MIDDELBURGSCHE COURANT. r 9i. Zaterdag 1 870. 16 April. Uithoofde van de paschen zal laandag avond geen nommer der conrant worden uitgegeven. föinnenUvnïr De Commissaris des Konings in de provincie Zeeland, maakt bekend, dat de Staten van deze provincie eene openbare vergadering zullen houden op Dingsdag den 19™ dezer, 's avonds ten acht uur. Middelburg den 15™ April 1870. De Commissaris des Konings voornoemd. R. W. VAN LIJNDEN. Middelburg 15 April. Bij ministerieele beschikking van 12 April jl. is aan II. G. Ilammacher jr., te Groede, en P. II. Kousmaker jr., te Breskens, tot wederopzegging vergunning verteend voor een schroefstoombootdienst tot vervoer van per sonen, goederen en vee tusschen Breskens en Rotterdam. De Staats courant van heden bevat, met raededeeling van den tekst, bet koninklijk beslnit van den 2?™ Maart jl., bepalende de plaatsing in bet Staatsblad van de overeenkomst, tusschen Nederland en de Vereenigde staten van Amerika op den 10™ en 29™ Januari 1870 te 's-Gravenhage en Washington gesloten, tot wijziging van het postverdrag van 26 September 1867. Benoemingen en besluiten. belastingen. Benoemd na afgelegd vergelijkend exa men tot surnumerair bij de administratie der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen H. Camerling, te Hilversum; J. Volkmaars, te Amster dam; R. van Assura, te Roosendaal; J. II. A. Bouraan, te KralingenG. J. J. Greidanus, te Heerenveen L. L. Verboon, te MaastrichtM. J. Romer, te Oudewater W. C. Kantelaar, te Zwolle; H. J. Lamoraal Wichers, te Rotterdam, en J. Sijpkens, te Rotterdam. Benoemd tot inspecteur der registratie en domeinen 3e klasse bij het departement van financiën, C. W. Henfke, thans ontvanger der registratie en domeinen te Vollenliove, werkzaam bij genoemd departement. Marino ea leger. De officier van gezondheid D klasse J. Lamie, die nende op Zr. M\ fregat met stoom vermogen Admiraal van Wassenaer, wordt met den 30™ dezer op nonactivi teit gesteld. Verder worden geplaatst: met den 16™ dezer: op Zr. Ms. wachtschip te Willemsoord, de officier van ge zondheid 2C klasse J. J. van Effen met den 1™ Mei a.: op Zr. Ms. fregat met stoomvermogen Admiraal van Wassenaer, de officier van gezondheid ie klasse C. F. T. Hommel en de officier van gezondheid 2e klasse B. II. Thomson; op Zr. Ms. ramschip de Buffel, de officier van gezondheid le klasse A. Peters; op Zr. M>. wachtschip te Amsterdam, de officier van gezondheid 2C klasse J. van Lith Harrebomée; met den 16™ Mei daaraanvolgende: op Zr. Mr. wachtschip te Willemsoord, de officier van ge zondheid 2c klasse C. Noordewieren met den i™ Juli e. k. op Zr. Ms. monitor Heiligerlce, de officier van gezondheid 2C klasse M. C. Bnyze; terwijl met laatstgemelden datum worden gedetacheerd bij het hospitaal der marine te Willemsooi;d, ter voorbereiding tot het afleggen van examen yoov hoogeren rang, de officieren van gezond heid 2e klasse J. C. van Dooremaal, F. J. C. Broers, J. J. Borst en,W. Pannevis. Zr. Ms. raderstoomschip de Valk, onder bevel van den kapitein-luitenant ter zee N. M. J. Krocf, is, volgens een b'j het departement van marine ingekomen telegram, den 13™ dezer te Cadix aangekomen en zou van daar maariFcrrol stevenen. Aan boord was alles wel. Gemengde berichten. In het Noorden leest men het volgende: „Gisteren hadden wij een bericht, dat de verceniging ter bevorde ring van fabriek- en handwerksnijverheid aan de tweede kamer der staten-generaal een adres heelt ingezonden waarin onder anderen verzocht wordt het tarief dei- briefen op 2)s ct. te brengen voor de plaats der afzenders zelve. Een dergelijke maatregel zou zeer zijn toe te juichen, doch wij zouden wat verder wenschen tegaanener een ingrijpende verbetering aan willen verbinden van de wijze waarop wij gewoon zijn brieven te schrijven. Een voor beeld: men wenscht zijn kleermaker te verzoeken inorgen een jas te komen passen. Wat is dan de weg dien wij daarbij moeten inslaan, overeenkomstig onze gewoonte en de regeling van het postwezen. Wij zetten ons ter neder en nemen een stuk postpapier, waarop wij, uit een slechte gewoonte, ongeveer driemaal meer schrijven dan voor het doel noodig is. Omdat ouwels bijna nergens gevonden worden, zijn we verplicht den brief daarop in een enve loppe te steken en dicht te plakken. Nu wordt het adres geschreven en eindelijk het postzegel er opgeplakt. Zulk een boodschap in Amsterdam kost dan, matig berekend, 5i ct. en neeiut men in aanmerking, dat men al het noodige voor dergelijke correspondentie niet overal vindt dikwijls vrij wat tijd. En nu het middel om hieraan te gernoet te komen? Dit is in Weenen ontdelf en omdat het, niettegenstaande zijn eenvoudigheid, nog vrij onbekend is, hopen wij geen ondienst te doen dit mede te deelen. Aan de postkantoren zijn cartons, in den vorm van visitekaarten, verkrijgbaar, met het franco stempel voorzien. Op deze wordt aane éene zijde het adres, aan de andere de dépêche geschreven, hetzij in inkt, hetzij in potlood, en zoo is men in staat, mits voor zien van deze kaartjes, ten allen tijde en overal in een oogenblik een boodschap af te zenden. Hetgroote gemak dat hierdoor de correspondentie kan worden bewezen springt in het oog. Iloevele brieven die iedereen mag le zen worden als geheime politieke stukken dichtgemaakt. Zeker meer dan de helft van onze brieven hebben de geheimzinnigheid, waarmede wij ze omringen, niet noodig. Wordt voor de bezorging van die cartons binnen een kleinen omtrek I ct. berekend, het verkeer zou er zeer door vergemakkelijkt wordeD." Dezer dagen hebben eenige leden der aanzien lijkste kringen te Weenen in bet paleis van den Oos- tenrijkschen rijkskanselier von Beust op vier ver schillende dagen tooneelvoorstellingen gegeven ten Dehoeve van de armen. De opbrengst bedroeg meer dan twintig duizend florijnen. Ook de keizer met de kroon prins en eene der aartshertoginnen woonde de laatste voorstelling bij en gaf eene bijdrage van duizend flo rijnen. Uit Athene wordt gemeld: Na een gevecht tus schen de gendarmes en eene bende van dertig roovers, hebben deze laatsten zich dicht bij Marathon meester gemaakt van de beide secretarissen van legatie van En geland en Italië, drie Eugelsche reizigers en twee vrou wen. De vijf manneu zrjn gevangen gehouden, de vrou wen daarentegen losgelaten. De roovers eischen een zwaar losgeld. ThermometerslaiKi. 14 April. 'sav. 11 u. 45 gr. 15 'smorg. 7 u.49gr.'smidd. 1 u. 55 gr.'sar. 6 u. 50 gr' Provinciale staten van Zeeland. Aan het algemeen verslag der afdeelingen, gedrukt aan de leden rondgedeeld, omtrent het door gedeputeerde staten aangeboden ontwerp-regleinent voor het water schap der sluis bij dc Wielingen ontleenen wij liet volgende. In eene afdeeling was de slotsom der algeraeene be schouwingen, dat zij het cijfer van de te léveren gelde lijke bijdragen wenscht over te laten aan een nader op tc maken contract tusschen het waterschap en de regeering. Ook waren de leden van oordeel, dat het niet de taak der staten is, uitspraak te doen over het bedrag der lasten die voor rekening van het waterschap zullen zijn. In een andere afdeeling verklaarde men zich bereid om toe tc geven aan bet verlangen, om, bij de vermelding der door de betrokken polders en andere belangheb benden te leveren bijdragen, het woord „hoogstens" weg te laten; alsmede dat de buitengewone bijdrage in de laatste zinsnede van art. 19 van het ontwerp bedoeld, niet zal geheven worden van mede in te dijken rijks- gronden, lu de overige afdeeling werd voorop gesteld, dat met het grootste genoegen is ontwaard dat de ontwerpers van het reglement zoo nauwkeurig hebben gelet op de ingediende bedenkingen der polders en zij in zoovele opzichten aan dezer wenschen hebben kunnen tegemoet komen. De beraadslagingen over de artikelen van het ontwerp leverden, onder meer, het volgende resultaat op. Art. 1. In eene afdeeling werd opgemerkt, dat de Kleine 3t. Annapolder niet onder Zuidzande, maar onder Nic-uwvliet gelegen is, terwijl onder de hier genoemde polders nog diende te worden vermeld de Kievitenpolder, evenals is geschied bij art. 19. In eene andere afdeeling werd dezelfde opmerking gemaakt omtrent de ligging van den Kleinen St. Annapolder. Overigens vereenigde de afdeeling zich algemeen met het voorstel zooals dit in de eerste nota van gedeputeerde staten is gewijzigd. Art. 2. In verband met de hierboven medegedeelde algeraeene beschouwingen meende de eerstgenoemde afdeeling, dat de woorden in dit artikel: „het draagt bij" en/., moeten vervangen worden door: „Het draagt bij in den aanleg dier werken invoege als tusschen het water schap ën de regeering zal worden overeengekomen." Voorts werd de aandacht gevestigd op het verzoekschrift der watering van Kadzand, en is algemeen de meening gedeeld dat het waterschap door het reglement niet moet worden opgelegd de schade die door het uitwaterings- kanaal mogelijk aan de zeewering en den vooroever van de watering Kadzand zal worden toegebracht: aan den polder moet worden overgelaten in hoever hij zich later daarover mocht willen doen geiden of meenen mocht schadeloostelling te dier zake te kunnen eischen. In een andere afdeeling was men eenparig geneigd, het woord „hoogstens" in de tweede zinsnede van art. 2 te doen wegvallen, en dus de som van 3 per hektare als vaste bijdrage aan te nemen, welke som, naar hare meening, vermeerderd noch verminderd zal kunnen worden. Voorts vereenigde zij zich eenstemmig met de wijziging van dit artikel in dc tweede nota van gedepu teerde staten aangegeven. Met erkenning van de ge grondheid der motieven in het adres van de watering Kadzand, achtte zij het billijk dat onder de door het waterschap te onderhouden werken worden begrepen de oeverwerken der watering Kadzand, aan weerszijden van het te maken uitwatei iugs-kanaal. over eene nader te bepalen afmeting. In nog eene andere afdeeling meenden eenige leden dat onder de in art. 2 genoemde verken diende te wor den opgenomen een gedeelte van den vooroever der watering Cadzand, en dus haar bij adres tot de staten gericht verzoek behoorde te worden ingewilligd. De meerderheid was echter van gevoelen dat genoemd ver zoek niet kan worden ingewilligd, omdat zij dé staten onbevoegd ■achtte om aan het waterschap onderhond op te dragen van werken'die niet onmiddellijk tot het ont worpen kanaal behooren. Zij meende dat deze cpiaestie bcslëcht moet' worden tusschen het rijk en de verzoe kers. Eenige leden dezer afdeeling bespraken de wen'chelijkheid om in dezen de te bonwen zeesluis te vervangen dom- een stoomgemaal, waarhij de bezwaren, van gevaar voor opslibbing en veizawdirig buitendijks, naar hunne 'meening, zouden wegvallen, terwijl de 'zekerheid der waterontlasting wellicht zal opwegen tégen de meerdere' onderhoudskosten d'er werktuigen.- Eén lid had bezwaar tegen dc woorden „hoogstens 3 per hektare" in dé tweede alinea. De overige leden meenden 1 die echter te möcteij behouden, omdat daardoor de voor-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1