fóuitenland.
54A
63A
54
59|
93f
72
75
881
881
248
811
dito 1867 3
dito (binnenl.)5
681
201
781
731
631
48|
231
61
53A
58A
611
47$
551
551
481
48$
511
51$
30$
27 ,V
34}
34|4
41$
ondergaan, benevens vier geldboeten van 12.50 ieder
en in de kosten.
Bij de behandeling dezer zaak ter terechtzitting was
eené conclusie der verdediging tot schorsing der zaak,
op grond dat hier een geschilpunt van burgerlijk recht
bestond ten aanzien der rekenplichtigheid van den
beklaagde, door de rechtbank afgewezen.
Pieter Bernard Landsheere, oud 55 jaren, landbou
wer te IJzendijke, was beklaagd dat hij, ougeveer tien
jaren geleden in het huwelijk getreden met zijne tegen
woordige huisvrouw Melanie Bruijntjes, in dien tijd zijne
beide uit een vorig huwelijk gesproten kinderen Felix
en Petrus, thans respectievelijk 1(3 en 13 jaren oud,
voortdurend, althans wanneer zij bij hem in huis waren,
heeft mishandeld door hen, ofschoon hij in staat was
zijne kinderen goed te onderhouden en het noodige te
verschaffen, voldoende voeding en kleeding te onthou
den, hen somtijds des nachts niet in huis op te nemen of
geen behoorlijke slaapplaats te verschaffen, van hen te
zwaren arbeid te vorderen, hen te slaan en te schoppen
en andere gewelddadigheden toe te brengen, die de
grenzen eener vaderlijke kastijding te buiten gingen
door welk een en ander de kinderen genoodzaakt waren
alsdan uit honger wortelen en rapen uit den grond te
trekken en op te eten, den nacht en zelfs in den winter
bij guur weder onder den blooten hemel door te brengen,
en bij anderen toevlucht en schuilplaats to zoeken; dat
hij bepaaldelijk omstreeks driejaren geleden beide kin
deren erg heeft geslagen en geschopt; den ouderen zoon
vóór vier jaren met een stok en met de handen slagen
toegebracht en daarna tegen een hooiberg neêrgestooten
heeft; dat hij denzelfden knaap twee jaren geleden zoo
danig heeft geslagen en geschopt dat hij nederviel, en
voor ongeveer éen jaar des avonds aan een paal in de
schuur gebonden en den ganschen nacht daaraan vast-
gelaten heeft (waarvan de jongen zich tegen den morgen
heeft weten los te rukken en toen weggeloopen is); dat
hij den jongsten knaap in het laatst van het vorige jaar
met een stok op den rug geslagen en twee wonden toe
gebracht heeft, hem eenigen tijd later onderden uitroep:
rwil ik je dood schoppen!" herhaaldelijk geschopt en
wederom met een zweep of stok deerlijk geslagen heeft.
De rechtbank heeft den beklaagde alleen schuldig
verklaard aan twee der hem ten laste gelegde feiten,
namelijk eene mishandeling vóór omstreeks vier jaren,
en het binden van zijn zoon aan een paal gedurende den
nacht vóór ongeveer een jaar, en deze gequalificeerd als
moedwillige mishandeling, waardoor hij de grenzen eener
vaderlijke kastijding is te buiten gegaan, De overige ten
laste gelegde feiten zijn niet bewezen en de beklaagde
daaraan niet-schuldig verklaard, zoodat hij te dien aan
zien is vrijgesproken. Ter zake der feiten waaraan hij is
schuldig verklaard is hij veroordeeld tot een maand ge
vangenisstraf, in eenzame opsluiting te ondergaan, als
mede twee geldboeten elk van f 8, en in de kosten.
Gemengde berichten.
Uit Kruiningen schrijft men ons van den 21«n dezer:
„Gisteren avond 10 uren werden de inwoners van ons
dorp uit den slaap gewekt door het luiden der brandklok.
In de bebouwde kom van 't dorp was, in een dubbel huis,
door drie gezinnen bewoond, tijdens die te bed lagen,
een hevige brand uitgebroken, waardoor het gebouw
geheel en bijna al de meubelen verbrandden. De bewo
ners werden met moeite, sommigen half naakt, gered.
Door de goede werking der brandspuit was men, zonder
dat meer gebouwen werden aangetast, om 12 uren den
brand meester; het gebouw was verzekerd, de inboedels
niet; de oorzaak van den brand is onbekend, doch wordt
niet aan kwaadwilligheid toegeschreven. Eenige inge
zetenen hebben zich onmiddellijk tot eene commissie
vereenigd, om voor de van alles beroofde gezinnen in
deze en omliggende gemeenten liefdegaven in te zamelen."
Goessche cour.)
Eergisteren zijn HH. KK. HH. prins en prinses
Frederik met hunne dochter te Keulen aangekomen, om
van daar naar Wiesbaden te vertrekken.
In de deze dagen gehouden algemeene vergadering
van de brood- en meelfabriek te 's Gravenhage werd,
evenals in de twee vorige jaren, het dividend op 7 pet.
vastgesteld.
De oogst voor het loopende jaar zal in Egypte
bijzonder tegenvallen, zoodat men zelfs voor hongersnood
vreest, wanneer niet in tijds aanvoer van buiten in het
aanstaande tekort voorziet. De Nijl is in 1868 niet hooger
gerezen dan 35,Ned. palm, terwijl hij 55 Ned. palm moest
rijzen om alles behoorlijk te vloeien en den oogst te ver
zekeren. De regeering heeft reeds eene uitdeeling gedaan
van zaaizaad, en toegestaan, dat de betaling dér grond
lasten voor het loopende jaar eerst in 1870 geschiede.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Eergisteren avond werden alhier te koop aangeboden
1°. eene broodbakkerij, genaamd De pellikaan, in den
Kortendelft alhier, wijk F n°. 262". een huis en erf in
de Krommeweele, wijk K n°. 104; 3°. elf obligaliën ten
laste der stad Middelburg, ieder groot 1000, en 4». acht
dito groot f 500. Alles werd opgehouden. Voor het
1« perceel was het hoogste bod f 2,622.22voor het
2« perceel 1511. Van de obligatiën werden 5 der eerste
serie aangeboden; het hoogste bod was ƒ470, waarna
geen der anderen meer in veiling gebracht werd.
Vliermometerstaitd.
21 April 'sav. 11 u. 48 gr.
22 'smorg.7u.53gr.'smidd.lu.62gr.'sav.ll u.56gr.
23 'smorg.7u.56gr.'smidd.lu.70gr.
Algemeen overzicht.
Omtrent de werkstakingen in België werd in de laat
ste dagen niets belangrijks vernomen. In de Borinage
duren zij wel steeds voort doch zonder aanleiding te
geven tot ongeregeldheden. Het Belgisch dagblad la
Meuse verneemt intusschen dat de minister van binnen-
landsche zaken het voornemen heeft om eene commissie
te benoemen tot het houden eener enquête nopens den
toestand der werklieden in België. Ook de kamer van
afgevaardigden te Brussel zal zich eerlang bezighouden
met een wetsontwerp, waarbij de werklieden zeer veel
belang hebben. Bij dit wetsontwerp worden de zooge
naamde livretten niet meer als verplichtend voorgeschre
ven. De centrale sectie heeft bij hare conclusie tot aan
neming van dit ontwerp,tevens de afschaffing van art.1781
burgerlijk wetboek, voorgesteld, hetwelk als vernederend
voor de werklieden wordt beschouwd.
Dit artikel 1781 luidt aldus: „De meester wordt op
zijn verklaring geloofd ten aanzien van de hoegrootheid
van het bedongen loon, ten aanzien van de betaling van
het loon over het verschenen jaar en ten opzichte van
hetgeen op rekening gegeven is van het loon over het
loopende jaar." Ook in het Nederlandsch burgerlijk
wetboek komt deze bepaling voor in art. 1638. In dit
artikel van het Nederlandsch burgerlijk wetboek is
bovendien nog bepaald dat de meester op zijn woord,
des gevorderd met eede gesterkt, geloofd wordt ten op
zichte der tijdsbepaling, voor welke de huur is aange
gaan. Zelfs in Frankrijk zijn deze wetsbepalingen reeds
afgeschaft, als niet meer in onzen tijd te huis behoorende
en aan het kapitaal rechten gevende tegenover den ar
beid, welke eigenlijk niet te verdedigen zijn. Curieus
was de bewering van eenige leden der 2e afdeeling bij
de beraadslagingen over het Nederlandsch burgerlijk
wetboek ten aanzien van dit „desgevorderd met eede ge
sterkt." Zij beweerden dat er „iets onvoegzaams" in was
„dat een meester tot het doen van een eed door zijn huur-
bediende kan verplicht worden." De verdere bepalingen
der Nederlandsche wet omtrent het recht der meesters
om willekeurig het gesloten contract te verbreken, met
eene kleine schadevergoeding aan de werklieden, zijn
in het Fransch burgerlijk wetboek in het geheel niet
bekend. Deze onjuridische uitvinding is van Nederland-
schen oorsprong.
Het ongunstig resultaat der pogingen van den land
dag te Lemberg om eenige meerdere onafhankelijkheid
voor Gallicië te verkrijgen wordt door sommige dagbla
den ook al toegeschreven aan en in verband gebracht
met de in geheel Europa waar te nemen verschijnselen
van diplomatieke manoeuvres om nieuwe alliantiën te
sluiten en bestaande alliantiën te verbreken. De regee
ring te Weenen zou namelijk nog altijd volgens het
onzen lezers bekend gerucht na hare toenadering tot
Italië en Frankrijk, vooral in overlegmet keizer Napoleon,
steeds trachten om Rusland los te maken van Pruisen.
Enkele dagbladen wijzen in verband hiermede op een
onlangs door prins Wladimir aan Weenen gebracht be
zoek en op de aanstaande komst der keizerin van Rus
land in de Oostenrijksche hofstad, alwaar ook keizer
Alexander eerlang zou worden verwacht. Nu weet men
dat de regeering te St. Petersburg steeds haren invloed
heeft gebezigd te Weenen, om elke schrede tot het ver-
leenen van meerdere autonomie aan het grootendeels uit
eene Poolsche bevolking bestaand Gallicië tegen te gaan,
en de Russische regeeringsorganen zelfs de aanstelling
van den onlangs op zijn verzoek eervol ontslagen gou
verneur dier Goluchowski, provincie, een Pool, als eene
aan Rusland vijandige daad beschouwden.
De commissie uit het huis van afgevaardigden te
Weenen heeft dezer dagen haar rapport vastgesteld om
trent de qu-testie der vermeerdering van het aantal leden
der vertegenwoordiging. Volgens de Oostenrijksche dag
bladen zou het aantal leden van het huis van afgevaar
digden, thans 203, op 406 gebracht worden. Het rapport
concludeert overigens tot het doen benoemen der 203
nieuwe leden door directe Verkiezingen. Men weet dat
tot dusverre de afgevaardigden werden benoemd door
de provinciale landdagen.
In de Beiersche kamer van afgevaardigden is thans
het wetsontwerp op het openbaar onderwijs in behande
ling, waartegen reeds sedert zoo geruimen tijd door de
geestelijkheid der catholieke kerk te velde wérd getrok
ken. Bij de debatten heeft zelfs de minister-president,
prins von Hohenzollern, steeds beschouwd als aanhanger
der clericale partij, erkend dat de systemen, welke in de
laatste jaren op nieuw door het hoofd der catholieke
kerk werden gehandhaafd, zöo in strijd zijn met de eischen
van den tegenwoordigen tijd dat zij noodzakelijk tot
eene scheiding van kerk en staat moeten leiden. Zoo
schijnt Rome na zijn grootsten steun in Oostenrijk,
Italië en Spanje te hebben verloren, ook het clericaal
Duitschland langzamerhand van zich te vervreemden.
Uit Servië wordt geme'.d dat de betrekking van suze-
reiniteit, waarin de sultan van Turkije tegenover de
Servische regeering staat, doch Welke betrekking in
den loop der tijden langzamerhand rechtens en feitelijk
al meer en meer verzwakte, dezer dagen wederom voor
een gedeelte verbroken is. De sultan heeft namelijk aan
de regeering te Belgrado het recht toegekend om han-
delstractaten met vreemde mogendheden te sluiten.
Omtrent den uitslag der laatste verkiezingen in
Romanië, waarbij de partij des oud-ministers Bratiano
de nederlaag leed, wordt gemeld dat thans de Fransche
invloed te Bucharest schier geheel en al verdwijnt.
Naast den uit Pruisen indertijd naar Romanië gezonden
hospodar, vorst Karei von Hohenzollern, heerscht thans
de consul-generaal van Pruisen, die bij de zoogenaamde
conservatieve partij te Bucharest en te Iassy steun en
medewerking vindt en zelfs den Rnssischen invloed
overvleugelt. De kunstmatig in het leven geroepen
en gehouden toestand in geheel het Oosten laat echter aan
dit alles slechts een zeer tijdelijk karakter toekennen.
Eergisteren is in het Fransch wetgevend lichaam de
bekende wet op de algemeene veiligheid weder ter
sprake gekomen, naar aanleiding van het voorstel der
oppositie om deze af te schaffen. Natuurlijk werd dit
verworpen, doch het gaf aanleiding tot een heftig debat,
waarbij de heeren Picard en Pelletan hunne grieven
tegen "die wet toelichtten en ontwikkelden.
Gisteren is te Parijs een geschrift uitgegeven,hetwelk
op de keizerlijke drukkerij is gedrukt en hetwelk men
toeschrijft aan keizer Napoleon zelf. Het draagt tot titel
„Progrès de la France sous le gouvernement impérial"
en zal wel moeten strekken om de kiezers te bewegen
hnnne stem te geven aan de bij do aanstaande verkie
zingen te stellen regeeringscandidaten.
Met het oog op de vele mijnontploffingen, welke in
den laatsten tijd ia Engeland plaats hadden is in het
Engelsch lagerhuis door een tweetal afgevaardigden een
wetsvoorstel ingediend, waarin verschillende bepalingen
voorkomen tot vermeerdering van de veiligheid der
mijnwerkers, waarbij ook vooral de zoogenaamde veilig
heidslampen niet worden vergeten. Ook wordt in dit
wetsvoorstel de bepaling aangetroffen dat geen kinderen
beneden de twaalf jaren tot mijnarbeid mogen worden
gebezigd en dat de jeugdige mijnwerkers tusschen de
twaalf en zestien jaren niet langer dan twaalf achtereen
volgende uren in de mijnen werkzaam mogen zijn. Reeds
lang werd op dit gebied naar veler oordeel eene betere
wettelijke regeling vercischt en zoo is ook dit vraagstuk
thans opgenomen onder het groot getal onderwerpen,
welke een punt van beraadslaging voor het parlement
zullen kunnen uitmaken.
Graanmarkten enat.
Middelburg 22 April. De aanvoer uit Walcheren was
niet groot, terwijl die uit de naburige eilanden ook
klein was Puike Walchersche tarwe werd alleen door
de consumtie gekocht en betaalde daarvoor f 9.50 a 9.60
per mud. Zeeuwsche tarwe bracht/9 25 op. Rogge/7.50,
Zeeuwsche wintergerst /6.20. Walchersche dito 6.50
a f 6.75. Zeeuwsche zomergerst 15 cent hooger en tot
f 5.65 gekocht. Walchersche dito met veel vraag tot f 6
genomen. Walchersche witteboonen f 16.25. Dito bruine-
boonen f 10.50 a f 11. Dito paardenboonen werden op
8 gehouden. Dito groene erwten op de kook f 9. Mes
ting soort [8. Winterkoolzaad 12 nominaal. Raapolie
351. Patentolie 37 j. Lijnolie f 35f per vat op zes
weken, contant f 1 lager.
GEMIDDELDE MARKTPRIJZEN
Middelprijzen van bakbare tarwe f 9.30, en rogge
f 7.50. Aardappelen /'2. - a 2.40 per Ned.Mud. Versche
boter f .90 a f 1.10 per Ned. pond.
Prijzen van effecten.
Amsterdam 23 April 1869.
Nederland. Certific. Werkelijke schuld 2j pet.
dito dito dito 3
dito dito dito 4
Aand. Handelmaatschappij 4j
dito exploitatie Ned. staatssp.
België. Certificaten bij Rothschild 2.j
Rusland. Obligatiën 1798/1816 5
Certific. adm. Hamburg 5
dito Hope Co. 1855, 6e serie 5
dito /1000 1864 5
dito f 1000 1866 5
Loten 1866 5
Oblig. Hope Co. Leening 1860 4.$
Certific. dito4
Inscript. Stiegl itz Co. 2«a 4CL. 4
Obligatiën 1867 4
Certificaten6
Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5
Oblig. dito 4
dito spoorweg Poti-Tiflis 5
dito dito 1868 5
Polen. Schatkistobligatiën 4
Pruisen. Obligatiën5
Oostenrijk. Obligatiën metalliek5
dito 1847/1852 21
dito rente Amsterdam5
dito nationale5
Italië.
Spanje.
Portugal.
Turkije.
dito 1864 5
dito fr. 500 1865 5
dito 1866 O. W5
Bankactiën 3
(Oblig- metall. in zilver Jan./Juli 5
dito dito April/Oct. 5
dito in papier Mei/Nov. 5
dito dito Febr./Aug. 5
Leening 18615
Certific. bij Lamaison c. s. 5
Obligatiën 3 thans 21
dito Binnenlandsche3
dito 1856—1863 3