tfiiitmlcmö. over zij nog altijd te vergeefs blijft klagen, het is de verplichte jaagdienst. „Aan de stoombooten is het sedert lang toegestaan om op het kanaal te stoomen, maar het zeilen is nog altijd verboden. Wij noemen dat zeer onbillijk en drukkend, omdat de richting' en de breedte van het kanaal, vooral op ons grondgebied, dikwijls zulk eene overschoone ge legenheid oplevert om van den wind gebruik te maken, omdat het zeilen der schepen de kanaal boorden minder zal beschadigen dan de aanhoudende oploop des waters tegen deze boorden, door de stoombooten teweeg ge bracht, en omdat de schippers of gezagvoerders derhalve vaak een onnoodig jachtloon moeten betalen. Wij willen hopen, dat dus eindelijk ook het zeilen op ons kanaal zal worden vergund, wat menigen schipper zeer te stade komen zou. „De vaart op het kanaal zal intusschen 15 dezer gestremd worden voor een zestal weken. Drie bruggen over het kanaal vorderen vernieuwing, de brug te Sas van Gent en twee bruggen op het Belgische gedeelte. Bovendien wordt de groote zeesluis hier voorzien van een paar nieuwe waaierdeuren. IJzeren bruggen cn ijzeren deuren, dat spreekt van zelf. Br zijn dus hier ook nog- al belangrijke werken uit te voeren in dat tijds bestek. „Gelukkig dat de spoorweg nu geopend is; het ver voer van vrachtgoederen van en naar Gent behoeft dus, evenals vroeger, hij aftappingen van het kanaal niet meer stil te staan. Ik acht zulks een groot gemak en een voordeel voor den handel „ffog iets ten slotte. Zal onze spoorweg ontegen zeggelijk in deze streken voordeelen afwerpenhij zal aan de rijtuigverhuurders van Neuzen en Sas van Gent nog al schade berokkenen. Tusschen deze plaatsen en het naburige Selzaete bestond tot nu een zeer levendig verkeer in hun voordeel. Dat is gedaan. Men is nu per spoor in 25 minuten van Neuzen te Sas van Gent en omgekeerd. „Voor do koetsiers te Sas van Gent zal dat wel het ergste wezen, waar de bronnen van bestaan niet vele zijn. Deze kunnen evenwel daar verboteren en toenemen. Het is toch te verwachten, dat eindelijk aan deze zijde der Schelde eene arrondissements-rechtbank zal gebracht worden, aan welke eene zoo groote behoefte bestaat. En waar zal deze wel beter te vestigen zijn dan te Sas van Gent, waar het domeinbestuur nog zoo vele gronden der gesloopte vesting bezit, zeer geschikt om op deze de noodige gebouwen en de tekort komende woonhuizen op te richten Z. M. de koning zal, volgens bekendmaking in de Staatscourant van gisteren, Woensdag den 14™ April a des morgens te 9j uur, in het paleis te Amsterdam audi ëntie verleenen aan commissiën, civiele en militaire autoriteiten, officieren en militairen, en Donderdag den 15™ daaraanvolgende, te 91- uur, aan particulieren. Benoemingen cn besluiten. huis des KONiN&s. Benoemd tot Zr. Ms. ordonnance- ofücier de 1ste luitenant J. E. N. baron Sirtema van Grovestins, van het regiment rijdende artillerie. marine. Pensioen verleend, ten bedrage van f 299 'sjaars, aan den gewezen klerk bij de voormalige directie der marine te Botterdam H. Hopman, met ingang van den eersten dezer, ter zake van langdurigen dienst. koloniën. Met toekenning van pensioen uit'slands dienst ontslagen de heer B. Braams, laatstelijk predikant hij de protestantsehc gemeente te Pontianak (Wester- afdeeling van Borneo), thans met verlof in Nederland. belastingen. Opgeheven de out vangkantoren der directe belastingen en aceijtiscn, gevestigd te Nieuwer- Amstel en te Ouder-Amstel, zooals die thans bestaan, en ingesteld een nieuw kantoor der directe belastingen en aecijnsen te Nieuwer-Amstel, voor de gemeenten: Nieu wer Amstel, Water graafsmeer, Ouder-Amstel en Uit hoorn, met bepaling, dat lret zal gehouden worden in de agglomeratie onmiddellijk grenzende aan de ge meente Amsterdamen de gemeente Diemen gevoegd hij het kantoor der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en aecijnsen te Muiden, onder voortdurend beheer van den tegenwoordigen titularisden heer G. C. G. van Ketel. telegrapuie. Benoemd, met ingang van 1 Mei, tot directeur van een der rijks-telegraafkantoren de tele grafist 3C klasse H. C. van der Horst. Kerknieuws. Do heer J. P. Nonhcbel, predikant bij de Nederduitsche hervormde gemeente alhier, heeft voor een op hem uit gebracht beroep naar Alphen aan den Rijn bedankt. Jl. Zondag vierde de heer J. H. Calkocn, predikant bij de hervormde gemeente te Sint-Laurcns, gedachtenis van zijne vervulde 40jarig'e ambtsbediening. Naar aan leiding van 1 Tim. I: 12«, herdacht hij het gebeurde gedurende dit belangrijk tijdsverloop met betrekking tot zijn dienstwerk, tot de gemeente, en tot zich-zelven en de zijnen. Eene groote schaar belangstellenden en vrienden woonde deze godsdienstoefening bij. en na afloop daarvan werden den jubelaris vele mondelinge en ook stoffelijke bewijzen van deelneming en vriend schap geschonken. Den volgenden avond vereenigden zich de kerkeraad en andere belangstellende gemeente leden om hem, en gaven hem, ook door do aanbieding van een fraai geschenk, evenzeer blijken hunner be langstelling. De heer A. Keers, predikant bij de hervormde gemeente te Koudekerke, heeft voor het beroep naar Yerseke bedankt. Marine en leger. Zr. Ms. schroefstoomschip de Amstel, onder bevel van den luitenant ter zee le klasse K. C. Bunnik, is_ den 28™ Februari jl. te St. George d'Elmina (kust van Guinea) aangekomen. Aan boord was alles wel. De officier van gezondheid 2C klasse C. J. A. de Groot wordt met den 16™ dezer geplaatst op Zr. Ms. wachtschip te Willemsoord. De minister van marine maakt in de Staatscourant van gisteren bekend dat dit jaar achttien jongelieden na behoorlijk afgelegd examen op het koninklijk instituut voor de marine te Willemsoord kunnen worden aange nomen. De admissie heeft plaats op den 1™ September a. Gemengde berichten. Jl. Maandag avond is, in de Kreek tusschen Hulst en Clinge, in eerstgenoemde gemeente, verdronken gevon den de persoon van F. Dollander, ongehuwde koorn- molenaarskneeht te Hulst, In den vooravond, na afloop der markt, had hij de gemeente verlaten, met het voor nemen zich naar zijne familie te Clinge te begeven. Men schrijft uit Leeuwarden„Tot waarschuwing van anderen deelen wij mede, dat door het kantongerecht alhier vóór eenige dagen twee personen zijn veroordeeld tot geldboete van f 10 of gevangenis van drie dagen, de i een wegens het plaats nemen in een rijtuig van een trein van den spoorwegdienst, zonder van een behoorlijk plaats bewijs te zijn voorzien, de ander wegens het verder rei zen dan het station van een spoorwegdienst, waarvan het plaatsbewijs genomen was, zonder daarvan kennis te geven aan den hoofdconducteur of de bijkomende vracht te betalen." Uit Joure wordt gemeld dat de hoofdonderwijzer van een der naburige dorpen naar de gevangenis te Sneek overgebracht is, als verdacht van valschheid in geschriften. Burgerlijke stand. Middelburg. Eerste huwelijks-afkondiging van den 4™ dezer: II. L. van Dorsten, jd. 39 j. met H. I) Luijk, jd. 30 j. L. A. Frije, weduwn. 29 j. met M. J. J. Smit, jd. 25 j. M. de Nooijer jm. 31 j. met J. C. Gillisse, jd. 25 j. (Van 27 Maart tot 3 April.) Vlissingen. BevallenM. B. Quite, geb. Sjoerts, z. A. M. Potters, Beurskens, d. J. Uivel, geb. Ferron, z. M. J. Dissen, geb. Akkers, z. J. J. Hariot, geb. Pluy- mers, d. C. E. de Keeper, geb. de Groot, d. C. A. M. van Boekhout, geb. Parras, z. Overleden: A. M. E. Mahutte, jd. 45 j. C. Walrave, z. 16 j. A. J. van den Berge, z. 3 m. Ziërikzee. Gehuwd: P. C. van den Boom, jm. 22 j. met N. Dijkgraaf, jd. 19 j. Bevallen: E. van 't Noordende. geb. Roedoe, z. S. van Dijk, geb. Blanker, z. G. Hoose, geb. Spee, z. J. Bran denburg, geb. Post, d. M. Botbijl, geb. Paret, d. OverledenM. de Bie, d. 10 rn. D. Bierens, vrouw van J. Slager, 66 j. L. S. Herring, wed<=. L. de Paauvv, 74 j. S. Walker, wede. J. Bowbijes, 79 j. P. van de Yate, wede. H. Hofman, 50 j. J. M. Brandenburg, z. 6 m. K. J. Appels, v(ouw van P. van der Valk, 29 j. (Van 20 Maart tot 3 April.) Goes. Gehuwd: D.M.Molijn,jm.23j.metW.deFouw, jd. 27 j. P. J. Minnaar, jm. 20 j. met A. Pagé, jd. 23 j. M. A. Fraugois, jm. 24 j met M. de Jonge, jd. 27 j. Bevallen J. J. de Ronde, geb. Sloover, d. P. j. Roose, geb. Vroegop, z. J. Sierevogel, geb. Katsman, z. L. Rei- jerse, geb. van.der Mark. z. C. W. JOerlemans, geb. Pol derman, d. C. Bak, geb. Danielse, z. D. A. Fukfeefi, geb. Arnooijs, d. A. Geensen, geb. Klaassen, F. G. Barsen, geb. Hausmann, z. Overleden: M. Scluuirbiers, z. bijna 6 j. J. Sierevogel, z. 3 d. J. F. Fagel, z. 9 m. D. Sanderse, jm. 16 j. 'ihormonieferstand. 5 April 's av. 11 u.45gr. 6 'smorg.7u.46gr.'smidd.lu.56gr,'sav.llu.48gr. 7 'smorg.7u.51gr.'smidd.l u.55gr. Siatcii-generaal. EERSTE KAMER. Zitting van Maandag 5 April. Discussie en aanne ming wetsontwerpen verslagen. Zonder beraadslaging zijn met algemeene stemmen aangenomen de wetsontwerpen1°. tot verkorting van sommige termijnen in het wetboek van burgerlijke rechtsvordering gesteld2". tot afschaffing der bepa lingen van het wetboek van burgerlijke rechtsvordering over judicieele boeten en schadeloosstellingen 3°. tot afschaffing der artikelen 884 en 957 van het burgerlijk wetboek; en 4». tot wijziging van hoofdstuk XI der staatsbegrooting voor 1868 (pensioenen). Over het wetsontwerp betreffende de maten en gewich ten en weegwerktuigen ontstond eenige discussie, waar aan de heeren Cost Jordens, van Nispen van Pannerden en de minister van binnenlandsohe zaken deelnamen. Beide sprekers keurden het doel der wet goed, doch hadden eenige aanmerkingen van ondergeschikten aard, waarop door den minister is geantwoord, dat bij hem op den voorgrond staat om, bij de latere herziening der wet, uitsluitend de nieuwe namen aan te nemen. Voor de ijklokalen zal door den staat worden gezorgd, terwijl het getal ambtenaren zooveel mogelijk zal worden ver minderd. De verslagen zijn uitgebracht over de wetsontwerpen 1°. tot wijziging van bepalingen der wetten op de per- soneele belasting 2°. afschaffing van het zegelrecht op dedagbladen en de gedrukte stukken en verhooging van den accijns op het gedistilleerd; 3°. invoering van het plakzegel4». begrafeniswet5». bekrachtiging der overeenkomst met de Indische spoorwegmaatschappij- Algemeen overzicht» Omtrent de onderhandelingen van den Belgischen minister Frère-Orban te Parijs blijven verschillende ge ruchten in omloop. Zoo vermelden sommige Nederiand- sche dagbladen in hun nommor van heden een telegram uit Brussel, volgens hetwelk de groot-hertogelijke regee ring van Luxemburg zou hebben verzocht om deel te nemen aan de gedachtenwisselingen over de Fransch- Belgische spoorweg-quaestie in het belang van de Euxemburgsche lijn. Andere dagbladen berichten dat België de overeenkomsten tot overdracht der bekende spoorweg-lijnen thans zon willen bekrachtigen. Al deze mededeelingen worden gelijk een telegram uit Brussel ons heden avond meldt door het officieus regeerings- orgaan 1'Echo du Parlement bepaald tegengesproken. Ook de in omloop zijnde geruchten omtrent de spoedige terugkomst van den minister Frère-Orban zijn onjuist. In het Fransch wetgevend lichaam is bij de budget beraadslagingen ook de aftreding van den heerprocureur des keizers te Toulousc, Séguiér, ter sprake gebracht. Onze lezers zullen zich nog wel herinneren dat deze te dier tijde verklaarde zijne betrekking neder te leggen, daar hij niet langer als ambtenaar van het openhaar ministerie onder een zoo nauwlettend toezicht wilde staan als de minister van justitie uitoefende noch zich door het departement van justitie requisitoiren wilde zien voorschrijven. De oppositie bleef niet achterwege om de gevolgen van dergelijke positie der magistratuur breedvoerig in het licht te stellen. Dc minister Baroche verklaarde echter dat hij nooit dergelijken dwang op de ambtenaren van het openbaar ministerie had uitgeoefend, maar „slechts aan den chef van den heer Séguier, den procureur-generaal had geschreven dat hij het betreurde dat de heer Séguier geen strenger requisitoiren nam." De minister noemde het dus ergelijk aan dergelijke aantij gingen blootgesteld te zijn. Als een minister van justitie in een officieelen brief verklaart „te betreuren' dat een ambtenaar van het openhaar ministerie „geen strenger requisitoiren neemt," dan heeft dit toch bijzon der veel van het voorschrijven van strenger requisitoiren. Doel) in de zitting van eergisteren werd de heer Baroche op verpletterende wijze wedersproken door het voorlezen van een door hem zelt aan den procureur- generaal bij het hof te Toulouse gerichten brief over de requisitoiren van dén heer Séguier. Daarin schreef hij dat ten aanzien van D i'Emancipation „op krachtige wijze de opheffing en de toepassing van ge vangenisstraf moest worden gerequireerd." Dcministir verdedigde zich tegen deze verpletterende logenstraffing zijner plechtige verzekeringen door te hewe en dat dit niet de brief was welke den heer Séguier zijn ontslag heeft doen verzoeken. Toen de heer Jules Favre deze ministerieele verdediging wilde beantwoorden, werden de verdere debatten op dit punt door de meerderheid eenvoudig gesloten verklaard en daarmede was de heer Baroche, op parlementair gebied althans, gered. De diplomatie der groote mogendheden blijft steeds ijverig hare pogingen in bet werk stellen om alliantiën te zoeken of bestaande alliantiën te verbreken. Vandaar de verschillende geruchten, weike voortdurend omtrent eene aanstaande wijziging in de verhouding van de groote mogendheden in omloop zijn. Behalve de bekende Fransch-Italiaansch-Oostenrijksche alliantie-geruchten is thans ook nog een ander gerucht op den voorgrond getreden. De Fransche diplomatie zou namelijk pogingen aanwenden om Rusland in minder vriendschappelijke betrekking met Pruisen te brengen en alzoo dit laatste rijk al meer en meer te isoleeren. Het is niet te betwisten dat de Fransche regeering iets dergelijks zeer gaarne zien zou, het is mogelijk dat zij daartoe pogingen in het werk stelt, maar ten zeerste twijfelachtig komt het ons voor dat zij daarin slagen zon. Al neme men aan dat alle bestaande verhoudingen tusschen de groote mogend heden in Europa slechts op een tijdelijk belang zijn gebaseerd en daarin alleen en uitsluitend haren grond slag vinden, gelooven wij niet dat in de gegeven om standigheden eenig Russisch belang hetwelk dan gewichtiger zou moeten zijn dan de vele belangen waarop de Russisch-Pruisische alliantieis gegrondvest— de regeering te St.-Petersbnrg tot een verbond met het Fransche keizerrijk zou kunnen leiden, tot welk verbond dan nog bovendien Oostenrijk en Italië zouden behooren. Te Weenon is sprake van eene wijziging in het minis terie voor de landen aan deze zijde der Leitha. Over deze quaestie wordt door de Oostenrijksclie dagbladen eene geanimeerde polemiek gevoerd. Ilct ministerie schijnt steeds verdeeld te zijn omtrent de Galliciscbe en Czechische vraagstukken. Men weet dat de landdag van Gallicië bij den rijksraad belangrijke voorstellen heeft ingediend omtrent de vermeerdering der autonomie van dat gewest, welke voorstellen echter tot dusverre gecncrlei resultaat hebben gehad. Men zal zich tevens herinneren dat in de regeeringskringen te Weenen twee partijen tegenover elkander staan, van welke de eene met den heer von Beust aan het hoofd, zich geneigd be toont om aan de Poolsche bevolking in Gallicië en aan de Czechen alle concessiën te doen, welke maar eenigs-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1869 | | pagina 2