MIDDELBURGSCHE COURANT. N°' 20. Maandag 1870. 24 Januari. MiddèHiyrg 22 Jauuaii. Voor eenigen tijd werd een aantal personen, met name sommigen in het kanton Hulst woonachtig, wegens over treding der reglementen omtrent de vissckerij op de Schelde en Zeeuwsche stroomen, tot gevangenisstraf en geldboete veroordeeld. Zij wendden zich met verzoek om gratie tot den koning en verkregen gedeeltelijke kwijt schelding van straf. Korten tijd geleden werd echter toch het vonnis ten uitvoer gelegd, zonder op de verleende gratie te letten,_en het gevolg was dat de gevangenhou ding reeds langer had geduurd dan ten aanzien van som migen mocht geschieden, toen een toevallige omstandig heid de invrijheidstelling bewerkte. Nu ons dit feitter oore komt, mogen wij het niet met stilzwijgen voorbij ga an; de vermelding toch kan wellicht van nut zijn voor het vervolg. Een strikte toepassing van gewijsden is irn- meis altijd dringend noodig.. maar zeker niet het minst ten opzichte van personen die door hunne geringere maatschappelijke positie minder dan anderen in staat zijn hunne rechten te doen gelden. Uit den Haag schrijft men ons: „Ofschoon ik er gaarne in berust dat mijn schrijven soms slechts in uittreksel wordt medegedeeld, mag ik immers wel reclameeren als mij dientengevolge een „onjuistheid" in de pen werd gelegd? In mijn vorigen brief wijdde ik een paar regels aan het 2e con cert Diligentia, die onder het snoeimes zijn bezweken; maar dientengevolge heeft het nu den schijn, alsof ik den violoncellist Jules Deswert op een van onze quartet- soirees heb laten optreden. Waarheid is dat de talent volle kunstenaar zijne lauweren plukte in Diligentia, en ik kan er nu bijvoegen dat zij talrijker waren dan' die eergisteren avond in denzelfden kring den Russischen violist Besikirski ten deel vielen, wiens spel wel zeer kunstig, maar niet breed of aangrijpend werd geroemd. Mejuf vrouw Weyringer, de zangeres, was als altoos hoogst verdienstelijk, maar de solisten werden toch ditmaal in de schaduw gesteld door een inderdaad onberispelijke uitvoering van Mendelssohn's 3C symphonie (in A duij, welke het orchest en zijn aanvoerder Verhulst een zeld zaam levendig applaus bezorgde. „Van Gounod's opera Myreille, waarmede onze opera bezoekers kennis hebben gemaakt, hoor ik veel goeds.... van degelijke muziekkenners namelijk. Het groofe publiek schijnt zij koud te laten. Eindelijk om u althans nog een nieuwtje te vertellen op het gebied der kunst, waarop ik onwillekeurig mijne correspondentie begon kan ik unogmededeeleudat het bestuur van het schilderkundig genootschap Pulchri studio voornemens is in den loop van den zomer eene tentoonstelling te houden van enkel werk der leden van het genootschap. De kunstenaars zullen hun belang zelf het best kennen, maar bij mij is de vraag opgerezen: waartoe dit binnensmokkelen eener extra-expositie, sinds de driejaarlijksche tentoonstelling (terwijl zij in deAwee tusschenliggende jaren te Amster dam en te Rotterdam werd gehouden) in het belang der kunst, zoowel als der kunstenaars werd geacht? „Op 't gebied der politiek is de stemming „flauw", om in marktbericht-stijl te spreken. Het gerucht, ook aan u medegedeeld dat de tweede kamer, tengevolge van de verwerping der spoorwegbegrooting door de eer ste kamer, nog voor 15 Februari, den termijn van het re ces, zou wordend)ijeengeroepen, heeft zich niet bevestigd. Ik meen u te kunnen verzekeren dat ook het tegendeel, waarvan sommige bladen ons nu weer de tij ding'brengen, evenmin op goede gronden wordt beweerd. Het punt in quaestip is nog onbeslist, en zal afhangen van de ziens wijze der rekenkamer, aan welke door de regeering eene sch kking is voorgesteld, die den geregelden gang van zaken zou verzekeren, ook wanneer, tengevolge van liet votum der eerste kamer, de nieuwe begrooting voor de staatsspoorwegen eerst na 15 Februari door de wetge vende macht werd goedgekeurd. „loen ik zoo even het woord „flauw" neêrschre'ef, dacht ik vooral ook aan den indruk, dien de begrootings discussie in de eerste kamer heeft gemaakt. Hetzij dan dat den ministers, door het tijdsverloop tusschen de behandeling in de eene en de andere kamer, ccne soort van apathie was overvallen, die hen out of tune maakte, hetzij bij hen vooral de zucht wocg om maar zoo spoedig mogelijk in den normalen toestand van ministers na nieuwjaar te komen, zij waren, wat men placht te noemenmak, erg inschikkelijk, erg optimistisch, en tegenover de nog al talrijke fractie der eerste kamer, die nu eenmaal den naam van - JB af wachters" hebben gekregen, scheen het wel alsof de meesten ook wel lust hadden om af to wachten hoe krachtig wel de wind zou zijn,, die hen de breede wateren van het consequente libe ralisme zou opdrijven. Zelfs geloot ikdat een krachtiger houding van den heer Fuck,de anders ook nog al makke kamer had kunnen terughouden van haar afkeurend votum over de begrooting der staatsspoorwegeneen votum, dat, terwijl bet om een quaestie van vorm, de uitvoering van een zoo nuttig werk als de verbetering vau Harlingen's haven vertraagt, ook niet getuigt van een juist begrip der kamer omtrent hare grondwettige roeping, of volgens sommigen, zelfs omtrent hare grond wettige bevoegdheid. „Overigens weinig of geen Haagsch nieuws. Een door den heer mr. M. Eyssell aan de llaagsche dagbladen in gezonden stuk, om op te wekken tot onderteekening eener petitie aan den koning, waarin de slooping der Gevangenpoort wordt gevraagd, heeft het merkwaardig verschijnsel aan liet licht gebracht, dat, hoe gaarne men ook dat verzoek in verband had gebracht met de van conservatieve zijde aan de liberalen verwéten sloopings- zucht in 'talgemeen, zoowel in het eene als in het andere kamp voor- en tegenstanders van dit denkbeeld worden gevonden. Wat mij betreft, èiï%U karakteristiek over blijfsel uit oude tijden, èn als getuigen der noodlottige gevolgen vau onvoorzichtig of kunstmatig opgewekten partijhaat, zou ik de poort willen behouden. Als de pas sage daar verbeterd moet worden, zou ik liever het modern architectonisch wanproduct, waarin de Oranje sociëteit is gevestigd, ouder den voet zien gehaald, als dat helpen kon. „Het schoolverbond maakt hier nog niet veel opgang. De afdeeling telt, meen ik, nog geen honderd leden. Zeer weinig in vergelijking met andere, veel kleiner gemeen ten. Zou het hart der residentie flauwer kloppen voor een zoo overwegend volksbelang dan dat van die klei nere gemeenten? Ik hoop dat de toekomst die vraag overbodig zal maken." Benocnmigeu en besluiten. senkrL'scuuttkuskoupsissBenoemd tot Rn luitenant bij bet korps Koninklijke scherpschutters der Veluwe prins Alexander. spoorwegen. Eervol ontslag verleend aan den presi dent van toezicht op de spoorwegdiensten C. P. van Meurs, en benoemd tot die betrekking J. G. W. Fijnje. leger. Op verzoek eervol ontslag uit den militairen dienst verleend aan den officier van gezondheid 2c klasse M. W. C. Gori van het R regiment vesting artillerie. Kerknieuws. Bij de Nederduitsche hervormde gemeente te Zoute- lande is tot predikant beroepen de heerN. A Zeeraans jr., candidaat bij het provinciaal kerkbestuur van Overijsel. Bij de Nederduitsche hervormde gemeente te Oud- Vossemecr is tot predikant beroepen de heer L. van Man nen, predikant te Blitterswijk. Marine en leger. De officier van gezondheid R klasse J. J. W. de Ia Cour, laatst behoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en van daar den I5cn dezer in Nederland teruggekeerd, wordt met dat tijdstip op nonactiviteit gesteld. Koloniën. De gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië heeft de volgende beschikkingen genomen. (Javasche courant van 3 December.) civiel departement, ontslagen: uit 'slands dienst, de letterzetter bij de landsdrukkerij te Batavia B. de Groot ingetrokken: de benoeming van mr. Th. A. Ruys tot advocaat en procureur bij den raad van justitie te Soerabaija; benoemd: tot advocaat en procureur bij het hooggerechtshof van Nederlandsch-Indië mr. Tb. A. Ruys; tot advocaat en procureur bij den raad van justitie te Samarang mr. F. W, A. Pietcrmaat; tot griffier bij den omgaanden rechter in de eerste afdeeling, de griffier bij den raad van justitie te Macasser mr. G. A. Stam; tot griffier bij den omgaanden rechter in de tweede afdeeling, de eerste commies ter algemeene secretarie mr. F. Oos- ter; tot eersten substituut-griffier bij den raad van justi tie te Batavia, de tweede substituut-griffier bij het hoog gerechtshof van Nederlandsch Indie mr. C. Vinju; tot tweeden, substituut-griffier bij den raad van justitie te Batavia, de derde substituut-griffier bij dien raad mr. W. A. Brill; tot tweeden substituut-griffier bij het hooggerechtshof van Nederlandsch-Indië, de eerste com mies bij het op te richten departement van justitie mr. J. D. Peereboom Voller; tot griffier bij den omgaan den rechter in de 3U afdeeling, de fungcerend secretaris bij de rechtbank van burgerlijke en lijfstraffelijke zaken tePalembangmr. C. P. K. Winckeltot fungcerend secre taris bij de rechtbank van burgerlijke en lijfstraffelijke zaken te PaJembang en auditeur-militair aldaar, de grif fier bij den raad van justitie te Amboina m1'. A. Stibbe Lzn.; tot landmeter bij de statistieke opname van Java, de gouvernements gezworen landmeter te IJjoUjokarta II. A. F. Freydancktot teekenaar bij het bureau van het mijnwezen te Buitenzorg, de klerk bij het departe ment van onderwijs, eeredienst en nijverheid S. F. A. van Ilierden; bij de in- en uitgaande rechten, tot hoofd commies bij den ontvanger te Batavia, de commies-con troleur aldaar A. H. Beijer; tot commies-controleur te Batavia, de commies-controleur te Pasoeroean H. van Rijgersma; tot commies-controleur te Pasoeroean, deont- vauger tevens havenmeester te Benkoelen F. G. F. von Schukkmann; gesteld: ter beschikking van den directeur van financiën, de ambtenaar voor den burgerlijken dienstin Nederlandsch-Indië C. J. E. Leyds; o n t s 1 a g e nbij den residentie-raad te Riouw, eervol wegens vertrek, als lid, F. A. A. J. Valkenhof!, onder dankbetuiging voor de door hem als zoodanig bewezen diensten; benoemd: tot lid, J. J. G. Henaequin, kapitein der infanterie militair departement, ontslag en: op verzoek, eervol, uit 'slands dienst, met behoud van recht op pen sioen, de gewezen spijsverzorger bij het groot militair hospitaal te Amboina J. Henslaar ontslagen: bij het wapen der artillerie, op verzoek, eervol, uit Zr. Ms. militairen dienst, wegens volbrachten diensttijd, met behoud van recht op peusioen, de luite nant-kolonel P. Schellenbach overgeplaatst: als commandant der artillerie iu de 2c militaire afdeeling op Java, de luitenant-kolonel J. H. Betz, thans commandant der artillerie in de 3C militaire afdeeling op Java; bevorderd: tot luitenant-kolonel, de majoor C. H. A. Raedt van Oldenbarneveld, als chef van het materieel bij het hoofdbureau; tot luitenaut-kolonel bij het mate rieel, de majoor H. G. Boumeester; tot majoor bij het materieel, de kapitein H. L. Kilian, als kommandant der artillerie in de 3C militaire afdeeling op Java; tot kapitein bij het personeel, de R luitenant J. G. F. baron van Heerdt van het personeel, tot R» luitenant bij het personeel, de 2e luitenant M. J, A. L. Riesz, van het per soneel overgeplaatst: bij den militairen geneeskundigen dienst, bij het garnizoen te Boijolali, de officier van ge zondheid 2C klasse J. J. Postina, van het groot militair hospitaal te Samarangbij den geneeskundigen dienstder Wester-afdeeling van Borneo, de officier van gezondheid 2c klasse W. F. Berghuis van Woortinau, van het garni- 'j zoen te Boijolalibij den geneeskundigen dienst van Gele-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1870 | | pagina 1