O U R A IV T.
r 45.
Dinsdag
1870.
22 Februari.
iSuitmland.
Middelburg 21 Februari.
De post voor de haven van Harlingen, op dc spoorweg-
begrooting voor memorie uitgetrokken, is in de zitting
der tweede kamer van heden met 37 tegen 29 stemmen
afgestemd.
De begrooting is daarna met algemeene stemmen
aangenomen.
Morgen zal de nominatie voor de rekenkamer worden
opgemaakt.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van den
Nederlandschen leeuw mr. W. baron van Heeckeren van
Keil directeur van het kabinet des konings; P. J.Bachiene
lid van den raad van state; dr. G. J. Loncq CJz., hoog
leeraar in de geneeskunde aan de koogeschool te Utrecht;
dr. W. C. H. Staring, bewerker der geologische kaart van
Nederland, te Lochem N. T. Miehaülis, eerstaanwezen-
den ingenieur bij de staatsspoorwegen, te Rotterdam
A. J. van Prehn, eerstaanwezendeu ingenieur bij de
staatsspoorwegen, te Amsterdam; TV. F. Kronenberg,
directeur der Koninklijke tapijtfabriek te Deventer
W. A. Scholten, industrieel te Groningenjonkheer mr.
O. W. J. Berg van Middelburgh, Zr. Ms. minister-resident
te Konstantinopel; nv. A. Clant van der My 11, secretaris
generaal bij het departement van justitie; rar. A.dePinto,
lands advocaat en deken der orde van advocaten te
's-GravenhageA. L. van der Velpen, kanonik van het
bisdom van Roermond, deken en pastoor te Gulpen: de
kapiteins ter zee J. J. Wickers en F. L. Geerling, en de
kapitein-luitenant ter zee G. W. F. Moeth; D. Harting,
predikant bij de doopsgezinde gemeente te Enkhuize»
dc kolonel P. J. Ami'ot, komraandant van het 6e regiment
infanterie, de kolonel G. J. Booms, koramandant van het
algemeen depot van discipline, de kolonel L. J. Issels,
kommandant van het 31-' regiment infanterie, en de kolonel
G. H. J. Michelhoff, kommandant van het 2« regiment
huzaren; m<\ F. L. Anthing, laatst vice-president bij
het hooggerechtshof van Nederlandsch-IndiÖ, en jonk
heer mr. F. Junius van Hemert, te Batavia.
Alsnog benoemd tot ridder 4C klasse der Militaire
Willemsorde de majoor der artillerie bij liet leger in
Nederlandsch-Indië II. L. Kilian, voor zijn gedrag op
den 27e" November 1865, bij een tocht op de Boven-
Melawie (Westerafdeeling van Borneo) aan boord van
het gouvernements-stoomschip Boni; en ten vervolge op
liet koninklijk besluit van den 7™ April 1869, n°. 23,
houdende toekenning van eervolle belooningen ter zake
der krijgsverrichtingen in de Passumaklanden, onder
anderen in dc maanden Mei tot October 1866, terzelfder
zake de thans met verlof hier te lande aanwezige 1K luite
nant der infanterie van het leger in Nederlandsch-Indië
L. C. Krak.
Marine en leger.
De minister van oorlog heeft het wenschelijk ge
acht in die plaatsen, waar infanterie in garnizoen ligt,
aan jongelingen van den ouderdom van 18 tot 20 jaar
de gelegenheid te verschaften om bij de korpsen koste
loos onderwijs in den wapenhandel te outvaugen, hetzij
afzonderlijk of vereenigd met de overige manschappen,
waarvoor hun vanwege het korps de noodige wapenen
.en munitiën zullen worden verstrekt.
Deze maatregel is door den minister genomen, ten
einde zooveel doenlijk mede te werken tot het aanwak
keren van den zich al meer en meer voordoenden lust
bij de jongelingschap, om in den wapenhandel te worden
geoefend; en om hun, die later bij de militie of schut
terij dienstplichtig worden, het vooruitzicht te openen,
dat niet alleen de gunstige bepalingen nopens een kór-
teren oefeningstijd bij de militie op hen worden toege
past, maar ook dat zij, desverkiezende, spoedig als kor
poraals of onderofficieren bij het leger of bij de schut
terij zullen kunnen optreden.
Rechtzaken.
De arrond issements-rechtbank te Utrecht heeft
mr. J. G. van Lennep, president der centraal spoorweg
maatschappij, wegens het op 19 November jl. 21 minuten
te laat aankomen van een trein aan het station te Utrecht,
tot eene geldboete van f 100 of, bij niet-betaling, tot
drie dagen gevangenisstraf veroordeeld.
Gemengde berichten.
1111. KK. HU. prins en prinses Hendrik zijn Vrijdag
avond na een langdurige afwezigheid, ten gevolge van
hun reis naar Suez, in goeden welstand, laatstelijk ko
mende van Luxemburg, in de residentie teruggekeerd.
Vermits met de maand Mei te Leeuwarden het
contract met den pachter van de faecale stoffen, asch,
vuilnis enz. ten einde loopt en de raad ten vorigen jare
heeft besloten, de exploitatie van het ophalen van die
stoffen enz. rechtstreeks vanwege de gemeente te doen
geschieden, is in de zitting van Donderdag door den raad
besloten tot het aanstellen van een directeur der stads
reiniging op een bezoldiging van 700 's jaars en 3 pet.
van hetgeen de exploitatie jaarlijks boven f 10,000 bruto
zal opbrengen. Burgemeester en wethouders zijn verder
uitgenoodigd ten spoedigste over te gaan tot een op
roeping van sollicitanten en, in afwachting van de defi
nitieve infunctietreding van den directeur de noodige
maatregelen te treffen, opdat de dienst der stadsreiniging
en de exploitatie van het aschlaad met 1 Mei geen be
lemmering moge ondervinden.
De groothertog van Luxemburg heeft bevorderd
tot kommandeur der orde van de Eikenkroon, in>". C. H.
Gockinga, raadsheer bij den hoogen raad der Nederlan
den, en benoemd tot ridders dier orde A. J. W. van der
Schrieck, kapitein bij den gencra'len star, en dr. K. M.
Giltay, directeur en lector van het Bataafsch genootschap
te Rotterdam.
Als een nieuw staaltje van de bijzonder juiste geo
grafische kennis der Franschen, vooral der geleerden,
diene de volgende zinsnede der laatste afleveringen van
Cosmos, het orgaan voor de wetenschappelijke nieuws
berichten: „Un tilleul, qui est une euriosité, existe en
Autriche, dans File de Tholen, pres du village de Mar-
tensdyk."
Volgens te Parijs in omloop zijnde geruchten heeft
men bij de huiszoeking in de woning van den werkman
Mégy. te midden van zijne revolvers en politieke carri-
caturen, eene invitatie-kaart gevonden voor het laatste
bal op de tuileriën, hetwelk met het oog op de laatste
rustverstoringen was uitgesteld. Dit feit zou in de re-
geeringskringen groote sensatie hebben gemaakt en dc
noodzakelijkheid hebben doen inzien om voortaan voor
zichtiger met dergelijke invitatie-kaar ten om te gaan.
Tot dusverre werden aan de kommandeerende officieren,
hoofden van ambassades of legatiën enz. eenige kaarten
ter hand gesteld om te worden afgegeven naar goedvin
den. Men zou reeds dadelijk begonnen zijn om voor het
volgend bal nieuwe invitatie-kaarten uit te geven en
wat omzichtiger daarmede te wezen opdat men wete
waar die kaarten zonder bepaalde persoonsaanduiding
blijven.
Te Warschau zijn een aantal Poolsche catholieke
dames elk met een geldboete van 25 roebels gestraft,
omdat zij verzuimd hadden volgens Russische gewoonte,
gedurende het gebed voor den Czar van hare zitplaatsen
op te staan.
Eergisteren is te Parijs de groote jaarlijkscke laud-
bouw-tentoonstelling geopend.
Eene steengroeve nabij Parijs, waarin vijftien ar
beiders aan het werk waren, is eergisteren ingestort.
Elf zijn, echter niet zonder eenige kneuzingen, het ge
vaar kunnen ontkomen, doch van de vier onder het puin
bedolvenen werden twee slechts als lijkeu opgegraven.
Een van hen wa3 een Belg en Jacob Cornelissen ge
naamd.
Te Almelo is, wegens de aanhoudende droogte en
den hevigcn wind, door burgemeester en wethouders,
ter voorkoming van ongelukken, het rooken op straat
verboden
Tliermonieterstand.
19 Feb. 's av. 11 u. 34 gr.
20 's morg. 7 u. 27gr. 's tnidd. 1 u. 36 gr. 's av. 6 u. 36 gr.
'sav. 11 u. 37gr.
21 '8 morg. 7 u.34gr.'smidd. 1 u. 37gr.'sav. 6 u.33 gr.
Staten-generaal.
Blijkens het eindverslag der tweede kamer omtrent de
opnieuw ingediende staatsspoorwegbegrootingvoor 1870,
was de overgroote meerderheid der leden van gevoelen,
dat het op nieuw opnemen in die begrooting van een
post voor de verbetering der haven te Harlingen, al zij
deze voor memorie uitgetrokken, niet geschikt is, met
het oog op het votum der eerste kamer, om de zaak tot
een goed en regelmatig einde te. brengen. De minister
heeft toch een afzonderlijk ontwerp toegezegd om de
zaak dor haven te Harlingen te regelen; daarom verlangde
de meerderheid dat deze post zou vervallen en tevens
door den minister de verzekering gegeven worden dat
de verhooging van den post voor onvoorziene uitgaven
met f 100,000 niet op het in te dienen wetsontwerp be
treffende bedoelde haven verbetering zal praejudicieeren.
Men achtte het verlangen van de eerste kamer, clat die
zaak afzonderlijk zou voorgedragen worden, niet onbil
lijk en keurde het dus af dat de minister, door toch we
der een post op de spoorwegbegrooting daarvoor te
brengen, als het ware de eerste kamer wil dwingen op
haar besluit terug te komen.
Volgens het eindverslag over de agrarische wet was
de meerderheid der commissie van rapporteurs van oor
deel dat eeen nieuw onderzoek in de secticu vereischt
werd. De minderheid (twee leden) meende echter dat
de wijzigingen in de redactie van het eenig artikel van
zulk een gewichtigen aard waren dat een nader onder
zoek wel noodzakelijk was. De commissie van rappor
teurs bestaat uit de heeren Hasselman, van Sypesteijn,
Thorbecke, van de Putte en Mirandolle,
Blijkens het voorloopig verslag nopens het wetsont
werp fot intrekking en aanvulling van eenige artikelen
van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering betref
fende de termijnen waarbinnen voorzieningen tegen
vonnissen door partijen moeten ingesteld worden, waren
vele leden niet tegen gedeeltelijke herziening van dit
wetboek gekant, maar de groote meerderheid was van
oordeel dat er andere onderwerpen waren die, als een
afgerond geheel voorgedragen, de voorkeur hadden ver
diend om gewijzigd te worden. Ook achtte men dat de
thans voorgestelde wijzigingen betreffende dc termijnen,
dat onderwerp slechts ten deele regelen. De groote
meerderheid sprak dan ook een ongunstig oordeel over
dit wetsontwerp uit.
Algemeen overzicht.
Het Engelsck ministerie heeft dezer dagen blijk gege
ven van ook met de Engelsche traditiën op onderwijs
gebied te breken, en de heer Forster, die de betrekking
vervult welke met het ministerschap van het openbaar
onderwijs in andere Janden overeenkomt, heefteen wets
ontwerp ingediend, waarbij het onderwijs geheel en al
hervormd wordt. Tot dusverre was het ouderwijs geen
regeeringszaak in Engeland en eerst iu de laatste jaren
trad de staat tot zekere hoogte Ou middellijk op
onderwijs-gebieddoor subsidiën te verleenen onder
bijzondere voorwaarden aan sommige scholen. Als ge
volg van dezen staat van zaken hadden de Engelsche
scho'en bijna allen een half kerkelijk karakter. Het
nieuwe wetsontwerp bepaalt dat geen scholier, om op
eenige school te worden toegelaten, gedwongen zal
kunnen worden ora eenige Zondagschool, eenige kerk
te bezoeken of eenige geloofsbelijdenis te loeren, in
dien zijne ouders wegens godsdienstige redenen daar
tegen bezwaar hebben, en dit bezwaar schriftelijk aan
den directeur der school zullen hebben medegedeeld.
Deze bepaling geldt echter alleen voor het vervolg; de