MIDDELBÜRGSCHE
COURANT.
N°" 33.
Dinsdag
1870.
8 Februari.
OhmmlmiLi
Burgemeester en wethoudörs van Sas van Gent
(provincie Zeeland),
Brengen ter kennis, dat de betrekking van Hoofd
onderwijzer aan de Gemeenteschool, waaraan eene
jaarwedde van 760, vrije woning en tuin verbonden,
met 1° April a. zal openvallen.
Sollicitanten, die tevens akten voor de Fransclie taal
bezitten, gelieven hunne bewijzen in te zenden vóór
den 25cn Februari 1870.
Sas van Gent, 3 Febrnari 1870.
(Get.) N. KERCKHAERT, Burgem.
(Get.) A. STUBBÉ, Secretaris.
Middelburg 7 Februari.
De tweede kamer der stateu generaal is thans bijeen
geroepen tegen Dinsdag 15 dezer, des namiddags te
drie uren.
Op grond van het vrij algemeen verschijnsel van het
afnemen der duinen, hetwelk ook op Walcheren wordt
waargenomen, komt ons de volgende beschouwing, in het
Brugsche blad la Pat'rie opgenomen, niet onbelangrijk
voor.
„De toestand onzer kust wordt ieder jaar ongunstiger.
De zee heeft op verscheidene plaatsen 30 tot 40 meters ge
wonnen, op verscheidene punten ducht men doorbraken.
Te Knoeke zijn de duinen in eenige jaren 180 meters af
genomen, en gedurende den laatsten winter heeft de zee
over een groote uitgestrektheid 5 meters aan de duinen
ontnomen. Te Mariakerke, te Midilelkerke, te Wilskerke
zijn de duinen zoo smal geworden dat een overstrooming
dreigt.
„Door die ernstige quaestie wordt de petitie van den
15en December 1869 gemotiveerd, waarbij de heeren Otto
de Nieulandt, Breydel de Broek en andere leden van het
landbouw-comité in het arrondissement Brugge de aan
dacht der kamer inroepen voor de noodzakelijkheid om
een stelsel van voldoende verdediging tegen de invallen
der zee aan te nemen.
„Die toestand, zooals de heeren de Vrière, de Clercq
en van Iseghem hem in de zitting van 28 Januari bloot
gelegd hebben, ia te wijten aan het nieuwe stelsel dat
door de administratie der bruggen en wegen in gebruik
gebracht is, en dat bestaat in liet verkorten der zeebre
kers en paalhoofden, in plaats van ze te verlengen, en
bovendien door ze op vele plaatsen te vervangen door
metselwerk dat slechts een onvoldoende tegenweer aan
biedt.
„Het gevoelen van den heer de Vrière omtrent dit
punt is het volgende
„„Eertijds, zeide de geachte afgevaardigde, werden de
werken aan de Belgische kust geroemd als voorbeelden
voor buitenlandsche ingenieurs. Zij maakten de bewon
dering gaande der Fransche en tot zekere hoogte zelts
der Nederlandsche ingenieurs.Wij hadden, mijne heeren,
ingenieurs die aan onze kusten opgekweekt waren het
waren practici die van hunne kindsheid de uitwerkselen
van de verwoestingen der zee gevolgd, en, op de plaats
zelve, geleerd hadden die verwoestingen te bestrijden.
Die ingenieurs zijn niet meer. de dood heeft hen wegge
rukt en uit onze scholen zijn jongere, wellicht geleer
dere ingenieurs opgetreden, ik betwist geenszins
hunne bekwaamheid; maar die ingenieurs hebben,in
strijd met een eeuwenoude ondervinding, een stelsel
van zeewering willen invoeren dat op verschillende
principes rust.
„„Die ingenieurs of de onder hunne bevelen staande
beambten hebben de rijshoofden ingekort waar de oude
ingenieurs ze zooveel mogelijk verlengd hebben. Het
systeem van dezen bestond daarin, dat zij den vijand zoo
ver mogelijk aantastten, dat tij beletten dat hij den voet
der kusten ondermijnde, en tot dien einde verzuimde men
geen enkele poging; gedurende de ebben werkten men
om de zee in haar eigen gebied aan te tasten.
„„Indien men, door het onvoldoende van het rijsbeslag
het zand dat het strand vormt, laat wegslaan, zullen de
stevigste en de hoogste stecnen dammen niet heipén
de zee zal voortgaan met ondermijnen, en een werk.
al was het er een van cyclopen, zal als een kaartenhuisje
instorten.
„„Men moet dus het oude systeem, bestaande in het
zoover mogelyk vooruitbrengen van zeebrekers, op nieuw
opvatten".
„Hiermede stemt ook overeen het gevoelen van adres
santen, van de leden der landbonwcommissiën. en der
wateringen, welke samengesteld zijn uit mannen die het
algemeen belang béoogen en met dat soort van werk
befcenfl zijn, die sedert hun jeugd de worsteling van
^ThmnrTensch tegen de kracht der stormen hebben gade-
■geslagerr en die zich met grond ongerust maken over
de^faren die met eiken dag dreigender worden."
Deze betogen beantwoordt de heer Jamar volgens la
Patrie slechts met te wijzen op de fraaie dijken die men
te Ostende, te Blankenberg en te ïïeyst gemaakt heeft,
en die in vijf jaren tijds ongeveer 560,000 franken ge
kost hebben. De ministers moesten zich, volgens ge
noemd blad, daarop niet beroemen, terwijl voor nuttige
werken de schatkist veelal gesloten blijft.
Uit Breda schrijft men ons
„Het incident betreffende de door eenige baldadige
knapen weggenomen patronen, waarvan ik u vroeger
schreef, nadert zijn ontknooping. Uit 's-Hage is alhier de
last ontvangen om de zaak te laten rusten, mits de respec
tieve ouders en voogden te zamen de schade vergoeden.
Daar die schade niet zeer aanzienlijk is, zullen allen zich
wel haasten hun aandeel te storten, en een einde maken
dankbaar dat zij er op die wijze afkomen aan de span
ning waarin zij zoovele dagen hebben verkeerd."
Uit Amsterdam wordt van 5 Februari aan het Vader
land geschreven. „De kléine maar dappere phalanx der
anti-schoolwetmannen, of van de anti-revolutionairen, of
hoe zij dan ook betiteld mogen worden, die bij elke ver
kiezing verklaarde voorstanders van de bijzondere
scholen wenschen afgevaardigd te zien, hebben voor de
tweede kamer candidaat gesteld den heer mr. J. J. Teding
van Berkhout, en voor den gemeenteraad mr. C. F. GuL
cher. Deze heeren kunnen dus rekenen op p. ra. 100 a
300 steramen. De vereeuiging Recht voor allen vereenigt
zich met de Kiesvereeniging Arasterdam en stelt de
heeren Van Reenen en Bake. De candidaten van de
Grondwet en Burgerplicht staan dus op zuiver terrein
en, wat men zeggen moge van de onpartijdigheid der
Kiesvereeniging Amsterdam, in vereeniging met Recht
voor allen, blijft zij met haar candidaat staan, tegenover
de partij die vooruitgang en vrijzinnigheid in haar
vaandel schrijft. De lieer Van Reenen zou in elk geval,
indien hij de schoolwetman van vroeger is gebleven, een
hulp a's die der vereeniging Recht voor allen moeten
afwijzen."
De Staats-courant van Zondag en Maandag 6 en 7
dezer bevat de wet van den 17c" Januari 1870, houdende
vaststelling van hoofdstuk V der staatsbegrooting voor
het dienstjaar 1870.
Benoemingen en besluiten.
rechterlijke macht. Benoemd tot rechter inde arron-
dissements-rechtbank te Zierikzee mr. J. W. A. Schnei
ders van Greyffenswertli, thans kantonrechter te Hulst.
eereteekenen. Vergunning verleend aan J. F. C.
Prince, le luitenant bij de dienstdoende schutterij te
Gouda, tot het aannemen van de medaille voor het bij
wonen der Abyssinische expeditie, hem door H. M. de
koningin van Groot-Br'ittannië en Ierland geschonken.
hooger onderwijs. Benoemd tot rector-magnificus aan
de hoogcschool te Leiden voor het academiejaar 1870/71
de hoogleeraar mr. J. E. Goudsmit.
consulaten. Erkend de Pina de St. Didier als consul
van Frankrijk te Rotterdam, en zulks op den voet van
vreemd onderdaan.
belastingen. Opgeheven het ontvangkantoor der di
recte belastingen en accijnsen, gevestigd te Hoogland,
.'bevattende de gemeenten Hoogland, Bunschoten, Leus-
den en Stoutenburg; en de gemeenten Hoogland, Leus-
clen en Stoutenburg gevoegd bij het ontvangkantoor der
directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen
te Amersfoort,-onder voortdurend beheer vandentegen-
woordigen titularis, J. P. Schluiter; en de gemeente
Bunschoten gevoegd bij het ontvangkantoor der directe
belastingen -en accijnsen te Baarn c. a., onder voortdu
rend beheer van den tegenvvoordigen titularis A. J. L.
Kooy.
Kerknieuws.
De heer P. Hnët, beroepen predikant te Veenendaal,
is na gehouden colloquium doctum door het provinciaal
kerkbestuur van Utrecht toegelaten tot den predikdienst
in de Nederduitsche hervormde kerk.
Marine en leger.
De officier van gezondheid 2e klasse A. Peters, ge
detacheerd bij het hospitaal der marine te Willemsoord,
wordt met den 10en dezer op nonactiviteit gesteld, en de
officier van gezondheid 21' klasse L. F. Praegcr met den
llen daaraanvolgende geplaatst op Z'\ Ms. drijvende bat
terij Neptunus.
Koloniën.
De per mail uit Oost-Indië aangebrachte berichten
loopen tot 28 December.
Volgens het Nieuw Bataviaasch handelsblad heeft de
uitspraak in de zaak der schuldigen aan de ongeregeld
heden, den 31-'» April 1869 te Bekassi voorgevallen, thans
plaats gehad. 29 personen zijn ter dood en 19 tot 15 jaar
dwangarbeid veroordeeld, terwijl éen persoon is vrijge
sproken. Aan de mededeeling dezer uitspraak wordt
door het Nieuw Bataviaasch handelsblad eene beschou
wing vastgeknoopt over den toestand der rechtspleging.
Zoo zouden eenigen der beklaagden alles hebben ont
kend op grond dat zij door onwettige middelen tot hun
aanvankelijke bekentenis waren gedwongen. Enkelen
der beschuldigden zouden met handen en voeten aan
een paal zijn gebonden, en weder anderen gedurende
geruimen tijd in het blok gesloten zijn. Er is een onder
zoek ingesteld tegen den adsistent-resident van Meester
Cornells en den Schout van Bekassi, die elkander be
schuldigden van ongeoorloofde handelingen. Eindelijk
waren vele klachten ingekomen tegen de politiebe
ambten, o. a. dat zij geschenken aangenomen en daarvoor
den straftijd van enkele veroordeelden eigendunkelijk
verminderd hadden.
Een mededeeling in de Soerabayasche courant houdt
in, dat de minister van koloniën zou hebben toegestaan
het departement van oorlog volgens de voorstellen van
den generaal Kroesen te organiseeren. De oudste gene-
raal-majoor zal aan dat departement worden geplaatst-,
terwijl een kolonel zal optreden als kommandant der lc
militaire afdeeling, voor welke betrekking de kolonel
Van Daalen wordt genoemd.
De overste De Neve, die eerstdaags tot kolonel zal
worden bevorderd, is van Sumatra's Westkust opontbo
den, teneinde voorloopig het komraaudo der 2e militaire
afdeeling over te nemen en later op te treden als kom-
maudant der drie bataljons te Willem I. In verband
hiermede beweert men, dat de overste De Roij van Zuij-
dewijn zal worden benoemd tot- kommandant der Padang-
sche Bovenlanden, en door der. overste Hombracht als
militair kommandant te Soerabaya zal worden opgevolgd.
Aan de Locomotief wordt uit eene resident-ie-af-
deeling in het buurtschap van Samaraug, ten bewijze
dat de misdrijven toenemeu, het- volgende staatje gezon
den: Voor den landraad werden afgedaan in 1866 88
crimineele zaken, 14 overtredingen; 1867 82 crimineele
zaken, 16 overtredingen; 1868 114 crimineele zaken, 27
overtredingen; 1869 124 crimineele zaken. 21 overtre
dingen. Onder de 124 crimineele zaken van 1869 waren
ongeveer 100 gevallen van moord voor die eene assistent-
residentie!