoonstelling
eindigt, mag geen voorwerp van het terrein verwijderd
of teruggenomen worden.
Art. 9. De beoordeeling van het ingezondene ge
schiedt door éene of meer Commissiën van deskundigen,
door het Iioofd-Bestuur benoemd, en welke, in overleg
met dit laatste, de toekenning van prijzen, premien of
getuigschriften regelen.
Art. 11. Na den afloop der Tentoonstelling, zijn de
voorwerpen ter beschikking en voor rekening der inzen
ders.
Art. 12. De leden der Maatschappijhebben op vertoon
van hun Diploma, voor zich en eene vrouw, den vrijen
toegang tot de Tentoonstelling.
Ook hebben dit de inzenders, geene leden zij ode voor
hun persoonen zij die ter bewaking of verzorging van het
ingezondene noodiij zijn, mits voorzien van een bewijs door
de Directie der Tentoonstelling af te geven.
Alle andere bezoekers moeten aan het lokaal bij den
ingang eene toegangkaart afgeven, welke tegen 25 cent
verkrijgbaar is.
Art. 13. De bekrooning en bet toekennen van getuig
schriften, geschiedt door het Hoofd-Bestuur, terwijl
tijdens de beoordeeling van het Vee, niemand wordt
toegelaten dan de noodige geleiders.
Art. 14. Bij eiken prijs en medaile zal een getuig
schrift worden uitgereikt.
Art. 15. Prijzen enz., worden uitgeloofd voor de navol
gende voorwerpen.
PAARDEN.
(onverschillig van welk ras)
VOOR DEN LANDBOUW.
N°. 1. Dekhensten geboren vóór of in Juni 1867eerste
prijs f 50 tweede prijs een zilveren medaille.
n 2. Merriepaarden geboren tusscheni 1 Juni 1863 en
1 Juni 1867 eerste prijs ƒ30; tweede prijs een
zilveren medaille.
3. Merriepaarden geboren in 1868 eerste prijs ƒ20;
twee prijs een zilveren medaille.
4. Spannen Werpaarden geboren tusschen 1 Juni
1863 en Juni 1866, eerste prijs f 30; uitgeloofd
door den heer Mr. Ph. Vis; tweede prijs een zil
veren medaille.
RUNDEREN.
5. Springstieren geboren vóór of in Junij 1868 van
inlandsch raseerste prijs 30; tweede prijs een
zilveren medaille.