MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r 255.
Vrijdag
24 December.
1869.
"Wegens het KERSTFEEST zal
Zaterdag geen nommer der cou
rant- worden uitgegeven,
^KnncnlaniX
Middelburg 23 December.
Benoemingen en besluiten.
Kerknieuws.
Onderwijs.
«k
SMEDERIJEN.
De Burgemeester en Wethouders van 1'lissingen
maken bekend
Gezien liet adres van M a r 11 n u s E d u a r d K a ra e r-
mans, houdende verzoek om vergunning tot het in
richten van het pand wijk L, no. 25, tot smederij
Geiet op zijner majesteits besluit van den 31™ Januari
1824 (Staatsblad n». 19)
maken bekend:
dat de bij genoemd koninklijk besluit voorgesehrevene
informatie de contniodo et ineommodo zal plaats hebben op
Vrijdag den 24™ December 1869, des namiddags te 2 uren,
ten raadhuize dezer gemeente:
en roepen bij dezen op, om daarbij tegenwoordig te
zijn, teneinde in hun belang te worden gehoord, alle
eigenaars ol'gebruikers van de hierboven bedoelde ot
daaraan grenzende gebouwen of erven, en in het alge
meen ieder, die vermeenen mocht, tegen de gevraagde
vergunning eenig bezwaar te moeten inbrengen.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort, den 20™ December 1869.
NDe Secretaris, De Burgemeester,
P. FOKBES YVELS. WINKELMAN.
De leden van de eerste kamer der staten generaal zijn
ter vergadering bijeengeroepen tegen a. Maandag, des
avonds te half acht uur.
De tweede kamer beeft heden hoofdstuk X der staats-
be^rooting (onvoorziene uitgaven) met eenparige stem
men aangenomen. Daarna zijn de algeineene beschouwin
gen over hoofdstuk IX (koloniën) gevoerd en in deze
zitting nog geëindigd; de minister heeft daarbij de sprekers
breedvoerig gerepliceerd. In eer.e heden te houden
avondzitting zal de begrooting verder afgedaan worden.
De Staats-courant van gisteren bevat de wetten van
den 7™ dezer, houdende vaststelling der begrooting van
Nederlandsch-Indië voor het dienstjaar 1870 (hoofdst. 1
uitgaven in Nederland en II uitgaven in Nederlandsch-
Indië) en aanwijzing van de middelen en inkomsten ter
goedmaking van de uitgaven begrepen in bovengenoemde
begrooting (hoofdst. I, middelen en inkomsten in Neder
land)
In de Staats-conrant van heden zijn opgenomen de
wetten van den 3™ dezer, houdende bekrachtiging van
provinciale belastingen in Noord-Brabant, Gelderland en
Zuid-Holland, alsmede die tot aanvulling en verhooging
der begrooting van het fonds, voortspruitende uit de
koopprijzen van domeinen voor het dienstjaar 1869.
Het te 's-Gravenhage gevestigde comité tot bevorde"
ring eener directe stoomvaart tusschen Nederland en de
Vereenigde staten van Noord-Amerika beveelt, in een
schrijven hetwelk in het Handelsblad en Het Vaderland
is opgenomen, de deelneming in deze zaak met den
meesten aandrang bij zijne „stad- en landgenooten" aan.
Nagedaclitenwisseling met de in Juli jl. te Rotterdam
saamgekoraen commissie, die een plan heeft ontworpen,
en evenzeer met de Koninklijke Nederlandsche stoom -
bootmaatschappij te Amsterdam, die mede plannen be
raamd heeft, geeft het Haagsche comité als zijne over
tuiging te kennen, dat wat omtrent de voorgenomen
Amsterdamsche en Rotterdamsche ondernemingen is
gedaan, de kenmerken draagt van nauwgezet, volledig en
grondig onderzoek; dat beide reeds in het bezit zijn van
uitgebreide en welgevestigde handelsbetrekkingendat,
terwijl Rotterdam als uitgangspunt van het eene plan
de eigenaardige voordeden aanbiedt die eene groote
handelstad met alle hare daar bestaande inrichtingen
oplevert, Vlissingen, van waar de stoombootmaatschappij
hare vaart wil doen uitgaan, eene groote toekomst tege
moet gaat, wanneer de spoorweg- en havenwerken zullen
voltooid zijn; dat aan het hoofd van beide ondernemin
gen zich mannen bevinden der zake kundig en die op bil
lijk vertrouwen aanspraak mogen makenin éen woord,
dat-^lkjier plannen eigenaardige voordeelen aanbiedt.
Beide' plannen bezitten, volgens het comité, levens
vatbaarheid en beloven aan hen die ze met hunne kapi
talen willen ondersteunen niet-onbevredigende geldelijke
resultaten, terwijl het eene plan hef andere niet behoeft
uit te sluiten, maar beide, naar de erkentenis der ont
werpers zei ven, kunnen samengaan.
In een brief uit Amsterdam aan lietUtrechtsch dagblad
komt het volgende voor:
„Over de vaart op Amerika en de leening der Konink
lijke Nederlandsche stoombootmaatschappij hoort men
hier weinig meer spreken, tenzij door misnoegden. Deze
zijn de inschrijvers die niet de voorwaarde bedongen dat
de leening moest zijn volgeteekend, en de transatlanti
sche vaart door Ue maatschappij moest worden onder
nomen om bun inschrijven van kracht te doen zijn. De
niet-voorwaardelijk ingeschreven twee en een half mil-
lioen gulden zullen nu gebruikt .worden 1». om een
schuld, van f 495,0;:0, rendecrende 5 pet., te delgen, (ter
wijl de leening ad 90 pet. is uitgegeven, dus rendeerende
5 j pet.) en 2". om het materieel der maatschappij van de
thans bestaande lijnen te verbeteren .Wat de misnoegden
ook mogen pruttelen, ik geloot niet met het prospec
tus der leening voor mij dat zij zich niet van de Stor
ting zullen kunnen excuseereu, zoo de maatschappij dit,
desnoods in rechten, eischt. In afwachting nu dat de
nog te plaatsen anderhalf millioen gulden van obligatiën
(voor éen millioen is voorwaardelijk ingeschreven en
dut wordt aangenomen) zijn genomen, zal de Konink
lijke Nederlandsche stoombootmaatschappij haar tegen
woordige vaart, o. a. in de Middellandsche- en Oostzee,
uitbreiden.
„Hoewel !t nu waar moge zijn dat gelijk ook de heer
van Oosterwijk Bruyn in ziju veelgelezen „Beknopt
overzicht van de geschiedenis der Amsterdamsche fond-
seninarkt in 1869" zegt ook niemand van de Amster
damsche beurs heeft gedacht dat de leeniug van 5 mil
lioen gulden zou worden volgeteekend in een tijd waarin
men 6 pet. gaf voor gelden op prolongatie, zoo moet men
aau don anderen kant niet vergeten dat de maatschappij,
evenals bijna ieder andere onderneming die zoo goed ais
een monopolie is en autocratisch handelt, alles behalve
gezien is bij den handel, door de willekeurige wijze
waarmede zij met de goederen omspringt; en 't is mij
bekend dat velen die iedere andere transatlantische
vaart met warmte zouden hebben ondersteund, der
Kouinklijke Nederlandsche stoombootmaatschappij alle
medewerking ontzeggen. Zoo heeft o. a. de maatschappij
de gewoonte ooi de goederen tijdens de vaart op de
schepen te verpakken. Nu is dit misschien noodig, daar
de schepen soms 5 a 6 havens moeten aandoen, maar
voor de handelaars kan dit zeer verdrietig worden,
omdat de goederen door die verpakking lijden of be
schadigd worden en er geen schadevergoeding te krijgen
of te reelameeren is."
Naar het Vaderland verneemt heeft de heer E. H. Kol,
van Utrecht, zich onttrokken aan het comité ter bevor
dering van de stoomvaart op Amerika en zouden ook
andere leden, die zich evenmin met de handelwijze en
opinie van den heer M. II. Jansen kunnen vereenigen,
het voorbeeld van den heer Kol volgen.
ridderorden. Vergunning verleend aan L. Heukens-
feldt Slaghek,consul-generaal der Nederlanden te Livorno,
tot het aannemen en dragen der versierselen van kotn-
mandeur der Christus-orde, hem door Z. M. den koning
van Portugal geschonken.
rechterlijke macht. Benoemd tot substituut-griffier
bij de arrondissemënts-rechthank te Zutfen, m'. F. J. M.
Jespers, thans griffier bij liet kantongerecht te Zierikzee,
en tot laatstgenoemde betrekking m'. J. A. Bolle, advo
caat.
hooger onderwijs. Eervol ontslagen, wegens voort
durende ongesteldheid, de hoogleeraar in de wis- en
natuurkunde bij het koninklijk instituut voor de marine
te Willemsoord J. M. Brute! de la Rivière, onder toe
kenning van zoodanig wachtgeldals waarop hij bevonden
zal worden aanspraak te hebbenen als zoodanig be
noemd d<". G. A. Oskamp, thans tijdelijk met de waar
neming dier betrekking belast.
belastingen. Benoemd tot ontvanger dér directe be
lastingen en accijnsen tc Ternaard c. a., J. II. Wijbrands,
thans ontvanger derzelfde middelen te Warga c. a.te
Warga e. a., A. J. Vening, thans ontvanger derzelfde
middelen te Dronrijp; te Dronrijp, C. L. Klein, thans
surnumerair der directe belastingen, iu- en uitgaande
rechten en accijnsen ter inspectie Zutfente Rave-
stein c. a.} A. G J. Hamming, thans ontvanger derzelfde
mid leien te Zundert c. a.te Zundert c. a., P. A. Broers,
thans ontvanger derzelde middelen te Erp c. a.; te Erp
c. e., II. J. J. A. Lulofs, thans surnumerair der-directe
belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen ter
inspectie Rotterdam; te Werkhoven c. a.. M. C. Merens,
thans surnumerair der, directe belastingen, in-en Uit
gaande rechten en accijnsen ter inspectie Amsterdam.
De kerkeraad der Evangelisch-luthersche gemeente
alhier heeft heden avond uit het vroeger medegedeelde
drietal tot predikant beroepen den heer J. A. Heiwig jr.,
predikant bij de Hersteld-evangelisch-luthersche ge
meente te Enkhuizen.
Uit Sneek wordt het volgende geschreven De kerke
lijke quaestie, waarover we anders het stilzwijgen zou
den bewaren, omdat, ze saai en vervelend wordt, is nog
verre vah opgelost, integendeel ze dreigt door eene
nieuwe handeling der bekende commissie van 7 personen
nog ingewikkelder te worden. Zooals door ons is ge
meld in een vorig nommer is het ontworpen reglement
op het beheer der kerkelijke fondsen en de benoeming
van notabelen c. a. door ruim 300 leden der gemeente
goedgekeurd en alzoo van kracht geworden, natuurlijk
voor hen, die het willeb erkennen, wat door het liberale
deel der gemeente, dat den l«n December jl. 8 notabelen
benoemde en alzoo de bestaande orde van zaken goed
keurde, volstrekt niet geschiedt.
De commissie, hare bevoegdheid ontleenend aan dat
nieuwe reglement, roept thans de gemeente op om den
27™ December a. een tiental notabelen te verkiezen,
welke notabelen daarna 5 kerkvoogden te benoemen
hebben.
We hebben dos den i™ Januari 1870 een dubbel stel
éen, bestaande uit 12 notabelen en 7 kerkvoogden, die
thans het bestuur in handen hebben en 't zeker niet zul
len overgeven, éen van 10 notabelen en 5 kerkvoogden,
allen ministers zonder portefeuille, wat ze zeker voorloo-
pig ook wel zullen blijven, daar we van procedures nog
niets vernemen. Ia hoever het gerucht waarheid behelst,
dat de commissie heeft getracht hij hut comité, dat zich
in Utrecht heeft gevormd en dat de zoo bekende circu
laire in de wereld heeft gezonden, geld te krijgen tot
bestrijding der kosten van het rechtsgeding, welk aan
zoek moet afgewezen zijn, wetcu we niet; alleen mer
ken we nog op, dat de thans bestaande toestand hij velen
in de gemeente niet meer die bezorgdheid wekt als voor
eenige weken en velen vrij gerust den loop der dingen
afwachten. {Liet Noorden)
Volgens den Leidschen Studenten-almanak waren
op 15 November aan de boogeschool te Leiden ÏDgeschre-
ven 647 studenten, waarvan 102 in de geneeskunde, 308
in de rechtsgeleerdheid, 47 in de godgeleerdheid, 69 in
de wis- en natuurkunde, 68 in de letteren en 53 elders
studeerende.