MIDDELBURGSCHE COURANT. V 109. Woensdag 1869. 7 Juli. Middelburg 6 Juli. Benoemingen en Besluiten. Kerknieuws. Marine en leger. Koloniën. Gisteren avond heeft de tweede kamer het wetsont werp tot regeling van het onderwijs op de Koninklijke militaire academie met 38 tegen 14 stemmen aangenomen. Nadat verder nog onderscheidene conclusiën waren aangenomen is de kamer op reces uiteengegaan. In eene na afloop der avondzitting gehouden zitting in comité heeft de heer van Reenen eene korte gevoel volle afscheidsrede gehouden, waarin hij mededeelde dat het thans de laatste maal was dat hij als voorzitter het woord voerde, en voorts ziine erkentelijkheid betuigde voor de talrijke bewijzen van vertrouwen, hem gedurende vele jaren door den koning, de ministers en de kamer geschonken. De heeren mrs. J. M. Isebree Moens en J. A. Bolle, onlangs tot B» en 2e" luitenant der dienstdoende schut terij te Zierikzee benoemd, werden op 4 dezer als zoo danig geïnstalleerd. Des avonds werd hun door het korps muzikanten der schutterij eene serenade gebracht. Men schrijft ons uit Rotterdam: „Het was Delft's burgervader, de heer van Kuyk, die in de tweede kamer, bij de discussie over de wet tot afschaffing van het dagbladzegel, de vrees uitte, dat die maatregel de doos van Pandora boven het land zou openen. Uit die doos is in onze stad een volksblad ge vallen, dat ons werkelijk de keerzijde vertoont van den vrijzinnigen maatregel, die op 1 Juli zijn beslag gekregen heeft. „Dit „Volksblad"maar laat ik n eerst vertellen hoe ge u een exemplaar verschaft. Gij hebt gelezen, dat het blad wordt uitgegeven door zekeren Spanjersberg. Er wonen twee boekverkoopers van dien naam in de stad. Dij beiden vervoegt ge u te vergeefs om een exemplaar te koopen. Men verwijst u naar eene laan in een uiteinde der stad. Gij begeeft u daarheen. „Waar woont hier Spanjersberg?" Men antwoordt u„Aan het einde van de laan, op 'n hoffie, met 'n bleekvelletje voor de deur en 'n pomp in 'tmidden." De aanduiding is duidelijk genoeg. Gij vindt dan ook het zoogenoemde hofje met het „bleek velletje" (Rotterdamsche uitdrukking voor bleekveldje). Op het hofje staan vier of vijf geringe huisjes. Maar gij vindt geen naam op de deuren. Gij moet dus weder informeeren. Eindelijk komt gij terecht. Op eene boven woning van een dezer huisjes woont de uitgever van het Volksblad. „Gij koopt een exemplaar voor 3 centen. Het blaadje ziet er goed en fatsoenlijk uit uitwendig altijd. Goed Papier, nette druk. Het is ook over het geheel goed ge steld en goed gecorrigeerd. „Maar welk een geest ademt dit blaadje! „Gij leest al dadelijk bovenaan op de eerste kolom van de eerste pagina „Noemt gij het geen gruwel, gij werklieden, dat zoo vele rijken zich vetmesten met hetgeen men u onthoudt, met hetgeen u-behoorde? „„Gevoelt gij daar binnen niets dat luide om wrake roept tegen hen, door wier toedoen gij en de uwen gebrek 1'jden? „Ziet hen daar dan voortrollen in hunne met uw zweet en bloed betaalde rijtuigen, ziet hoe zij de aan u ontperste guldens lachend en spottend op het altaar der Wellust offeren; hoort de minachting waarmede zij over d, nijvere huisvader en werkman, durven spreken en zeg mij dan naar waarheid of gij niet naar verandering haakt? „Zie rond u en breng de woelingen in het grootste deel van Europa in verband met de verdrukking en uit mergeling waardoor ook gij in dit lieve vrije land ge bukt gaat, en gij zult met ons toestemmen dat de heerlijke tijd nabij is waarin de bloedzuigers en volksverdrukkers zullen moeten bezwijken voor de almacht van uw recht!" „Verder hebt gij niet te gaan. Gij hebt genoeg gelezen, om te weten dat ge te doen hebt met een der ellendigste voortbrengselen van de drukpers. Van voor tot achter is het blaadje gevuld met opruiende taal. „Het doet nogtans veel van zich sprekenzijne ver schijning is hier werkelijk événement du jour''zijn inhoud het onderwerp van alle gesprekken in alle kringen. Algemeen en dit mag tot eere van ons volks karakter worden opgemerkt algemeen is de veront waardiging over het blaadje. Aan het publiek om het een vroegen dood te doen sterven. „Van iets anders gesproken. De beweging op onze drukkerijen is nog niet geheel ten einde, ofschoon de werkstaking geen uitbreiding verkrijgt. Reeds hebben onderscheien patronen de loonen verhoogd; anderen zuilen waarschijnlijk volgen. „Ook onder de bakkersgezellen bestaat neiging om eene grève te maken. Zij hebben eene vergadering ge houden, waarin geëischt werd hooger loon en, voor de ongehuwde knechten, geen verplichting meer om bij de bazen in te wonen en in den kost te zijn. Zij willen betaald worden op gelijken voet met andere werklieden. Opmerkelijk is, dat het initiatief is uitgegaan van de talrijke knechts der bakkerij, die de hoogste, loonen betaalt. De h^tfüïu-vjah^n oven z"fjn tegenover 'hunne bazen edelmoedigj^Sckfêg om niet te vordererij dat dezen het hoogere loon van hunne winsten zullen afnemen. Zij willen, dat het publiek het gelag zal betalen. De bazen moeten de broodprijzen opslaan, o-.n daaruit de verhooging van de loonen te vinden. Dit is de eisch. Aan de bazen is een week tijd gegund om zich te beraden, en die termijn is op Zondag 4 Juli verstreken. Op dien dag zullen de heeren bakkersknechten weder eene vergadering houden. Naar alle- waarschijnlijkheid zullen zij eene strike maken, als ze hun zin niet krijgen. „In verband met mijn vorig schrijven over de aan staande gemeenteraadsverkiezingen alhier, moet ik u melden, dat eenige aftredende leden zich niet herkiesbaar zullen stellen. Men noemt de heeren Ledeboer, Duuring, W. Stoffman en de Critter. „Burgerplicht" hoeft reeds een gros van candidateu opgemaakt." Gisteren is de nieuw benoemde minister van Italië bij het Nederlandsehe hof, graaf Louis Corti te 's-Gra- venhage aangekomen. De Staatscourant van Zondag en Maandag 4 en 5 Juli bevat een door het departement van financiën medege deelde vergelijkende opgave der schepen, waarvoor in de eerste zes maanden van 1868 en 1869 voor de eerste maal Nederlandsehe zeebrieven zijn uitgereikt. Voor de eerste zes maanden van 1868 bedraagt het totaal dier schepen 47 met 42731 lasten; hiervan zijn 36 binnen- en 11 buitenslands gebouwd. Voor de eerste zes maanden van 1869 is het totaal 50 schepen met 7643 lasten, waar van 43 binnen- en 7 buitenslands zijn gebouwd. Op de tentoonstelling te Kampen, de vorige week bij gelegenheid van het landhuishoudkundig congres ge houden, zijn onder anderen bekroningen toegekend aan den heer E. van den Bosch te Goes, voor zijne meest volledige verzameling granen en zaden, de eerste prijs of f 10; en aan de firma J. C. Massee Zoon te Goes, de tweede prijs of [15 voor de meest volledige verzame ling werktuigen, dienstig voor akker- en tuinbouw, zuivel- en vee-voederbereiding; f 10 voor een wanmolen met zes zeefteneen getuigschrift voor een graansor- teerder of zuiveringsmolen: idem voor een graan-, lijn zaad- en boonenbreker; de eerste prijs of f 10 voor een stroosnijder Richmond and Chandler; een getuigschrift voor een stroosnijder; /'2.50 voor een karnwerktuig; f 20 voor een graan-maaiwerktuig; de eerste prijs of f 25 voor een zaaiwerktuig Smyth and sons, en de eerste prijs of f 10 voor een moesmaker. De Staatscourant van Dingdag 6 Juli bevat het verslag aan den minister van binnenlandsche zaken, aangaande de werkzaamheden door het Koninklijk Nederlandsch meteorologisch instituut verricht in 18681869, alsmede eene memorie betrekkelijk de uitkomsten op practisch gebied door de afdeeling „zeevaart" van genoemd insti- stuut verkregen, bijzonder in verband tot de aanstaande opening van het kanaal van Suez. leger. Benoemd tot 1™ luitenant-kwartiermeester, bij het 2« regiment vesting-artillerie, de 2c luitenant-kwar tiermeester W. F. A. Schoevers, van het korpsbij het 3c reg. vesting-artillerie, de 2« luitenant-kwartiermeester J. T. I. de Jong, van het korps; tol l"i luitenant administrateur van kleeding en wapening, bij het reg. veld-artillerie,de2cluitenant-admiuistrateur van kleeding en wapening J. Bogaerts, van het korps (naar ouderdom van tang); tot 2™ luitenant kwartiermeester, bij het B reg. infanterie, de sergeant F. W. Horstman, van het B reg. vesting artillerie; bij het 2-' reg. infanterie, de sergeant J. S. Oudraad, van het 7e reg. infanterie; bij het 4c reg. infanterie, de wachtmeester K. Dorsman, van het B reg. huzaren, en de wachtmeester-titulair E. G. Le Rutte, van het 2C reg. huzaren. lieden morgen heeft de opening plaats gehad der 454 gisteren ingeleverde stembiljetten voor de verkiezing van twee leden in het kiescollege der Nederduitsche hervormde gemeente alhier. Gekozen zijn de heeren A. van der Harst met 305 en O. Wondergem met 298 stemmen. Voorts waren uitgebracht op de heeren C. Nuys 149, J. G. van der Harst 143, A. Magielse, C. Hamelink en P. J. Tismeer ieder 1 stem. Vier biljetten waren van onwaarde en l was oningevuld. De heer J. G. Ormel, predikant bij de hervormde gemeente te Zaamslag, heeft voor het beroep naar Sint- Philipsland bedankt. Gisteren is te Vlissingen ter reede geankerd Zn Ms. monitor de Schorpioen, onder bevel van den kapitein- luitenant ter zee W. K. yan Gennep. Het schip zal aldaar steenkolen innemen en daarna de Schelde opstoomen. Uit Breda schrijft men ons: „Het examen der adspiranten voor deKoninklijke mili taire academie is bijzonder slecht uitgevallen. 91 jonge lieden namen er aan deel. Er warenomstreeks80plaatsen. De kans was dus schoon. Slechts 24 schijnen aan de eischen te hebben voldaan en zijn voorgedragen tot plaatsing. De 70 overigen bleven beneden het middel matige. Van deze zijn er echter tien, die wederom zich gunstig onderscheiden hadden boven hun lotgenooten en daarom heeft de commissie den minister van oorlog voorgesteld dezen te vergunnen in de vakken, waarin zij zwak geweest waren, op nieuw te worden geëxami neerd na de'groote vaeantie." Volgens telegram van den gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indiëjgedagteekend 11 Juni, zijn de feesten ter herdenking van de stichting van Batavia in de beste orde afgeloopen. Staatscourant Jl. Maandag zijn hier per Fransche mail de brieven en dagbladen uit Nederlandsch-Indië aangebracht. De berichten loopen tot 23 Mei, doch behelzen weinig bijzon der nieuws. Uit de Preanger regentschappen wofdt gemeld dat in de eerste helft der maand Mei in de districten Bonga, Oedjong-Broenkoelon en Tjilokottot, regentschap Ban- dong, eene ziekte onder de buffels is uitgebroken. Inheide laatstgenoemde districten openbaarde die ziekte zich ook onder de paarden en koeien. Den 12«n Mei waren reeds 21 buffels en 3 paarden gestorven, terwijl 148 buffels, 2 koeien en 7 paarden werden afgemaakt. Door het onmiddellijk toedienen van geneesmiddelen en door de hulp van den te Bandong aanwezigen inland- schen veearts werd die ziekte in, haren loop gestuit, zoo dat zij zich thans nog tot slechts enkele gevallen bepaalt. Volgensontvangenberichten uit Palembang had het bestuur te Tebing-Tingi in den aanvang van dit jaar het spoor gevonden van een zestal kwaadwilligen die mede plichtig waren aan den moord, op den 13«« Januari 1868 op den controleur von Schmid gepleegd, en zijn van dezen de personen van Messaboen en Messaloen na hef- tigen tegenstand afgemaakt, een derde, met. name Midar,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1869 | | pagina 1