MaatscfjappclijKc cjuafstiën.
Ouitmlcmü.
zijn voti afstand tc doen; voorts de echtgenoot van de
dochter eens rijken slachters geworden, steeg hij tot de
waardigheid van burgemeester. Manteuffel gaf hem in
1851 zijn adeldom terug, tengevolge van aan den lande
bewezen diensten gedurende de stormachtige periode
der revolutie In 1848 en 1849. In de omstreken van
Berlijn wilde iemand, die tot den adel behoorde, de dochter
van een niet-adellijken grondeigenaar huwen. De konink
lijke toestemming werd hem echter geweigerd. Het gelukte
hem evenwel te bewijzen dat de achter-overgrootvader
van zijne bruid tuinier te Potsdam in dienst deskonings
was geweest. Deze betrekking werd toen beschouwd als
gelijk te staan met en de plaats te kunnen vervullen van
een adellijken titel; het huwelijk had daarop plaats.
In het pauselijk leger, dat thans ongeveer 16,000
man bedraagt, worden niet minder dan zeventien ver
schillende talen gesproken.
De 1500 sigarenmaaksters en tabakkerfsters in de
tabaksfabriek te Marseille, die eenige dagen den arbeid
hadden gestaakt, hebben dien weder opgevat.
In de nabijheid van Sheffield hebben de werklieden
weder den arbeid gestaakt en wel op zulk eene schaal,
dat deze strike van hoogst ernstigen aard dreigt te wor
den, nu alle pogingen eener bemiddeling zonder resultaat
zijn gebleven. Ongeveer 500 mijnwerkers van den heer
Huntsman hebben het werk gestaakt, omdat de werkuren
langer en de loonen geringer waren dan inde overige
mijnen. De South-Yorkshire Miners ASsociation, die te
beschikken heeft over een kapitaal van 10,000 p. st., en
die elke week 250 p. st. voor deze strike wil bijdragen,
bevordert natuurlijk zeer krachtig deze werkstaking.
Ter conectioneele terechtzitting van de arrondis-
sements-rechtbank te Rotterdam hebben gedurende het
afgeloopen jaar slechts zes personen terecht gestaan
wegens overtredingen der wetten betreffende den vee
stapel of de beteugeling van veeziekte, terwijl ge
durende het jaar 1867 meer dan tweehonderd personen
ter zake van zoodanige feiten terecht stonden.
Twee Indische hoofden in Engelsch-Iudië hebben
korten tijd geleden een prijs van 150 p. st. uitgeloofd
voor een gemakkelijk, zekeren snel werkend specificum
tegen het vergif van de cobra de copello, of brilleslang.
Aan de beet van die gevaarlijkste aller slangen stierven
verleden jaar in Indië, voor zoover aangifte gedaan was,
2108 raenschen. In Australië paste zekere dr. Halford
onderhuidsche inspuiting met anmonia"met goed gevolg
toe op honden, die hij door vergiftige slangen laat bijten.
Doch daar heeft men niet de brilleslang en het middel is
veel te omslachtig. Tot nogtoe, ondanks den uitge
loofden prijs, is geen ander middel tegen de beet van
die slang bekend, dan sterke alkoholka te drinken en
daarbij hevige bewegihg te nemen. D>'. Spilsburg van
Calcutta heeft nog onlangs zijn knecht, die door de cobra
de copello gebeten was van den dood gered, door hem
een paar glazen whisky te laten drinken, hem achter
aan zijn tilbury vast te binden en toen met dat rijtuig
uit rijden tc gaan.
gouverneur te Burgos blijft, met de aanstaande bijeen
komst der Cortes en de plannen van het voorloopig
bewind, te Madrid een der hoofdonderwerpen, waarmede
het publiek zich bezig houdt. Het is thans vrij zeker
uitgemaakt dat eenige geestelijken daaraan medeplichtig
zijn. Om daarbij een blijk te geven van de moreele gehalte
der geestelijkheid te Madrid wordt, in een brief uit de
Spaansche 'hoofdstad, gemold dat een daar gevestigd
geestelijke, om de eer zijner ambtgenooten in het alge
meen op te houden, een schriftelijk protest tegen den
moord te Burgos heeft willen indienen, doch van zijn
plan heeft moeten afzien daar het aantal geestelijken te
Madrid, die het stuk wilden onderteekenen, zoo klein
was dat het onmogelijk was om het protest, door zoo
weinigen onderteekend, publiek te maken.
De gisteren met een enkel woord besproken opstand
in Algerië blijkt nader vrij onbeteekenend te zijn ge
weest. De stam der Oulad-Sidi-Cheikh, waarmede sedert
1864 steeds botsingen plaats hebben gehad, rust zich nu
en dan eens tegen do overheerschers van hun vaderland
ten oorlog toe en laat dan onverwachts zijn samenge
trokken leger op een als minder sterk beschouwd punt
een aanval doen. Volgens de lezing van het officieus
regeeringsorgaan la Patrie zonden de aanvallers onge
veer 3000 man aan ruiterij en 800 man aan voetvolk
hebben gehad. Het tegen hen uitgezonden Fransch
legerkorps telde 1200 man. Het gevecht duurde negen
uren; de Franschen overwonnen en telden slechts tien
gewonden en geen enkele gesneuvelde. Dit bulletin
zegt een Belgisch blad herinnert aan de legerbulletins
der Russische troepen bij hunne veldtochten in den
Caucasus. Zij echter spraken ten minste bij gevechten
die bijna een geheelen dag geduurd hadden van éen
doode. Ook dit schijnt in de oogen der Fransche
generaals een nog te groot verlies te wezen. Het ntenlir
comme un bulletin kan echter overdreven worden.
De laatste berichten van het oorlogstooneel in Para
guay blijken thans werkelijk juist te zijn geweest. De
overwinning der Braziliaansche troepen was beslissend,
de dictator van Paraguay is waarschijnlijk spoedig daarop
krijgsgevangen gemaakt en men mag nu weldra het
sluiten van een vredestractaat verwachten, waarbij
Brazilië den zoo gewenschten invloed aan de Plata-rivier
zal erlangen.
PS. Wij ontvingen heden middag nog het volgende
telegram
Athene. Zaterdag. De koning heeft besloten
om een manifest aan de Grieksche natie te
richten, waarin gezegd wordt dat zij, door alle
mogendheden verlatenvoor het oogenblik
moet toegeven. Overigens wordt in dit manifest
aangedrongen dat de bevolking zich rustig
koude.
als le officier op Zr. M». ramschip de Schorpioen, wordt
met den laatsten dezer maand op nonactiviteit gebracht
en vervangen door den luitenant ter zee 1« kl. W. M.
Visser; terwijl de luitenant ter zee 1' kl. P. E. Tegelberg,
met den 1™ Maart a., geplaatst wordt op Zr. M». ram-
torenschip Prins Hendrik der Nederlanden.
Rechtzaken.
Het provinciaal gerechtshof in Zeeland heeft heden
uitspraak gedaan in de onzen lezers bekende zaak van
Jacob Vingerhoed, landbouwer te Zierikzee, beschuldigd
van moedwillige brandstichting, waardoor te voorzien
was dat menschenlevens in gevaar konden worden
gebracht.
Het hof heeft bij zijn arrest .onder anderen overwogen,
dat de oorzaak van den brand in de bij den beschuldigde
in gebruik zijnde schuur op den 20™ October jl. niet
kan worden toegeschreven aan broeien van het zich
daarin bevindende hooi, en aan toeval of onvoorzichtig
heid van de zijde des beschuldigden evenmin gedacht
kan worden; dat het verblijf van den beschuldigde in
de schuur kort voor den brand, zijne ontkentenis daar
van, en de geldverlegenheid waarin hij zich destijds
bevond, gewichtige bezwaren tegen hem opleveren, doch
het hof de overtuiging niet heeft verkregen dat hij den
brand heeft gesticht. Daar de mogelijkheid dat een of
meer vonken door de openstaande deur in de schuur
zijn gekomen en, bij den toen heerschenden wind, den
brand hebben veroorzaakt, niet wordt buitengesloten,
en in aanmerking nemende het tijdstip waarop de
brand heeft plaats gehad, het vastbinden van het
paard door den beschuldigde en het laten openstaan
der deur terwijl hij zich in de schuur bevond, heeft het
hof de volledige overtuiging van de schuld des beschul
digden niet verkregen en heeft het mitsdien zijne schuld
niet bewezen verklaard en hem, op grond der artt. 210
en 216 van het wetboek van strafvordering, vrijgespro
ken, met bevel dat hij onmiddellijk in vrijheid zou wor
den gesteld, tenware hij om andere redenen in hechtenis
behoorde te blijven, de kosten te dragen door den' staat.
Voorts heeft het hof de teruggave aan de onderscheidene
eigenaren of rechthebbenden gelast van de in het ge
ding als overtuigingstnkken gediend hebbende papieren.
Bij het openbaar ministerie heeft geen bezwaar tegen
de invrijheidstelling van den beschuldigde bestaan.
Gemengde berichten.
De onlangs afgetreden minister van buitenlandsche
zaken in Frankrijk, de Monstier, is Woensdag overleden.
Te Berlijn is sprake van een dezer dagen ontdek
ten aanslag tegen het leven van den heer voh Bismarck,
welke ontdekking het gevolg zou zijn geweest van
mededeelingen door de Oostenrijksclie regeering aan de
Pruisische autoriteiten gedaan.
Het voormalige Franschè regeerings-orgaanle
Moniteur du Soir, van de pogingen gewag makende,
welke door de Belgische regeering worden in het werk
gesteld, ten einde te voorkomen, dat het Belgische grond
gebied langer door Fransche duellisten tot het rendez-
vous voor hunne niet zelden bloedige ontmoetingen worde
gemaakt, oppert te gelijker tijd den twijfel, of deze en
alle verdere maatregelen tot het tegengaan van twee
gevechten wel ooit doel zullen treffen. Ten bewijze dat
de strijdlustigen er steeds middel op weten te vinden
om zelfs de strengste wetsbepalingen te ontduiken, wordt
door het blad in herinnering gebracht, hoe onder de
regeering van Peter den Groote, die de uitdaging tot
een tweegevecht, hetzij daaraan al of niet gevolg werd ge
geven, met den dood strafte, de generaal Zass en de prins
Dalgarouki een tusschen hen gerezen twist uitmaakten.
„Dezen (zegt de kleine Moniteur) maakten afspraak, dat
zij zich op een plek zouden plaatsen, die door de Zweden
op het heftigst beschoten werd, en die plek niet zouden
verlaten voordat een hunner getroffen was geworden.
De afspraak werd ten uitvoer gelegdde twee held
haftige dwazen plaatsten zich met de hand in de zijde
tegenover elkander, en bleven elkander fiei/aanstaren,
totdat de prins door een Zweedschen kanonskogel door
midden werd geschoten."
In 1862 werden door het gerechtshof te Breslau
twee werklieden wegens openbaren straatroof tot tien
jaren tuchthuisstraf veroordeeld, op de gotuigenis van
een persoon, die verklaarde door hen uitgeschud te zijn.
Nadat de beschuldiger ten vorigen jare blind was ge
worden, heeft hij zich gedrongen gevoeld aan de justitie
kenbaar te maken, dat hij zich aan eene valschc aan
klacht had schuldig gemaakt, en dat hem niets ontnomen
was geworden. Hij is daarop, op zijne beurt, tot eene
gevangenisstraf van tien jaren veroordeeld. Een der
slachtoffers van zijn bedrog is intusschen in den kerker
bezweken, de ander is den 17™ Januari door het gerechts
hof van Breslau openlijk in zijne eer hersteld.
Dikwijls is er in Pruisen nog sprake van de ophef
fing der wonderlijke oude bepalingen van het feodaal
recht daar te lande, nog slechts alleen door de kamer van
afgevaardigden te Berlijn afgeschaft verklaard Niet lang
geleden pasten de magistraten en de geestelijkheid die
oude wetgeving nog toe. De Schlesisehe Zeitung citeert
verscheidene curieusefeiten welke in het district Breslau
voorgevallen zijn. Een tot den adel behoorende colporteur
die met de dochter van een landman wilde trouwen, zag
zich genoodzaakt om van zijn adellijk von afstand te
doen, doch, daar hij dit weigerde kon het huwelijk geep
plaats vinden. Uit wanhoop gaf hij zich aan den drank
over, en de dronkenschap bracht hein na verloop van twee
jaren ten grave. In dezelfde stad heeft een adellijk schoen
maker, wien men dezelfde keus liet, niet geaarzeld van
Therniomcterstaiid.
5 Fcbr.'s av. 11 u. 46 gr.
6 's morg.7 u. 44 's midd. 1 u. 54 gr.
Algemeen overzicht.
Het schijnt dat de Grieksche regeering, met het oog
op de thans te Athene heerschende ininisterieele crisis,
verlenging van den termijn heeft verzocht en verkregen,
binnen welken zij zou moeten antwoorden op de verkla
ring der conferentie. Verschillende geruchten zijn
overigens omtrent de samenstelling van een nieuw
ministerie in omloop, doch de dienaangaande in som
mige dagbladen voorkomende telegrammen, waarin de
optreding van een nieuw ministerie wordt gemeld, zijn
niet juist.
De toestand van Spanje in verband met het bericht
thans nader opgehelderd dat het voorloopig bewind
„aan de Cortes in overweging zal geven" om een voor
loopig bestuur van drie personen in het leven te roe
pen, maakt het onderwerp eener beschouwing uit van
the Times. Dit orgaan wijst er op hoe dergelijk meer
tot de republikeinsche stelsels overhellend verschijnsel
een teeken des tijds is. „Nauwelijks twintig jaren gele
den zegt dit Engelsch blad werd het republikcinseh
beginsel voorgesteld als de schrik der monarchiën, het
welk, hoewel door het vooroordeel of het geweld in toom
gehouden, toch genoeg kracht bezat om, indien bet toeval
zijne kluisters verbrak, alle troonen der wereld te doen
wankelpn. De verwikkelingen van 1848 deden dit ver
keerde denkbeeld verdwijnen en lieden ten dage brengt
de mogelijkheid eener hervorming van een onzer grootste
monarchiën in een republiek geenerlei sensatie teweeg.
Wij hopen dat het aan de Spanjaarden gelukken mag
om den goeden weg tot rust en voorspoed te vinden,
maar eene mogelijke negatie der monarchie, welke zij
misschien eene republiek zullen willen noemen, boezemt
ons geen vrees in. Als zij geen koning kunnen vinden,
noch zich kunnen verstaan omtrent de keuze van een
vorst, noch kunnen bewerken dat zich een koning komt
aanbieden, laten zij zich dan onthouden van een koning:
alles wat wij kunnen doen, is hun hartelijk en vriend
schappelijk toe te wenschen dat zij in hunne proefneming
mogen slagen."
De laaghartige moordaanslag op den burgerlijken
p E n s n n o H.
Gazetten, wenn sie interessant sein solleny
mussen nicht genirt werden
De eerste bekende „breideling van de uitspattingen
der drukpers'! kwam van eenen Borgia. De woorden in
ons motto daarentegen zijn van Frederik den Groote.
Wij ontleerien ze aan den bekenden geleerde Karl Bie-
dermann. Hij voegt daarbij, over ons land, het volgende
„Wij vinden de meest uitgebreide en standvastige bescher
ming der vrijheid van drukpers in de Vrije Nederlanden.
Met name vonden aldaar de nitstekendste vrijdenkers
in 't staatkundige en godsdienstige, welke de verdruk
king des geestes uit hun vaderland verdreven had,
bescherming en ondersteuning; daar verschenen de
voornaamste werken van eenen Hugo de Groot, Descar-
tes, Spinoza, Bayle, Locke en anderen, werken die den
geheelen kring van het politische, godsdienstige, wijs-
geerige denken met wortel en tak hervormden.'.'
Waartoe die herinnering? Is misschien ons vaderland
op het punt minder verdraagzaam te worden dan tijdens
Hugo de Groot? Dat was immers zoo omtrent 1619?
Niet juist dat. Maar het komt ons voor, dat als b. v. het
Handelsblad 's jaars 120,000 gld. aan zegel betaalt en de
Nieuwe Rotterdamsche courant 60,000, het eerste (offi-
cieele opgaaf) 53 pet. van zijn abonnementsprijs en de
tweede 48 pet., die bladen dan wel eenigszins „gege
neerd" worden en, völgens Frederik den Groote, moeilijk
„interessant" kunnen zijn.
En het komt ons ook voor, dat als de staten-generaal
toestemmen wat de regeering hun voorstelt en die be
lasting afschaffen, ze dan niet slechts eene onbillijkheid
wegnemen, maar ook werken in den zin dier vrijheid van
drukpers, welke steeds „de meest uitgebreide cn stand
vastige bescherming in de vrije Nederlanden heeft ge
vonden," volgens Bicdermann en volgens ieder die iets
van deze zaak verstaat.
Maar die uitspattingenDie moeten dan toch, in den
sierlijken stijl van een oud minister, „gebreideld" worden.
Welnu, breidelt metluste! Diefstallen, moorden, alle
misdrijven in éen woord worden eenvoudig door middel
der strafwet in toom gehouden. Onze strafwet, en die is
niet zacht, omtrent „laster" zelfs onbillijk hard, onze
strafwet is juist evenzeer gericht tegen misdrijven door
middel van de snelpers als tegen die door middel van
een revolver of een vals'chen sleutel.
Maar niemand heeft er ooit aan gedacht alle wapen
smeden en slotenmakers zwaar te belasten op grond dat
zij of anderen door middel der gesmeede voorwerpen