MIDDELRURGSCHE COURANT. r 96. Maandag 1870. 24 April. Öinncnlantr AANBESTEDING. Op Zaterdag 80 April 1870, des voormiddags ten 10 lire, zal, onder nadere goedkeuring, aan het gebouw van het Provinciaal Bestuur te Middelburg, bij inschrijving en opbod worden aanbesteed: Met verbeteren en tot 1 Met 1871 onder bonden der gewone aarde-, krain-, rijs- en steenglooijingwcrken aan de zeedijken der Calamiteusc polders vau Zeeland, en zulks in 3 ©perceel en van aanbesteding. Het bestek ligt ter lezing aan het gebouw van het provinciaal bestuur van Zeeland te Middelburg, en bij •de ontvangers-griffier van al de Calamiteuse polders. Het is op franco aanvrage, tegen betaling der kosten, te bekomen bij den boekhandelaar M. Nijhoff, Raamstraat no. 49 te 's Gravenhage, en door zijne tusschenkomst in de voornaamste gemeenten des rijks. Van clen 9un tot en met den 4en dag vóór de besteding, met uitzondering van den Zondag, wordt de nooclige aanwijzing op de plaats gedaan; voorts zijn nadere inlichtingen te bekomen bij den lioofdingeneiir van den Waterstaat te Middelburg voor de werken in het alge meen, eu bij de Arrondissements-ingenicurs te Goes, te Zierikzee, te Middelburg, te Sluis en te Neuzen, voor de werken tot elks arrondissement behoorende. 3NjR. De gegadigden worden verzocht overeenkomstig de voorwaarden volledige billel/en in te leveren, aanduidende de namen en voornamen (voluit) het beroep en de woonplaats van hen en hunne borgen, het nummer van bet perceel en de som in cijfers en schrijfletters. Gedrukte billetten zijn te bekomen bij de drukkers van het gewestelijk bestuur l). F. Auer en zoon. Middelburg' 23 April. De provinciale staten van Zeeland hebben heden de behandeling van het ontwerp-reglement op het bestuur van den polder Walcheren ten einde gebracht. Dit regle ment is, met de daarin gemaakte wijzigingen, in zijn geheel goedgekeurd met 24 tegen 4 stemmen. Tegen stemden de heeren de Jonge van Ellcmeet, Snijder, de Smidt en Verbagen. Uit de vroeger medegedeelde voordracht van gedepu teerde stateu voor de betrekking van griffier is dé heer mr. J. P. I. Bnteux met algemeene stemmen benoemd. De buitengewone vergadering der staten is vervolgens door den voorzitter in naam des konings gesloten. Uit Neuzen schrijft men ons „De winter is eindelijk voorbij, en alles begint zoo wat te herleven; ook de groote scheepvaart, die in de drie eerste maanden van dit jaar niet veel te beduiden heeft gehad. Behalve de gewone stoombooten van Goole en op London, naar en van Gent, kwamen slechts enkele schepen onze haven binnen of verlieten haar. Met de kleine- of binnenvaart was het evenwel anders en beter gestetd. Deze was en is nog aitijd vrij druk, wat ook voor onze gemeente gan^ch niet onverschillig is,ofschoon de groote vaart meerdere voordeelen afwerpt. „Onze sleepboot Cornelia Magdalena, die nu gelukkig dezer dagen, na een langen tijd van rust, eenige schepen uit en in de haven bracht en met enkele naar Sas van Gent mocht opvaren, heeft werkelijk sedert 1 Maart eene concurrente gekregen in den tomvsleepdienst van den Baron deMesnil. Een enkel zeeschip slechts bracht deze evenwel tot beden naar boven; maar van Sas van Gent heeft zij seclert bijna dagelijks een aanial binnenvaarders hier gebracht, meer tot nadeel derhalve van de jagers aldaar dan wel van de „Cornelia M&gdalena". De tijd zal moeten leeren of die onderneming er in zal slagen, zich staande te houden. Dat zij de jagerij hier geheel zal kunnen dooden, valt zeer te betwijfelen; deze toch be wijst voortdurend zeer goede diensten aan de binnen vaarders, vóoral bij het in en uit de haveu brengen en deze diensten worden door de laatstcn op hoogen prijs gesteld. „De tij cl zal ons ook moeten leeren, of het plan tot verhoogiug van den waterspiegel en van de verdieping des kanaals, waarover dezen winter, en nog onlangs, zulke ernstige vertoogen in de Belgische dagbladen werden geleverd, uitvoering erlangen zal. Dat de Qent- scbe handel er op aandringt om den waterstand op het gansehe kanaal zóo op te voeren, dat al de zeeschepen, die hier kunnen geschut worden, zonder lichten ook Gent kunnen bereiken, is alleszins te begrijpen. Maar waartoe zal bet dienen, het kanaal eene diepte van 6, ja 7 meters te geven of verwacht dan Gent zulk eene uitbreiding en verplaatsing van den handel, dat zij het grootste charter van schepen eerlang in hare haven zal moeten ontvangen? Maar dan zal het ook wel noodig zijn al de sluizen af te breken en andere te houwen van meerdere breedte en diepte. Ik voor mij geloof niet dat er nog eenige redelijke grond bestaat, om te verwach ten dat de Gentscbe handel «ooit zulk een belangerijke vlucht zal nemen, en dat blijft dus wel eene zorg eerst voor lateren tijd. _Te zorgen evenwel, dat schepen van 44- tot 45, hoog stens 46 decimeters diepgang tot Gent kunnen opvaren ziedaar wat zeker voor den handel te Gent van zeer groot belang te achten is. De verbreeding en uitdieping van het bovenpand des kanaals, met het wegnemen dei- kromten of bochten, waartoe nu besloten schijnt te zijn, behooren dus tot de eerste en voornaamste werken, om tot een gewcnschten beteren toestand te geraken. Wan neer men dan den waterspiegel op het benedenpand 60 a 70 centimeters zal kunnen vermogenwaarvoor vóoral de omkading der Axelsche vlakte geschikt moet worden gemaakt, zal daarmede de handel op Gent, die hoofdza kelijk in bouten vlas beslaat, voldoendegebolpen wezen. Een meerdere verhooging van den waterspiegel tot 1 meter bijv. zou eene verhoogingen versterking van al de kunstwerken des kanaals vereiscben, en ofschoon de technische bezwaron daaraan verbonden, zeker wel te overwinnen waren, zouden al die werken België duur te staan komen. „Enfin, de tijd zal leeren, wat er worden zal van al die groote plannen met ons kanaal. Welk plau intusschen ook vastgesteld worde, het zal zeker drukte en werk ver schaffen, ook op het Nederlandsche gedeelte, en dat is voor velen zeer gewenscht.claar hier thans niet veel te doen valt. Aan den spoorweg NeuzenMechelen vin den evenwel nog al eenige lieden werk. Met dien weg vordert men goed, en dewijl nu mede begonnen is met het leggen der fundeeringen voor het stationsgebouwbij Axel, wordt het vooruitzicht op een spoedige voltooiing van dien weg, alleszins versterkt. Misschien dat de ope ning van deze nieuwe lijn nog vóór het einde van 1870 zal kunnen geschieden „Zóo wordt, hoewel met bedaarden tred, toch ook Zeeuwsch-Vlaanderen met het groote spoorwegnet ver bonden en uit zijnen geïsoleerden toestand gered. Zóo wachten deze schoone streken een nieuw leven, nieuwe bronnen van welvaart, ontwikkeling, beschaving en ver lichting! Dit geldt wel is waar thans nog slechts van het oostelijk deel, doch wie weet hoe spoedig ook het voormalig 4e district met een spoorweg doorsneden en aan onze streek verbonden zal worden „Naar ik verneem, zal eerstdaags tot de ontmanteling onzer vestig aan de landzijde overgegaan worden, wat voor de uitbreiding en welvaart van Neuzen werkelijk eene zeer gewenschte zaak raag heeten. Voorts kan ik u, ten slotte, nog melden dat de sedert November des vorigen jaars gestaakte dienst van hier op Hansweert, in corres pondentie met de stoombooten de Telegraaf, nog deze maand zal worden hervat." Benoemingen en besluiten. eeketeekenen. Vergunning verleend aan J. G. F. Riedel, adsistent-resident van Gorontalo (residentie Menado), tot. het aannemen der versierselen van „officier de l'lnstruction publique", hem door den minister van het openbaar onderwas in Frankrijk in naam van Z. M. den keizer der Franschen geschonken. ministeiueelb departementen. Eervol Ontslag VCr- leend aan W. H. Muller en G. A. Buys, commiesen bij het departement van koloniën, als gevolg eener nieuwe orga nisatie van het dienstvak waartoe zij behooren, met behoud van aanspraak op wachtgeld. maiune. Op verzoek eervol ontslag uit den zeedienst verleend aan den adelborst lc klasse H. C. E. van IJssel- steyn, dienende bij het eskader iti Oost-Indië. leger. Op verzoek eervol ontslag uit den militairen dienst verleend aan den Ie. luitenent F. A. A. Halver- hout, van het 3U regiment vesting-artillerie, gedetacheerd bij de pyrotechnische school. Kerknieuws. De heer J. A. P. Ris Lambers, predikant bij de Neder- duitsche hervormde gemeente te Heeg, heeft voor het beroep naar die gemeente te Vlissingen bedankt. Als predikant bij de Nederduitsche hervormde ge meente te Vlissingen is beroepen, de heer E. A. G. van Hoogenhuizen, predikant te Heino. Rechtzaken. Bij bevelschrift der arrondissements-rechtbank te Goes, is naar den procureur generaal bij het provinciaal-ge rechtshof in Zeeland verwezen Angustinus Hok, oud 37 jaren, smid, wonende te St.-Jansteen, thans gedetineerd te Goes, ter zake dat hij in het begin van dit jaar te St.-Jansteen heeft nagemaakt 3 stukken van fl, met de beelclteuis van Z. M. Willem II en het jaartal 1847, en 3 stukken van 2 francs met de beeldtenis van Z. M. clen den koning, van België Leopold II en het jaartal. 1867, en dat hij die muntspeciën in betaling heeft gegeven op ver schillende datums in de maand Januari 11. aan onderschei dene personen te St.-Jansteen, te Hulst en te Klinge. Het Weekblad van het Regt van gisteren bevat het volgende: „liet heeft Z. M. behaagd aan Dirkje Veldhuizen, bij arrest van liet provinciaal gerechts hof in Utrecht van 26 Juli 1869, wegens moedwillige brandstichting veroordeeld tot de doodstraf, ingevolge Kon. besluit van 21 September 1869 n°. 6, verwisseld in tuchthuisstraf van 10 jaren, welke laatste straf hij be sluit vau 10 November 1869, no. 13, weder was veranderd in correctioneele gevangenisstraf van dergelijken duur, kwijtschelding te vcrleenen van het nog onver vuld gedeelte dier gevangenisstraf, met ontheffing voor de veroordeelde van de smet van eerloosheid en al de ge volgen van dezen, welke geacht zouden kunnen worden op haar uit. kracht of naar aanleiding van het veroor- deelend arrest te kunnen kleven." Men verneemt verder, dat het bestuur van het genoot schap voorde zedelijke verbetering der gevangenen zich, op verzoek van den minister van justitie, bereid heeft verklaard, zich het lot van dit meisje na haar ontslag uit de gevangenis bijzonder aan te trekken. Gemengde berichten. Gisteren avond omstreeks 9.^- uur bemerkten de naaste buren van den broodbakker ICosman, in den Langendelft, dat het achtergedeelte van diens huis in brand stond. Spoedig verspreidde zich het bericht daarvan door de gemeente, maar nog spoediger baanden de vernielende vlammen zich een weg. Weldra stond dan ook het ge- heele huis, waarvan de bewoners afwezig waren, geheel in brand, en deelde het vuur zich mede aan het daarnaast staande huis van den secretaris dezer gemeente, mr. G. N. cle Stoppelaar, die ter nauwernoocl gelegenheid had een gedeelte zijner papieren en voorwerpen waaraan hij de meeste waarde hechtte, in veiligheid te brengen. Niet lang toch duurde het of de toegang naar zijn bovenhuis werd door de vorderingen van den brand ontoegankelijk, zoodat de pogingen tot redding daar moesten worden opgegeven. Ook dit huis is tot den grond afgebrand en vernield. Het meest dreigende aanzien had de brand toen van het onbewoonde huis van den heer Bijleveld

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1