OÜRANT.
N°' 47.
Donderdag
1870.
24 Februari.
-
Middelburg 23 Februari.
Uit Moerdijk telegrapheert men ons dat heden morgen
de overtocht weder gelukt is. Gisteren en eergisteren
was zulks totaal onmogelijk. Zoo ver het oog reikt is
het Fïollandsch diep met ijs geheel bedekt.
De gemeenteraad van Middelburg zal in eene a. Vrijdag
namiddag te twee uren te houden zitting de volgende
onderwerpen behandelen: missives van gedeputeerde
Btaten, goedkeuring van raadsbesluiten; verzoek van
mr. J. H. de Stoppelaar om ontslag als lid der plaatselijke
schoolcommissie; rekeningen der kamer van koophandel
en wisselbank over 1869voorstel van burgemeester en
wethouders betreffende kweekeling aan de gymnastielc-
school; voorstel van dezelfden omtrent af- en overschrij
ving op de gemeentebegrooting voor 1870.
Uit Neuzen meldt men ons
„De naar vele plaatsen gestremde communicatie geeft
hier eene buitengewone levendigheid, want alles wat
mot schepen hier binnenkomt wordt, met uitzondering
van een klein gedeelte dat hier blijft, per spoor naar
Gent en Antwerpen vervoerd, voor welk vervoer dus
van de haven naar het station geheele dagen wagens
heen en weder rijden."
Uit het voormalig vierde district van Zeeland schrijft
men ons
„De aanhoudende vorst doet haren nadeeligen invloed
op velerlei wijzen gevoelen. Het brievenvervoer gaat
niet alleen te water zeer gebrekkig, maar ook te land
laat het te wenschen over, vooral sedert de dezer dagen
gevallen sneeuw. Zoo is de voetbode van Sas van Gent
naarIJzendijke heden nacht met groote rhoeite niet ver
der dan Philippine kunnen komen en daar tot onder den
morgen moeten verblijven, wat in geen jaren het geval
is geweest.
„Ook voor den landbouw levert dit weder groote na
deden op. Alle vrees bestaat dat het koolzaad zal zijn
verloren en misschien ook een gedeelte van de gerst en
tarwe, inzonderheid de zoogenaamde wol tarwe. De rogge
zal weinig of niet hebben geleden. Enkele landbouwers
hadden vóór de vorst reeds paardenboonen en erwten
gezaaid. De toekomst zal moeten leeren welk succes zij
daarop zullen hebben. Was de sneeuw tegelijk met de
vorst gekomen dan waren waarschijnlijk alle vruchten
behouden geweest.
„De justiciabelen in ons district zouden zeker ook
het lastige van het reizen naar uwe gemeente ondervin
den, ware het niet dat de zaken tijdelijk schijnen ge
schorst te zijn. In zooverre zal Axel, als zetel der recht
bank volgens het nieuwe ontwerp, minder bezwaar
opleveren, mits dan ook eene betere verbinding van het
4C en 5e district tot stand kome, waaraan meer dan
behoefte bestaat."
Benoemingen en besluiten.
leger. Verleend de rang van majoor aan devolgende ge
pensioneerde officiereu, als: de gepensioneerde kapiteins1
J. C. W. von Pfaffenrath, J. F. van Manen, H. Eilbracht,
J. J. Phaff, J. van den Berghe en W. M. Visser, de beide
laatst genoemden laatstelijk respectievelijk magazijnmees
ter der artillerie le klasseen administrateur van kleeding
en wapening.
Kerknieuws.
Door het kiescollege der hervormde gemeente te
Dreischor is uit het vroeger vermelde drietal tot predi
kant aldaar beroepen de heer W. M. de Vries, predikant
±e Kruisland.
Marine en leger.
De vier cadetten van het oudste studiejaar, die in de
maand September des vorigen jaar3 nog zes maanden
moesten overblijven, hebben jl. Maandag met goed ge
volg hun examen als officier afgelegd. Men verwacht nu
eerstdaags hunne officieele benoeming. Het zijn de ca
detten der artillerie hier te lande jonkheer W. J. P. van
den Bosch en A. M. Hoedt, der infanterie hier te lande
J. F. A. de Rooij en der infanterie in Oost-Indië F. P.
van Emmerik. (JJlrechtsch dagbl
Gemengde bericlilen.
H. M. de koningin heeft Maandag namiddag de resi
dentie verlaten, om zich over Rotterdam, Keulen, Luik
en Galais naar Torquay in Engeland te begeven.
De feestelijke opening van den spoorweg Meppel-
Assen Groningen zal zeer waarschijnlijk den 2e» Mei a.
plaats hebben en de geregelde diëtist den daarop volgen
den dag beginnen.
Omtrent de slooping der vestingwerken .van Luxem
burg wordt gemeld dat het van 't Noordwesten naar
't Zuidwesten loopende gedeelte geslecht is, zoodat de
daardoor vrij vallende aanzienlijke grondruimte eerlang
aan de gemeente kan teruggeven worden zoodra de
commissarissen der mogendheden den staat van zaken
geconstateerd en het proces-verbaal opgemaakt hebb'en.
Bij de behandeling eener zaak voor de arrondisse-
ments-rechtbank te Nijmegen is gebleken, dat de aange
stelde inbrengers in de bank van leening de gewoonte
hadden, men zegt reeds sinds een halve eeuw, om dewe-
kelijksche panden niet naar de bank te brengen en daar
voor zelf 4 cent per f 1, of zelfs per 50 cent, in rekening
te brengen. De wekclijksche panden zijn nu juist de zoo
danige, die door den behoeftige in den regel des Zater
dags worden gelost, des Zondags gebruikt en des Maan
dags even geregeld weer worden verpand. Hoewel men
met panden van groote waarde minder grof te werk ging,
is toch voor een gouden ketting, sedert een tiental
jaren, week in week uit, voor f 10 verpand, telkens 15
cent afgehouden, zoodat de eigenaresse van den ketting,
om het genoegen te hebben hem des Zondags te kunnen
dragen, in die tien jaren betaald heeft 78voor een
gouden ring, waarop f 1.25 werd beleend, kostte het
zelfde genoegen, over het jaar berekend, f 2.60, dus
tweemaal de som.
Uit Alcira, een stadje in Spanje nabij Valencia,
wordt een schier ongelooflijk feit gemeld dat van de
grootste wreedheid getuigt. In den nacht van den 17cn
dezer drong een bende booswichten in de woning van
zekeren heer Janni Buluda. De bewoner en zijne vrouw
sliepen in de eene, en zijne zes kinderen in de andere
kamer. In de eerste kamer gekomen stortten de boos
wichten zich op den heer Buluda, wierpen hem op den
vloer en stopten hem een bal in den mond; hetzelfde
geschiedde met zijne echtgenoot. Dit was echter slechts
het voorspel van het verschrikkelijke tooneel dat volgde.
De kinderen werden uit hun bedgerukt en voor de oogen
der ouders gesleept. Daar werden zij gebonden, zoodat
iedere beweging onmogelijk was. Hierop wierpen de
wreedaards zich op hunne slachtoffers, staken hun de
oogen uit, en sneden hun de tong af. Doch ook hiermede
was hunne wreedheid niet voldaan: van den vader en
zijn oudsten zoon werden nog de voeten afgehouwen.
Na al de ongelulckigen vervolgens met het hoofd naar
beneden opgehangen te hebben, gingen de booswichten
in tegenwoordigheid hunner deerniswaardige slacht
offers ontbijten, waarbij zij hen uitlachten en bespotten.
Bij het aanbreken van den dag verlieten zij het huis.
Eerst des morgens te acht uren hoorden de buren zuch
ten en drongen zij het huis binnen, waar zij de slacht
offers nog levend aantroffen. Men vreest echter voor hun
behoud.
Een telegrafisch bericht meldt dat twee der daders,
waarvan een tot de familie van den lieer Buluda behoort,
gearresteerd zijn. De justitie is echter de ander enop het
spoor.
Een Duitsch kunstenaar wekt tegenwoord ig te
Parijs de algemeene belangstelling. Het is een violist
die zijn instrument met de voeten bespeelt, daar zijne
beide armen ontbreken. Dit jongmensch is de zoon van
een onderwijzer te Eilbeing, een dorpje bij Königsberg.
Toen men zijn aanleg voor de muziek bespeurde werd
hij op het conservatoire te Königsberg geplaatst, waar
hij in drie jaren tijd een der beste leerlingen werd. De
vlugheid van het been veroorlooft hem alle bewegingen
welke zijne kunst vereischt.
Een stoute diefstal, of liever straatroof, had Zater
dag avond te Parijs plaats. Een bediende van een juwe
lier uit het Palais-royal, een kistje juweelen dragende,
werd op den hoek eener straat door een jong meisje
staande gehouden die hem, na eenige woorden gewisseld
te hebben, om den hals vloog, hem teederlijk omhelsde
en aan haren boezem drukte. Een persoon die dat alles
bespied had, trad schielijk op den bediende toe en ont
futselde hem het kistje waarmede hij op de vlucht ging
na den bediende een zwaren slag op het hoofd toege
diend en zijne medeplichtige een red toegeroepen
te hebben. Hoe bedwelmd de bestolene ook was kon hij
toch nog alarm maken, waarop spoedig agenten van
politie op de been waren die den dief vervolgden.
Weldra werd men den dief gewaar, die met groote zelf
voldoening een prachtig halssnoer beschouwde. Na een
hevigen tegenstand, waarbij eenige kostbare paarlen
verloren gingen, gelukte het den agenten den dief en zijn
buit meester te worden. Ook zijne medeplichtigen vielen
der politie spoedig in handen. Het voorval heeft den
ongelukkigen bediende schier krankzinnig van wanhoop
gemaakt, want de hem ontroofde paarlen hadden een
waarde van niet minder dan vierhonderd duizend franken.
Thermom eterstainL
22 Feb. 's av. 11 u. 32 gr.
23 'smorg.7u.29gr.'smidd. 1 u. 36gr.'sav.6li.36gr.
Stat en-generaal
Daar bij eene wijziging der postwet bijna ieders be
lang in meerdere of mindere mate betrokken is, komt
het ons niet ongepast voor het reeds vroeger in hoofd
zaak vermelde ontwerp, thans bij de tweede kamer
ingediend, in zijn geheel mede te deelcn
Art. 1. Het port van een gefrankeerden brief, het
gewicht van vijftien grammen niet te boven gaande, die
onverschillig den afstand, van de eene plaats binnen het
rijk naar de andere met de post wordt verzonden, be
draagt 5 cent.
Art. 2. Gefrankeerde brieven en pakketten van meer
dan vijftien grammen, zijn volgens den daarbij aangedui-
den maatstaf, aan het na te melden port onderworpen
boven 15 tot en met 50 grammen, 10 cent.
50
100
15
100
n
150
20
150
200
25
200
300
30
300
400
n
35
400
500
40
500
750
n
45
750
1000
50
Art. 3. Ongefrankeerde brieven of pakketten worden
met het dubbel van het bij de twee vorige artikelen be
paalde port belast.
Art. 4. Pakketten aan het tarief der briefporten on
derworpen, die het gewicht van een kilogram te boven
gaan, of waarvan eene der afmetingen meer dan 45 cen
timeters bedraagt, worden niet ter verzending toege
laten.
Art. 5. Het ingebruikstellen van postzegels, verte
genwoordigende de porten of rechten, die door de post
administratie op brieven, drukwerken, monsters van
koopwaren en postwissels worden geheven, mitsgaders
van omslagen en formulieren, van dergelijke pegels
voorzien, wordt naarmate van de behoefte, door ons be
paald.
Wij regelen en bepalen tevens: a de wijze van uitgifte
der postzegels, der gezegelde omslagen en formulieren,
alsmede den voet waarop daarvan zal kunnen worden
gebruik gemaakt; 6 den prijs die, onverminderd de
waarde van het daarop geplaatste postzegel, wegens de
gezegelde omslagen cn formulieren, aan de belangheb
benden zal mogen worden in rekening gebrachten
c het buiten omloop stellen, wanneer daartoe termen
bestaan, van sommige soorten van postzegels, gezegelde
omslagen en formulieren.
De in art. 9 der wet van 12 Apr,il 1850 (Staatsblad
n«. 15), gewijzigd bij de wet van 5 Juli 1855 (Staatsblad
n°. 61) vermelde strafbepalingen, zijn van toepassing op
