MIDDELBURGSCHE
COURANT.
Donderdag
1869.
i\°- 86.
8 April.
3mncnlan&.
Editie van Woensdag avond 8 uren.
PROVINCIE ZEELAND.
VERPACHTING VAN TOLLEN.
Op onderstaande dagen, zal, onder nadere goedkeuring,
door een der leden van gedeputeerde staten, worden
overgegaan tot de openbare verpachting, bij inschrijving
en afslag, van de hierna vermelde tollen, te weten
Op Maandag, den 24™ Mei 1869, des voormiddags ten
10 uur, ten raadhuize der gemeente Oostburg, ten over
staan van den notaris C. Ie Nobel,
van de tollen op de straatwegen van Breskens naar
Groede, van Groedo naar Nieuwvliot, van Schoon-
dijke naar IJzendijke, en van Oostburg naar Zuid-
zande
en op Woensdag, den 26C|> Mei 1869, des voormiddags
ten 10 uur, ten raadhuize der gemeente Hulst, ten over
staan van den notaris mr. J. G. van Deinse,
van de tollen op de straat- en gindwegen van Neu
zen naar Axel, en van Ilulst naar Walsoorden.
De verpachting zal geschieden voor den tijd van drie
jaren, in te gaan den 1 Julij 1869.
De voorwaarden liggen ter lezing ter provinciale
griffie van Zeeland, en ten raad- of gemeentehuize to
Sluis, Breskens Groede, Nieuwvhet, Oostbuig, Schoon-
dijke, IJzendijke, Zuidzande, Hulst, Axel, Neuzen, Hon-
tenisse en Sas van Gent; alsmede aan voormelde tollen.
Op gemelde plaatsen kan ook inzage worden genomen
van het tarief van de daartoe betrekkelijke koninklijke
besluiten en van eene handleiding tot toepassing van
het tarief, welke aan eiken pachter ten gebrnike zal
worden gegeven.
Ook hen die niet hebben ingeschreven staat liet vrij
te mijnen.
Middelburg, den 1869.
De Gedeputeerde Staten van Zeeland,
R. W. VAN LIJNDEN, Voorz.
S. VAN DER SWALME, Griffier.
ook meer beslist voor de aanneming, daar de aanleg
onzer staatsspoorwegen hoofdzakelijk aan de Indische
haten te danken was. De afstemming zou in Indië een
hoogst nadeeligen indruk maken.
In haar antwoord geeft de regeering te kennen dat
tot meerdere zekerheid met de maatschappij eene nadere
overeenkomst zal worden gesloten, zoodat het geld uit
de gewaarborgde leening onder bewaring» van oen staats-
agent gesteld en op rente uitgezet zal worden.
Ifiddclbnrs April.
De eerste kamer heeft heden gelijk wij reeds aan
de geabonneerden op het bulletin mededeelden het
wetsontwerp tot afschaffing van het zegelrecht op de
gedrukte stukken en de advertentiën in de nieuws
papieren met 24 tegen 11, en dat tot verhooging van
den accijns op het gedistilleerd met 31 tegen 5 stemmen
aangenomen.
Het ontwerp op het recht van zegel (plakzegel voor
handelspapier) is met algemeene stemmen aangenomen.
Het wetsontwerp tot wijziging van eenige bepalingen
der wetten betreffende de personeele belasting is mede
aangenomen.
Morgen wordt het wetsontwerp betreffende den spoor
weg SamarangDjokjokarta behandeld.
De tweede kamer is tegen Dinsdag 13 dezer bijeen
geroepen.
Volgens het regeeringsantwoord op het voorloopig
verslag der tweede kamer omtrent het wetsontwerp tot
herziening der kiestabel, zullen de kiesdistricten Gro
ningen en Zuidhorn bijeengevoegd worden; in de plaats
van een nieuw kiesdistrict Zaandam zal een district
Haarlemmermeer gevormd worden, terwijl Zaandam bij
Haarlem zal blijven behooren. In de voorgenomen vor
ming der nieuwe kiesdistricten Boxmeer en Brielle is
geene wijziging gebracht, doch het vormen van een
nieuw district Heerenveen ingetrokken. Het kiesdistrict
Sneek zal voortaan drie leden afvaardigen, terwijl de
voorgestelde wijziging in Zeeland ingetrokken is, zoodat
Hoes en Zierikzee afzonderlijke districten blijven.
Tegen het wetsontwerp tot wijziging der concessie voor
den Indischen spoorweg zijn door verschillende leden
in de afdeelingen der eerste kamer bezwaren aange
voerd, waarbij zich meer leden voegden, die geen zeker
heid hadden, dat de hij deze concessie bedoelde spoor
wegen inderdaad tot stand zouden komen. Over het
;,lgemeen had het ontwerp geen aangenamen indruk te
weeg gebracht. Van den anderen kant werd in de bezwa-
ren niet zoozeer gedeeld en werd ook gewezen op de
noodlottige gevolgen eener afstemming. Anderen waren
Het Zeeuwsch genootschap der wetenschappen alhier
viert heden zijn eeuwfeest.
Te éen uur werd in de vergaderzaal der provinciale
staten van Zeeland ter herdenking van dit honderdjarig
bestaan eene algemeene vergadering gehouden, welke,
behalve door het bestuur, werd bijgewoond door den
commissaris des konings en een veertigtal leden en direc
teuren. De voorzitter, dr. A. A. Fokker, deed in eene
boeiende en opwekkende rede in korte trekken mededee-
ling van de geschiedenis des genootschaps. Hij verdeelde
ze in drie tijdvakken:van 1769 (de oprichting) tot 1801,
zijnde de vestiging van het genootschap gedurende dien
tijd te Vlissingen; van 1801 (overbrenging naar Mid
delburg) tot 1861, onder een permanent bestuurvan 1861
tot heden, onder de werking der nieuwe wet van het
genootschap.
Uit deze rede bleek dat gedurende die 100 jaren de
toestand van het genootschap verschillende phases-van
bloei en kwijning had doorloopen, doch zijne krachten
in de laatste jaren zoo zijn toegenomen, dat het nimmer
hooger bloei dan nu heeft bereikt. Het getal directeurs
bedraagt thans 73, dat der leden 229.
Tot leden van het genootschap zijn benoemd de
heeren: dr. I. A. H. Bosquct, apotheker, te Maastricht;
m"-. Ph. van den Broecke, rijks advocaat, en mr. A. J. van
Deinse, advocaat, beiden te Middelburg; mr. G. Diephuis,
hoogleeraar in de rechtsgeleerdheid, te Groningen;
dr. G. F. van Dommelen, eerste officier van gezondheid
2« klasse, te 's-Gravenbagedr. J. C. Hackc van Mijnden,
te Amsterdam; dr. H. van Hall, leeraar aan de rijks-
hoogere burgerschool, te Middelburg; jh>'. mr. H. J. van
der Heim, lid der gedeputeerde staten van Zuid-Holland,
te 's-Gravenhage; dr. W. J. Janssen, geneesheer, te
Kruiningen, dr. P. de Jong, hoogleeraar, te Utrecht;
dr, H. Kern, en dr. A. Kuenen, beiden hoogleeraren te
Leiden; dr. E. Moll, predikant, te Goes; G. A. Vor-
sterman van Ooijen, hoofdonderwijzer te Aardenburg;
dr. C. A. I. A. Oudemans, hoogleeraar aan het athe-
naeum, te Amsterdammr. j. A. Philipse, voorzitter van
het provinciaal gerechtshof in Zuid-Holland, te 's Gra-
venhage M. Henriques Pimentel, leeraar in de hoogere
wiskunde en commies bij het departement van financiën
te 's-Gravenhage; H. Pollen, te Scheveningen; dr. A.
Réville, predikant, te Rotterdam; mr. P. Romeijn, direc
teur en leeraar aan 's rijks-hoogere burgerschool, te Mid
delburg;, dr. I. G. de Hoop Scheffer, hoogleeraar aan het
doopsgezind seminarie, te Amsterdam; dr. C. J. Snijders,
geneesheer, te's-Gravesande; H. D. Slegt, kapitein-lui
tenant ter zeete Vlissingenmr. A. J. TV. baron
Sloet van den Beele, oud-gouverneur-generaal van Oost-
Indië, te Leidend1'. R. Westerhoff, te TVarffumde kom-
mandeur Cialdi, opperkommandant der pauselijke marine
enz., te Rome; de marquis Anatole de Catigny, lauréat
van het Fransche instituut, te Versailles: Childs, editor
of the public ledges, te Philadelphia; Leopold van HolJe-
beke, te Brugge; Rolin-Jaqnemyns, advocaat, te Gent;
E. de Lavalleye, hoogleeraar, te Luik; de Renard,
staatsraad enz., te MoscouCh. Ruelens, archivaris, te
Brussel; Max. Rooses, hoogleeraar; dr. Snellaert, lid der
Koninklijke academie, en C. A. Serrure, advocaat, allen
te Gent.
Ten slotte werd besloten, in 1870 vanwege het ge
nootschap eene tentoonstelling te houden van oudheden,
betrekking hebbende op Zeeland en zijne geschiedenis.
Met een te vijf uren aangevangen maaltijd in de
sociëteit St. Joris, waaraan ongeveer een dertigtal per
sonen deelnemen, eindigt de viering van het eeuwfeest.
Uit Neuzen schrijft men ons van 4 dezer:
„De reeds sedert eenigen tijd met verlangen en on
geduld tegemoet geziene opening van den spoorweg
Neuzen - Gent, heeft Donderdag 1 dezer plaats gehad,
doch zonder eenig feest of' eenige plechtigheid. Dat mag
wel bijna als een wonder worden aangemerkt in dezen
tijd, in welken men van bijna alle zaken, voorvallen en
gebeurtenissen, een feest maakt. Het zeggen hier: „dat
komt later", zal wellicht bevestigd worden als nu
ook eens de tweede lijn NeuzenMechelen gereed zal
wezen en geopend wordt. Dan zal men mogelijk twee
vliegen in éen slag willen slaan en een groot echt inter
nationaal feest aanrichten
„Het schoone weder begunstigde intusschen zeer de
opening van onzen spoorweg en lokte, vooral in den
namiddag, eene menigte menschen uit, zoo hier als te
Sas van Gent, om bij de aankomst en het vertrek der
treinen tegenwoordig te zijn.
„Sommigen verschaften zich bovendien het genoegen
een ridje van de stations mede te maken, om van hunne
ingenomenheid met deze voor onze streken gewichtige
gebeurtenis nog meer te doen blijken. Deze ingenomen
heid kenteekende zich, ook in het uitsteken van vlaggen,
zóo algemeen, dat Neuzen en Sas van Gent als in feest
gewaad schenen gehuld te wezen.
„Ncuzen's muziekgezelschap „Apollo" trok des avonds
met fakkellicht al spelende de straten dezer veste door,
en verhoogde op die wijze nog de blijde stemming, welke
hier in de gemoederen heersehte. De uren van vertrek
der treinen van het station Neuzen (een klein half uur
gaans gelegen van de gewone aanlegplaats der Sehelde-
hooten) zijn natuurlijk geregeld naar of staan in
correspondentie met ile uren, op welke de treinen van
Gent, voor gansch België, afrijden. De inwoners van
Walcheren, of de passagiers, die van elders per Schelde-
boot herwaarts komen om van den nu geopenden spoorweg
gebruik te maken, zullen, in den regel, nog al eenig- ge
duld moeten hebben bij hunne aankomst hier.
„De Bcheldeboot komt toch alleen bij een zeer gunstig
getij, en dus zeldzaam zóo vroeg van Vlissingen aan, dat
de tweede trein, die 9 u. 50 m. vertrekt, kan gehaald
worden.
„Jammer genoeg! Mogelijk evenwel is het, dat de
uren van den zomerdienst gunstiger uitvallen,anders ware
het wenschelijk, zoo niet in aller belang noodzakelijk,
dat de provinciale stoomboot in het vervolg éen uur
althans vroeger van Vlissingen alvoer, wat in dit seizoen
wel geen bezwaar kan teweegbrengen, en ook voor de
ingezetenen van het 4" district een groot gemak kon
opleveren.
„Dat onze nieuwe spoorweg een groot gemak en voor
deel aan passagiers en vooral aan de inwoners dezer
streken zal geven, is licht te begrijpen; maar of hij nu
wel direct dat groot voordeel aan Neuzen zal opleve
ren, wat er algemeen van verwacht wordt, meen ik wel
wat in twijfel to mogen trekken. Een recht aangenaam
verblijf levert Neuzen voor vreemdelingen nog wel niet
open zij, die hier zaken te doen hebben, zullen zich
denkelijk wel niet zóo lang meer ophouden als vroeger;
liever zullen zij zoo spoedig mogelijk de reis voortzetten
en bijv. te Gent verblijven.
„Mogelijk nogtans is het, dat de handels- en onder
nemingsgeest in Neuzen nu meer zal opgewekt of
verlevendigd wordenen zóo kan de spoorweg een
nieuwe bron van welvaart voor velen worden, wat ik
hartelijk wensch. Bij een matig tarief zullen gewis
vele vrachtgoederen nu reeds per spoor vervoerd en
aangebracht worden. Versche visch, mosselen en andere,
aan spoedig bederf onderhevige, artikelen zullen per
trein verzonden worden; maar als een gevolg daarvan
kan het best gebeuren dat vele waren in prijs stijgen
zullen, en de levenswijze in deze streken duurder wordt.
„Actie geeft reactie", en zoo zal ook dat bezwaar
wel weêr worden te hoven gekomen, door meerderen
aanvoer, overlading der markten, meer winsten of door
vele andere omstandigheden, die zich daarnaar langza
merhand wijzigen zullen.
„Actie geeft reactie". Dit doet mij tevens denken
aan een plan, dat thans in den gemeenteraad van Gent
in behandeling moet zijn, namelijk het verhoogen van
den waterspiegel van het kanaal van Neuzen naar Gent
met eenige palmen.
„De zeeschepen, die 45 palm diep liggen, kunnen wel
te Neuzen opsehutten en zeer gemakkelijk aan de los-
en ladingplaats van den ijzeren weg komenmaar kun
nen met dien diepgang onmogelijk Gent bereiken. Zij
moeten dus hier lossen, of een paar voet gelicht worden
zoo ze in het dok te Gent komen willen en met dat
lichten gaat natuurlijk veel tijd verloren.
„De vele voordeelen, die de scheepvaart oplevert, zou
de stad Gent zich ongaarne door den spoorweg zien
afnemen, waarom zij het opgegeven plan overweegt, dat,
zóo het kan en mag worden ten uitvoer gebracht, de
zeeschepen van meerderen diepgang dan van 40 a 42
palmen zal in staat stellen om in hare haven te kunnen
komen.
„De schepen voor selzaete en Gent bestemd, zoowel de
zeeschepen als de binnenvaarders, zullen, als het kanaal
maar open en diep genoeg is, in den regel verkiezen op
te varen, vermits de waterweg voor het vervoeren van
vrachtgoederen altijd wel voordeeliger zal blijven dan
de spoor- of landweg.
„Er is maar éene zaak, die de vaart door het kanaal
nog al duur en lastig maakt voor de schipperij en waar-