öuitmlanö. iHenfleltucrh. Thermometerstand. Algemeen overzicht. Volgens de Kur-liste van Baden-Baden was het aantal badgasten aldaar (tot 28 Augustus) tot ruim 40,000 geklommen. Te Wiesbaden telde men er slechts 30,000. Sommige bladen deelen mede dat dr. Livingstone door den koning van Cazamba gevangen wordt gehou den, en wel in de hoofdstad van zijn rijk, Bunda genaamd. De Arabieren van Muskate, die veel invloed op dien vorst van Cazamba uitoefenen, stellen alle pogingen in het werk om te beletten dat de beroemde reiziger in vrijheid gesteld worde. Dr. Livingstone wordt door de Arabieren zeer gehaat. In de City van Londen (Lombardstreet) wordt thans een oud huis afgebroken, waarin Pope geboren is. In het jaar 1868 zijn op de Engelsche geldmarkt 35,550,762 p. st. aan buitenlandsche en 10,972,000 p. st. aan Britsche leeningen gesloten. De hoofdrol speelden de Russische en de koloniale leeningen. Daarentegen werden slechts weinig nieuwe ondernemingen in Engeland zelf en hoofdzakelijk slechts eenige telegrafische maatschappijen opgericht. Volgens nauw keurige berekeningen heeft Engeland in 1868 met 74,100,000 p. st. aan nieuwe ondernemingen deel geno men, terwijl in 1867 slechts 44,210,000 p. st., in 1866 49,300,000 p. st., en in 1865 135,750,000 p. st., tot dit doel werden bijgedragen. Aan kapitaal zijn in 1868 49,500,000 p. st., in 1867 30,850,000 p st., in 1866 59,700,000 p. st., en in 1865 73,350,000 p. st. in het rijk bijeengebracht Uit deze cijfers volgt dat het gebrek aan ondernemingszin, hetwelk sedert 1866 in Enge land heerschte, begint plaats te maken voor eene meer bedachtzame en solido speculatie. Ook getuigt de omzet en de stand der reeds bestaan hebbende fondsen van eene bepaalde verbetering, dewijl verreweg de meeste soorten aanzienlijk in prijs zijn geklommen. De verbeterde staat van de geldmarkt blijkt niet alleen uit de dividenden der disconto-en telegraaf-maatschappijen, bergwerken en spoorwegen, maar ook en vooral uit de transactiën van het kapitaal zelf. In dit opzicht zijn voornamelijk de staten van het Clearinghouse van betee- kenis. De omzet aldaar bedroeg in 1867 3e kwartaal 798 millioen p. st. en dagelijks gemiddeld 10 mill. p. st. in het 4C kwartaal 800 millioen p. st. of dagelijks ruim 10 millioen p. st., in 1868 in het 1« kwartaal 846 millioen p. st., of dagelijks 10 millioen p. st.; in het 2e kwartaal 841 millioen p. st., of dagelijks 10 millioen p. st.in het 3« kwartaal 851 millioen p. st., of dagelijks 10 millioen p. st. in het 4» kwartaal 885 millioen p. st., of dagelijks 11 mil lioen p. st. In het geheel zijn in het Clearinghouse in het jaar 18683,415,185,000 p.st. betaald geworden. Deze groot- sche getallen zijn overtuigende bewijzen voor den om vang van den Londenschen handel, die de geheele wereld beheerscht. Een dagelijksche omzet van 10 tot 11 mil lioen p. st. toont, dat, ondanks den gedrukten tijd, altijd noch uitgebreide zaken worden gedaan. 1 Sept. 's av. 11 u. 56 gr. 2 's morg. 7 u. 57 gr.s midd.1 u. 64 gr. 'sav. 7 u. 58 gr. De Parijsche beurs herstelt zich nog geenszins van de daling door de geruchten omtrent de ongesteldheid van keizer Napoleon teweeggebracht. Voor een groot deel wordt die daling dan ook toegeschreven aan een behen dig geleide manoeuvre, waarvan zich de officieele asso ciaties hebben weten te bedienen, en waarbij zij even groote voordeelen hebben behaald als bij de kunstmatige opdrijving der syndicaten, welke drie maanden heeft volgehouden. Zondag was er weder een aanmerkelijke teruggang der fondsen, waarvan nu de oorzaak was dat een der voornaamste banken te Weenen hare betalingen heeft gestaakt. De vrees dat deze gebeurtenis den val van andere Duitsche huizen zal ten gevolge hebben, heeft de Parijsche beurs in een ontmoedigende stemming gebracht. De enqucte naar de verspreiding van de ongunstige berichten omtrent Napoleon's gezondheidstoestand wordt algemeen als een dwaasheid beschouwd, want men weet dat zij niets zal uitwerken en dat men de ware schuldigen alleen onder de mannen van de beurs zou kunnen vinden. De Fransche ministers zijn thans nagenoeg allen te Parijs teruggekeerd, en gisteren is onder voorzitterschap des keizers een ministerraad gehouden, waarin het plan, om de sedert lang aangekondigde financieele hervormin gen ten uitvoer te leggen, is behandeld. Deze hervor mingen betreffen o. a. eene vermindering der grond belasting, eene verhoog ing der geringe en eene verlaging van enkele hooge traktementen. Tegenover het beweren van hen die de ongerustheid over Napoleon's gezondheidstoestand als weinig betee- kenend voorstellen, staat eene beschouwing van the Times, die zeer de aandacht trekt. „Niemand, zegt dit blad, kan gelooven dat zonder eenige noodzakelijkheid dagelijks een tiental geneeskundigen te St. Clond in dienst zijn. Zeker is het geruststellend wanneer men verneemt dat de keizer zich genoegzaam hersteld gevoelt om zich met de ministers over 's lands belangen bezig te houden en met zijne dokters in het park te wandelen. Het feit dat de keizerin en de keizerlijke prins, zij het dan ook na eenige aarzeling, gelijk reeds lang bepaald was, naar Corsica vertrokken zijn, kan evenzeer als een bewijs worden aangemerkt dat voor het oogenblik geen plotselinge crisis te vreezen is. Maar men zou te vergeefs moeite doen indien men wilde ontkennen dat in het kei zerlijk paleis gedurende eenige dagen groote ongerust heid heeft geheerscht, en onder de dokters zijn er, die het niet verhelen, dat de gezondheidstoestand niet ge schikt is om alle bekommernis te doen ophouden. Het is mogelijk, en wij hopen het, dat hij nog vele jaren in het leven blijft, maar aan een nieuwen aanval van zijn kwaal blijft hij elk oogenblik blootgesteld." Na deze inleiding gaat the Times over tot eene be schouwing over de houding die prins Napoleon in den senaat zal aannemeq, en de laatste artikelen van 1'Opi- nion nationale worden tot grondslag genomen voor de conclusie, dat, indien de prins zich bij de behandeling van de senaatsbesluiten buiten discussie mocht houden, men daaruit noch tot stilzwijgende goedkeuring, noch tot een vrijwillige daad zou kunnen besluiten. Prins Napoleon heeft deze laatste verwachting dadelijk gelogenstraft en in de gisteren gehouden zitting van den senaat, waarin de algémeene beraadslagingen over het senaats consult een aanvang hebben genomen, dade lijk het woord gevoerd. L'Indépendance Beige beweert dat sedert de onge steldheid van den keizer, zoowel onder de senaatsleden als onder de afgevaardigden, velen ten gunste van de hervormingen gewonnen zijn, en dat vooral in het wet gevend lichaam de liberale partij aanmerkelijk zal ver sterkt zijn, tengevolge van het meer algemeen worden der overtuiging, dat het noodzakelijk is aan Frankrijk eene regeering te geven die in haar zelve kracht van bestaan heeft. Het getal dooden die aan weerszijden bij de laatste Carlistisehe bewegingen gevallen zijn, wordt op meer dan tweehonderd geraamd. Buitendien bevinden zich omstreeks zeshonderd gewonden in de hospitalen, terwijl nagenoeg tweeduizend gevangenen in de gevangenissen van Ciudad Real, Valencia, Leon, Pampeluna en Barcelona zijn opgesloten. Voegt men hierbij dat nog een aantal personen, zoo te Madrid als in andere steden, als mede plichtigen in de verschillende Carlistisehe samenzwerin gen, zich in hechtenis bevinden, dan blijkt het dat de laatste onberaden stap van don Carlos weder talrijke slachtoffers heeft gekost. De delegaties van het Oostenrijksch-Hongaarseli kei zerrijk hebben Maandag hare werkzaamheden ten einde gebracht, nadat ook het verschil betrekkelijk het budget was opgelost. Menig punt is geheel of ten deele naar de inzichten der Ilongaarsche delegatie beslist en Frans Deak smaakt alzoo weder de zelfvoldoening, dat hij het werk, waaraan een groot deel van zijh leven gewijd was, bevestigd ziet. De reis van prins Karei van Rumanië naar de Krim blijft de aandacht trekken. Hoewel sommigen deze reis slechts met het plan van een huwelijk tusschen hem en eene Russische groothertogin, welk plan door de pers te St.-Petersburg met ingenomenheid wordt besproken, in verband brengen, is het toch zeker dat die streek meer en meer de plaats van bijeenkomst wordt der vorstelijke personages die zich uit vijandelijke gezindheid jegens Turkije bij den czaar aansluiten. Reeds verzekert men dat twee hoofden van den Kandischen opstand te Liva- dia zijn aangekomen, om van den czaar eene voldoende ondersteuning te vragen, opdat twee- 4 drieduizend huis gezinnen hunner landgenooten zich in Rusland zouden kunnen vestigen. Laatste berichten. Parijs 2 September. De keizer is nog altijd zeer zwak, en de renten zijn op de berichten omtrent zijn toestand weder 20 centimes gedaald. Het door prins Napoleon gisteren in den senaat ge sprokene strekte voornamelijk om aan te dringen op de benoeming van maires uitsluitend uit de leden der ge meenteraden op het doen benoemen door verkiezingen van een gedeelte der leden van den senaat; en eindelijk de opheffing van het verbod om de grondwet te bediscu- teeren. DE GESCHIEDENIS VAN SOMMIGE VOOBWEKrEN DER MODERNE SAMENLEVING. Wanneer wij met opmerkzamen blik de menigvuldige behoeften gadeslaan, welke de zeden en gewoonten onzer negentiende eeuw voor den beschaafden mensch bij zijne verrichtingen in het dagelijksch leven met zich brengen, zoo zal zich misschien de vraag aan ons opdringen, hoe de menschen zich in vroeger tijden toch zonder deze duizenderlei gemakken beholpen hebben, alsmede hoe en wanneer wij aan al deze zaken gekomen zijn? Teneinde aan de weetgierigheid onzer lezers te vol doen, willen wij omtrent de geschiedenis van eenige der voorwerpen en gebruiken van onzen tegenwoordigen tijd het een en ander mededeelen. Messen, vorken en lepels, die onmisbaarste voor werpen bij onze tegenwoordige maaltijden, bestonden wel is waar reeds in den grijzen voortijd, hoewel in zeer ruwe vonnen, doch behoorden eenmaal ook tot de nieuwste uitvindingen der weelde. Vóór dien tijd vond men er niets aanstootelijks in de spijzen, zelfs in gezelschap van anderen, met de werktuigen die de natuur te dien einde aan de menschen gegeven heeft, de handen en vingers namelijk, tot zich te nemen. Het volk spreekt daarom ook, wanneer het dit gebruik nog soms navolgt, van met de Adamsvork te eten. De eerste vorken waren van ijzer en met twee punten voorzien. In den aanvang der 17« eeuw waren zij in Engeland echter nog niet algemeen in gebruik, evenmin als thans nog in sommige streken van Spanje en Rus land, en in China waar men, zooals bekend is, met kleine stokjes of staafjes eet. In Europa hield men genoemde voorwerpen voor overtollige weelde-artikelen, en de invoering er van in het Fransche klooster St Maur had zelfs vele moeilijkheden tengevolge. De aarden pot of kan was reeds aan de Israëlieten ten tijde van Mozes bekend (3 Mos. 6: 28). In Grieken land en in Italië vindt men er eerst later melding van gemaakt. De last en de moeite die uit onbekendheid met aarden kookgereedschap voorsproot, waren in de eerste tijden zeer groot. Zoo heeft men volken gevonden, die de varkens niet anders wisten te braden, dan door gloeiende steenen in hunne opengesneden lichamen te werpen en deze daar te laten verkoelen. Auderen goten water in uitgeholde rotsblokken en wierpen er zoo lang gloeiende steenen of kolen in, totdat het zich daarin bevindende vleeseh of de groenten gaar waren. Het gebrekkige dezer manier van koken leidde er in som mige landstreken toe naar geschikte hulpmiddelen om te te zien. Zoo begon men o. a. ook de spijzen in uitgeholde houten bakken te koken. Vatten deze aan den onderkant in het begin soms vlam, dan wreef men ze terstond in het zand of de klei, zoodat er zich spoedig een korst aanzette van leem- of kleiaarde, waardoor het hout voor den invloed van het vuur beveiligd werd. De waarneming hiervan heeft mogelijk tot de ondekking der pottebak- kerskunst de aanleiding gegeven. Men weet, dat het vaatwerk der klassieke oudheid tot nog toe niet geëven aard is. Voornamelijk bloeide deze kunst in Korinthe, vanwaar zij in de 6« eeuw naar Etrurie overging. De eerste borden, van welke de mensch at, waren eenvoudige schijven van broodkorst. Eerst later kwam men er toe borden van hout te maken, vervolgens van gebrande leemaarde en eindelijk van metalen, van welke de tinnen op den duur het meest gezocht en, behalve bij feestelijke gelegenheden, zelfs aan de hoven der konin gen en vorsten in dagelijksch gebruik waren. Wat de tafellakens en servetten betreft, zonder welke heden ten dage geen eenigszins beschaafd mensch zich meer aan tafel zet, deze zag men ten tijde van keizer Karei V (15191558) voor het eerst op de tafels verschijnen. In vroegere tijden dienden eenvoudig vellen van dieren als onderlaag voor schotels en borden; alleen de tafels van personen uit de hoogste standen, te weten koningen en vorsten, konden op tafellakens van linnen of damast wijzen. Hoe hoog overigens het tafellaken in het begin geschat werd, kan men opmaken uit het feit, dat voor de plaats van een ridder op wiens eer eene smet kleefde, de heraut het recht had het laken in tweeën te snijden, evenals den zoodanige ook do beker en het brood omge keerd werden voorgezet. Het voorsnijden en voordienen aan tafel gold voor een bijzonder eerambt. De koningen en vorsten hielden er voor dezen dienst een bijzonder beambte op na. Aan de Duitsche hoven droeg deze den titel van „Truchsesz'aan de Fransche dien van „sénéschaal", en bij de Engelschen dien van „high steward". Het ambt van Aarts-Truchsesz (zooveel als opperhofmaar schalk) in het Duitsche keizerrijk, werd inden Rijn-Pfaltz, erfelijk en kwam in 1714 aan Beieren. Het gebruik om aan tafel elkanders gezondhei

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1869 | | pagina 3