^cmMsbmdjten. Yereenigde staten. Graanmarkten enz. Prijzen van effecten. dacht men nagenoeg eenstemmig, daar men eerst bij het weder bijeenkomen der kamer zal kunnen beoordeelen of de hervormingen, door den senaat aangenomen, in alle opzichten aan de gestelde eischen, althans aan de meest dringende, tegemoet komen. Sommigen achten het niet onwaarschijnlijk dat zich groote verdeeldheid onder de onderteekenaars der interpellatie zal voordoen, die tot eene scheuring leiden kan, daar de groote meerderheid zich mogelijk met de verkregen concessies zal tevreden stellen, terwijl de meest geavanceerden van het linker centrum, de hervorming zeker onvoldoende zullen achten. He belangrijkste en zeker rechtmatige grief zal wel zijn, dat de ministerieele verantwoordelijkheid niet in de voorgestelde concessies begrepen is. In deze toch ligt de eerste voorwaarde om in een onvoorzien geval, maat regelen waardoor het land in gevaar kan worden ge bracht, te voorkomen. Inmiddels schijnt het decreet waarbij de zitting van het wetgevend lichaam verdaagd wordt, op de oppositie een zeer ongunstigen indruk te hebben gemaakt. In de zitting van gisteren nam de heer Jules Favre de behan deling van do notulen van den vorigen dag reeds dadelijk te baat om te protesteeren tegen de tegenstrijdigheid die tusschen de keizerlijke boodschap en het decreet tot verdaging der kamer bestaat. Hij noemde dat decreet onbetamelijk tegenover de kamer. Deze woorden en het daartegen gerichte verzet van de rechterzijde, hadden een hevige opschudding ten gevolge. De spreker werd dan ook weldra tot de orde geroepen, maar hij ging nogthans voort totdat zijne woorden, zoo wel door de teekenen Van afkeur der rechter- als door de toejuichingen der linkerzijde, geheel onverstaanbaar werden. Ten tweeden male werd nu de heer Favre tot de orde geroepen, terwijl de president zijn verwondering te kennen gaf dat men den dag na een daad van zoo groote liberaliteit een protest deed geheel in strijd, niet alleen met het regle ment, maar ook met het gevoelen van het rijk. Voor zoover de dagbladen zich reeds over de keizer lijke voorstellen hebben uitgelaten is ook het oordeel van deze niet gunstig. Het Journal des débats, daarmede over het geheel wel ingenomen, maakt niettemin eenige reserves. Volgens Le Temps zal de verdaging van het wetgevend lichaam door het gansche land een treurigen indruk maken. Men weet dat van meer dan tachtig leden het onderzoek der geloofsbrieven nog niet was afgeloopen, en de vergadering wordt alzoo gescheiden voordat nog het voorname doel, waarvoor zij volgens de eigen verklaring van de regeering is samengekomen, bereikt is. Le Temps acht het dan ook niet mogelijk in de geschiedenis een tweede voorbeeld te vinden van een kamer die uiteen wordt gedreven voordat zij nog volle dig is samengesteld. De taak van het linker-centrum ware, naar het oordeel van le Temps, dan ook geweest dadelijk een krachtiger houding aan te nemen, zijne interpellatie te handhaven, omtrent de nog duistere punten der aangeboden concessiën ophelderingen te vragen en omtrent de leemten van het programma duide lijke verklaringen uit te lokken. In het Engelsche hoogerhuis heeft thans ook de derde lezing van den Uil betrekkelijk de Iersche kerk plaats gehad. Vóordedeflnitievestemmingishethoogerhuis nog op twee vroeger door haar aangenomen amendementen die wellicht tot verwerping der wet door het lagerhuis zouden hebben geleid, teruggekomen. Door 108 tegen 82 stemmen is thans bepaald dat de bisschoppen van Ierland op hunne traditioneele zetels in het hoogerhuis geen aanspraak meer zullen kunnen maken. Door eene tweede stemming is met 121 tegen 114 stemmen besloten de roomsch catholieke geestelijkheid gelijke rechten te geven als de protestanten met betrekking tot dotatiën. He roomsch catholieke geestelijkheid zal alzoo voortaan van de openbare kerkhoven kunnen gebruik maken. Uit Madrid wordt gemeld dat Prim geslaagd is in de samenstelling van een nieuw ministerie. Behalve de leden van het kabinet, die, hunne portefeuilles blijven behouden, de heeren Topete en'Sagasta, vindt men op de lijst de namen van Sivela voor buitenlandsche zaken, Zorilla voor justitie, Artannar voor financiën, Ectegaray voor openbare werken en Becerra voor koloniën. Aan een brief gedagteekend New-York 25 Juni ont- leenen wij het volgende Wat men tot heden onophoudelijk aan het bestuur van den heer Grant en in het bijzonder aan dat van den heer Fish verweten heeft is gebrek aan energie, verzet tegen elk initiatief waardoor het eenige verantwoordelijkheid °p zich zou kunnen laden, en volharding in het klein moedig besluit om ten allen tijde passief toeschouwer van het stalu quo te blijven. Men moet intusschen niet vergeten dat, met uitzondering van generaal Jackson, die wel zorgde dat men hem niet van besluiteloosheid of zucht tot werkeloosheid kon beschuldigen, er geen enkel president geweest is die niet aan dergelijke ver wijten van de zijde der dagbladpers heeft bloot gestaan. Nogtbans valt het niet te ontkennen dat de openbare meening nooit omtrent den heer Fish met zich zelve in strijd is geweest, en dat, van het oogenblik waarop hij het bestuur als secretaris van staat in handen nam, hij steeds door de dagbladen is voorgesteld als een man van zeer gedistingeerde vormen, maar diebehebd is met conserva tieve vooroordeelen, die een helderen doch niet zeer vlug gen geest bezit, die langen tijd noodig heeft om te denken eer hij tot handelen overgaat, die, voorstander van de leer van het laisser-fairesteeds geneigd is om zooveel mogelijk de Engelsche politiek tot voorbeeld te nemen. Het ligt voor de hand dat Grant juist een man van zulk een karakter wenschte naast zich geplaatst te zien, bij de voortdurende vrees waarin hij verkeert dat men hem zal verwijten dat hij veel meer soldaat dan staats man, is en het bestuur zal voeren op dezelfde wijze waarop hij vroeger de zaken van zijn leger regelde. Men behoeft nu alleen bang te zijn dat de vrees voor het eene uiterste hem tot het andere zou kunnen doen overslaan en dat, om alle vermetelheid te vermijden, hij zijn ambte naren tot zwakheid en besluiteloosheid zou veroordeelen. Ik behoef niet te zeggen, dat dit gebrek aan vastheid zich niet in de binnenlandsche aangelegenheden doet gevoelen, daar het uitvoerend gezag slechts op het wachtwoord van de wetgevende macht handelt. Maar ten opzichte der buitenlandsche belangen bezit de uit voerende macht eene veel grootere vrijheid van handelen, al kan zij dan ook niets beslissen zonder de goedkeuring van het congres. Nu zijn er twee quaesties aan de orde, welke op dit oogenblik de aandacht der Amerikanen ten zeerste gespannen houden, het met Engeland te sluiten verdrag betrekkelijk de Alabama en de opstand in Cuba. Wat het eerste punt betreft kan men als onbetwistbaar aannemen dat de redevoering van den heer Summer de getrouwe afspiegeling is van het gevoelen der overgroote meerderheid van het volk, en dat men er eerder toe zal komen van elk tractaat af te zien, dan er een te sluiten op andere grondslagen. Door Engeland wordt beweerd dat men, door de opstandelingen als oorlogvoerende partij te erkennen, geen vijandige daad jegens de Yereenigde staten heeft bedreven, en alzoo daarvoor geenerlei vol doening verschuldigd is. Zóo is de stand van het geding. Engeland houdt vol dat het geen concessies zal doen, en het is wel zeker dat de Amerikanen er ook niet toe over zullen gaan. De vraag wie het langst zal volhouden, komt mij voor met zekerheid te kunnen worden beantwoord, als men in aanmerking neemt dat Engeland alles te verliezen heeft en aan vreeselijke représailles zou bloot staan wanneer het ooit in oorlog met eene Europeesche mogendheid mocht gewikkeld worden. Maar hoe dit zij, éen ding is zeker, namelijk dat het gevoelen van het Amerikaansche volk op dat punt nooit gewankeld heeft, en dat de regee ring omtrent den nationalen wensch in geen twijfel ver- lceeren kan. Maar toch spreekt men over verschil van gevoelen tusschen de heeren Fish en Summer ten op zichte der instructies voor den heer Motley, en de presi dent is, naarmen zegt, slechts zeer gebrekkig geslaagd in zijne pogingen om die beide het eens te doen worden. Hoewel ten slotte de heer Summer de bovenhand behou den heeft, heeft toch de populariteit van den heer Fish door dit geschil niets gewonnen. De heer Motley zou, indien onze inlichtingen juist ziju, alleen in last hebben aan de Engelsche regeering kennis te geven van het door den heer Reverdy Johnson ont worpen tractaat, en tevens het voorstel te doen dat, in de hoop op een aanstaande schikking, de onderhande lingen mochten worden opgeschort totdat de opge wondenheid en verbittering, bij beide volken door de drukpers aangeblazen, wat bedaard zal zijn. Yoor het oogenblik verlangen de Amerikanen niets anders, en zij willen niets liever dan de beslissing dezer zaak uitstellen. Als practische mannen bij uitnemendheid weten zij dat Engeland's belang medebrengt zich te bezinnen en dat het zich wel bezinnen zal. Niet gelukkiger is de heer Fish geweest in de wijze waarop hij de vermoedelijke gevolgen van den opstand op Cuba beschouwd heeft. Getrouw aan zijn politiek van vooringenomenheid, en voorbijziende dat de kamer der vertegenwoordigers hem met eenparigheid van stemmen gemachtigd had om de opstandelingen als oorlogvoerende partij te beschouwen, heeft toch de secretaris van staat gemeend een daad van hooge politiek te verrichten, door eenvoudig de armen te kruisen en de gebeurte nissen verder zichzelve te laten ontwikkelen. Intusschen hebben de opstandelingen door hunne gelukkige over winningen in menig gevecht terrein gewonnen, hunne liniën vooruitgebracht, belangrijke steden bezet, en eindelijk een geregeld bestuur ingesteld. En bij dit alles is de heer Fish, vergetende wat de openbare meening van hem eischte, belangloos toeschouwer gebleven. Chili en Peru hebben achtereenvolgens de regeering der nieuwe republiek erkend, de Spaansclie soldaten, die in opstand waren, hebben hun wettig opperhoofd afgezet en een revolutionair gouvernement ingesteldhet Ameri kaansche kabinet nogtans heeft zich blij ven vergenoegen met niets te, doen. Het gevolg daarvan is dat thans, nu de omwenteling op Cuba bijna voltooid kan worden geacht, de Yereenigde Staten, die door het noodlot bestemd zijn om cr vroeg of laat de vruchten van te plukken, zelfs niet de voldoening zullen smaken de Cubanen met hun zedelijken steun te hebben bijgestaan. Wel is waar verlaten dagelijks talrijke expeditiën de kusten van Florida om de patriotten van Cuba ter hulpe te snellen, maar men moet niet vergeten dat dit geschiedt in weerwil der regeering, en dat hare eigene agenten meestentijds geheime voorstanders der flibustiers zijn. De Amerikaansche pers is, zonder uitzondering, een stemmig in hare berisping van den president en zijn secretaris-generaal. De New-York Herald gaat zoover van te zeggen, dat de president, sedert hij aan het bestuur is, meer gedaan heeft wat een inbeschuldigingstelling rechtvaardigen zou, dan ooit door Andrew Johnson is geschied. Dit is natuurlijk overdrijving, temeer daar de New-York Herald in den regel Grant ondersteunt, maar er blijkt toch uit hoe de dwang der publieke opinie voort durend toeneemt, en daar de regeering gewoon is aan de publieke opinie te gemoet te komen, mag men aan nemen dat zij eindigen zal met toegeven en iets te verrichten. Haar dralen is des te onverklaarbaarder, wijl men van Grant altijd verwachtte dat hij voor de aan hechting van Cuba gezind was. De gezant van Cuba, Lemos, is acht dagen geleden met vier andere leden van de junta van Cuba in hechtenis genomen, op aandrang van den Spaanschen gezant, die beweerde dat deze heeren een expeditie organiseerden, om daarmede de opstandelingen op Cuba te hulp te komen. Zij zijn echter dadelijk op vrije voeten gesteld, en hunne vervolging is voorloopig uitgesteld. Het schijnt ook dat er geen bewijzen zijn aan te voeren. Intusschen schijnt deze arrestatie, al is dit ook eenigszins onge. loofelijk, zonder medeweten van den heer Fish te hebben plaats gehad. Amsterdam 14 Juli. Kaapolie op 6 weken ƒ41. Lijn olie op 6 weken ƒ36. Antwerpen 13 Juli. Kalme markt vooralle granen, doch zonder zaken. Petroleum. Kalme markt voor de geraffin. Amerikaan sche. Blank: disponibel en op de loopende maand fr. 49 j, op Augustus 50, op September 52, op de 4 laatste maan den 53 i de 100 kilo. Amsterdam 14 Juli 1869. Nederland. Certific. Werkelijke schuld 2j pet. 56J dito dito dito 3 63 dito dito dito 4 87 j Aand. Handelmaatschappij ..41 dito exploitatie Ned. staatssp. 71fj België. Certificaten bij Kothschild 21 r Rusland. Obligatiën 1798/1816 5 95 j Certific. adm. Hamburg 5 71f dito Hope Co. 1855, 6e serie 5 77 J dito ƒ1000 1864 5 „921 dito 1000 1866 5 „92 Loten 1866 5 268 Oblig. Hope Co. Leening 1860 4j 83 J- Certific. dito4 Inscript. Stieglitz Co. 2«a 4« L. 4 66| Obligatiën 1867 4 67| Certificaten6 45j Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5 2381 Oblig. dito 4 dito spoorweg Poti-Tiflis 5 84j dito dito 1868 5 83 j Polen. Schatkistobligatiën 4 64,3j Pruisen. Obligatiën 5 Oostenrijk. Obligatiën metalliek5 B 47 j dito 1847/185221 23J dito rente Amsterdam5 62| dito nationale5 541 dito 1864 5 n 59^ dito fr. 500 18655 624 dito 1866 O. W5 Bankactiën3 722 I Oblig. metall.in zilver Jan./Juli 5 56 J g J dito dito April/Oct. 5 56?» 3 I dito in papier Mei/Nov. 5 49 j| Idito dito Febr./Aug. 5 491

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1869 | | pagina 3