MIDDELBURGSCHE
COURANT.
i\°- 86.
Maandag
1870.
IApril.
Middelburg 9 April.
-De Si'sftbts-coirrant van heden bevat de wet van den 4"
dezer, tot afschaffing van de tentoonstelling op een scha-
Tot en van de lijfstraf (geeseling) in de gevallen waarin
deze straffen nog zijn bedreigd.
De minister van financiën heeft aan de ontvangers
der directe belastingen doen te kennen geven, dat zij
niet bevoegd zijn, ora welke reden ook, de aanneming te
weigeren van aangifte van verhuizing, bij art. 27 2 der
wet op de personeele belasting bedoeld, daar de vraag
of de aangifte binnen den bepaalden tijd is ingediend
en overigens aanspraak op ontheffing bestaat, eerst bij
de instuctie der zaak te pas komt, en daarover in ieder
geval door gedeputeerde staten der provincie, de bij de
wet daartoe aangewezen autoriteit behoort te worden
beslist; terwrjl voorts aan diezelfde ambtenaren is aanbe
volen om de belastingplichtigen, die in de termen der voor
melde wetsbepaling vallen, hieromtrent zooveel mogelijk
in tijds in te lichten, om die wetsbepaling, voorkomende
op de keerzijde der formulieren voor de aanslagbiljetten
der genoemde belasting, daarop met eene grootere of in
het oog loopende letter te doen drukken.
Onderwijs.
foe gemeenteraad van Leiden heeft aan dr. P. L. Muller,
op zij^n verzoek, eervol ontslag verleend als leeraar aan
de gem één te-instellingen van hooger en middelbaar on
derwijs."'
Rechtzaken.
Het Handelsblad is in staat gesteld een stellige
mededeeling te doen omtrent de veroordeeling van het
vijfjarig meisje door de Goesche rechtbank. „Deze zaak
heeft, na nauwkeurig onderzoek, op de regeering een
diepen en pijnlijken indruk gemaakt. Inderdaad is zij zóo
ergerlijk mogelijk geweest; immers (hoe ongelooflijk het
1 schijne) uit het vonnis zelf blijkt, dat een kind van vijf
jaar is veroordeeld bij verstek, zoodat de rechtbank, toen
zij het „oordeel des onderscheids" aannam, het wichtje
nog niet eens gezien had!
„Alles wat de regeering in deze zaak tot herstel doen
kan, zal hoopt het Handelsblad zoo spoedig mogelijk
geschieden. Te betreuren is het echter, dat aan dit
feit eerst 18 maanden na de uitspraak ruchtbaarheid
gegeven is."
Gemengde berichten.
Naar wij vernemen is door wijlen den heer E. Lucas,
in leven luitenant admiraal bij de Nederlandsche marine,
aan de diaconie der Nederduitscbe hervormde gemeente
te Vlissingen, bij testamentaire dispositie vermaakt een
obligatie ad f 1000 5 pet. Ruslapd 1864, waarvan de
waarde, met inbegrip der verschenen rente, ter Tiarer
beschikking moet worden gesteld.
Gisteren avond omstreeks half acht uur had te Zie-
rikzee eene gasontploffing plaats ten huize van den heer
J.Bal Cz, apothekerop den Dam al aar, welke is ontstaan
door een lek in een nieuwe gaslamp op de boven voor
kamer, alwaar de heer Bal met eene brandende kaars
wilde binnentreden. Bij het openen der deur had de ont
ploffing plaats, met het gevolg dat de deur in stukken
werd gespleten en ook het dak, hetwelk een verdieping
hooger is, groote schade bekwam. De heer Bal bad
tegen-woordigheid van geest genoeg om te roepen „de
hoofdkraan dicht." Niettegenstaande de ontploffing zulk
een groote kracht heeft uitgeoefend, heeft genoemde
heer geen ander letsel bekomen dan dat zijn hoofd en
linkerhand daardoor eenigszins hebben geleden.
Volgens de Nieuwe Rotterdamsche courant is de
heer O. J. Ermerins, dokter te Amsterdam (vroeger te
's-Gravenhage), benoemd om in Japan aan een der daar
toe bestaande scholen onderwijs in de geneeskunde te
geven.
Te Deventer werd jl. Woensdag zulk een groote
toevoer van kabeljauw aan den afslag gebracht, dat men
niet meer dan 60 cent a f 1.50 per stuk bedingen kon.
Het Utrecbtsch dagblad zegt met zekerheid te kun
nen melden dat de hoofdcommissie voor de internationale
tentoonstelling voor den werkman te Londen de gelegen
heid tot algemeene deelneming door den Nederlandschen
werkman zeer bevorderd heeft, door de kosten van het
vervoer der voorwerpen van Amsterdam naar Londen,
die van de tentoonstelling zelve, die van het vervoer te
rug tot Rotterdam, die van assurantie tegen zeeschade
gedurende de uit- en thuisreis en tegen brandschade ge
durende de tentoonstelling voor hare rekening te nemen.
De aanstaande algemeene vergadering der Maat
schappij tot nut van 't algemeen zal, naar men verneemt,
door den hoogleeraar Opzoomer worden gepresideerd.
De Groninger courant bevat in een artikel
over de begrooting van oorlog de volgende opmer
king: „Overigens kan de dienst van den «soldaat in
menig opzicht worden verlicht. Hoe menige koude win
ternacht moet de arme milicien op schildwacht staan om
iets te bewaken dat niemand in de gedachte heeft om
aan te vallen of te berooven. De krijgshaftige generaal
of het vaandel bij den kolonel of de krijgskas bij den
intendant loopen veel minder gevaar om vermoord of
weggeroofd te worden, dan de kostbare voorwerpen uit
het magazijn van den juwelier, of de manufacturen bij
den koopman, of de schellen aan de deuren der particu
lieren."
Jl Dinsdag is te Leiden gehouden de algemeene
vergadering der Vereeniging tot instandhouding en
bevordering van den bloei der kweekschool voor zee
vaart te Leiden. Uit het uitgebrachte verslag is geble
ken, dat in 1869 zich hebben aangemeld 106 sollicitanten,
waarvan 88 werden goedgekeurd. Er zijn 76 kweekelin-
gen als scheepsjongens of lichtmatroos in dienst getre
den, terwijl 5 bij de koopvaardij zijn geplaatst. Tot
1 Januari 1870 zijn door deze kweekschool 847 jongens
tot hunne bestemming gebracht, waarvan 796 bij 's lands
vloot en 51 bij de koopvaardij.
De schoone Alsenbrug over de Spree te Berlijn is
jl. Woensdag door eene gasontploffing zwaar beschadigd.
Een onder de brug aanwezige gaspijp was lek, hetgeen
eene ontsnapping van het gas ten gevolge had. Een groot
gedeelte der steenen borstwering werd vernield, terwijl
bovendien groote stukken steen en een gascandelaber
in de Spree geslingerd werden.
In Engeland is iemand opgestaan die het Zwaard
aangegord heeft tegen de, zijns inzierfs overtollige, u in
woorden als labourhonour,vigour enz. De Amerikanen,
practi8ch als ze zijn, houden niet van het overtollige en
schrijven overeenkomstig de Latijnsche afkomst labor
honor enz. Dit scheen onzen Engelschman te lijken, al
thans hij heeft zijnen landgenooten tot afschrik voorge
houden dat' alleen door het „misbruiken" van die arme
Ietter aan pennen, inkt, papier enz. jaarlijks eene som
van 10,000 pond sterling verloren gaat!
Morgen wordt te Parijs het eerste homoeopathisch
hospitaal Hópital Hahnemann geheeten geopend.
Men spreekt van de aanstaande opening van een tweede
dergelijke inrichting te Parijs.
Professor Trommer, te Eldena, maakt in n°. 13 en
14 van het „Wochcnschrift der Baltischen Central-
Vereines" het volgende bekend, als een onfeilbaar en ge
makkelijk toe te passen middel om rupsen uit vruebt-
booinen te verdelgen. Zooals bekend is, komen die
rupsen, die als de schadelijkste voor de vruchtboomen
aangemerkt moeten worden, in nesten daarop voor. Ook-
leven deze rupsen, zelfs als zij reeds meerdere verande
ringen oudergaan en eene tamelijke grootte bereikt heb
ben, nog altijd gezellig bijeen. Dit heeft vooral :s nachts
en 's morgens plaats echter vereenigen zich deze rupsen
bij kouder weder, ook des daags in groote groepen bijeen.
Waar men dergelijke nesten niet goed met de hand of
schaar bereiken kan, heeft men hunne besproeiing met
eene bijtende vloeistof, b. v. met zeepwater, of ook het
afschieten met zand aanbevolen. Intusschen bereikt men
met deze middelen niet altijd zijn doel, daargelaten dat
hunne toepassing dikwerf zeer lastig is. Daarentegen
slaagt men zekerder en juister, als men zulke rupsen
door brandenden spiritus vernietigt. Dit geschiedt een
voudig door een dunnen stok van voldoende lengte te
nemen en aan het eene einde daarvan een stukje gewone
spons te bevestigen. Hierop drenkt men de spons in de
spiritus en brengt haar aangestoken in de nabijheid van,
of nog liever onder de nesten. Wil men den brandenden
spiritus uitblusschen, dan behoeft men slechts de spons
in water te dompelen. Daar de vlam van de spiritus zeer
weinig licht afwerpt en men daardoor in twijfel zou kun
nen geraken, of de spiritus der spons werkelijk brandt,
is het raadzaam bij de spiritus vooraf een weinig gewoon
zont te voegen.
Verlioopingen en aanbestedingen.
Gisteren zijn te Vlissingen te koop aangeboden:
81 ares 30 centiares bouwland, onder de gemeente Vlis
singen, verkocht voor fl650; een buis en erve, in de
Vrouwestraat aldaar, wijk F, n°. 119, verkocht voor 700;
een dito in de Lange Nieuwstraat aldaar, wijk H, n°. 129,
verkocht voor f 1200; een dito in de Rozijnstraat, wijk
H, no. 130, niet verkocht.
Tliermometerstand.
8 April. 'sav. 11 u. 48 gr.
9 'smorg. 7 u. 50 gr. 'smidd. 1 u. 63 gr. 'sav. 6 u. 54 gr.
Staten-generaal.
EERSTE KAilER
Zitting van Donderdag 7 April. Aanneming der agrari
sche wet.
De minister zet zijne rede, den vorigen dag aange-
gevangen, voort en zegt dat zonder deze wet de regeering
de bevoegdheid zou hebben om gronden aan iulanders
te verkoopen. Dat recht moet men blijven erkennen,
anders zou de afstand van duizende kleine stukjes grond,
die sinds jaren aan inlanders heelt plaats gehad, onwet-»
tig geweest zijn.
Dat de inlander aan eigendomsbevestiging en titels
hecht, is gebleken uit het onderzoek dat omtrent de rech
ten van den Javaan op den grond in Bantam is ingesteld.
De vijfde alinea verdedigt de minister hoofdzakelijk
op grond van de steeds gebleken noodzakelijkheid om
de iulanders tegen knoeierijen van niet-inlanders bij
verhuur van gronden te beschermen. De minister acht
de aanneming dezer wet een weldaad voor ludië en het
moederland.
De heer Rahusen meent dat misschien deze wet zal
aangenomen worden om het onbekende. Niemand kam
berekenen wat er de gevolgen van zullen zijn.
De heer Cremers zegt dat de mededeelingen des
ministers omtrent de voorgenomen regelingen van den
afstand in eigendom hem hebben gerustgesteld, zoo
dat hij thans voor de wet zal stemmen.
De heer van Nispen wijst er nogmaals op dat door
leden van de liberale partij zeiven erkend is dat deze
eene sociale hervorming in Indië zal teweegbrengen.
Hij blijft die ontijdig achten. De koffie- en suikercultuur
moeten noodwendig ten gronde gaan, wanneer de denk
beelden des ministers worden toegepast. Bovendien be
vat deze wet zulk eene oppermachtige opdracht aan de
Indische autoriteiten en maakt elke regeling zóózeer
afhankelijk van de inzichten der tijdelijke ministers en
gouverneurs-generaal, dat hij voor zich daartoe niet mag
medewerken. Hij zegt te weten dat de kamer de wet zaï
aannemen, maar hij moet haar blijven bestrijden uit
gevoel van plicht.
De heer Messchert van Vollenhoven bestrijdt het juri
disch betoog vau den heer Sassen tot verdediging der
wet, dat hij aanmerkt als bij vergissing uitgesproken,
daar het geheel en al een Westersch pleidooi was over
eene Westersche zaak.
Hij blijft bet verder noodlottig achten dat deze wet
niet de behoorlijke regeling van alles bevat, daar men
in toekomstige regeeringen toch niet zooveel vertrou
wen kan stellen dat zij altijd in denzelfden geest de wet
zullen uitvoeren als de tegenwoordige aangeeft. Hij is
niet tegen het geven van erfpachtsrecht, maar de overige
bepalingen acht hij onaannemelijk.
De heer Sassen repliceert dat zijn betoog verkeerd is
opgevat. Hij blijft deze wet in het belang van Nederland
en Indië achten.
De heer Hartsen constateert dat de minister omtrent