I3uitcnlunix
burg, Haaften, en Est en Opijnen, en gevoegd bij het
ontvangkantoor derzelfde middelen te Herwijnen; en
benoemd tot ontvanger der directe belastingen en accijn-
sen te Herwijnen c. a. jonkheer C. W. von Weiier tot
Poelwijk, thans ontvanger derzelfde middelen te Waar
denburg c. a.
Onderwijs.
De raadscommissie te Gorinchem, in wier handen is
gesteld het plan om een hoogere burgerschool op te rich
ten, heeft haar advies uitgebracht. De vraag, of een
hoogere burgerschool in de gemeente wenschelijk is, heeft
zij toestemmend beantwoord. Wat de kosten betreft
heeft de commissie berekend dat deze zullen bedragen
f 13,000; de ontvangsten raamt zij op f 1200. Zij stelt
voor de Latijnsche school op te heffen en hare lokalen
voor de hoogere burgerschool te gebruiken.
Marine en leger.
De minister van marine heeft ter kennis van belang"
hebbenden gebracht, dat te Amsterdam, in de tweede
helft der maand Juli aanstaande, een vergelijkend exa
men zal worden gehouden tusschen jongelieden, die bij
het garnizoenshospitaal te Amsterdam, in verband met
het onderwijs aldaar aan het Athenaeum ilhistre gege
ven wordende, wenschen te worden opgeleid tot officie
ren van gezondheid bij de zeemacht. De toelating heeft
slechts eenmaal in het jaar plaats, en wel op den 1™ Oc
tober van elk jaar. De voorwaarden en de opgaaf van
in te zenden stukken komen voor in de Staats-courant
van eergisteren.
Gemengde berichten.
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot nut van'tal-
gemeen heeft zich tot Z. M. den koning gewend met
verzoek om een wetsontwerp te doen indienen tot rege-
ing van den arbeid van kinderen in fabrieken.
Te Woolwich is Zondag een gedeelte der trein-
soldaten van de artillerie in verzet gekomen tegen hun
ne officieren, waarvan een ter nauwernood aan een bajo
netstoot ontkwam. Terwijl de wederspannigen in hunne
kazerne alles vernielden wat zij maar konden, zond men
om een detachement troepen, welke de kazerne afzetten
en een twintigtal der belhamels arresteerden. De oor
zaak van dit verzet was dat deze wederspannigen eerst
daags wegens slecht gedrag uit den dienst zouden wor
den ontslagen.
Veertienhonderd timmerlieden te Glasgow hebben
hun werk gestaakt omdat hunne eischen tot verhooging
van loon en vermindering van het aantal werkuren per
dag tot negen, wat het laatste betreft, niet worden in
gewilligd. Ongeveer de helft dezer werklieden zijn leden
eener werklieden-vereeniging en ontvangen nu, volgens
hare statuten, elk tien shillings (zes gulden Ned.) per
week zoo lang de werkstaking duurt.
De directeur van het Eldorado te Lyon in
welke inrichting, zooals onzen lezers bekend is, de val
van twee kunstenmakers den dood eener dame veroor
zaakt heeft is door de rechtbank aldaar tot eene geld
boete Yan fr. 100 veroordeeld. Bij de opgelegde straf
werd als verzachtende omstandigheid in aanmerking ge
nomen dat de directeur uit eigen beweging reeds vroe
ger aan de familie van het slachtoffer eene schadeloos
stelling geschonken had.
Zaterdag avond heeft een voormalig geëmploieerde
aan de staatsspoorwegen te Gent, Emiel Franco, naar
men meent door jaloerschheid gedreven, met een revolver
drie schoten gelost op Celestine de Stoepel, eene naai
ster, met wie bij liefdesbetrekkingen aangeknoopt had.
Eergisteren morgen waren reeds twee kogels uit de
wonde gehaald en koesterde men hoop het meisje in
't leven te behouden.
In Juli 11. werd Birmingham in opschudding en on
rust gebracht door zekeren Murphy, een protestantschen
zendelingprediker, die door felle aanvallen op Rome de
Iersche bevolking tot gewelddadigheden als uittartte. De
burgemeester der stad bellette toen eene nieuwe voorle
zing van Murphy door een preventieven maatregelhij
deed namelijk Murphy aan de deur der vergaderzaal vat
ten en vier uren in arrest houdendezen stap deed hij
op eigen verantwoordelijkheid, onder inroeping van ze
kere verouderde wetsbepaling, en met latere goedkeuring
van het gouvernement. Doch Murphy diende eene aan
klacht bij den rechter in, en vorderde 1000 pond ster
ling schadevergoeding van den burgemeester. Thans
heeft het hof van assises die arrestatie voor onwettig
verklaard, en is de burgemeester door de jury veroor
deeld om twee pond sterling schadevergoedieg te be
talen.
Thermometerslaiui.
SMaart.'sav. 11 u. 40 gr.
9 'smorg. 7 u. 40 gr. 'smidd. 1 u.44gr. 'sav. 6 u. 40 gr.
Stateii-generaal.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Dinsdag 8 Maart. Voortzetting der behandeling
van de agrarische wet.
Na mededeeling. van ingekomen adressen en van de
benoeming van rapporteurs wordt de beraadslaging over
de derde alinea der agrarische wet en de daarop voorge
stelde amendementen voortgezet.
De heer 's Jacob acht de nieuwe redactie van de derde
alinea, thans door de regeering voorgedragen, goed. Men
is thans op een veel beter terrein gekomen, er wordt nu
onderscheid gemaakt tusschen tijdelijke beschikking
ten behoeve van de gouvernements-cultures en onteige
ning ten algemeenen nntte van ontgonnen gronden der
inlanders.
Hij wenscht echter nog eene kleine concessie van de
regeering, namelijk het weglaten der woorden die be
trekking hebben op de gouvernements-cultures. Men
behoort dit alleen aan de hoede van art. 56 van het
regeerings-reglement over te laten.
De heer van de Putte wijst op het groote voordeel dat
deze alinea zal uitweiken, namelijk dat de misbruiken
bij het beschikken over den grond des inlanders zullen
ophouden. Hij is daarom tegen de wijziging door den
heer 's Jacob voorgesteld. Hij vraagt of niet de weg
lating in deze alinea van eene bepaling omtrent de
beschikking over gronden voor de cultures zal leiden
tot een aantal processen van den inlander tegen de
suikercontractanten, en van deze tegen den staat, om
schadeloosstelling te bekomen.
De heer Hasselman zegt dat er een eenvoudig middel
bestaat om botsingen te voorkomen, en dat is door eene
veranderde redactie der gouvernementscultures, wat
onteigening van gronden betreft, te brengen onder de
hoede van art. 56 van het regeerings reglement, evenals
voor andere onteigeningen art. 77 is ingeroepen.
De heer van Goltstein ziet volstrekt geen gevaar voor
processen, wanneer h«t voorstel van den heer's Jacob
mocht aangenomen worden. Wanneer er quaestie ontstaat
over het bedrag der schadevergoeding zal, ook volgens
de laatste ordonnantiën, altijd de beslissing van den
rechter worden ingeroepen. Maar al geeft deze alinea
meerderen waarborg, misbruiken geheel te keeren zal
door geene enkele bepaling verkregen worden.
Ook de heer van Yoorthuysen verlangt dat alles wat
betrekking heeft tot de gouvernementscultures aan de
bepalingen van art. 56 zal overgelaten worden.
De heer Kalff brengt eene kleine wijziging in de re
dactie van zijn amendement, waarbij hij overigens per
sisteert.
De heer Thorbecke kan zich niet vereenigen met de
gewijzigde redactie der regeering.
De onteigening van gronden ten algemeenen nutte
wordt nu op éene lijn gesteld met de beschikking over
gronden ten behoeve van de op hoog gezag ingevoerde
cultures. Zooals de alinea nu luidt, zullen er ordonnan
tiën gemaakt kunnen worden waarbij weder het cultuur
stelsel met den zwaartst mogelijken druk op de bevolking
wordt in het leven geroepen.
De minister van koloniën handhaaft tegenover de
meening van den Thorbecke zijne voordracht. Het geldt
hier eene overgangsbepaling, die noodig is, omdat het nog
lang misschien kan duren eer de suikerwei aangenomen
is. Het woord beschikken is in deze alinea in een
ruimen zin genomen.
De heer Thorbecke acht dat woord beschikken
niet goed; men kieze liever een woord dat ronder de
zaak uitdrukt: „Ontzetten van eigendom." Wanneer de
minister meent dat er eene overgangsbepaling noodig is,
waarom dan niet liever een afzonderlijk artikel, a la
suite van het regeerings-reglement te plaatsen, voorge
steld
De heer Hasselman doet het voorstel om in deze alinea
eene verwijzing naar art. 56 yan het regeerings-regle
ment op te nemen.
De heer Mirandolle heeft bezwaar tegen het voorstel
van den heer Ka'ff, dat ook door den heer ThorbeckS
wordt voorgestaan, om in deze alinea niet van cultures
te spreken. Wanneer die woorden wegvallen, dan zal
alleen ten algemeenen nutte over de gronden van de
inlanders beschikt mogen worden. Daaronder kan mén
de suikercultuur niet rangschikken, omdat zij hoofdza
kelijk de belangen van particulieren betreft; bij gemis
van eenige bepaling als nu is voorgesteld, zou dus
deze gouvernements-cultuur te gronde kunnen gaan.
De heer Heemskerk meent dat de rollen nu omge
keerd zijn. De ultra-liberalen, die vroeger de sloopers
van het cultuurstelsel genoemd werden, nemen dat nu
in hunne bescherming. Wat de redevoering van den
minister betreft, hij ziet daarin dat deze niet veel aan
de aanneming der door hen voorgedragen suikerwet
schijnt te hechten. Zijn voorstel om deze alinea te^doen
vervallen trekt hij thans in, daar de gewijzigde redactie
der regeering hem bevredigt.
De heer Kalff brengt eene wijziging in zijn amende
ment, in dier voege dat naar art. 56 wordt verwezen,
wat de beschikking voor de cultures betreft.
De minister van koloniën kan niet met den heer
Thorbecke instemmen, dat de vermelding der op hoog
gezag ingevoerde cultures eene nieuwe bevestiging
van den druk daarvan zou zijn of nieuwe gouvernements
cultures zoude in het leven kunnen roepen. Het artikel
spreekt van „ingevoerde" en dus niet van „in te voeren"
cultures. Wat aangaat de aanmerking van den heer
Heemskerk, dat de minister eigenlijk de suikerwet zou
hebben voorgedragen,zonder aan de aanneming daarvan
te hechten, wil de minister niet anders antwoorden dan
dat dergelijke aanvallen van dien spreker hem niet meer
bevreemden. De minister heeft alleen bij deze wet voor-
loopige bepalingen willen vaststellen bij de onzekerheid
van een ministerieel leven en het lot van een wetsont
werp.
De beraadslaging over de derde zinsnede wordt ge
sloten.
Op de vierde alinea zijn amendementen voorgesteld
door de heeren van Goltstein, de Casembroot en van
Naamen. Het laatste wordt door de voortdurende afwe
zigheid van den voorsteller als ingetrokken beschouwd.
De heer van Goltstein licht zijn araendement toe om
deze alinea te doen vervallen. Hij acht eene bepaling
omtrent het toekennen van eigendomsrecht aan den
inlander verkeerd. Men moet geen wapenen in de hand.
geven om den inlander van zijn grond te kunnen berooven
De heer de Casembroot licht op zijn beurt zijn amende
ment toe, strekkende om den inlander te verbieden den
hem in eigendom afgestanen grond te vervreemden
anders dan aan landgenooteu.
De heer van Wassenaer acht deze alinea onaanneme
lijk. Hij zou zoo gaarne deze wet aannemen maar hij
kan dat niet doen als deze alinea blijft bestaan. Daar
door wordt de geheele oeconomie van ons beheer op
Java ten ondersteboven geworpen.
De heer de Brauw wenscht met den heer van Goltstein
deze geheele alinea te doen vervallen.
De heer Rutgers acht daarentegen deze toekenning
van eigendomsrecht zeer nuttig. De Javaan zal niet voor
een appel en een ei zijn grond zich laten ontfutselen,
want hij weet welke waarde daarin steekt. Men heeft
geschermd met het schrikbeeld dat de Javaan proletariër
zou worden. Hij vreest dat niet, maar al ware dat zoo,
men moet voor Indië aan dat woord zulk eene treurige
beteekenis niet hechtenEen Javaansch proletariër
staat volstrekt niet gelijk met een bedelaar in Europa.
De heer de Casembroot wijzigt de redactie van zijn
amendement, waardoor de bedoeling duidelijker uit
komt. Het luidt nu aldus: „Deze grond wordt, voor zoo
ver hij gelegen is op Java en Madura, niet vervreemd
baar dan aan Javanen en Madureezen."
Algemeen overzicht.
Een deel der Parijsche dagbladpers stelt zich tot taak
om de door de linkèrzijde voorgestane beginselen van
verplicht en kosteloos onderwijs onder het publiek te
verspreiden en de, naar het gevoelen der voorstanders,
hiertegen nog bestaande „vooroordeelen"zooveel mogelijk
weg te nemen. Engeland zoo lezen wij in een betoog
ten gunste van het verplicht en kosteloos onderwijs
heeft nu ook, na alles te hebben beproefd, eindelijk dien
heilzamen maatregel aangenomen. Bezie de quaestie van
alle zijden, onderzoek den bestaanden toestand, peil de
afgronden der volksonwetendheid en gij zult ten slotte
moeten erkennen dat er slechts heil te vinden is in het
verplicht onderwijs. Wij weten wel dat het woord ver
plicht onderwijs eerbiedwaardige gemoedsbezwaren
krenkt, dat dit bij den eersten aanblik een last schijnt,
welke men der bevolking oplegt, die zich tot niets
wil verplicht en gedwongen zien, maar toch onderwerpt
diezelfde bevolking zich immers aan zoovele verschil
lende verplichtingen krachtens goede en slechte wetten.
Zij onderwerpt zich aan de wet, die don zoon aan zijne
ouders ontrukt om hem in te lijven bij een regiment,
maar hare trots wordt gekrenkt, waar men haar
spreekt van verplicht onderwijsZij wil niet dat de staat
zich menge in de eerste opvoeding van het kind, zij wil
het persoonlijk gouvernement in haar huis, op voor
waarde echter van daarbuiten tegen datzelfde persoon
lijk gouvernement te velde te trekken. Zij is volstrekt
niet verwonderd dat de wet verbiedt om haren hond te
mishandelen, maar is uiterst verbolgen bij de gedachte
dat de wetgever haar zou kunnen beletten om hare kin-