middelburgsche
COURANT,
i 69.
Donderdag
1868.
22 October.
Editie
van Woensdag avond 8
Te vens heeft de minister in antwoord op den door
p kamer geuiten wensch, dat het gebeurde werd toege
dekt met eene opgave, loopende over de laatste acht
w0"' waaruit blijkc of zoo iets reeds vroeger gebruikelijk
v'as ten opzichte van particulieren en personen die niet
?lrect als ambtenaren werden beschouwd, bij voorbeeld
hrger-geneesheeren, notarissen, advocaten, procureurs,
han wei eene vinding was van den laatst afgetreden
puister aan de kamer medegedeeld dat, gedurende
"et vermelde tijdvak slechts twee gevallen hebben plaats
phad, waarin door het bestuur hier te lande uit de
p'oniale geldmiddelen hulp werd verleend aan personen
naar Nederlandsch Indië wilden vertrekken en op
prtocht voor 's lands rekening volgens de bestaande
^Palingen geen aanspraak hadden. Het eene gold een
Pifteesch geneesheer en het andere de in Indië geboren,
behoeftige omstandigheden verkeerende, gescheiden
ptgenoot van een Indisch ambtenaar.
Middelburg 21 October.
Den 26 November a. zal te 's Hage, ten behoeve der
8taatsspoonvegen, worden aanbesteed: het maken van
|'eaardebaan en kunstwerken, het leggen van den boven-
bou
met levering van den ballast voor den spoorweg
O W.lllWOl/ >UU1 uv.11 oyuui
'Usschen de Arnemuidsche haven en Middelburg, het
graven van het kanaal door de oude Arne, het maken van
"e spoorwegbrug aldaar en van cenige verdere werken.
Volgens het door den minister van financiën aan de
tweede kamer ingediend wetsontwerp, waarvan wij in
aet vorig nommer reeds in het kort hebben melding ge
haakt, zal met den laatsten April 1869 worden afgeschaft
®et zegelrecht op de dagbladen en tijdschriften, en het
recht dat op de advertentiën en op catalogussen, pros-
Pectu3Seri; aankondigingen en berichten geheven wordt.
Als equivalenten voor de afschaffing (waardoor de
8chatkist ruim 7 ton zou verliezen) worden voorgesteld:
Gene verhooging der belasting op den verkoop in
klein van tabak en sterke dranken.
Het debiet van tabak en sigaren zal, als maatstaf der
belasting, met het dubbel worden verhoogd. Het fabri
ceren van tabak, snuif en sigaren en de groot- en uitvoer
handel van deze artikelen blijven door deze verhoocing
""gedeerd.
De verkoopers van tabak, snuif en sigaren zullen niet
'ager dan in de 15» klasse worden belast en dus minstens
Cn patentrecht van [3 moeten betalen. Men berekent
"'erdoor eene inkomst te verkrijgen van 50,000 per jaar.
Voor de sterke dranken zal het minste patentrecht nu
bedragen in gemeenten van den 1»" rang [20, van den
rang f 18, van den 3«" rang 17, van den 4»n rang 12,
'jan den 5™ rang f 10 en van den 6™ rang [0. (De meer
de opbrengst wordt berekend op f450,000).
Eene uitzondering is gemaakt voor de tappers, die
hunne sterke dranken bij mindere hoeveelheden dan
ee"e kan inslaan en daardoor gelegenheid geven om hen,
C'enals in de bestaande wet, lager te belasten door hen
den naam van kroeghouder aan te duiden. Voor
deze is in gemeenten van de vier eerste rangen het
Patent éene klasse en in de overige gemeenten twee
a'assen lager dan dat van den aanslag der tappers.
2». Eene verhooging van het invoerrecht op de thee
®et 15, zoodat dit met 1 Mei 1869 zal bedragen f 40
PCr 100 pond. De vermeerderde opbrengst wordt bere
ed op [233,000 'sjaars.
Op machtiging des konings en overeenkomstig het
jpornemen aan de tweede kamer medegedeeld in hare
z'tt|ng van 2 October 11., heeft de minister van kolouiën,
plijk reeds met een enkel woord is gemeld, aan de
Weede kamer ingezonden afschriften van de voordracht
ministers van koloniën aan den koning en van het
pninklijk besluit van 12 Maart 1868, n°. 75, houdende
°ekenning van overtocht voor 's lands rekening naar
iava met de overlandpost aan den heer Cd. Busken
hot en zijn gezin. (De dientengevolge betaalbaar ge-
telde som bedraagt ƒ2967.50).
En wat het Indisch bestuur aangaat, uit de bij het
ePartement voorbanden registers is niet gebleken, dat
puurende het voormeld tijdvak aan eenig persoon der
"doelde categorie in Indië overtocht of tegemoetkoming
aarvoor bij vertrek naar Nederland werd verleend buiten
kring der bestaande bepalingen, uitgezonderd in
p enkele gevallen, bij politiemaatregel, aan hulpeloos
g pergelaten zeevarenden, afkomstig van particuliere
j "epen, zoo mede aan den uit Indië verwijderden heer
jJ- Nosse.
jj De voordracht, den 10 Maart 11., door den minister
tii(fP'man aan e^11 koning gedaan, is te curieus om haar
1 'n haar geheel mede te declen. Zij luidt aldus:
uren. j «Reeds geruimen tijd heeft de journalistiek in Neder
landsch Indië de aandacht der regeering getrokken.
„Niet zonder bezorgdheid kan worden opgemerkt hoe
de dagbladpers daar te lande, ongeacht de voorzorgs
maatregelen, opgenomen in het bij uwer majesteits besluit
van 8 April 1856, n°. 54, vastgesteld reglement op de
drukwerken in Indië, tone meer en meef schadelijke
strekking heeft, ook door den toenemend heftigen toon,
dien zij aanslaat.
„Tengevolge van eene voorloopige gedaclitenwisseling
met het Indisch bestuur, is door den gouverneur-gene
raal onlangs een lijvige bundel .bescheiden aangaande
dit belangrijk onderwerp aan mij gezonden, waarin wel
is waar, nevens het zijne, de adviezen van vele autoritei
ten in Indië zijn bekend gesteld, maar waardoor toch
niet zijn geleverd de bouwstoffen tot oplossing der vraag,
welke de quaestie als het ware beheerscht: in hoeverre
namelijk in Indië vrijheid op het stuk der pers, en in het
bijzonder der dagbladpers, kan worden verleend zonder
dat het daar zoo noodzakelijk prestige van het Neder-
landsche gezag in gevaar gebracht of de Oostersche
volken in hunne zeden en gewoonten worden gekrenkt.
„Er bestaat, door het vertrek eerlang van den heer
Cd. Busken Huët naar Java, thans do gelegenheid om
aan het Indisch bestuur de voorlichting te verzekeren
van een doorkundig man, die met de journalistiek in het
algemeen, en met die van Nederland in het bijzonder,
vertrouwd is, wiens overtuiging geheel die van mij uit
drukt, dat de pers in Indië noodzakelijk op beter terrein
moet geleid worden, en die zich heeft bereid verklaard
om, tegen genot van vrijen overtocht naar Java voor zich
en zijn gezin, met den zoogenaamden overiandweg, de
taak op zich te nemen om, na zich ook in Indië met de
journalistiek van nabij te hebben bekend gemaakt, het
Indisch bestuur te dienen van consideratie en advies
omtrent de vraag, welke maatregelen daar te lande van
bestuurswege worden vereischt tot breideling van de
uitspattingen der drukpers, zonder de vrijheid om zijne
gedachten en gevoelens te uiten en openlijk mede te
deelen meer te belemmeren dan tot verzekering der
openbare orde gevorderd wordt.
„Ik acht het van mijnen plicht uwe majesteit eer
biedig in overweging te geven om, door de bekrachti
ging van het hierbij aangeboden ontwerp van besluit,
de goede diensten van den heer Huët voor de afdoende
regeling van de onderwerpelijke gewichtige aangelegen
heid, aan het Indisch bestuur te verzekeren."
Hierop volgt het koninklijk besluit van 12 Maart 11.,
waarbij het genot van overvoer naar Nederlandsch Indië,
met de zoogenaamde overlandpost, door middel van een
der booten van de Messageries Impériales, op den voor
passagiers der eerste klasse gebruikelyken voet, ten
laste van het eerste hoofdstuk der begrooting van uitga
ven van Nederlandsch Indië, wordt toegekend aan den
heer Cd. Busken Huët, voor zich en zijn gezin.
De Staatscourant van heden bevat een koninklijk be
sluit van den 17 dezer, waarbij wordt ingesteld eene
rijks-commissie tot regeling van den gang en de werk
zaamheden van de zevende bijeenkomst van het inter
nationale statistische congres, welke in 1869 te 's Graven-
hage zal worden gehouden.
Tot voorzitter dier commissie is benoemd m». C. Fock,
minister van binnenlandsche zakentot leden d». H. van
Beeck Vollenhoven, lid van de eerste kamer der staten-
gencraal; int L. A. J. W. baron Sloet van den Beele en
jlir. mr. J. de Bosch Kemper, leden van de tweede kamer
der staten generaal; P. J. Bachiene en dr. W. li. baron
van Hoe veil, leden van den raad van state; tin'. J. A. Jol
les, lid van den hoogen raad der Nederlanden; m». J. B.
baron van Hugenpoth tot den Berenclaauw, raadsheer
in het provinciaal gerechtshof van Noord-Braband;
m». S. Vissering, hoogleeraar in de faculteit der rechts
geleerdheid te Leiden; in». M. M. von Baumhaner, refe
rendaris bij het departement van binnenlandsche zaken
mr. W. A. P. Verkerk Pistorins, referendaris bij het
departement van financiën, mr. H. Jacobi, commies ter
provinciale griffie in Noord-Holland; welke laatste tevens
zal waarnemen de betrekking van secretaris.
Den minister van binnenlandsche zaken is do bevoegd
heid verleend onder de leden den persoon aan te wijzen,
die hem bij afwezigheid in het voorzitterschap vervangt.
Bij besluit van gelijke dagteekening als het boven
genoemde is Z. K. II. de prins van Oranje benoemd tot
eerevoorzitter van de in 1869 te 's llage te houden
zevende bijeenkomst van genoemd congres.
Mcnoemingcn en besluiten.
polderbesturen. Benoemd tot beheerder van den
Pauliuapolder m<\ F. J. Brevet.
telegraphie. Benoemd tot onderdirecteur 2C klasse van
de rijks-telegraaf, T. Genet, thans telegrafist 2» klasse.
leger. Benoemd bij het korps ingenieurs en sapeurs:
tot kapitein 3» klasse (naar ouderdom van rang) de
1» luitenant I. J. H. Gijsberti Hodenpijl, van het korps,
adjudant bij den inspecteur-generaal van fortificatiën
tot 1'" luitenant (naar ouderdom van rang) A. E. André
de la Porte en H. van 't Sant, mede van het korps.
Overgeplaatst in rang en ancienneteit bij het personeel
van den geneeskundigen dienst bij het leger in Oost-
Indië, de apotheker 3» klasse J. B. Nagelvoort van het
personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht
van het leger hier te lande, thans voor den tijd van vijf
jaren bij het leger in Oost-Indië gedetacheerd.
Benoemd bij het personeel van den geneeskundigen
dienst der landmacht in Oost-Indië tot officier van ge
zondheid 3» klasse de heeren J. R. H. van Son, doctor
in de geneeskunde, en F. W. Arnold, doctor in de ge
nees-, heel- en verloskunde.
Op non-activiteit gesteld, in afwachting dat omtrent
hem nader zal worden beslist, de 1» luitenant F. C. II. L.
van Erckelens, van het 2» regiment infanterie.
Eervol ontslag uit Zt M«. militairen dienst verleend,
onder toekenning van pensioen, aan den met verlof hier
te lande teruggekeerden kapitein der infanterie van het
leger in Nederlandsch Indië F. van Genderen, wegens
ongeschiktheid tot liet gaan hervatten van den werke-
lijken dienst tengevolge van lichaamsgebreken.
Kerknieuws.
De heer L. van Dalen, predikant bij de hervormde ge
meente te St. Philipsland, is beroepen te Goudriaan.
De heer C. de Wilde, predikant te Poortvliet, heeft
een beroep ontvangen naar de hervormde gemeente te
Andel.
De heer K. Kreulen, predikant bij de christelijk-
afgescheiden gemeente te Zicrikzee, is als zoodanig be
roepen te Apeldoorn.
Marine en leger.
De luitenant ter zee 2» klasse W. J. Derx, laatst be
hoord hebbende tot het eskader in Oost-Indië en van
daar den 14 dezer in Nederland teruggekeerd, is met dat
tijdstip op non-activiteit gesteld.
De luitenant ter zee 2» klasse jhr. S. F. T. de Vaynes
van Brakell, behoorende tot de rol van Ms. wachtschip
te Willemsoord, wordt met den 25 dezer op non-activiteit
gesteld.
Zr. Ms. ramschip de Schorpioen, onder bevel van den
kapitein-luitenant ter zee W. K. van Gennep, is in den
namiddag van den 19 dezer te Northshields aangekomen.
Aan boord was alles wel.
Koloniën.
De per Engelsche mail aangebrachte brieven en dag
bladen uit Nederlandsch Indië behelzen berichten, die
loopen tot 5 September jl.
In het algemeen overzicht van den Javabode leest men
onder anderen
„Op grond van berichten, afkomstig van Chineesche
reizigers en handelaren, is te Soerabaya door sommigen
beweerd, dat de rust op Bali niets te weDschen overlaat;
zoodat de feiten, waarop kort te voren de stelligste be
richten omtrent het tegendeel gebouwd werden, alleen
zouden bestaan hebben in de verbeelding der bericht
gevers. Dit laatste stemt evenwel niet overeen met de
mededeelingen der regeering zelve in de Javaseke courant.
Dezen toch hielden in, dat een gedeelte der Mohamme-
daansche bevolking op Boeleleng onwillig bleef haar
wettig hoofd te erkennen, en dat eenige raddraaiers, wier
aanhang op 2000 man geschat werd, het bestuur wilden
dwingen om Ida Madè Rahi, het ontslagen hoofd van
Bandjar in die waardigheid te herstellen. Thans meldt
dan ook de Soerabaya-courant van 31 Augustus, dat
aldaar den vorigen dag per telegraaf uit Batavia het
bevel ontvangen is, om alles in gereedheid te brengen
voor het aanstaand vertrek der troepen.
„Uit nadere berichten van Celebes blijkt, dat na den
gevoeligen slag, op 6 Augustus aan den opstandeling
Bonto-Bonto toegebracht, deze het niet gewaagd heeft
zich op nieuw in de vlakte te vertoonen. De orde in
Labakkan is dan ook op alle punten hersteld, ofschoon
Bonto-Bonto cn de zijnen zich nog altijd aan de grenzen
van ons grondgebied ophouden. Bij de terugkomst der
troepen te Makassar heeft de majoor Veenhuizen eene
toespraak tot hen gehouden, en beloofd, verslag te zullen
doen van hun loffelijk gedrag.
„Van de buitenbezittingen valt verder niets bijzondeis
te melden, dan alleen dat de cholera in het Amoenthay-
sclie (Z.- en 0. afd. van Borneo) in de eerste dagen van
Augustus met vernieuwde woede uitgebroken is en vele
offers eischt. In Noord Borneo heeft eene troonsopvolging
plaats gehad: in de plaats van sir James Brooke namelijk,
op 11 Juni jl. in Engeland overleden, is zijn neef, de heer
Charles Johnson Brooke, tot rajah van Sarrawak uitge-