eerste beklaagde schuldig verklaard aan het moedwillig
toebrengen van slagen en stooten, geenerlei ziekte of
beletsel om te werken van meer dan 20 dagen veroor
zaakt hebbende; de beide beklaagden aan feitelijk en
gewelddadig verzet tegen bedienende beambten, hande
lende ter uitvoering van bevelen hun ter bewaring van
de rust, door hunne superieuren gegeven, door twee
personen zonder wapenen gepleegd; -- de eerste be
klaagde, a aan het moedwillig toebrengen van slagen aan
een bedienend beambte, tijdens de waarneming van zijn
dienst, waardoor bloedstorting veroorzaakt is; en b aan
beleediging met woorden aan bedienende beambten, in
de waarneming hunner bediening aangedaan: en hen te
dier zake onder verzachtende omstandigheden veroor
deeld (de tweede bij verstek)de eerste tot eene cellu
laire gevangenisstraf van éene maand en in 3 geldboeten
elk van f 8, met subsidiaire gevangenisstraf van éen dag
cellulair voor iedere boete, en de tweede tot betaling
eener geldboete van f 3 met subsidiaire gevangenisstraf
van éen dag, met verwijzing in de kosten van het geding
in beide instantiën gevallen, hoofdelijk geheel op hen te
verhalen bij lijfsdwang.
Gemengde berichten.
Ook Middelburg heeft haar Paasch-os, die heden
middag zijn omgang door de gemeente deed en morgen
zijne wandeling zal herhalen. Het dier is van inlandsch
ras, den 27«d December 1864 geboren en thans alzoo ruim
vijf jaar oud. Hij is gekocht door de „Gemeenschap
pelijke slachterij" alhier van G. Nijsse Gz. te Driewegen.
Bij weging in de waag is hij bevonden 791 kilogram
zwaar te zijn.
Uit Kadzand wordt ons gemeld, dat de benoeming
van den heer A. Erasmus tot burgemeester dier gemeente
metgroote vreugde vernomen is. Jl. Donderdag wapperde
uit schier alle woningen de vlagen waren onderscheidene
versieringen aangebracht. Eene eerewacht van 37 ruiters,
gevolgd door een zeer langen wagenstoet mot 130 Kad-
zandtenaren, haalden den burgemeester aan de grens
der gemeente in, toen hij terugkeerde uit Middelburg,
waar hij beëedigd was. De hoofdonderwijzer, de heer
A. Meskes, sprak een woord van verwelkoming en geluk-
wensching, hetwelk door den burgemeester werd beant
woord. Later werd hem ook in de kom der gemeente
hulde gebracht en door een dertigtal jongelingen en
meisjes een lied toegezongen.
Volgens het Journal de Frankfort zal Richard
Wagner eerstdaags in het huwelijk treden met de ge
scheiden vrouw van den beroemden pianist von Bulow.
Men weet dat prins Pierre Bonaparte gedurende
den ganschen loop van zijn geding steeds vergezeld was
van een kommandant der gendarmerie, Raraolins gehee-
ten. Deze heeft thans van den keizer zijne belooning
outvangen in de gedaante van brieven van adeldom die
hem tot graaf maken. Ook zal eerstdaags zijne benoe
ming tot officier van het Legioen van eer bekend ge
maakt worden.
In verscheidene dagbladen werd dezer dagen ver
meld dat in een café chantanl te 's Hage een heer te
paard was binnengekomen. Iets dergelijks rond eergis
teren in een der schoonste koffiehuizen van het Palais-
royal te Parijs plaats. Werd in het eerste ges'al nog van
de deur gebruik gemaakt om de intrede te doen, in het
laatste geval koos een hollend paard, met de tilbury
waaraan het gespannen was, den weg door de vensters,
zoodat het onder een ontzettend geraas en aan beide
zijden bloedend de zaal binnenstapte.
Dezer dagen heeft te Londen een middeleeuwsche
strafoefening plaats gehad. William Terry had getracht
eene dame te worgen en werd daarvoor door de rechtbank
veroordeeld tot zeven jaren dwangarbeid en vijf en
twintig slagen met de cal-ó'-nine-tails (een soort zweep
met negen koorden). Deze slagen nu zijn hem allen toe
gebracht; bij den twintigsten slag zoo lezen wjj in een
verslag der strafoefening was Terry in den laatsten
graad van eene vereeniging van woede en smart getre
den, zijn kreten waren slechts een soort van oumensche-
lijk gebrul; zijn huid scheurde bij iederen zweepslag
als vochtig papier vaneen
Thermometerstand.
11 April. 'sav. 11 u. 45 gr.
12 'smorg. 7 u. 45 gr. 'smidd. 1 u. 53 gr. 'sav. 6 u. 50 gr.
OuitralaniX
Algemeen overzicht.
Door den heer Kryger, den bekenden afgevaardigde
uit Sleeswijk in het Noord Duitsch parlement, is een
sensatie-makend amendement ingediend op het ontwerp
van een nieuw strafwetboek voor den Noord-Duitscben
bond. Men weet dat de heer Kryger steeds tevergeefs
aandringt op de tenuitvoerlegging van het te Praag
gesloten tractaat ten aanzien der grensregeling in Slees-
wijk. Dit tractaat is, gelijk alle dergelijke internationale
oveieenkomsten, gesloten in „naam" der heilige Drieeen
heid." Nu heeft de heer Kryger als amendement op het
ontwerp-strafwetboek voorgesteld om, in de paragraaf,
handelende over godslastering, eene gevangenisstraf van
driejaren te bedreigen tegen elk die den eerbied voor
de goddelijke voorschriften schendt, die het inbreuk
maken op in Godes naam gesloten tractaten als een
vaderlandslievende daad voorstelt, die bij het sluiten
van een tractaat den naam van God misbruikt, enz. Aan
de regeeringsambtenaren, zich aan dit misdrijf schuldig
makende, zou bovendien de bevoegdheid worden ont
zegd om eenige openbare betrekking te bekleeden.
Mocht dit araendement niet worden aangenomen, dan
zou de heer Kryger voorstellen om de geheele paragraaf,
handelende over godslastering, uit het ontwerp te
schrappen.
De aftreding van den Franschen minister van finan
ciën Buffet is door het officieel orgaan der regeering nog
niet medegedeeld. Men schrijft dit toe aan de omstan
digheid dat de crisis met deze aftreding nog volstrekt
niet geëindigd is en nog twee andere ministers, Daru
en de Talhouët, die het linkercentrum in het ministerie
vertegenwoordigen, hun ontslag zullen nemen. Zelfs
is er sprake van de aftreding der ministers Louvet
en Segris. De heer Ollivier schijnt natuurlijk
„in het belang des vaderlands" zijne portefeuille
zoo lang als maar eenigszins mogelijk is te willen be
houden. Het gerucht wil dat hij zelfs den heer Rouher
als ambtgenoot zou aannemen. Intusschen worden een
aantal personen genoemd tot aanvulling van het minis-
terie-Ollivier, het „ministerie der eerlijke lieden." Daar
onder zijn de voornaamste de heerende la Gueronnière,
Magne en Mège voor de portefeuilles van buitenlandsche
zaken, van financiën en van justitie. De heer Ollivier
zou dan minister van binnenlandsche zaken worden.
Te midden der verwikkelingen in Frankrijk op het
gebied der binnenlandsche politiek vernam men in de
laatste dagen weinig van denader door het keizerlijk gou
vernement genomen beslissing omtrent zijne houding
tegenover Rome. Thans meent men dat de Fransche
ambassadeur bij het pauselijk hof, de beerde Banneville
eergisteren met nieuwe instructiën naar Rome is terug
gekeerd. Spoedig mag men dus daaromtrent de noodige
inlichtingen verwachten.
De tot dusverre daaromtrent in omloop zijnde geruch
ten spreken van krach tige maatregelen, welke de Fran
sche regeering zou willen nemen, indien de ultramon-
taansche partij hare voornemens mocht verwezenlijken.
In de Italiaansche kamer van afgevaardigden is giste
ren een korte maar heftige discussie gevoerd over de
laatste ongeregeldheden, door de revolutionaire partij uit
gelokt. Daarbij gaf do afgevaardigde Billia te kennen
dat de oorzaak dezer rustverstoringen moest gezocht
worden in het thans gevolgd stelsel van bestuur. Hier
door werden de politieke hartstochten al meer en meer
opgewekt, zoodat ten slotte de heer Billia tot de orde
werd geroepen. Eene poging van den heer Lanza om
van deze gelegenheid gebruik te maken tot het uitlokken
van een votum van vertrouwen voor het ministerie, mis
lukte echter. Verschillende leden verklaarde de noodza
kelijkheid hiervan niet in le zien.
Wat de onderhandelingen tot samenstelling van een
nieuw ministerie aangaat, voor de landen aan deze zijde
derLeitha, wordt uit Weenen gemeld dat graaf Taaffe
die in het aftredend kabinet minister van oorlog was
geweest, doch eenige maanden geleden zijn ontslag nam,
als zijnde toen in de minderheid zich bereid heeft ver
klaard om in de ministerieele combinatie van den heer
Potocki eene portefeuille te aanvaarden. Dit ministerie
zal echter slechts een ministerie van overgang zijn.
De opstand in deSpaansche provincie Barcelona is ten
gevolge van de groote machtsontwikkeling der regeering
spoedig gedempt en volgens mededeeling in de Cortes
is de loting aldaar afgeloopen. Intusschen waren de
plaats gehad hebbende rustverstoringen weder een
blijk van den zonderlingen toestand in Spanje, alwaar
de ontevredenheid des volks zich zoo spoedig uit in het
opwerpen vau barrikaden en geregelde gevechten met
regeeringstroepen.
De gerechtelijke instructie in de zaak van het duel
tusschen den hertog van Montpensier en prins Henri
de Bourbon is dezer dagen geëindigd. Men verwachtte
dat zijne zaak heden door de in deze bevoegde rechters
zou worden behandeld.
Laatste berichten.
Parijs. De heer Daru zal zijne portefeuille van buiten
landsche zaken niet nederleggen. Ter vervanging van
den heer Buffet zal geen nieuwe minister worden be
noemd vóór den afloop der volksstemming.
De linkerzijde in het wetgevend lichaam heeft het
besluit genomen om in massa haar ontslag te nemen als
leden van dit staatslichaam, indien de regeering, na het
volksbesluit, nog langer mocht weigeren om het wetge
vend lichaam te ontbinden.
Madrid. De Carlistische partij beraamt eene nieuwe
beweging tegen het gouvernement. Reeds is eene afdee-
ling Carlisten uit Frankrijk de Spaansche grenzen over
getrokken.
Frankrijk.
In een Parijsch blad lezen wij een niet onaardige
parodie der aanstaande volksstemming
HET VOLKSBESLUIT.
Tooneelspel in vijf bedrijven.
Personen
De keizer.
De keizerlijke prins.
Een tiental ministers.
Koor van ambtenaren.
Koor van rechters.
Koor van soldaten.
Koor van burgers.
Ie Bedrijf.
Het tooneel stelt voor: de Tuilcriën. De keizer.
Raad van ministers.
Eerste tooneel.
Napoleon III. Mijne hoeren, sedert twintig jaren
heeft de Voorzienigheid mij inde gelegenheid gesteldom,
zonder hinderpalen te ontmoeten, het geluk mijns volks
te behartigen
De heer Louvet.Sire. dat zult ge eeuwig blijven doen!
Napoleon III (met een goedaardig glimlachje). Ik
hoop het, mijn vriendMaar men moet op alles be
dacht zijn. Bij alle natiën vindt men boosaardige en
kwaadwillige lieden die nooit tevreden willen zijn.
De maarschalk Leboeuf (met onstuimigheid op
staande). Waar zijn zij? waar zijn ?.ij Ik zal hen
aan mijn degen rijgen!
Napoleon III (met zachtheid). Dat kan later ge
schieden, mijn waarde maarschalk. Wees intusschen ge
duldig. Die boosaardigen nu, die mij niet vergeven dat
ik op zekeren 2en December de maatschappij door een
coup d'éclal gered en eenigen hunner naar Cayenne of
naar Lambessa gezonden heb... Gij behoeft niet te
blozen, Daru; gij zijt niet verder dan Mazas gegaan, en
gij weet overigens wel dat ik u vergeven heb.
Daru (met eene buiging). Ach sire, gij zijt al te
goed. Gij hadt mij dien dag kunnen doen fusilleeren en
niemand had er een woord van gezegd. Gij hebt u ver
waardigd mij het leven te redden. Hoeveel ben ik u niet
voor zulk een groote weldaad verschuldigd Beneficium
impcralorixnon occidere. Cicero heeft het gezegd.
Napoleon III (hem in de rede vallende). Het is wel,
mijn vriend; het is zeer wel. Ik zie met genoegen dat gij
niet ondankbaar zijt... Laat mij nu mijne rede vervol
gen. Ik zeide dan, mijne heeren, dat die dwazen, die
er zich op beroemen „onverzoenlijk" te zijn, zeker
zullen beproeven mijn troon te doen wankelen, hetzij
door hunne redevoeringen
Ollivier (met warmte). Welnu sire, op dat terrein
wacht ik hen af. Redevoeringen.Ik heb er tien, hon
derd, duizend ten dienste van uwe majesteit gereed,
allen uitgelezen redevoeringen van de beste soort, die
nog slechts gediend hebben voor Guizot, Billault en
Rouher, dus bijna spliksplinteruieuwe redevoeringen,
redev.
Napoleon III (met autoriteit). Zoon van Demosthe
nes, gij zult ons die allen zoo straks voorlezenmaar bij
den hemel laat mij nu toch ook eens een oogenblik
spreken. Gij zijt zoo haastig niet om te antwoorden als
Jules Favre tegen u optreedt
Ollivier (op hoogen toon). Sire, ik ontvang met
onderwerping de juiste berisping van uwe majesteit,
want het wordt in Tacitus gezegd dat men zich eerst
tot slaaf moei maken om meester te kunnen worden.
Omnia serviliter pro dominalione.Machiavelli, de diep
zinnige Machiavelli, heeft in hoofdstuk VI, pag. 19, ge
schreven dat hij. die niet veinzen kan, niet kan regoeren
Aristoteles
De minister de Talhouet (ter zijde). De duivel hale
dien pedanten kerel! (Tot den heer Maurice Richard)
Willen wij een sigaar gaan rooken indeChamps-Elysées?
De minister Maurice Richard. -- Met genoegen, mijn
waarde markies.
[Beiden staan op en zoeken hunne hoeden.]
Napoleon III (met overhaasting). Welnu dan, mijne
heeren, om tot een einde te komen want ieder valt
mij hier in de rede en legt mij het stilzwijgen op, onder
voorwendsel van het parlementair regime ik wil eene
algemeene volksstemming doen houden.
De minister Ollivier. Maar sire