MIDDELBURGSCHE
COURANT.
N°' 200.
Donderdag
1809.
21 October.
Bij deze courant behoort een bijvoegsel, bevallende:
Middelburg 20 October.
Koloniale en gemengde berichten, verslagen staten-
Seneraal en Vlissingschen gemeenteraad.
De gemeenteraad van Middelburg heeft in zijne heden
^middag gehouden zitting de volgende onderwerpen
behandeld.
Op een verzoek van A. Verhage en drie andere bewo
ners van den Nooidstraatweg, tot het doen roeien van
eenigeopden singel staande hoornen, is gunstig beschikt.
Voorts is ingekomen een verzoek van raejufvrouw
Sistermans, om eervol ontslag voor haren echtgenoot, den
heer J. A. Sistermans, als lid van het burgerlijk armbe
stuur, uithoofde van krenking zijner geestvermogens.
■Oit verzoek is door het burgerlijk anmbestuur onder
steund. De beslissing is echter aangehouden.
Op uitnoodiging der commissie voor de leenbank heeft
de raad zich bereid verklaard tot het geven van vol
doenden waarborg voor eene te doene geldlcening uit
het fonds der familie Snonck Hnrgrorije, welke leening,
"Bet inbegrip der vroeger reeds geleende 1500, f 10,000
2al bedragen. Aan dezelfde commissie is machtiging
Verleend tot het gedeponeerd laten van door haar in de
spaarbank belegde gelden.
De voorwaarden van verpachting der tollen op den
Middelburg—Vlissingschen straatweg zijn goedgekeurd
hetgeen mede het geval is met een voorstel tot het roeien
van hoornen op dien weg.
Met betrekking tot het te houden XTI Nederlandsch
taal- en letterkundig congres is de aanbieding om het
Congres in 1870 in deze gemeente te houden met
algemeene stemmen aangenomen. Het bedrag van het
daai voor aan burgemeester en wethouders te verleenen
crediet zal later worden bepaald, terwijl de benoeming
der regelingscommissie aan het dagelijksch bestuur is
overgelaten.
Verzoeken van mevrouw de weduwe van Burg en van
mr. N. C. Lambrechtsen van Eitthem, om verlenging der
erfpacht van gemeentegrond in de Kuiperspoort, zijn,
tegen verhooging van den cijns van 2 tot 10 cent per
vierk. meter, ingewilligd.
Het proces-verbaal der opneming van de gemeentekas
18 voor kennisgeving aangenomen.
De rekening van het bestuur der godshuizen over
1868 is zonder bedenking goedgekeurd.
Betreffende het adres tot wegruiming van het urinoir-
huisje op den Dam is besloten dat dit huisje onveranderd
2al blijven staan. vvrj.-
De verschillende tot de gemeentebegrooting voor 1870
betrekking hebbende rapporten zijn uitgebracht en zullen
a- Woensdag bij de behandeling dier begrooting in aan
merking worden genomen. Alsdan zal mede worden be
handeld een voorstel van den burgemeester, als hoofd
der politie, strekkende: 1» om aan driepolitie-agenten bij
hun te verleenen eervol ontslag, twee-derde gedeelten
Van hun traktement, of f 283.66 'sjaars, als pensioen toe
kennenen 2» om den post voor den buitengewonen
a&ent, belast met het toezicht op de wandelwegen, met
100 te verhoogen.
Het rapport betreffende het voorstel van den heer van
Deinse tot vermindering van het getal der commissaris
sen over de wisselbank enz., door de commissie van toe-
z,cht uitgebracht, strekt om de aanneming van het
foorstel te ontraden, als zijnde ten nadeele van de ge
beente. De beslissing is aangehouden, daar inmiddels
«en voorstel van den heer Fokker is ingekomen, hetwelk
de strekking heeft van bezuiniging op de administratie,
hij behoud van drie commissarissen, door namelijk de
aan de betrekking van commissaris verbonden jaarlijk-
sche toelage van /500 in te trekken en van de daardoor
"Vrijvallende f 1500 een bedrag van fb00 aan commissa
rissen toe te kennen, bij wijze van gratificatie onder hen
te verdeelen. Nadat met 9 tegen 6 stemmen besloten
teas dat dit voorstel in behandeling zou worden genomen,
is de beraadslaging aangehouden totdat de commissie
van toezicht ook daaromtrent advies zal hebben uitge-
brach t.
Morgen geven wij het gewone meer uitvoerig verslag.
Betreffende den stand der ontmanteling van vesting
werken deelt het Nieuws- en Advertentieblad van Bergen
op Zoom het volgende mede: „Maastricht, Venlo, Bergen
op Zoom en Bath zijn thans onverdedigbaar. Da verdere
werkzaamheden aldaar moeten dienen om de gronden op
voordeelige wijze in pereeelen te kunnen verkoopen.
Met den verkoop to enlo en Maastricht zal het volgend
jaar worden voortgegaan, wanneer de wegen, volgens
overeenkomst met de gemeentebesturen, zijn aangelegd.
Nog dit jaar zullen eenige gronden te Bergen op Zoom
en de gronden van het fort Bath verkocht worden. Te
Breda cn Koevorden zal de ontmanteling weldra aan
vangen en in het volgend jaar met kracht worden voortge
zet. De ontmanteling van Vlissingen aan de landzijde zal
voor een deel plaats hebben door de kanaalwerken, waar
van de plannen nog niet definitief zijn vastgesteld. Aan
denoordoostzijde zal echter weldra tot slechting worden
overgegaan."
Uit Amsterdam schrijft men ons, 18 October:
„Zoo even kom ik van hetconcert van mevrouw Alboni,
hetgeen ik alleen zoo noem omdat haar naam op alle
affiches met de grootste letters staat aangeduid. Wan
neer ik echter beweer, dat dit het schoonste concert is,
hetwelk ik ooit in Amsterdam heb bijgewoond (en dat
niettegenstaande ik ook Lizt en Itubini, Winiawaki,
Jenny Lind enz. heb wezen hooren) dan spreekt het van
zelf dat er meer goeds of zelfs voortreffelijks was, dan de
beroemde eontralto. Deze was zelfs tamelijk karig met
hare bijdragen, daar zij zich uitsluitend in de trio van
Eossini heeft doen hooreu. Haar geluid is, zoowel in de
hoogte als in de diepte voortreffelijk, zij brengt ons wer
kelijk voor eenige weinige oogenblikken in verrukking.
Voorzeker zal zij ons later op solo's vergasten, en ook
toonen dat zij, die zoolang het sieraad der groote opera
te Parijs was, ook schitteren kan in andere dan kerkmu
ziek, maar wij moeten niet alles op eens hebben, er moet
een prikkel bestaan oin nog eens te komenHad men
echter dien prikkel wel noodig? Waar men een concert
heeft waar zeven solisten allen waardig zijn om meer
dan eens gehoord te worden, daar behoeft men dergelijke
kunstmiddeltjes niet. Vieuxtemps en Bottesini, de eerste
als violist, de andere als contrabassist, zijn goede beken
den in onze stad. Hun spel is prachtig, vooral Bottesini
wekt aller bewondering, door de heerlijke, zangerige
tonen, die hij uit zijn instrument haalt. Mevrouw Ca-
rena is eene brave pianiste, die men gaarne hoort en....
ziet. Voeg daar nu bij dat mej Battu, hoewel niet
begaafd met eene zoo zeldzaam schoone stem als Alboni,
de laatste in school en smaak niet of althans zeer weinig
toegeeft, dat de tenor llöhler een fijn, jeugdig geluid
heeft en deze, zoowel als de bassetaille Tagliaücco ge
acheveerd en smaakvol zingt, dan mag een pessimist ook
zelfs op dit concert, (dat zoo geacheveerd was dat zelfs
de accompagnateur een man van talent moet worden,
genoemd) aanmerking maken, bij voorbeeld aanvoeren
dat de tenor een enkele keer minder gelukkig in het
aangrijpen was, en de bassetaille zijne eerste frischheid
verloren heeft, het concert van heden avond zal niette
min in muzikale jaarboeken met een extra ster worden
aangeteekend. De mis van Kossini is een voortreffelijk
werk en werd onberispelijk uitgevoerd."
Bij ministerieele beschikking is de toelating als leer
ling-telegrafist vau G. A. C. Keyzer en F. H. de Jong
ingetrokken.
In de Staats courant van Woensdag 20 dezer wordt
door den minister van binnenlandsche zaken bekend
gemaakt dat in de maand December a. voor de tweede
maal in het loopende jaar gelegenheid zal worden ge
geven tot het afleggen der examens ter verkrijging der
akte van bevoegdheid als apotheker en voor de derde
maal tot het afleggen der natuurkundige examens be
doeld in art. 4 der wet van den len jun, 1335 (Staatsblad
n» 59).
Ilct Noorden bevat onder het opschrift „Bereikbare en
onbereikbare zaken" in een zijner jongste nommers eene
beschouwing over onze diplomatie en ons leger. Beide
zouden, volgens dat blad, zeer goed kunnen worden op
geheven. Het laatste gedeelte van deze beschouwing
laten wij hier volgen:
„De opheffing der diplomaten zal onze schatkist een
aanmerkelijk voordeel verschaffen,maardeafschaffing van
het staande leger is uit dit oogpunt van oneindig grooter
belang. Het is de armee die, zoo er sprake mocht zijn
van financieele ruïne in ons land, ons ruïneert. Wij ge-
looven, ondanks al het getier cu al de vreesaanjaging
der conservatieven, dat onze financiën geenekenteekenen
van verval vertoonen, integendeel. Maar dit is waarlijk
niet aan de armee te danken. Ons landje, dat slechts
3 millioen zielen telt, zal dit jaar, zonder eenige buiten
gewone oorzaak, 15 millioen gulden mo.ten betalen voor
de armee.
„De kostbaarheid is echter slechts bewijs voor de wen-
schelijkheid der afschaffing van het staande leger, niet
voor de mogelijkheid.
„Waartoe dient onze armee? Konduit. gezegd, wij we
ten het niet, zoo wij binnenlandsche onlusten, oproeren,
ongeregeldheden en dergelijken uitzonderen, die echter
nooit zulk een talrijke armee motiveeren. De conventie
leugen, dat Nederland zich zou kunnen verdedigen, heeft
wat schatten gekost
„Maar, zegt men, wilt ge dan uw land aan den eersten
den besten vijand prijs geven? Dit willen wij niet, want
wij stelden volkswapening voor. Gaarne erkennen wij
dat er een tijd denkbaar is, waarin ons gevoel van haat
tegen een indringer sterker wordt dan onze overtuiging
van de onmogelijkheid van een duurzamen tegenstand
tegen pen overmachtigen vijand. Volkswapening dus,
maar die kostbare armee daarom
„Wij herinneren hier aan 't peen de Girardin, een paar
jaar geleden, in La liberté schreef:
„„Zoo do 3000 millioin guldens, die sedert 1830 de
gewapende vrede aan Frankrijk gekost heeft, goed
waren besteed, d. i. ter volksontwikkeling, zou Frank
rijk thans niet oneindig rijker, niet onvergelijkelijk
sterker zijn, dan het is? De gewapende vrede kan
slechts de politiek op een dwaalweg brengen, haar
doen opbouwen wat zij verwoest, doen verwoesten wat
zij opgebouwd heeft. De eerste natie, die den moed
heeft zich los te maken van die ruineuse schatting, zal
de groote natie zijn."
„Wat verhindert ons die eerste natie te zijn? De vrees
voor hen, die ons gebrek aan vaderlandsliefde ten onrechte
verwijten? Wij tellen die vrees niet.
„Wij beamen voorts wat de Girardin laat volgen:
„„Te gelooven en te beweren dat die natie zou wor
den aangevallen, omdat zij zich ontwapend had, is eene
ongerijmdheid, die grappig zou wezen als ze niet
zooveel tranen en opofferingen aan zoo vele huisgezin
nen kostte, als ze niet zoo vele milliarden geheel deed
verloren gaan, als ze niet zoo veel stroomen bloeds
deed vloeien. Wie toch zou een land aanvallen, uit
sluitend bezig zijne inwoners tot hun hoogste waar
digheid, hun hoogste ontwikkeling als mensch te ver
heffen? En was er eene regeering, laag en ijver
zuchtig genoeg het plan te beramen om dat land in
de vervulling van die zoo grootsche, zoo moeilijke
taak tegen te houden, zou er dan éen volk gevonden
worden, dat medeplichtige dier regeering zou willen
zijn? Neen, geheel Europa zou tegen dien boosdoener
opstaan ter verdediging van bedoeld land. Waar
lijk, wat een staat krachtdadig beschermt, is niet de
macht van zijn leger, neen, de wijsheid zijner politiek,
zijner regeering. Hadden de staten slechts hunne
armee tot waarborg hunner onschendbaarheid, er zou
den sedert lang in Europa geen kleine staten meer
zijn, zelfs geen groote statener zou maar éen staat
zijn: een keizerrijk Europa met 250 millioen inwo-