OÜRANT.
N70- 15.
Dinsdag
1869.
26 Januari.
Editie van Maandag avond 8 uren.
middelburg 3S Januari.
Omtrent de te Kruiningen genomen proef tot den aan
log eener pijpwel, waarvan wij in ons nornmer van 23 de
zer melding maakten, kunnen wij thans mededeelen dat
ook deze zonder vrucht is gebleven. Toen men met boren
gevorderd was ter diepte van omstreeks 17 el, werden
reeds hevige slagen met den heiblok van 225 kil. zwaarte
vereischt om de pijp te doen zakken. Eindelijk kreeg
men water, doch het bleek tot groote teleurstelling dat
het in smaak nagenoeg met zeewater gelijk stond. De
proefneming is dan ook, als geheel mislukt, moeten op
gegeven worden.
In een der laatste nommers van de Nieuwe Groninger
komt onder het opschrift „Juni 1869" een hoofdartikel
voor, waarin het ware karakter van den aanstaanden
verkiezingsstrijd kort maar naar waarheid geschetst
Wordt. Wij brengen het onder de oogen onzer lezers
daar het ook in andere kiesdistricten dan die waarin de
Nieuwe Groninger circuleert, verdient gelezen en over
wogen te worden.
„Het j'aar 18G9 zal een grooten invloed kunnen hebben
op de toekomst van ons vaderland.
„Laat ons zien, wat het cardjnale punt is, waarover de
stembus dit jaar uitspraak zal moeten doen.
„Het is, naar wij meenen, eenvoudig dit, en hoewel
het woord eenvoudig hier goed gekozen is, o.mdat inder
daad het geschilpunt gemakkelijk kan worden aange
geven, snijdt het ons toch door de ziel, indien wij letten
op de hooge beteekenis van dien strijd, dat woord hier
te moeten gebruiken.
„Het is dan eenvoudig dit;
„Zal het tijdperk, dat in 1848 begon in Juni 1869
afgesloten worden? Of zal diezelfde geest, die bij het
werk der grondwots-herziening voorzat, ook verder de
leidende gedachte der regeering zijn
„Zullen de beginselen van 48 het wachtwoord blijven,
of zal reactie in het vaandel staan
„De oppositie zal ontkennen dat dit de quaestie is, ze
zal ons wijzen op de bezwaren tegen de onderwijswet,
ze ?al haar vanen versieren met het heerlijke woord
vrij heid.
„Immers, waarom die bezwaren niet geformuleerd?
Waarom niet gezegd: Dit willen wij, dit eischen wij
„Zoo werkelijk het belang van het onderwijs bij haar
zoo op den voorgrond staat, indien werkelijk de zooge
naamde miskenning dier belangen door de tegenwoordige
regeering ha,ar grief is, waarom dan die agitatie, waarom
dan, die nevelachtige amendementen, waarvoor zoo goed
een Foreest, die openlijk grondwets-herziening vraagt,
als. een Kalff, dio slechts zeer enkele administratieve
bezwaren tegen de onderwijswet heeft, kan stemmen
Waarom niet liever door een wetsvoorstel eene zuivere
stemming uitgelokt?.
„Ik wil het u zeggen. Juist omdat ,n iet de belangen
van het onderwijs op den voorgrond staan. Juist omdat
do hedooling yetel verder reikt en eene geheel andere is
Juist omdgt men wel zich roeiden valschen.schijn van,
liberaliteit bij de verkiezingen wil sieren, maar toch, zoo
't gelukt, de handen vrij wü hebben, daar men zeer goed
bewust is, dat er aan de bestaande regeling van het
onderwjjs niet te veranderen is, tracht men het zuiver
stellen der quaestie zoo hardnekkig te beletten. Daarom
wordt er geen klaar water geschonken, zooals, van der
Linden opmerkte. Daarom schermt men wet die shibbo-
lcths, die onbestemd genoeg zijn om door al die hetero,
gepe bestanddeelen te kunnen aangenomen worden,.
„Wilt gij er ten overvloede een bewijs ,van? Aanzie
het ministerie-Heemskerk. Wat hebben die ministers
gedaan,, om die bezwaren op te heffen
„En om nu te zien, wat dan eigenlijk het ware doel
is, en wat de toekomst van Nederland zal zijn, als de
toeleg mocht gelukken, wijzen wij u al weder op het
kabinet van. 1866,-68.
„Reactie! Binnen de grenzen! dat was de leus.
„En die heeren konden nog niet eenmaal doen, wat ze
wilden. Ze zaten nog niet vast in den zadel.
„Maar is de onderstelling gewaagd, dat als de stembus
nu in Juni 69 een anti-ministerieele kamer aanbrengt,
de oppositie, prat op haar overwinning, verder zal gaan,
en niet zal schromen de maatregelen te nemen, waarvoor
Heemskerk c.s. nog terugdeinsden?
„Men zij dus op zijne hoede. Groote belangen staan
er op het spel. De vijand zit niet stil. Hij organiseert
zijne legerscharen reeds. Laat hij ons niet onvoorbereid
vinden.
„Daarom is het van het hoogste belang, dat invloed
rijke mannen in de districten, waar gekozen moet worden,
reeds nu omzien naar een gesehikten candidaat. De tijd
verloopt snel. Hoe beter de liberale partij is georgani
seerd, hoe eerder de verkiezing wordt voorbereid, des te
meer kans is er op een goeden uitslag.
„Het onderwijs is het lokaas. Maar nhar de zege dér
reactie wordt gehengeld. De kiezers van Nederland
zullen wel zorgen dat de oppositie geen beet krijgt.
Maar versnippering van stemmen is doodelijk. Wie
daarom kan medewerken tot consolidatie spanne zijne
uiterste krachten in.
„Ons liberalen wacht een moeilijke taak. Wordt door
onze lauwheid aan de tegenpartij de zege verzekerd, dan
is de verantwoordelijkheid jegens land en vorst,, die wij
op ons laden, ontzettend."
Bij beschikking van den minister van binnenlandsche
zaken van 16 Januari 1869 is, namens Z. M. den koning,
concessie verleend aan den heer W. H. van Meukeren,
notaris te Rotterdam, voor den aanleg en de exploitatie
van een spoorweg van Boxtel over Gennep naar de Pruisi
sche grenzen, in de richting van Cleef en naar Wezel,
door welke lijn eene directe verbinding wordt gevormd
over de Zuider staatsbaan van Rotterdam—Vlissingen
en Antwerpen met geheel Duitschland en van de Noord
zee met de Oostzee.
De voorwaarden voor die concessie zijn den con
cessionaris door den minister toegezonden.
Bij dezelfde resolutie is aan denzelfden concessionaris
namens Z. M. den koning medegedeeld, dat zijne nadere
aanvragen voor een spoorweg van Gennep naar Nijmegen
en van Horst-Scvenum naar Gennep, ter verbinding van
de zuidelijke provinciën des rijks met de noordelijke,
zullen worden onderzocht, wanneer de noodige plans en
bescheiden zullen zijn ingezonden.
Door den minister van financiën is bepaald, dat op
den 12 April e. k. en volgende dagen te 's Gravenbage
examen zal worden gehouden voor de betrekking van
landmeter van de 3« klasse bij het kadaster. De commissie1
tot het afnëmen van dat examen bestaat uit de heeren
A. Bevers, ingenieur verificateur van dat kadaster bij
het departement van financiën, voorzitter; L. J. van Toulöt
van der Koog, inspecteur der registratie en domeinen
H. L. Staal, C. J. Genet en C. SGhüller, landmeters, leden.
Men schrijft uit de residentie van 21 dezer aan het
Handelsblad:
„Gisteren zjjn aan het ministerie van buitonlandaohe
z ken tussohen den Oostenrijkschen gezant en den
minister van buitenlandsche zaken uitgewisseld de
wederzijdsche verklaringen omtrent de veranderingen
in het postwezen tusschen Nederland en Triest in het
bijzonder en den geheelen keizerstaat in het algemeen.
Volgens die verklaring mogen de brieven, tusschen de
beide landen voortaan verzonden wordende, zwaarder
zijn dan tot nu toe, hetgeen vooral van belang is voor
de correspondentie met OosUndië, die over Triest ge
voerd wordt.
«Ef zijn thans nieuwe postovereenkomsten gesloten
met Duitschland, Frankrijk, Engeland, België, Zweden,
Denemarken en Oostenrijk.
„De rijken, waarmede Nederland nog niet omtrent
eene verandering in het postwezen is kunnen overeen
komen, zijn Rusland, Italië, Spanje en Portugal,
„In nauw verband hiermede staat de quaestie van de
zegelafschaffing, vooral voor wat de buitenlandsche dag
bladen betreft. Dit is zoo waar, dat reeds herhaalde
malen het sluiten van voordeelige postovereenkomsten
is afgestuit op de belemmerende bepalingen van de zer
gelwet, waardoor het abonnement van buitenlandsche
bladen soms met een aanzienlijk bedrag voor zegelkosten
werd overtroffen.
„Ik maak van deze gelegenheid gebruik om u mede te
deelen, dat een der leden van den raad van state, hoewel
voor het oogenblik weinig gestemd voor de zegelafschal-
fing, wegens de aequi valenten die daarvan het gevolg
moeten zijn, bij het onderzoek van het wetsontwerp zijn
tegenstand heeft laten varen, juist met het oog op de
moeilijkheden, die de regeering steeds ondervindt, wan
neer het aankomt op het sluiten van verdragen met
vreemde mogendheden."
In de Staatscourant van den 22eD dezer zijn opgenomen
de wetten van den 15"n, houdende vaststelling van de
hoofdstukken VIli en X der staatsbegrooting voor het
dienstjaar 1869.
De wetten van den 15™ Januari jl., houdende vast
stelling van de hoofdstukken Vila en VHI zijn opge
nomen in de Staatscourant van 25 dezer.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Vergunning verleend aan dr. P. Blee-
ker, staatsraad in buitengewonen dienst, tot het aanne
men en dragen der versierselen van kommandenr der
Orde van verdiensten van St Michael, hem door Z. M.
den koning van Beieren geschonken.
Benoemd tot broeder der orde van den Nederlandsehen
leeuw de adj udant-onderofficier, conciërge der koninklijke
militaire academie, J. C. Heyderiks, alsmede de wacht
meester J. de Vink, van het regiment veld-artillerie,
geëmploieerd bij de commissie tot proefneming met ge
trokken geschut.
leger. Benoemd bij het wapen der infanterie tot
kolonel de luitenant-kolonel P. G. J. van der Sehrieck,
kommandant van het 5e regiment van het wapen.
Kerknieuws.
De uitslag der jl. Woensdag gehouden stemming voor
de verkiezing van 14 notabelen bij de Nederduitsoha
hervormde gemeente alhier die wij reeds met een
enkel woord in ons vorig nommer mededeelden is de
volgende
Het getal opgekomen stemgerechtigden bedroeg 574,
dat der ingeleverde biljetten 576; 8 biljetten waren van
onwaarde.
Er zijn uitgebracht op de heeren: 1. J. P. L. E. E.
Scheidius, 442 stemmen, 2. J. J. I. Sprenger 316 st.
3. L, J. de Marrée 305 st. 4. Joh. van der Leijé 300 st;
5. A. Tak van Poortvliet 299 st. 6. F. Nagtglas 294 st.
7. N. J. C. Snouck Hurgronje 293 st. 8. D. Jeras, (geb.
1802) f293 st. 9. J. P. van Visvliet 290 st. 10. J. D. M.
de Stoppelaar 289 st. 11. E. P. Schorer, 288 st. 12. J. M.
van der Minne, 284 st. 13. A. F. Sifflé 278 st. 14. C. D.
Röeli, 277 et. 15. IJ. Keyzer, 275 st. 16. C.Sitter,274 st.
17. J. P. Non hebei, 269 st. 18. H. Boonen 263 st.
19, J. D. Aartsen van Eijndhoven, 257 si 20. A. de Land
meter, 257 st. 21. J. A. Gerth van Wijk, 256 st. 22; J. van
den Tboorn, 255 st. 23. J. Koole, 253 si 24. J. H. L. Roo-
zemeijer, 247 si 25. D. Bastiaanse, 245 st. 26. A. Mat»
zinger, 244 st. 27. J. J. van Uije, 206 st. 28. J. J. de
Kanter f, 74 st., en op 52 anderen ieder minder dan 30
stemmen.
De 11 eer8tgenoemden zijn derhalve verkozen, en
tusschen de 6 volgenden zal eene herstemming moeten
plaats hebben.
De met het teeken aangewezen leden maakten deel
uit van bet vorige college van notabelen; die waar
achter het teeken f staat als plaatsvervangers.
De heer J. Gann Dun, predikant te 's Graveland,
heeft voor het beroep naar de Nederduitsche hervormde
gemeente te Vlissingen bedankt.
De hoer C. W. Schooiel, predikant te 's Heer-Abts-