NIDDELBIRGSCHECOURANT
BIJVOEGSEL
van Dinsdag 13 Octobev 1868. No. 164.
VAN DE
®emeenteraacl van Vllssingen.
Zitting van Zaterdag 10 October. Verzoek ontslag leden
commissie fabricage; overdracht zijkanten van wegen.
Voorzitter de heer Callenfels.Afwezig de heeren'
e«tdagh en de Gelder, eerstgenoemde, volgens mede
deel
De
lng van den voorzitter, wegens ongesteldheid.
notulen van het verhandelde in de zitting van
n« k 1 rr cv li livlf t oiuiiuuoi^
September worden na voorlezing goedgekeurd.
-De voorzitter deelt mede, dat deze raadsvergadering
s. belegd op verlangen van vier leden, die allen deel
"'traaken van de commissie voor fabricage en als zoo-
a"'g hun ontslag verzoeken.
De heer de Kruyff (die dadelijk na het lezen der notu-
en het woord gevraagd en dit thans gekregen heeft)
Ze£t dat hij, alvorens de stukken betreffende deze aan-
gelegenheid over te leggen, moet opmerken dat het
Schijnt dat de heer Ruysch telken male als er raadsleden
afwezig zijn iets ten hunnen nadeele zegt. Het spijt hem
at die heer evenwel, om tot dat doel te geraken, in de
^rige zitting een leugen heeft moeten, bezigen. Hij wil
'erop niet veel antwoorden, maar herinnert aan het
ekende spreekwoord, hetwelk ook op dat raadslid van
epassing is; „aan de vrucht kent men den boom."
hfadat de heer Schraver namens de commissie voor
"hricage zich gekweten heeft van een dier commissie
®Pf?edragen last tot onderzoek van gemeentewerken en
eUring van materialen, en den uitslag daarvan heeft
Medegedeeld, doet de secretaris voorlezing van een door
6 heeren de Kruyff, van der Os, van der Hijden en
ehraver ingezonden brief. De hoofdzakelijke inhoud
ja«rvan is als volgt. In de zitting van 14 December 1867
leden der commissie voor fabricage benoemd zijnde,
ehben zij die benoeming aangenomen, overtuigd dat
her lid Van den raad verplicht is de opdracht eener
°®missie te eerbiedigen. Zij hebben getracht die be-
,tekking met ijver en nauwgezetheid te volbrengen en
ateo tor beoordeeling van den raad of zij daarin zijn
^laagd; doch zij meenen openlijk te kunnen verklaren
iat
2ii
zij althans nimmer eonige moeite hebben ontzien.
tfoi
5 verlangen daarvoor geen dank, maar evenmin mis-
Ofttvi
'"Wen en miskenning. En van zoodanig mistrouwen
Vel
'ngen zij in de zitting van 30 September jl. zoo-
i van leden van den raad als van de zijde van
dagelijksch bestuur een blijk, toen, tegen lnin
v'es tot toepassing der instructie van den gemeente-
°l\vmeester, besloten is dien ambtenaar vergunning te
yerl
Tot
toi
eenen tot het houden van toezicht op de trasfabriek.
staving van hun beweren omtrent den treurigen
(:stand van vele gemeentewerken verwijzen zij zoowel
"ar een vroeger daaromtrent uitgebracht rapport als
.°0r een extract uit de notulen der commissie voor
^hficage van Januari tot October jl. Het besluit van
September beschouwen zij voor zich als zeer grievend,
zonder aan de kennis der overige raadsleden te
/Jrt te willen doen, meenen zij toch uit den aard hunner
Jhfi'kking beter dan anderen op de hoogte van de ge-
6e«tewerken te zijn. Dit gemis van vertrouwen heeft
doen besluiten hun ontslag als leden der commissie
sl (''«gen, tenware de raad besluiten mocht, om het be-
der vorige zitting betreffende den gemeentebouw-
6e«ter in te trekken.
Hede wordt voorgelezen voornoemd extract uit de
v hlen van de zittingen der commissie voor fabricage
11 Januari tot October jl., strekkende om aan te toonen
he werkzaamheid en nauwgezetheid van den gemeen-
°U\vmeester, volgens het oordeel der commissie, zeer
veel
'e wenschen overlaat.
e voorzitter zegt dat, naar aanleiding der voorgelezen
'kken, twee vragen door hem in behandeling zullen
namelijkof de raad op het besluit
Va°^®n gebracht,
da! September jl. wil terugkomen, en zoo niet, of
v!" het gevraagd ontslag aan de leden der commissie
2* fabricage zal worden verleend.
e heer Verkuyl Quakkelaar zegt dat bij uit den
.^'gelezen brief bemerkt heeft dat de leden der com
voor fabricage homogeen zijn in de aanvrage van
Un
i8 °"tslag, en wel omdat in de vorige zitting besloten
gemeentebouwmeester vergunning te geven tot
tt, "°uden van toezicht op de in de gemeente aanwezige
il ahriek, hetgeen huns inziens in strijd is met de
r"ctie van den bouwmeester. Daar een der leden van
j)jjCjül0t"issie hem onlangs echter zelt verklaard heeft, dat
1iet'etmet het betrokken artikel dier instructie zoo nauw
Ui .Ua®, is spreker verwonderd dat de leden der com-
thans homogeen zijn in hun verzoek om ontslag.
Üat ""deren merkt hij op, dat de gemeentewet bepaalt
u Vasf(; commissiën uit den raad voor een jaar wor-
kiö ent>emd. De benoemden hebben dus hunne betrek-
Misv V°0r een jaar ««uvaard, zoodat de leden der com-
6 voor fabricage volgens de wet, en in allen gevalle
zedelijk, verplicht zijn hunne betrekking te blijven waar
nemen totdat het jaar verstreken zal zijn. De vraag, of
het ontslag zal worden verleend behoort alzoo, volgens
zijne zienswijze, niet in stemming gebracht te worden.
De heer van Uije Pieterse betuigt dat hij met groot
leedwezen het voornemen der commissie vernam om
haar ontslag te vragen. Wordt dat ontslag toch verleend,
dan zal dit de doodsnik zijn van de commissie voor fabri
cage, waarnaar men jaren lang verlangend heeft uitge
zien en die eindelijk is tot stand gekomen. Wordt het
ontslag verleend, dan gelooft hij, zonder hiermede even
wel iemand te willen kwetsen, dat de vier openvallende
plaatsen niet door vier andere met genoegzame kennis
bedeelde leden zullen kunnen vervuld worden. Alleen de
heeren Laernoes en Verkuyl Quakkelaar zouden als des
kundigen in aanmerking kunnen komen. Laatstgenoemde
zou echter wellicht in zijne maatschappelijke betrekking
een beletsel kunnen vinden om deel der commissie uit te
maken doch al wilde hij eene benoeming daartoe al eens
aannemen, dan zouden er toch nog twee plaatsen over
blijven. Na deze algemeene beschouwing over bet
verzoek, treedt de heer van Uije Pieterse in eene beoor
deeling van de redenen van dat verzoek. Ware er quaestie
geweest over eene technische zaak, waarbij liet meeren-
dcel der raadsleden zich tegen de zienswijze der com
missie van fabricage had verklaard, dan zou hij althans
eenigermate het verzoek van de leden dier commissie
kunnen begrijpen. Thans begrijpt hij dit echter niet. Er is
hier toch alleen sprake van de uitlegging van een artikel
der instructie van den gemeente-bouwmeester. Hij gelooft
dat alle leden van den raad daarover hunne eigene ziens
wijze kunnen hebben en dc leden der commissie voor
tabricage in redelijkheid zich niet gekwetst kunnen ge
voelen, als de zienswijze van het meerendeelmet de hunne
verschilt. Werd het verzoek toegestaan, zou dan de raad
vraagt hij ook ontslag willen verleenen aan de
leden der plaatselijke schoolcommissie, die, na rijp beraad,
meende te moeten voorstellen de avondschool op de
meisjesschool af te schaffen. Dat voorstel is door den
raad bij meerderheid van stemmen verworpen. Hij gelooft
dat die commissie met meer recht baar ontslag zon kunnen
vragen dan de commissie voor fabricage, en in het belang
der gemeente zou het hem waarlijk leed doen als de vier
heeren op hun ontslag bleven aandringen. Wat betreft
een terugkomen op het in de vorige zitting genomen
besluit, dit wordt, zijns inziens, door de waardigheid van
den raad verboden, en daardoor zou men de kracht van
beheer verliezen, welke noodig is om de zaken tot een
goed einde te brengen. Overigens blijft hij buiten eene be
oordeeling van de handelingen van den gemeente-bouw
meester, maar zal hij tegen liet gedaan verzoek stemmen.
De heer Schraver zegt, dat hij zich had voorgenomen
zich niet in het debat te mengen. Thans evenwel wil hij
met een enkel woord den heer Verkuyl Quakkelaar ant
woorden. Hij weet, en alle leden der commissie voor
fabricage zijn zich dit bewust, dat de commissie een jaar
werkzaam moet zijn. Doch in het belang der zaak zelve
wenscht de commissie vervangen te worden, daar zij na
het voorgevallene niet meer met dezelfde lust en inspan
ning als vroeger werkzaam zou kunnen zijn indien zij
aanbleef.
De heer van Uije Pieterse merkt hiertegen op, dat de
raad meermalen besloten heeft in strijd met de adviezen
van het dagelijksch bestuur. En toch hebben de leden
van dit bestuur daarom den lust niet verloren, maar zijn
zij integendeel steeds voortgegaan met dc behartiging
van de belangen der gemeente.
De heer Ruysch brengt hulde aan de commissie voor
fabricage voor alles wat zij heeft verricht. Maar haar
veizoek om intrekking van het bedoelde raadsbesluit
van 30 September, hetwelk hij nader in herinnering
brengt, kan zijns inziens nie t worden ingewilligd zonder
het prestige van den raad te schendenhij kan daar
aan alzoo zijne goedkeuring niet schenken. Hij zal zich
evenwel gelukkig rekenen als de commissie op haar
gedaan verzoek om ontslag terugkomt.
Voorts richt de heer Ruysch het woord tot den heer
de Kruyff. Hij zegt dat, hoewel de straks door dien heer
gehouden toespraak zeer onbeschoft was en hij, spreker,
de parlementaire welvocgelijkheid te hoog acht om op
dergelijke taal te antwoorden, hij nogtans verklaren moet
in de vorige zitting geen leugen gesproken te hebben.
Overigens is het met de publieke achting zoo ver gekomen
dat een mijnheer de Kruyff hem niet beleedigen kan. Hij
laat zich aanleunen al wat die man moge gelieven te
zeggen, wetende dat hij steeds den splinter in eens anders
oog opmerkt, maar nooit den balk in zijn eigen oog. De
antecedenten van dien man zijn genoeg bekend en van
dien aard dat het voor hem beter is ze maar niet op te
halen. Het blijkt echter dat zijne onbeschaamdheid zijne
onwelvoegelijkheid evenaart.
De heer Schraver meent uit eene uitdrukking van den
heer Ruysch te moeten opmaken dat men gelooft dat de
heer de Kruyff aan den leiband der overige leden van de
commissie van fabricage loopt, of omgekeerd. Doch dan
veroordeelt men den heer de Kruyff ten onrechte. Spreker
heeft geheel uit eigen beweging zijn ontslag als lid dei-
commissie gevraagd en heeft dit reeds vóór zes weken
willen doen.
De heer Verkuyl Quakkelaar zegt dat hij niet begrijpt
het gezegde van den heer Schraver, dat hij reeds vóór
zes weken het plan had zijn ontslag als lid der commissie
te vragen. Zijn er dan andere redenen waarom de com
missie haar ontslag vraagt dan die welke in den straks
voorgelezen brief wordt opgegeven, namelijk de niet-toe-
passing der instructie van den gemeentebouw meester'?
De heer Schraver antwoordt, dat er toen eene grief
tegen den bouwmeester bestond, onder anderen betref
fende de keuring van materialen, doch op verzoek van
leden van het dagelijksch bestuur heeft men de zaak
toen laten rusten.
De heer Ruysch zegt dat hij met de hand op het hart
verklaren kan, dat hij, het onwelvoegelijk gezegde van
den heer de Kruyff beantwoordende, volstrekt de bedoe
ling niet heeft gehad iets ten nadeele van de commissie
voor fabricage te zeggen of de overige leden dier com
missie in eenig opzicht te kwetsen.
De heer van Uije Pieterse stelt voor, te besluiten dat
de raad, de verdiensten van de commissie voor fabricage
in de waarneming hunner betrekking erkennende en op
prijs stellende, de leden dier commissie uitnoodigt op
hun verzoek om ontslag terug te willen komen.
De heer Schraver zegt, dat dit eene noodelooze moeite
zou zijn.
De voorzitter wijst er op dat andere commissiën niet
zoo gevoelig blijken te zijn als de commissie voor fabri
cage. Onder anderen heeft de commissie voor de gasfa
briek, die eene vermindering van den gasprijs niet
wenschelijk oordeelde, zich niet zoo gevoelig betoond,
toen de raad, in strijd met hare zienswijze, toch tot zoo
danige vermindering besloot.
Vervolgens brengt de voorzitter de vraag in stemming,
of de raad zal terugkomen op het in de vorige zitting
genomen besluit. Met 5 tegen 3 stemmen wordt die
vraag ontkennend beantwoord. Voor stemden de heeren
de Groof, Ockers en I-lector. De leden der commissie
voor fabricage namen aan deze en de volgende stemming-
geen deel.
Bij omvraag, of de raad het gevraagd ontslag aan de
commissie verleenen wil, wordt dit verzoek verworpen
met 7 stemmen tegen 1. Alleen de heer Ockers stemde
vóór. De leden der commissie moeten alzoo in dienst
blijven totdat het jaar verstreken zal zijn.
De heer de Kruyff zegt dat de commissie voor fabricage
een der moeielijkste commissiën is, het meeste werk geeft
en het meeste vertrouwen vereischt. De meerderheid
van den raad heeft nu dat zoo noodzakelijk vertrouwen
aan de commissie ontzegd, zoodat zij verder niet meer
met vrucht werkzaam kan zijn. Persoonlijk kan hij dan
ook verklaren dat, indien men volhardt in de weigering
tot het geven van ontslag en verlangt dat hij evenals
vroeger de zittingen der commissie zal bijwonen, hij
liever zijn ontslag als lid van den raad nemen zou.
Evenzoo verklaart de heer Schraver.
De voorzitter antwoordt, dat het besluit van den raad
genomen is.
De hoer van Uije Pieterse zegt, dat de leden der com
missie hebben gezien dat zij het vertrouwen van den
raad niet verloren hebben integendeel, de afstemming
van hun verzoek om ontslag bewijst dat zij dat vertrou
wen steeds genieten. Meenen de leden dier commissie
nu dat zij voortaan de zaken niet meer naar hehooreu
vervullen kunnen en willen zij niet meer ter vergadering
verschijnen, dan zal het dagelijksch bestuur verplicht
zijn zelf de werkzaamheden dier commissie zooveel
mogelijk te verrichten.
De heer Schraver antwoordt, dat hij wenscht dat be
sloten worde tot de benoeming eener nieuwe commissie.
De heer van Uije Pieterse herneemt dat de heer Schra
ver liem verkeerd begrijpt, daar hij natuurlijk slechts
bedoelt dat burgemeester en wethouders tot 1 Januari
de aan de commissie verbonden werkzaamheden zouden
moeten volbrengen.
De heer Ruysch vraagt, of het volstrekt noodzakelijk
is, dat de commissie voor fabricage uit vier leden besta,
en of twee leden het werk ook niet af kunnen.
Het antwoordt op deze vraag luidt echter, dat het getal
leden hij de instructie op vier is bepaald.
Hiermede is de bespreking van dit onderwerp ge
ëindigd.
De voorzitter deelt mede dat burgemeester en wethou
ders Vrijdag- eene conferentie hebben gehad met de
commissie van gemachtigden voor de onteigening van
perceelen ten behoeve van de spoorweg- en kanaalwerken,
betreffende eene nadere overdracht van eenige zijkanten
van wegen aan liet rijk, ter aanvulling van de daartoe in
April 1867 en Juni 1868 reeds genomen en door gedepu
teerde staten goedgekeurde raadsbesluiten. Het voorstel
strektalzoo om thans de bedoelde zijkanten in eene massa
over te dragen voor eene som van f 499.92. Dit voorstel
wordt goedgekeurd en burgemeester en wethouders
gemachtigd tot het sluiten eener nadere overeenkomst.
Hierna wordt de zitting gesloten.
SNELPERSDRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMS.