Thermometerstand.
Staten-generaal.
groot gedeelte van 'tjaar nacht en dag gestookt wordt,
zal men eenigszins een denkbeeld verkrijgen van de ont
zettende massa aardappels, door de fabrikanten jaarlijks
van de landlieden aangekocht. Waren die fabrieken er
niet: men gelooft, dat de prijs der landerijen in de
Veenkoloniën veel lager zou zijn.
De Oostenrijksche consul in Port Elisabeth Adler,
schrijft van daar aan prof. v. Hochstetter in Weenen:
„De diamanten zijn, gelijk alles wat men hier aantreft,
buitengewoon; zij strekken zich over 1000 mijlen uit.
Elke post brengt berichten, dat op nieuwe plaatsen
diamanten gevonden worden. De voornaamste plaats
is echter Likatlong aan de Kolong, een tak van de Vaal-
rlvier, nabij de grenzen van die rivier in den Oranje-
Vrijstaat. De diamanten worden tot nogtoe slechts
aan de oppervlakte gevondenhet zijn stukken van j
tot 150 karaten; de meest gewone grootte is echter van
6 tot 13 karaten. Een van 46 karaten werd in Londen
verkocht voor 4600 pond st.voor een van 80 j karaat
wordt nu in Londen 16,000 pond st. geboden. De onder
zoeker Mauch is op reis langs de geheele Vaalrivier, en
men zegt, dat hij eene diamantmijn heeft ontdekt, waar
men granaten, topazen en andere gesteenten reeds heeft
uitgegraven.
Een kanonnier der rijdende artillerie te Amersfoort
heeft zich in September 11. in arrest begeven als bij zijne
superieuren geklaagd hebbende wegens verduistering
van haver, die te Zutfen zou geschied zijn, toen een
detachement van het regiment aldaar tijdelijk in garni
zoen was. Later werd hij naar Arnhem getransporteerd,
toen de zaak bij den krijgsiaad in behandeling kwam.
Ofschoon de zaak nog bij den krijgsraad in behandeling
is, werd hij dezer dagen op vrije voeten gesteld, en is
thans aldaar een wachtmeester van het regiment, ver
moedelijk in verband tot dezelfde zaak, in arrest ge
nomen.
De Figaro vermeldt dat de scheikundigen in de
overblijfsels van Jean Kinck nog bijna twee miligram-
men Pruisisch zuur hebben kunnen aanwijzen, hetgeen
vermoeden doet dat dit vergif, hetwelk zich zeer spoedig
ontleedt, in aanzienlijke hoeveelheid aan het slachtoffer
moet zijn toegediend. Telkens laat Troppmann zich
nieuwe wenken ontvallen omtrent zijn medeplichtigen.
Zijn streven blijft immer nog, de rechtbank er toe te
brengen dat men hem naar den Elzas vervoere, alwaar
hij hoopt te kunnen ontsnappen. Om dit doel te bereiken
geeft hij voor dat de bewijzen der medeplichtigheid van
drie zijner makkers zich in de portefeuille van Jean
Kinck bevinden, welke portefeuille hij, Troppmann, zoo
begraven heeft dat niemand, buiten hem, die vinden kan.
Hoe korten tijd de vorst zijn invloed ook heeft
doen gelden, heeft het ijs toch reeds slachtoffers ge
maakt. Yan twee kindertjes die zich nabij Antwerpen
met glijden vermaakten en onder het brooze ijs geraakten
is een levenloos opgehaald. Ook te Breda vond dergelijk
ongeluk plaats.
De zucht tot duels heeft de Franschen ook tot aan
de boorden van den Nijl gevolgd. Eenige dagen geleden
heeft daar een duel plaats gehad waarbij een der duellis
ten vrij ernstig gewond werd.
Te Londen bestaat het voornemen het bekende
Colosseum (in Regent's pare) tot een opera-gebouw te
maken. De tot dat einde verspreidde prospectussen be
vatten met echt Engelsche opschroeving de volgende
belofte: Het corps ie ballet zal uit de goddelijkste schep
selen bestaan die te vinden zullen zijn onder de natiën
welke het meest door hare schoonheid beroemd zijn.
Het zal de uitgezochtste schoonheden bevatten die Cir-
cassië, Georgië Mexico, Peru, Nubië en China (sic) op
leveren.
De altisten, welke de bekende impressario Stra-
kosh geëngageerd heeft om door schier gansch Europa
de Messe solennelle van Rossini te doen hooren, worden
zeer mild voor hunne medewerking beloond. Zoo trekt
de beroemde alt-zangeres mevr. Alboni, 30,000 franken
per maand; behalve deze som eischt zij nog twee kamers
in een hotel. Vieuxtemps en Bottessini genieten ieder
5000 franken maandelijks; de vijf overige artisten ieder
3000 franken. Met andere onkosten van verschillenden
aard vereischt dit gezelschap eene maandelijksche uit
gaaf van 78,000 franken.
Het feit dat het ijs op de Newa, hetwelk vroeger
reeds vast zat, op den 22<™ November weder los en aan
het drijven geraakte, zoodat de rivier weder geheel on
bezet werd, is ten allen tijde zeer zeldzaam geweest. Van
1706 tot 1868 heeft het slechts achtmaal plaatsgehad;
de laatste maal in 1842. In 1791 is het driemalen ge
beurd, dat de Newa geheel vrij van ijs werd, om telkens
weder vast te vriezen; de geschiedenis kent geen tweede
voorbeeld van dien aard. In den regel ligt de Newa op
den 25en November toe.
In Amerika is in den laatsten tijd een klein werk
tuig in den handel gebracht om glas, zoowel in rechte j
als gebogen lijnen, te snijden. Het werk wordt hierbij
verrichtdoor een stalen as, die aan het éene einde pun
tig is toegeslepen en door twee rollen wordt in draaiing
gebracht. Men verzekert dat dit kleine instrument op
uitmuntende wijze den diamant vervangt. In den han
del draagt het den naam van „magie diamond,"
-Bij de Seine-rechtbank is thans eene zeer belang
rijke zaak aanhangig tegen den staat. Het betreft een
eisch tot teruggave eener som van een aantal millioenen.
Deze eisch staat in verband met eene in 1676 te Venetië
door het overlijden van zekeren Jan Thierry opengeval
len nalatenschap. Jan Thierry, de zoon van een schoen
maker, was op veertienjarigen leeftijd uit het ouderlijk
huis weggeloopen om de wijde wereld in te gaan. Op
zijne omzwervingen kwam hij te Brescia in Italië en
werd koffiehuisbediende te Della Torre, alwaar hij ken
nis maakte met Tibaldi, den zoou van een rijk Romaansch
handelaar en zelf reeder. Te zamen maakten zij ver
schillende reizen, en Jan Thierry werd door Tibaldi tot
erfgenaam gemaakt van zijn vermogen, bedragende
achthonderd duizend gouden kroonen, gedeponeerd in
de bank te Venetië, drie huizen te Corfu, een paleis te
Venetië, drie schepen en vijftig duizend louis d or in j
rente op het stadhuis te Parijs. Jan Thierry vestigde
zich in 1645 te Venetië en maakte bij testament zijne
broeders en zusters, die nog in leven mochten zijn, tot
erfgenamen. Na Thierry's overlijden werden te vergeefs
naar die erfgenamen nasporingen gedaan, en de benoemde
executeur liet door den rechter bepalen dat de renten
der behoorlijk gedeponeerde sommen aan de erfgenamen
van den erflater en hunne rechtverkrijgenden te bekwa
men tijde moesten worden uitgekeerd. Zoo verliep eene
eeuw en in 1797, bij de opheffing der Venetiaansche re
publiek door den generaal Bonaparte maakte deze zich
meester van die gedeponeerde sommen. Op 11 Floreal
van het jaar V schreef de generaal Bonaparte aan het
directoire dat hij aan den senaat van Venetië bevolen
had „om de nalatenschap van Jan Thierry, op twintig
millioen geschat, in zijne handen te stellen." Meer dan
driehonderd personeu hebben sedert op die nalatenschap
reeds aanspraak gemaakt, doch bij alle vroeger in deze
zaak door verschillende rechterlijke colleges gedane uit
spraken werden de vorderingen ontzegd wegens het niet
bewezene der beweerde rechten van erfgenaamschap.
Thans wordt de aanhangige vordering ingesteld door
mevrouw Cotton, geboren Bomary, die in rechte lijn
van Thierry beweert af te stammen en tot staving daar
van een aantal stukken heeft geproduceerd. De advocaat
Lachaud treedt daarbij als haar raadsman op.
Op iedere vierkante geographische mijl bevinden
zich in de Vereenigde staten 36 woonhuizen, in Noor
wegen 46, in Spanje 281,in Hanover,401, in Pruisen 425,
in Oostenrijk 438, in Zwitserland 462, in Beieren 752, in
Frankrijk 774, in Saksen 890, in Nederland 934, in En
geland 1441 en in België (met Saksen het dichtst be
volkte land) 1624.
De hertogin van Aumale is Maandag te Twicken-
ham overleden.
Te Verviers is eene vereeniging opgericht tot be
scherming der kinderen. Die vereeniging heeft ten doel
bij de werkbazen en de arbeiders de overtuiging te ves
tigen, dat zij de krachten der kinderen niet mogen mis
bruiken door te zwaren of te vroegen arbeid. Daartoe
tracht de vereeniging de werkbazen over te halen, geen
kinderen beneden de twaalt jaar voor een werkelijken
arbeid van 12 uren daags te gebruikenkinderen van
10 tot 12 jaren niet langer dan 6 uren aan te nemen en
deze te verplichten een gedeelte van den overigen tijd
van het onderwijs gebruik te maken. Eindelijk wenscht
zij ter bevordering van het onderwijs van de kinderen
te eischen, dat zij op hun twaalfde jaar kunnen lezen en
schrijven of dat zij het nog leeren.
De 157" geboortedag van den abt de 1'Epëe, den
onvermociden weldoener en onderwijzer der doofstom
men, is Maandag te Parijs gevierd met een banket van
doofstommen. Bij het dessert werden verscheidene toas
ten door de meest gevorderde doofstommen uitgesproken,
terwijl verder de president der Algemeene maatschappij
voor doofstommen aankondigde dat in de tweede helft
dezer maand het eerste nommer zou verschijnen van het
bulletin dier maatschappij, hetwelk uitsluitend door
doofstommen geredigeerd wordt.
De toeneming der diefstallen in de Parijsche win
kels, meestentijds met de ongelooflijkste vaardigheid
uitgevoerd, noopt de bedienden tot verdubbelde waak
zaamheid. Te dien einde is onder hen een gezegde inge
voerd hetwelk zij bij het binnenkomen van eenig ver
dacht persoon elkander toeroepen om de aandacht op
die persoon te vestigen. Het gezegde luidt: deux sur
dix (twee op tien) en is eene verkorting van: Ayez vos
deux yeux sur ses dix doigts.
Twee vreeselijke kwalen bovenal teisteren vol
gens den verslaggever van het Dagblad van Zuid-Hol
land Egypte. Hij beschrijft ze aldus
„De eerste is de weêrgalooze morsigheid, die tot eene
walgelijke hoogte is opgevoerd: zoodat men gruwt bij
het zien van zoo groote verwaarloozing. Geen droppel
water bevochtigt het lichaam der kinderen gedurende
het eerste jaar van hun leven, ofschoon de Mohammedaan
op lateren leeftijd van 't water driemaal daags gebruik
maakt om zich naar de leer van den Koran te reinigen.
Uit dat misbruik, uit bijgeloof geboren, ontstaan vele
kwalen vooral de oogziekte en de melaatschheid, die
de kinderen en later de mannen en vrouwen tot monsters
misvormen. Het is bijna onmogelijk voor den Europeaan
te gelooven en toch is het zoo: men ziet honderden kin
deren armen en beenen, maar vooral het gelaat en de
hoeken der oogen bezaaid met vliegen, die als trossen
moerbeziën of als trossen bloedzuigers er aan blijven
hangen, zonder dat de kinderen daardoor in hunne be
wegingen verhinderd worden of zonder dat zij poging
doen zich daarvan te ontlasten.
„De tweede kwaal is de ontzettende mishandeling der
dieren. Behalve de paarden van heeren die equipage
houden, zijn ze allen klein, mager, uitgemergeld en meestal
gewond. De kameelen zien er even treurig uit en den
ezel, die onmisbare levensgezel van den Egyptenaar,
want hij vervoert menschen en voorwerpen in oneindige
verscheidenheid ziet men met de stukken vleesch uit
het lijf, bloedende aan zijne wonden, geschroeid door de
gloeiende zon, ondragelijke lasten dragen. De honden
zijn legio Gelijk men weet behooren ze niemand, dwalen
zij langs de straten rond en leven van 't geen zij vinden
kunnen. Onmogelijk een schets te geven van 'tgeen die
beesten u vertoonen. Zij zijn als wezenloos zij dwalen
hinkende en druipstaartende rond en dragen al de af
zichtelijke kwalen van verwaarloozing bij zich op zoo
ontzettende wijze, dat men van afgrijzen huivert als
't arme beest u nadert. Hun gehuil evenaart dat van den
uitgehongerden jakhals: en toch, fel tegen elkaar, laten
zij den voorbijganger ongehinderd en schijnen niets te
vragen dan een hoekje waarin ze mishandeling ontgaan
kunnen. Uit liefhebberij zulk een onschuldig beest dood
te slaan, schijnt de gewone uitspanning te zijn van de
aankomende jongelui: helaas, het is ontzettend wat
tooneelen van soortgelijken aard elke straat ieder oogen-
blik aanbiedt.
„Wanneer ge u, lezers, nu kunt voorstellen, die lange,
lage reeks van nauwe, halfdonkere kronkelende bazars
letterlijk bezaaid met bloedende ezels, melaatsche hon
den, half naakte met vliegen overdekte kinderen, waar-
tusschen heen zich beweegt een eindelooze reeks van
rijtuigen met hijgende voorloopers en een drom van al
lerlei wandelaars, van allerlei menschenrassen met de
meest pittoreske kleederdrachten, van den langen stijven
Engelschman af tot den Bedouin toe overal geblok
keerd door dromedarissen met alle mogelijke voorwerpen
beladen, dan hebt ge een -flauw beeld van 't geen het
leven en bedrijf van de Oostersche maatschappij te Caïro
te zien geeft." -
Ieder jaar leveren de vlugste der uit China terug-
keerende Engelsche schepen onder elkander een wed
strijd in spoed. Deze strijd heeft reeds lang de aandacht
in Engeland en Schotland en ook in het buitenland ge
trokken omdat bleek dat ieder jaar de terugreis over het
algemeen in minder tijd dan in het voorgaande jaar vol
bracht werd, waaruit alzoo de goede resultaten der gevolg
de nieuwere bouworde konden blijken. De snelste over
tochten werden gemaakt: in 1865 in 106, in 1866 in 99,
in 1867 in 90, in 1868 in 95 en nu in 1869 door de thans
onlangs teruggekeerde schepen in 89 dagen. Van 9 der
thans teruggekeerde vlugge schepen waren acht op de
werven aan de Clyde en een op die te Aberdeen gebouwd.
7 Dec.'sav. 11 u. 35 gr.
8 'smorg.7u.32gr.'smidd.ln.36gr. 'sav. 6 u. 36 gr.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Dinsdag 7 December 1869. Behandeling van de
begroetingen voor de eerediensten.
De heerLuyben verklaart bij zijn vroeger gevoelen te
blijven, dat hij in vele opzichten het eens is met de regec-
ring. Hij ziet althans veel bemoedigendsin de verklaringen
der ministers, maar dat neemt niet weg, dat hij het met
den heer Groen eens is, die eenmaal zeide. waar de éene
kerk lijdt is ook de ander lijdende. Zijne denkbeelden
omtrent scheiding van kerk en staat volhoudende, die
hij niet in het oplossen tot een louter financieelen band
ziet, betreurt hij het dat het ontslag van den heer Wil-
lemse ter sprake is gebracht. Nu dat eenmaal is gedaan
moet hij zeggen dat de reden tot dat ontslag is